Overheidsorganisatie | Gemeente Eijsden |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden 2011 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Lokale lasten |
Deze verordening is vervangen door de verordning afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden-Margraten 2012, vastgesteld 20-12-2011.
Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2012 | intrekking | 20-12-2011 De Etalage, 21-12-2011 | 11IN005010 | |
29-12-2010 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 14-12-2010 De Etalage, 21-12-2010 | Onbekend. |
De Raad van de gemeente Eijsden;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op het advies van de raadscommissie Algemene zaken;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;
BESLUIT:
vast te stellen: Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden 2011
Krachtens deze verordening worden geheven:
een afvalstoffenheffing;
reinigingsrechten.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
kalenderweek: een aaneengesloten periode van zeven dagen, beginnende met een maandag en eindigende met een zondag.
huishoudelijk afval: afvalstoffen, afkomstig van particuliere huishoudens.
bedrijfsafval: afval, afkomstig van kantoren, winkels en diensten, gelegen in de woonkernen alsmede van agrarische bedrijven, scholen en verenigingen, dat naar aard, omvang en samenstelling gelijk is te stellen aan huishoudelijke afvalstoffen.
grof huishoudelijk afval: afvalstoffen, afkomstig van particuliere huishoudens, die door aard, omvang of hoeveelheid niet door de inzameldienst, als genoemd in hoofdstuk 5, periodiek worden ingezameld.
grof bedrijfsafval: afvalstoffen, met uitzondering van autowrakken, afkomstig van kantoren, winkels en diensten, gelegen binnen de kernen alsmede van agrarische bedrijven, scholen en verenigingen, die door aard, omvang of hoeveelheid niet periodiek worden ingezameld.
1. Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer (Stb. 1994, 80).
2. De Afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
Degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;
Ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
1. Met betrekking tot de belasting die per belastingtijdvak wordt geheven is het belastingtijdvak gelijk aan een kalenderkwartaal, aanvangende op 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober.
2. Het eerste belastingtijdvak gaat in op de datum van ingang van de heffing.
1. De belasting wordt geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel met inachtneming van de overige leden van dit artikel.
2. Voor de berekening van de belasting wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde volume-eenheid en gewichtseenheid als een volle eenheid aangemerkt met uitzondering van de gewichtseenheden genoemd in hoofdstuk 1 onder 1.2.1 en 1.2.2 en in hoofdstuk 3 onder 3.2.1 en 3.2.2.
3. Het gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen per perceel wordt aangemerkt als maatstaf van de heffing, genoemd in hoofdstuk 1, onderdeel 1.2.1 en 1.2.2 van de tarieventabel.
4. Het gewicht van de wekelijks ingezamelde afvalstoffen per inzamelbeurt per perceel wordt vastgesteld op het verschil van het gewicht van de betreffende container vóór lediging en het gewicht na lediging.
5. Voor de berekening van de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.2 van de tarieventabel wordt uitgegaan van de gewichten die zijn vastgesteld met behulp van de weegapparatuur op de wegende inzamelauto.
6. Indien tijdens enige inzamelbeurt door een calamiteit of door een technische storing van de wegende inzamelauto, of van de op de inzamelauto geplaatste containerweeg- of containerherkenning- of containerregistratie-apparatuur of van de middelen waarmee de gegevens van de geledigde container worden opgeslagen, van een aangeboden container geen automatische weging of herkenning of registratie of gegevensverwerking plaatsvindt, wordt voor de inzameling van de afvalstoffen per perceel voor alle betrokken percelen voor de betreffende inzamelbeurt een forfaitair gewicht per perceel vastgesteld overeenkomstig het gestelde in lid 7 en lid 8.
7. Het forfaitair gewicht per perceel als bedoeld in lid 6 wordt bepaald op het totaal over het voorafgaande belastingtijdvak bij het betreffende perceel vastgestelde gewicht van de overeenkomstige afvalstoffen gedeeld door het totaal aantal inzamelbeurten van de overeenkomstige afvalstoffen gedurende het voorafgaande belastingtijdvak.
8. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt of indien om andere redenen geen forfaitair gewicht als bedoeld in lid 6 kan worden vastgesteld, wordt het forfaitair gewicht bepaald op 7½ kilogram, voor het groente-, fruit- en tuinafval, danwel 7½ kilogram voor de overige afvalstoffen welke eens per twee weken worden ingezameld.
