Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Veghel

Beleidsregels toepassen het 'bibob instrumentarium' ter bescherming van de integriteit in de gemeente.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Veghel
Officiële naam regelingBeleidsregels toepassen het 'bibob instrumentarium' ter bescherming van de integriteit in de gemeente.
CiteertitelBeleidsregels toepassen het 'bibob instrumentarium' ter bescherming van de integriteit in de gemeente.
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet; Algemene wet bestuursrecht; Wet Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-02-2009Nieuwe regeling

23-12-2008

Stadskrant Veghel, 11-02-2009

5.1/2008/27356

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels toepassen het 'bibob instrumentarium' ter bescherming van de integriteit in de gemeente.

Het college van burgemeester en wethouders van Veghel;

overwegende, dat de Wet BIBOB (Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur) bestuursorganen een effectief middel biedt om vormen van georganiseerde criminaliteit te bestrijden.

De effecten van deze criminele activiteiten kunnen zich uiten in verschijnselen als:

-uitbuiting van specifieke groepen inwoners of rechtspersonen;

-frauduleuze handelingen in bepaalde branches;

-het opkopen van onroerend goed door criminelen met mogelijk negatieve gevolgen voor een buurt of wijk

dat vanuit het Regionaal College het initiatief is ontwikkeld om "BIBOB" ook regionaal te benaderen om daarmee de intergraliteit en uniformiteit te bevorderen waarmee het "waterbed-effect" wordt tegengegaan;

dat in de onderstaande beleidsregel nader wordt ingegaan op de doelstellingen van de gezamenlijke regionale benadering, de achtergronden van de Wet BIBOB en een uitleg over de aanpak van de Wet BIBOB;

dat bij de uitwerking van de onderstaande beleidsregels rekening is gehouden met de regionale benadering, zonder de lokale identiteit uit het oog te verliezen;

gelet op de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Wet Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur;

besluit:

vast te stellen de navolgende:

Beleidsregels toepassen het 'bibob instrumentarium' ter bescherming van de integriteit in de gemeente.

Hoofdstuk 1 Regionale BIBOB-beleidsregel

Inleiding
1.1 Inleiding

In de afgelopen jaren is de rol van de gemeenten op het gebied van de veiligheid steeds verder versterkt. Met een wijziging van de Gemeentewet zullen gemeentebesturen worden verplicht een meerjaren Integraal Veiligheidsplan (IVP) op te stellen en uit te voeren. In de gemeente Veghel wordt al sinds 2005 met een IVP gewerkt

Ook bestrijding van criminaliteit, naast en in aanvulling op de taken van politie en justitie, is een taak die aan gemeenten is opgedragen. Door het verlenen van vergunningen en opdrachten en het verstrekken van subsidies, beïnvloeden gemeenten economische ontwikkelingen. Vaak heeft de regelgevende taak van gemeenten te maken met het verdelen van schaarste en waar schaarste is, kan geld worden verdiend met legale, maar ook met illegale activiteiten.

De negatieve effecten daarvan kunnen zich in een aantal verschijnselen openbaren:

a. uitbuiting van specifieke groepen inwoners of rechtspersonen door criminelen;

b. bepaalde branches waarin fraude veel voorkomt;

c. onroerend goed dat wordt opgekocht door criminelen, waardoor de gemeente de controle over een buurt, wijk, bedrijventerrein of recreatiegebied kan verliezen.

De Wet BIBOB is bedoeld als extra bestuurlijk instrument, dat moet voorkomen dat overheden tegen hun wil betrokken raken bij criminele organisaties en/of criminele activiteiten. Uit onderzoek is gebleken, dat criminelen en criminele organisaties actief gebruik maken van faciliteiten, die de overheid biedt, om hun uit criminele handelingen verkregen middelen in het economische circuit te brengen en hun criminele handelingen een legale dekmantel te geven. Hierdoor raakt de overheid ongewild en onbewust betrokken bij dit soort praktijken en haar integriteit komt daardoor ernstig in de knel.

