Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Graft-De Rijp

Monumentenverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Graft-De Rijp
Officiële naam regelingMonumentenverordening
CiteertitelMonumentenverordening Graft-De Rijp 2009’
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vervangen door de Erfgoedverordening Alkmaar.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Monumentenwet 1988, art. 15

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-07-201206-10-2016wijziging

25-04-2012

De Uitkomst, 29 mei 2012

Rb12-022
22-07-2009wijziging

25-06-2009

De Uitkomst, 14-07-2009

Rb09-022

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Graft-De Rijp;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Graft-De Rijp d.d. 25 april 2012,

nr. 2012 -022;

gelet op artikel 149 gemeentewet en artikel 12, 14 en 15 van de Monumentenwet 1988;

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende Monumentenverordening.

Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

1. Monument:

a. Zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;

b. terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak als bedoeld onder a.

2. Gemeentelijk archeologisch monument: monument als bedoeld in artikel 1 onder b.

3. Gemeentelijke monumentenlijst:

De lijst waarop zijn vermeld de overeenkomstig deze verordening beschermde gemeentelijke monumenten.

4. Beschermd gemeentelijk monument:

Onroerend monument, dat overeenkomstig de bepalingen van deze verordening op de gemeentelijke monumentenlijst is geplaatst in de categorie 1, 2 of 3. (GM.1, GM.2 of GM.3.) Hierbij is:

Een beschermd gemeentelijk monument categorie 1(GM.1) de hoogst gewaardeerde categorie, een beschermd gemeentelijk monument categorie 3 (GM.3) de laagst gewaardeerde categorie.

5. a. Beschermd dorpsgezicht: het op 17 november 1969 ingevolge artikel 20 van de

Monumentenwet door de Ministers van Cultuur Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting als zodanig aangewezen gebied in de kern De Rijp.

b. Gemeentelijk beschermd dorpsgezicht: groep van onroerende zaken die van algemeen belang is voor de gemeente Graft-De Rijp wegens haar schoonheid, haar onderlinge ruimtelijke of structurele samenhang dan wel haar wetenschappelijke of cultuurhistorische waarde en in welke groep zich tenminste één beschermd monument bevindt.

6. Beschermd rijksmonument:

Onroerend monument, dat is ingeschreven in de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers.

7. Beschermd provinciaal monument:

Onroerend monument, dat is geplaatst op de door Gedeputeerde Staten vastgestelde provinciale monumentenlijst.

8. Beschermd kerkelijk monument:

Monument, dat eigendom is van een kerkgenootschap, kerkelijke gemeente of parochie of van een kerkelijke instelling en dat uitsluitend of voor een overwegend deel wordt gebruikt voor de uitoefening van de eredienst.

9. Eigenaren en zakelijk gerechtigden:

a. Degenen, die, voorzover het onroerende monumenten betreft, in de kadastrale registers als eigenaren en zakelijk gerechtigden zijn ingeschreven;

b. Degenen, die, voorzover het roerende monumenten betreft, naar burgerlijk recht als zodanig aan te merken zijn.

10. Monumentencommissie:

De door het college van Burgemeester en wethouders ingestelde commissie of aangewezen instantie, met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, het beschermd dorpsgezicht, de toepassing van deze verordening, het gemeentelijk monumentenbeleid, alsmede andere zaken betreffende de monumentenzorg.

11. Bouwhistorisch onderzoek: in schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de bouwgeschiedenis en de bouwhistorische kwaliteit van een monument of mogelijk toekomstig Monument.

12. Bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

13. Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

14. Omgevingsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 2

Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.

Hoofdstuk 2 GEMEENTELIJKE MONUMENTEN

Paragraaf 1

Artikel 3
  • 1 Burgemeester en wethouders kunnen, al dan niet op verzoek van belanghebbenden, een object aanwijzen als gemeentelijk monument en plaatsen op de gemeentelijke monumentenlijst.

  • 2 Burgemeester en wethouders besluiten over plaatsing van onroerende monumenten op de gemeentelijke monumentenlijst, nadat de monumentencommissie en de eigenaar zijn gehoord. In spoedeisende gevallen kunnen zij hiervan afwijken.

  • 3 Burgemeester en wethouders nemen met betrekking tot kerkelijke monumenten geen beslissing tot plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst dan na overleg met de eigenaar.

  • 4 Burgemeester en wethouders doen binnen twee maanden nadat de monumentencommissie is gehoord, schriftelijk mededeling van het besluit in lid 2 aan degenen die als eigenaren en anderszins zakelijk gerechtigden bekend staan, aan de ingeschreven hypothecaire schuldeisers en, indien om aanwijzing is verzocht, aan de verzoeker. Bij overschrijding van de termijn worden burgemeester en wethouders geacht niet tot plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst te hebben besloten.

  • 5 Burgemeester en wethouders maken de plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst op de in de gemeente gebruikelijke wijze bekend.

