Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Graft-De Rijp

Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Graft-De Rijp
Officiële naam regelingVerordening overleg lokaal onderwijsbeleid
CiteertitelVerordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Graft-De Rijp
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is van rechtswege vervallen op grond van artikel 28 van de wet Arhi door de fusie van de gemeente Alkmaar met de gemeente Graft-De Rijp en de gemeente Schermer in 2015.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet op het basisonderwijs

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-01-201101-01-2017nieuwe regeling

19-03-1998

De Uitkomst, 04-01-2011

Rb10-054

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Graft-De Rijp,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 februari 1998;

gelet op de bepalingen over het op overeenstemming gericht overleg in de Wet op het basisonderwijs; 

gelezen het inhoudelijk oordeel van de schoolbesturen;

overwegende dat het noodzakelijk is een regeling vast te stellen voor het overleg tussen de gemeente en de schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid;

besluit vast te stellen de volgende:Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid.

Hoofdstuk 1 BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan ondera. schoolbestuur: het bevoegd gezag van een volgens de Wet op het basisonderwijs bekostigde openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, die gelegen is op het grondgebied van de gemeente;b. advies: het advies van de Onderwijsraad als bedoeld in de Wet op het basisonderwijs;c. burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders.

Hoofdstuk 2 OVERLEG

Paragraaf 2.1 Overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid

Artikel 2 Functie overlegorgaan
  • 1 Er is een overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid waarin burgemeester en wethouders met de vertegenwoordigers van alle schoolbesturen overleg voeren over de voorbereiding en uitvoering van het lokaal onderwijsbeleid.

  • 2 In het overlegorgaan komen aan de orde:a. de onderwerpen waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is als bedoeld in de Wet op het basisonderwijs;b. overige onderwerpen van overleg aangaande het lokaal onderwijsbeleid.

  • 3 Op de onderwerpen, als genoemd in het tweede lid onder b, is artikel 9 niet van toepassing.

Artikel 3 Samenstelling overlegorgaan
  • 1 De schoolbesturen kunnen zich laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan. Een schoolbestuur wijst daartoe drie vertegenwoordiger(s) aan, die namens dit schoolbestuur het overleg voeren.

  • 2 Schoolbesturen kunnen zich gezamenlijk laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan. Zij wijzen daartoe vier vertegenwoordigers aan.

  • 3 De portefeuillehouder onderwijs vertegenwoordigt burgemeester en wethouders in het overlegorgaan. De portefeuillehouder onderwijs fungeert als voorzitter van het overlegorgaan.

Artikel 4 Derden

Derden kunnen, indien de voorzitter van het overlegorgaan dit wenst of een vertegenwoordiger van de schoolbesturen, genoemd in artikel 3, dit wenst, deelnemen aan het overleg.

Paragraaf 2.2 Voorbereiding overleg

Artikel 5 Uitnodiging
  • 1 Alvorens burgemeester en wethouders een voorstel aan de raad doen over een onderwerp wordt de voorgenomen inhoud van dit voorstel met een toelichting daarop en de inventarisatie als bedoeld in artikel 7, toegezonden aan alle schoolbesturen.

  • 2 De toezending geschiedt onder bekendmaking van de plaats, de datum en het tijdstip waarop het bestuurlijk overleg hierover zal aanvangen. Tussen de datum van de toezending van het voorstel en de datum van het overleg liggen ten minste twee weken.

  • 3 De schoolbesturen die niet deelnemen aan het overleg kunnen voor de datum van dit overleg hun zienswijzen schriftelijk kenbaar maken aan burgemeester en wethouders. Burgemeester en wethouders stellen de deelnemers aan dit overleg hiervan in kennis.

Artikel 6 Secretariaat

Burgemeester en wethouders voeren het secretariaat van het overlegorgaan.

Artikel 7 Voorbereiding

Burgemeester en wethouders kunnen een voorbereidend overleg tussen vertegenwoordigers van de schoolbesturen en burgemeester en wethouders instellen dat vooraf gaat aan het overleg in het overlegorgaan. Dit voorbereidend overleg wordt afgerond met een inventarisatie van de onderwerpen waarover wel en waarover geen overeenstemming is bereikt. Per onderwerp wordt aangegeven of het gaat om een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid onder a.

Artikel 8 Agendaoverleg
  • 1 Burgemeester en wethouders kunnen een agendaoverleg instellen. Hierin wordt nagegaan welke onderwerpen op welk tijdstip in het overlegorgaan aan de orde kunnen komen. Op grond hiervan stellen burgemeester en wethouders de agenda op.

  • 2 Aan het agendaoverleg nemen de portefeuillehouder onderwijs en vertegenwoordiger(s) van schoolbesturen deel.