 

De Wet BIBOB (Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur) verschaft bestuursorganen beleidsruimte bij hun besluitvorming over het toepassen van bevoegdheden die uit deze wet voortvloeien. Om van deze beleidsruimte gebruik te kunnen maken, is het wenselijk dat bestuursorganen hiervoor een beleidsregel opstellen en hierover intern en extern goed communiceren.

In deze notitie legt de gemeente Veghel zijn beleid vast met betrekking tot BIBOB. De 21 gemeenten in de regio Brabant-Noord zullen eveneens de BIBOB beleidsregels aan de orde stellen. Dit voorkomt dat een kwaadwillende aanvrager die in de ene gemeente wordt  geconfronteerd wordt met de toepassing van de Wet BIBOB, uitwijkt naar andere gemeente waar de Wet BIBOB niet wordt toegepast (“waterbed-effect”). Met het traject van deze regionale benadering heeft het Regionaal College op 25 juni 2008 ingestemd en sindsdien ook begeleid.

1.2 Doel van de gezamenlijke invoering en aanpak

Met een gezamenlijke invoering en aanpak wordt in de politieregio Brabant- Noord een regionaal kader gecreëerd. Dit kader waarborgt een minimumniveau van de aanpak van criminaliteit in de zin van de Wet BIBOB door gemeenten. Belangrijk is te melden dat binnen dit kader de 21 gemeenten autonoom blijven en zelf de vrijheid hebben om de reikwijdte van het BIBOB-instrumentarium naar eigen inzicht toe te passen.

Hoofdstuk 2 De Wet BIBOB

2.1 Algemeen
2.1.1 Doel van de Wet BIBOB

De wetgever heeft bestuursorganen een extra instrument in handen geven om bepaalde subsidies of vergunningen te weigeren of in te trekken als er sprake is van gevaar dat strafbare feiten zullen worden gepleegd of van het vermoeden dat strafbare feiten zijn gepleegd.Het is bestuursorganen ook mogelijk om bepaalde overheidsopdrachten niet te gunnen of een overeenkomst daartoe te ontbinden, als door bedrijven niet (meer) wordt voldaan aan de vereisten van betrouwbaarheid.

2.1.2 Landelijk Bureau BIBOB

De wetgever heeft het met de Wet BIBOB mogelijk gemaakt dat bestuursorganen zich bij het nemen van beslissingen hierover kunnen laten adviseren door het landelijke Bureau BIBOB. Het tarief voor een BIBOB advies is vastgesteld op € 500 (stand: 2008) per advies in het kader van aanvragen voor vergunningen en subsidies en op € 500 per te onderzoeken eenheid, met een maximum van € 5.000 per advies in het kader van aanbestedingen.

2.1.3 Tipfunctie Openbaar Ministerie (artikel 26 Wet BIBOB)

Een Officier van Justitie die informatie heeft dat een aanvrager een gemeentelijke vergunning zou kunnen misbruiken, kan een bestuursorgaan of een aanbestedende dienst aanraden om een advies bij het landelijke Bureau BIBOB aan te vragen. Deze tipfunctie staat open voor elke Officier van Justitie, door tussenkomst van de (binnen het OM aan te wijzen) BIBOB-Officier. De (BIBOB-) officier mag niet zelfde hem ter beschikking staande gegevens aan het bestuursorgaan of de aanbestedende dienst doorgeven.

2.2 De reikwijdte van de Wet BIBOB
2.2 De reikwijdte van de Wet BIBOB

Het toepassingsbereik van de Wet BIBOB is beperkt. Niet voor alle bestuursbesluiten bestaat de mogelijkheid om deze wet toe te passen.