  • 6 De gemeentelijke monumentenlijst vermeldt: de plaatselijke aanduiding, de kadastrale aanduiding en een beschrijving en een waardering van elk gemeentelijk monument.

  • 7 Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve of op verzoek van belanghebbenden in de gemeentelijke monumentenlijst wijzigingen aanbrengen. Indien de wijziging naar het oordeel van Burgemeester en wethouders van ondergeschikte betekenis is of indien de wijziging betreft het doorhalen van de inschrijving van een monument dat is teniet gegaan, blijft overeenkomstige toepassing van artikel 3, leden 2 en 3 achterwege.

  • 8 Monumenten die zijn ingeschreven in het register als bedoeld in artikel 6 van de Monumentenwet of die zijn geplaatst op een lijst van monumenten, op grond van een monumentenverordening van de provincie Noord-Holland, wordt door Burgemeester en wethouders niet op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.

  • 9 Monumenten, die na plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst worden ingeschreven in het monumentenregister als bedoeld in artikel 6 van de Monumentenwet of die na plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst worden ingeschreven op een lijst van monumenten op grond van een monumentenverordening van de provincie Noord-Holland, worden geacht niet meer in de gemeentelijke monumentenlijst te zijn opgenomen.

Artikel 4

De gemeentelijke monumentenlijst ligt ter gemeentesecretarie voor eenieder ter inzage.

Paragraaf 2

Artikel 5
  • 1 Het is verboden een beschermd gemeentelijk monument te beschadigen, te vernielen of af te breken.

  • 2 Het is verboden zonder omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een handeling te verrichten als is beschreven in artikel 2.2, eerste lid, sub b van de Wet algemene bepalingen omgevingrecht.

Artikel 6

Een vergunning kan slecht worden geweigerd indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing houdt het bevoegd gezag rekening met het gebruik van het monument.

Artikel 7
  • 1 Het bevoegd gezag vraagt advies aan de monumentencommissie voordat het beslist op een aanvraag als bedoeld in artikel 5 van de verordening en op een aanvraag in het Rijksbeschermd dorpsgezicht.

  • 2 De monumentencommissie adviseert binnen 4 weken na het verzoek om advies van het bevoegd gezag.

Artikel 8

Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 5 van de verordening of een aanvraag in het Rijksbeschermd dorpsgezicht, wordt de omgevingsvergunning geweigerd indien:

het uiterlijk of de plaatsing van waarop de aanvraag betrekking heeft, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving in strijd is met het advies van de monumentencommissie. Tenzij het bevoegd gezag van oordeel is dat de aanvraag om omgevingsvergunning niettemin moet worden verleend.

 

Artikel 9
  • 1 Burgemeester en wethouders houden een openbaar register bij, waarin aantekening wordt gehouden van:

    a. Ingevolge artikel 6, lid 7 verleende vergunningen.

    b. Vergunningen die ingevolge artikel 6, lid 8 worden geacht te zijn verleend.

    c. Aanvragen waarvoor de vergunning is geweigerd.

  • 2 In het in het eerste lid bedoelde register worden voorts aangetekend

    a. De datum van de vergunning of het weigeringsbesluit.

    b. Het nummer van de vergunning.

    c. Het adres van het monument waarop de aanvraag betrekking heeft.

    d. De aard van de werkzaamheden.

    e. Naam van de aanvrager.

  • 3 Aantekeningen als bedoeld in het eerste en tweede lid vinden plaats binnen een week na de dag waarop:

    a. Een vergunning als bedoeld in het eerste lid, onder a, is verleend.

    b. Een vergunning als bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt geacht te zijn verleend.

    c. Een aanvraag voor een vergunning is geweigerd.

Artikel 10

Burgemeester en wethouders nemen met betrekking tot een kerkelijk monument geen beslissing ingevolge de bepalingen van artikel 5 dan in overeenstemming met de eigenaar, indien en voor zover het betreft een beslissing, waarbij wezenlijke belangen van de godsdienstoefening in dat monument in het geding zijn.

Artikel 11
  • 1 Het bevoegd gezag kan aan een vergunning voorschriften verbinden in het belang van de monumentenzorg.

  • 2 Met de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de ambtenaren, die zijn aangewezen als toezichthouder als bedoeld in artikel 5:11 van de Algemene Wet Bestuursrecht.

Hoofdstuk 3 MONUMENTENCOMMISSIE

Artikel 12

  • 1 De leden van de monumentencommissie wordt door het Burgemeester en wethouders benoemd.

  • 2 Burgemeester en wethouders stellen een instructie op, waarin de samenstelling, werkwijze en bevoegdheden van de monumentencommissie worden vastgesteld.

Hoofdstuk 4 GEMEENTELIJKE BESCHERMDE DORPSGEZICHTEN

Paragraaf 1

Artikel 13
  • 1 De gemeenteraad kan een dorpsgezicht aanwijzen als beschermd gemeentelijk stad- dorpsgezicht.

  • 2 Voordat de gemeenteraad over de aanwijzing een besluit neemt, vraagt het eerst advies aan de monumentencommissie.

