Overheidsorganisatie | Gemeente Oostflakkee |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening commissie bezwaarschriften Oostflakkee 2009 |
Citeertitel | Verordening commissie bezwaarschriften Oostflakkee 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | commissie bezwaarschriften |
Regeling vervangt verordening behandeling bezwaar- en beroepsschriften van de gemeente Oostflakkee
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-01-2013 | 09-01-2013 | intrekking | 02-01-2013 Huis-aan-huiskrant Groot Goeree-Overflakkee, 08-01-2013 | Z 13-00341 | |
16-10-2009 | 09-01-2013 | nieuwe regeling | 24-09-2009 Ons Eiland, Eilandennieuws 15-10-2009 | 2009-XI-13 |
De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Oost-flakkee;
ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 8 september 2009 ;
gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;
In deze verordening wordt verstaan onder:
verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;
commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;
wet: Algemene wet bestuursrecht;
college: college van burgemeester en wethouder.
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.
De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften tegen besluiten:a. als bedoeld in artikel 1:3 of 8:1, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht betreffende aanstelling, ontslag, rechten en/of plichten voortvloeiend uit de arbeidsverhouding met een ambtenaar; b. inzake gemeentelijke belastingen en Wet waardering onroerende zaken.
De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste vier leden.
De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.
Het college kan een aantal plaatsvervangend leden benoemen.
De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.
De commissie kan kamers instellen, die belast worden met de behandeling van bezwaarschriften.
De commissie bepaalt het aantal kamers en stelt voor elke kamer vast welke categorie of catego-rieën bezwaarschriften door haar zullen worden behandeld.
Elke kamer bestaat uit ten minste drie leden, te weten:a een voorzitter overeenkomstig artikel 7:13 van de wet, zijnde de voorzitter of een van de leden van de commissie, uit haar midden aangewezen; b ten minste twee andere leden, door de commissie aangewezen uit haar midden.
De commissie wijst uit haar midden voor elk lid, een eerste en een tweede plaatsvervanger aan.
De kamer kan beslissen, dat de behandeling van een bezwaarschrift door de commissie zal geschieden.
Op de werkwijze van de kamers is het bepaalde in deze verordening zoveel mogelijk van overeen-komstige toepassing.
De secretaris van de commissie en haar kamers is een door het college aangewezen ambtenaar.
Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.
De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.
De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.
De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.
Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.
De bevoegdheden ingevolge de volgende artikelen uit de wet:- 2:1, tweede lid;- 6:6, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet, kan worden hersteld;- 6:17, voor zover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie;- 7:4, tweede lid en- 7:6, vierde lid worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.
De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.
Op verzoek van de voorzitter reageert het verwerend orgaan of zijn gemachtigde schriftelijk op het bezwaarschrift.
De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist.
De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebben-den en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.
De voorzitter beslist over de toepassing van de artikelen 7:3 van de wet.
Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit van het horen af te zien doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.
De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.
Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zit-ting te wijzigen.
De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zit-ting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.
De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste tot en met het derde lid.
Voor het houden van een zitting is vereist, dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaar-schrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
De zitting van de commissie is openbaar.
De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwe-zige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.
Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.
Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.
Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.
Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebben-den respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.
Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.
Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.
Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wense-lijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissiele-den dit onderzoek houden.
De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commis-sie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.
De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo´n verzoek.
Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.
a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaar-schrift.
Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.
Het advies wordt, onder meezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuurs-orgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.
Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.
De commissie doet jaarlijks verslag van haar werkzaamheden aan de raad, het college en de bur-gemeester In dit verslag wordt tenminste opgenomen:a. het aantal behandelde bezwaarschriften in het voorafgaande jaar;b. het aantal bezwaarschriften waarover door de commissie (gedeeltelijke) gegrondverklaring is geadviseerd;c. het aantal bezwaarschriften waarover door de commissie ongegrondverklaring is geadviseerd.
Het verslag dient vóór 1 mei van het jaar volgend op het verslagjaar te zijn ontvangen.
De “Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften van de gemeente Oostflakkee”, vastge-steld bij raadsbesluit van 16 mei 2002, wordt gelijktijdig met vaststelling van deze verordening ingetrokken.
Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na de datum van haar bekendmaking.
Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening commissie bezwaarschriften Oostflakkee 2009”.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oostflakkee, gehouden op 24 september 2009.
de wnd. voorzitter
de griffier