Het gaat om een weigerings- en intrekkingsgrond voor een beschikking ter zake van een subsidie, vergunning of ontheffing als bedoeld in:

- artikel 7 Wet BIBOB (een gemeentelijke vergunning die op grond van een verordening verplicht is gesteld voor een inrichting of bedrijf (horeca, seks inrichtingen, coffeeshops, smart- en growshops en speelautomatenhallen);

- artikel 3 van de Drank- en Horecawet (horecabedrijf of slijtersbedrjf);

- artikel 6 van de Opiumwet (“verdovende” middelen binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen, te telen, te bereiden, te bewerken, te verwerken, te verkopen, af te leveren, te verstrekken of te vervoeren, aanwezig te hebben of te vervaardigen);

- artikel 5, eerste en derde lid van de Wet goederenvervoer over de weg (binnenlands en grensoverschrijdend beroepsvervoer);

- artikel 4 van de Wet Personenvervoer 2000 (collectief personenvervoer anders dan per trein of besloten busvervoer; taxivervoer);

- artikel 8.1 van de Wet milieubeheer (inrichting, waartoe een gpbv-installatie* behoort);

* Hiermee wordt een Integrated Pollution, Prevention and Control (IPPC)-installatie bedoeld. In Nederlandse bewoordingen betekent dit geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging, vandaar gpbv.

- artikelen 40, eerste lid (bouwen zonder vereiste vergunning) en 61a (vervreemden e.d. van onroerend goed door woningcorporaties) van de Woningwet;

Daarnaast gaat het om een weigerings- en intrekkingsgrond voor een overheidsopdracht die betrekking heeft op de sectoren ICT, bouw en milieu.

2.3 Werkwijze van de BIBOBtoetsing (subsidiariteit; proportionaliteit)
2.3 Werkwijze van de BIBOBtoetsing (subsidiariteit; proportionaliteit)

Het BIBOB-instrument is een aanvulling op het bestaande instrumentarium om een beschikking te weigeren of in te trekken. Hiervan dient dus alleen gebruik gemaakt te worden als er geen andere instrumenten zijn die minder in de persoonlijke levenssfeer van aanvragers indringen.

Voordat een bestuursorgaan een BIBOB-advies aanvraagt, dienen alle eigen bevoegdheden en instrumenten uitgeput te zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de mogelijkheden en instrumenten die de APV, de Drank- en Horecawet of de weigeringsgrond van de Wet BII3OB (artikel 4) zelf. Er moet dus eerst een eigen grondig onderzoek worden gedaan en daarbij kunnen ook openbare bronnen worden geraadpleegd, zoals de Kamer van Koophandel, het Kadaster, Internet, kranten, gemeentelijke basisadministratie, faillissementenregister, enzovoorts.

Alleen als het bestuursorgaan zelf na eigen onderzoek onvoldoende redenen heeft om de beschikking te weigeren of in te trekken, maar wel het redelijk vermoeden heeft dat de intenties van de aanvrager niet zuiver zijn, kan, als laatste redmiddel, een advies bij Bureau BIBOB worden aangevraagd.

Er moet een relatie bestaan tussen de aard van de strafbare feiten die uit het eigen onderzoek of uit het BIBOB-onderzoek naar voren komen en het te nemen bestuursbesluit. Niet alle strafbare feiten zijn dus relevant (proportionaliteit).

In paragraaf 3.2 wordt ingegaan op welke categorieën de gemeente Veghel, waar nodig, de  BIBOBtoets zal toepassen.

 

Voor een ambtenaar, belast met het beoordelen van vergunningaanvragen, is in bijlage A een aantal handvatten opgenomen te weten:

  • 1. stroomschema 1: Toetsen van de aanvragen

  • 2. model BIBOB-vragenformulier

  • 3. Checklist 1: voor aanvragen van vergunningen

    4. Checklist 2: voor bronnen “eigen onderzoek”

Hoofdstuk 3 Regionale invoering en aanpak Wet BIBOB

3.1 Effectief en efficiënt
3.1 Effectief en efficiënt

De gemeente Veghel onderkent dat een regionale toepassing van de Wet BIBOB mogelijkheden biedt tot integraliteit en uniformiteit en een grotere preventieve werking dan een individuele gemeentelijke toepassing. Dit, gevoegd bij een regionale overlegstructuur, heeft bovendien als voordeel dat gebruik gemaakt kan worden van elkaars kennis, kunde en ervaring. Uniformiteit schept duidelijkheid voor burgers en ondernemingen, die een BIBOB-vragenlijst moeten gaan invullen. De werkgebieden van burgers en ondernemingen houden steeds minder op bij de gemeentegrenzen. Dit benadrukt nog eens het belang om een zo groot mogelijke afstemming te bereiken. De regionale informatie en expertisecentra (in oprichting) komen niet in de plaats van de lokale verantwoordelijkheden die de toepassing van de Wet BIBOB met zich meebrengt. Ook in de gemeente Veghel zullen voorbereidende werkzaamheden verricht moeten worden, vóórdat een expertisecentrum om ondersteuning gevraagd kan gaan worden. Het is dus van belang dat ook binnen de gemeente Veghel bij ambtenaren die betrokken zijn bij de beoordelingen van aanvragen en afdoening van gemeentelijke vergunningen voldoende kennis aanwezig is van de toepassingsmogelijkheden van de Wet BIBOB.

3.2 Aanpak en de focus van Veghel op horeca- en seksinrichtingen
3.2 Aanpak en de focus van Veghel op horeca en seksinrichtingen

Het verdient de voorkeur om in de regionale aanpak de Organisatie en werkwijze zoveel mogelijk af te stemmen. Vanuit het Regionaal College om die reden voorgesteld de toepassing van de Wet BIBOB in fasen in te voeren en te starten met de volgende drie categorieën:

1) artikel 7 Wet BIBOB (een gemeentelijke vergunning die op grond van een verordening verplicht is gesteld voor een inrichting of bedrijf (horeca, seksinrichtingen, coffeeshops, smart- en growshops en speelautomatenhallen);

2) artikel 3 van de Drank- en Horecawet (horecabedrijf of slijtersbedrijf);

3) artikel 6 van de Opiumwet (verdovende” middelen binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen, te telen, te bereiden, te bewerken, te verwerken, te verkopen, af te leveren, te verstrekken of te vervoeren; aanwezig te hebben of te vervaardigen).

 

De gemeente Veghel focust voorlopig op twee van de genoemde drie branches, namelijk : horecabedrijven en seksinrichtingen waarbij het gaat om bedrijven als:

-Horeca

-Seksinrichtingen

-Speelautomatenhallen en

-Inrichtingen waarvoor géén Drank- en Horecavergunning is vereist, maar wel en exploitatievergunning op basis van de Algemene plaatselijke verordening, zoals pizzaria’s, snackbars of shoarmazaken.

Voortschrijdend inzicht, op basis van signalen uit de praktijk,  kan er toe leiden dat het college van Veghel op enig moment besluit om nog meer categorieën in de branchlijst op te nemen. (bijvoorbeeld bouw, milieu en opdrachten).

3.3 Discretionaire bevoegdheid en samenvatting
3.3 Discretionaire bevoegdheid en samenvatting

Bij het bestuursorgaan ligt de beslissing om al dan de Wet BIBOB toe te passen en om al dan niet een BIBOB-advies aan te vragen. Vanwege deze keuzevrijheid bij gemeenten ligt het in de rede om de zienswijze van de gemeente in  beleid vast te stellen. Hierin staat in algemene termen wanneer de gemeente Veghel een BIBOB-onderzoek zal uitvoeren (laten invullen van een vragenlijst en toetsing daarvan) en in welke gevallen dit kan leiden tot een adviesaanvraag bij het Bureau BIBOB (zie hoofdstuk 2). Dit schept duidelijkheid naar burgers en ondernemingen die potentieel aan een BIBOB-onderzoek kunnen worden onderworpen. De beslissing om een BIBOB-advies aan te vragen, moet - met het oog op het ingrijpende karakter van het instrument - weloverwogen en volgens de beginselen van behoorlijk bestuur worden genomen. Daarbij spelen proportionaliteit, subsidiariteit, rechtszekerheid en rechtsgelijkheid een belangrijke rol.Een regionale aanpak biedt bovendien mogelijkheden elkaar hierbij te ondersteunen en te adviseren, bijvoorbeeld in de vorm van handreikingen. Daarbij zal het praktijkhandboek dat door het landelijke Bureau BIBOB wordt voorbereid, leidend kunnen zijn.