  • 3 De aanwijzing kan geen dorpsgezicht betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 35 van de Monumentenwet 1988.

  • 4 De monumentencommissie adviseert binnen twaalf weken na de datum van ontvangst van het verzoek van de gemeenteraad.

  • 5 De gemeenteraad beslist binnen twintig weken na de datum van ontvangst van het advies van de monumentencommissie, maar in ieder geval

  • 6 Het bevoegd gezag registreert het beschermd gemeentelijk dorpsgezicht op de lijst van beschermde dorpsgezichten.

Paragraaf 2

Artikel 14
  • 1 In een door de gemeenteraad aangewezen beschermd dorpsgezicht is het verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag of in strijd met bij zodanige vergunning gesteld voorschriften:

    a. Bouwwerken te bouwen of te plaatsen;

    b. Bouwwerken geheel of gedeeltelijk af te breken, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;

    c. Bouwwerken te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze waardoor deze worden ontsierd of in gevaar gebracht; bomen te kappen of te planten.

  • 2 Op een vergunning als bedoeld in het vorige lid zijn de artikelen 6, 7 en 8 van deze verordening van overeenkomstige toepassing. Waar in artikel 6 lid 1 verwezen wordt naar ‘een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 5’, moet in dit verband gelezen worden ’een vergunning als bedoeld in artikel 13’.

Hoofdstuk 5 BESCHERMDE RIJKSMONUMENTEN

Artikel 15

  • 1 Het bevoegd gezag zendt onmiddellijk een afschrift van de aanvraag om vergunning voor een beschermd rijksmonument met de ingediende bezwaren aan de monumentencommissie na afloop van de termijn van 14 dagen, genoemd in artikel 12 lid 8, van de Monumentenwet 1988.

  • 2 De monumentencommissie adviseert schriftelijk over de aanvraag binnen twee maanden na de datum van verzending van het afschrift.

  • 3 Bij overschrijding van de in lid 2 genoemde termijn wordt de monumentencommissie geacht positief te hebben geadviseerd.

Hoofdstuk 6 SCHADEVERGOEDING

Artikel 16

  • 1 Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende ten gevolge van:

    a. De weigering van het bevoegd gezag een vergunning als bedoeld in de artikelen 5 en 13 te verlenen;

    b. Voorschriften door het bevoegd gezag verbonden aan een vergunning als bedoeld in de artikelen 5 en 13;

    schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kent het college hem op zijn aanvraag een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe.

  • 2 Voor de behandeling van aanvragen om schadevergoeding zijn artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de ‘Gemeentelijke procedureregeling planschade vergoeding 2005’ van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 7 STRAFBEPALINGEN

Artikel 17

  • 1 Hij, die handelt in strijd met artikel 5 of artikel 13 van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.

  • 2 Overtreding van artikel 5 van deze verordening kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

     

Hoofdstuk 8 SLOT-EN OVERGANGSBEPALINGEN

Artikel 18

  • 1 De opsporing van de in artikel 16 strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door het bevoegd gezag met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

  • 2 Zo dikwijls de zorg voor de naleving van deze verordening dit vereist wordt hierbij de last verstrekt al dan niet besloten ruimten en plaatsen, met uitzondering van woningen, desnoods tegen de wil van de rechthebbende, bewoner of gebruiker te betreden, aan hen die en voor zover zij door het bevoegd gezag belast zijn met het toezicht op de naleving van deze verordening.

Artikel 19

  • 1 Voor zover deze verordening betrekking heeft op gemeentelijke monumenten treedt zij in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van 6 weken na bekendmaking.

  • 2 Voor zover deze verordening betrekking heeft op beschermde rijksmonumenten treedt zij in werking overeenkomstig het bepaalde in artikel 15, lid 2, van de Monumentenwet 1988.

  • 3 De monumentenverordening, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 7 december 1988 vervalt voor zover het gemeentelijke monumenten betreft, op de datum waarop het eerste lid toepassing vindt; en voor zover het rijksmonumenten betreft op de datum waarop het tweede lid toepassing vindt.

  • 4 De monumentenlijst, vastgesteld op grond van de ingevolge het vorig lid vervallen verordening, wordt geacht ingevolge deze verordening te zijn vastgesteld.

  • 5 Verzoeken om vergunning als bedoeld in artikel 11 van de in lid 3 genoemde verordening die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening worden afgehandeld met inachtneming van artikel 12 van de in lid 3 genoemde verordening.

Artikel 20

Tot het moment dat de bestaande lijst van Gemeentelijke Monumenten is herzien, dient de aanduiding GM 3, in deze verordening te worden gelezen als zou er respectievelijk vermeld staan GBOO.

Artikel 21

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Monumentenverordening Graft-De Rijp 2012’.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Graft-De Rijp, gehouden op 10 mei 2012

 

de griffier                         de voorzitter

 

B.A.F.M. Meijland           H.R. Oosterop-van Leussen