Paragraaf 2.3 Uitvoering overleg

Artikel 9 Advies Onderwijsraad
  • 1 Indien een of meer schoolbesturen of burgemeester en wethouders een advies wensen over een onderwerp waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken ze dit uiterlijk kenbaar in het overleg waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is. Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk gemotiveerde omschrijving van het onderwerp waarover het advies wordt verwacht. Hierbij wordt tevens het verband aangegeven tussen het onderwerp en de vrijheid van richting en de vrijheid van inrichting van het onderwijs.

  • 2 Alle vertegenwoordigers krijgen in het overleg de gelegenheid gesteld hun zienswijzen naar voren te brengen over het verzoek om advies.

  • 3 Burgemeester en wethouders zijn belast met de indiening van een verzoek om advies. Zij doen dit uiterlijk twee weken na afloop van het overleg. Daarbij wordt de Onderwijsraad tevens geïnformeerd over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen.

  • 4 De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Onderwijsraad burgemeester en wethouders uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van het advies aan te vullen met de gegevens die hij nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak tot de dag waarop het verzoek is aangevuld.

  • 5 De raad neemt gedurende de termijn voor het uitbrengen van het advies geen besluit over het onderwerp waarover advies is gevraagd.

  • 6 Een afschrift van het uitgebrachte advies wordt zo spoedig mogelijk door burgemeester en wethouders toegezonden aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over een onderwerp waarover advies is gevraagd, worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor een nader overleg. In alle andere gevallen beoordelen burgemeester en wethouders of nader overleg over het advies wenselijk is. Burgemeester en wethouders geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.

  • 7 Het overleg als bedoeld in het vorige lid vindt binnen twee weken plaats nadat het advies is uitgebracht. Burgemeester en wethouders informeren de raad over dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 10. 

Artikel 10 Verslaglegging; informeren raad
  • 1 Van het overleg wordt door burgemeester en wethouders een verslag gemaakt.

  • 2 Het verslag bevat een overzicht van de besproken onderwerpen, waarbij per onderwerp wordt aangegeven:a. of het bepaalde in artikel 2, tweede lid, onder a of b van toepassing is;b. of volledige, geen volledige of geen overeenstemming is bereikt;c. de in het overleg door de deelnemers naar voren gebrachte zienswijzen en – indien van toepassing – de zienswijzen als bedoeld in artikel 5, derde lid;d. de door de portefeuillehouder onderwijs in het overleg toegezegde wijzigingen in het oorspronkelijke voorstel.Indien artikel 9, eerste lid van toepassing is, wordt hiervan eveneens een weergave opgenomen in het verslag.

  • 3 Het overlegorgaan stelt het verslag vast. In afwijking hiervan kunnen burgemeester en wethouder spoedheidshalve het verslag ter commentaar toezenden aan de schoolbesturen. Binnen 10 dagen na de dag waarop het conceptverslag is toegezonden, maken de schoolbesturen die deel hebben genomen aan het overleg schriftelijk hun opmerkingen over het concept van het verslag kenbaar. Vervolgens stellen burgemeester en wethouders, met inachtneming van de opmerkingen, het verslag definitief vast.

  • 4 Burgemeester en wethouders brengen het verslag gelijktijdig met het voorstel het onderwerp ter kennis van de raad. Voor zover door burgemeester en wethouders is afgeweken van de in het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, wordt hiervan in het voorstel aan de raad melding gemaakt. Daarbij worden de redenen voor het niet of niet geheel overnemen van deze zienswijzen aangegeven.

Artikel 11 Heropening overleg
  • 1 Indien uit het oordeel van de betrokken raadscommissie over het voorgenomen voorstel aan de raad over een onderwerp blijkt dat de meerderheid van de raadscommissie of een deel van raadscommissie dat volgens burgemeester en wethouders geacht kan worden een meerderheid in de raad te vertegenwoordigen, van oordeel is dat het voorstel inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaatsvinden. Burgemeester en wethouders beslissen daarover. Het overleg wordt in ieder geval heropend indien de inhoudelijke bijstelling betrekking heeft op een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, waarover overeenstemming in het overleg was bereikt.

  • 2 Indien burgemeester en wethouders het overleg heropenen dan roepen zij het overlegorgaan zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk vóór het moment waarop de raad een definitief besluit neemt over het onderwerp. In het overleg worden de vertegenwoordigers in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven op het in het eerste lid genoemde oordeel. Burgemeester en wethouders informeren de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 10. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn definitieve besluitvorming over het onderwerp.

Hoofdstuk 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 12 Beslissing burgemeester en wethouders in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, gehoord de vertegenwoordigers van de schoolbesturen in het overleg.

Artikel 13 Citeertitel; inwerkingtreding

  • 1 De verordening kan worden aangehaald als: Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Graft-De Rijp. 

  • 2 Deze verordening treedt, onder gelijktijdige intrekking van de verordening procedure overleg huisvesting, in werking met ingang van de dag na de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 maart 1998.

De voorzitter,                    De secretaris,