3.4 Regionale Organisatie
3.4 Regionale Organisatie

Het Regionaal College heeft het college van Veghel en andere colleges opgeroepen om deze regionale beleidsregel en daarop aansluitend een gemeentelijke beleidsregel BIBOB vast te stellen.

 

Voor de opbouw van een regionale organisatie, zal een projectleider worden aangetrokken

die tot taak heeft om het overleg van BIBOB-coördinatoren vorm en inhoud te geven. Hiervoor is het van belang dat alle gemeenten, het Openbaar Ministerie en de politie (recherche) een BIBOB-coördinator c.q. een vast aanspreekpunt op het terrein van de Wet BIBOB aanwijzen.

De projectleider wordt bijgestaan door enkele BIBOB-coördinatoren die samen de begeleidingscommissie BIBOB vormen.

De BIBOB-begeleidingscommissie voorziet, met de beschikbare middelen, in educatie, begeleiding en ( interne)voorlichting. Voorts waarborgt deze commissie de regionale invoering van het BIBOB-beleid en staat zij de gemeenten met raad en daad bij.

De ondersteuning aan de gemeenten door de begeleidingscommissie bestaat o.a. uit:

1. interne voorlichting, zowel op lokaal niveau naar het College van B & W, alsook naar de ambtenaren die belast zijn met (deel)werkzaamheden in het kader van BIBOB;

2. interne en externe voorlichting in de vorm van een themadag in de regio;

3. opleiding/ toerusting van ambtenaren, die belast zijn met BIBOB-werkzaamheden;

4. het periodiek houden van casusoverleg met alle BIBOB-coördinatoren;

5. gevraagd en ongevraagd adviseren van het gemeentebestuur;

6. het begeleiden van nieuwe ontwikkelingen, bijv. bij vormen van samenwerking tussen gemeenten;

7. het voorbereiden van de volgende fasen van de toepassing van de Wet BIBOB m.b.t. de categorieën milieu- en bouwvergunningen, subsidies en aanbestedingen.De coördinatie van het geheel is in handen van de Stuurgroep IV, waarbinnen de burgemeester van Heusden met de portefeuille BIBOB is belast.

3.5 Projectbegroting regionale invoering Wet BIBOB
3.5 Projectbegroting regionale invoering Wet BIBOB 1-10-2008 - 1-10-2009

Omschrijving  Bedrag  
Projectleider 16 uur per week x 40 weken â € 100 per uur excl. BTW€ 64.000,00  
Seminars e.d. voor begeleidingscommissie  € 1.500,00  
Organisatie themadag(en)  € 5.000,00  
Drukwerk en portokosten handreikingen, modellen e.d.  € 2.000,00  
Onvoorzien  € 525,00  
TOTAAL  € 73.025,00  

Verdeelsleutel: 21 gemeenten, naar rato van inwoneraantal is ongeveer € 0,12 per inwoner

De vergaderkosten zijn niet begroot. Er wordt van uitgegaan dat de bijeenkomsten van begeleidingscommissie en BIBOB-coördinatoren rouleren en dat elke gemeente de daarmee samenhangende kosten draagt.

Kostenverdeling BIBOB [Klik hier om het document te downloaden]

3.6 Inwerkingtreding
3.6 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 23 december 2008

De secretaris

dr. J. Horn

De burgemeester

mr. P.J.J.M. Mangelmans

Bijlage 1 Overzicht van de bijlagen

Bijlage 2 -Stroomschema voor het toetsen van de aanvragen

 

Bijlage 3 -Checklist 1: voor aanvragen van vergunningen

 

Bijlage 4 -Checklist 2: voor bronnen “eigen onderzoek”

 

Bijlage 5 -Vragenformulier Natuurlijke personen

 

Bijlage 6 -Vragen formulier Rechtspersonen

 

Bijlage 7 -Verzoekformulier BIBOB-advies.