1. De belasting bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel wordt geheven bij wege van aanslag.
2. De belasting bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel wordt geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
1. De belasting als bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel is verschuldigd na afloop van het belastingtijdvak of zo dit eerder is na beëindiging van de belastingplicht
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel volle kalenderweken als er in dat belastingtijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, is de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel volle kalenderweken als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken zijn verstreken.
4. Het tweede en derde lid is niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel feitelijk in gebruik neemt.
5. De belastingplicht als bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel is verschuldigd bij aanvang van de dienstverlening of bij aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
1. De op grond van artikel 7, lid 1, verschuldigde belasting moet worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
2. De op grond van artikel 7, lid 2, verschuldigde belasting moet worden betaald:
ingeval van uitreiking van een kennisgeving: op het tijdstip van de kennisgeving;
ingeval van toezending van de kennisgeving: binnen een maand na de dagtekening.
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel met inachtneming van de overige leden van dit artikel.
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
3. Het gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen per bedrijfspand wordt aangemerkt als maatstaf van de heffing genoemd in hoofdstuk 3, onderdeel 3.2.1 en 3.2.2 van de tarieventabel.
4. De vaststelling van het totaal per belastingtijdvak ingezamelde gewicht van de afvalstoffen van een bedrijfspand vindt plaats door een optelling van de gewichten van het periodiek ingezamelde groente-, fruit- en tuinafval en een optelling van het periodiek ingezamelde restafval van dit bedrijfspand in het betreffende belastingtijdvak. Het gewicht van de wekelijks ingezamelde afvalstoffen per inzamelbeurt per bedrijfspand wordt vastgesteld op het verschil van het gewicht van de betreffende container vóór lediging en het gewicht na de lediging.
5. Voor de berekening van de rechten als bedoeld in hoofdstuk 3, onderdeel 3.2 van de tarieventabel wordt uitgegaan van de gewichten die zijn vastgesteld met behulp van de weegapparatuur op de wegende inzamelauto.
6. Indien tijdens enige inzamelbeurt door een calamiteit of door een technische storing van de wegende inzamelauto, of van de op de inzamelauto geplaatste containerweeg- of contianerherkennings- of containerregistratie-apparatuur of van de middelen waarmee de gegevens van de geledigde container worden opgeslagen, van een aangeboden container geen automatische weging of herkenning of registratie of gegevensverwerking plaatsvindt, wordt voor de inzameling van de afvalstoffen per bedrijfspand voor alle betrokken bedrijfspanden voor de betreffende inzamelbeurt een forfaitair gewicht per bedrijfspand vastgesteld overeenkomstig het gestelde in lid 7 en lid 8.
7. Het forfaitaire gewicht per bedrijfspand als bedoeld in lid 6 wordt bepaald op het totaal over het voorafgaande belastingtijdvak bij het betreffende bedrijfspand vastgestelde gewicht van de overeenkomstige afvalstoffen gedeeld door het totale aantal inzamelbeurten van de overeenkomstige afvalstoffen gedurende het voorafgaande belastingtijdvak.
8. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt of indien om andere redenen geen forfaitair gewicht als bedoeld in lid 6 kan worden vastgesteld, wordt het forfaitaire gewicht bepaald op 7½ kilogram, voor het groente-, fruit- en tuinafval, danwel op 7½ kilogram voor de overige afvalstoffen welke eens per twee weken worden ingezameld.
1. Met betrekking tot de rechten die per belastingtijdvak worden geheven is het belastingtijdvak gelijk aan een kalenderkwartaal, aanvangende op 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober.
2. Het eerste belastingtijdvak gaat in op de datum van ingang van de heffing.
1. De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel worden geheven bij wege van aanslag.
2. De rechten bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
1. De rechten als bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel zijn verschuldigd na afloop van het belastingtijdvak of zo dit eerder is na beëindiging van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de rechten als bedoeld in hoofdstuk 3, onderdeel 3.1. van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel volle kalenderweken overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, zijn de rechten als bedoeld in hoofdstuk 3, onderdeel 3.1. van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel volle kalenderweken als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken zijn verstreken.
4. Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar weer gebruik maakt van de dienst.
De rechten als bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van bezittingen, werken of inrichtingen.
1. De op grond van artikel 14, eerste lid verschuldigde rechten moeten worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
2. De op grond van artikel 14, tweede lid, geheven rechten moeten worden betaald:
ingeval van uitreiking van de kennisgeving: op het tijdstip van de kennisgeving;
ingeval van toezending van de kennisgeving: binnen een maand na de dagtekening.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing en reinigingsrechten.
1. De “Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden 2010” vastgesteld bij raadsbesluit van 3 november 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.
4. Deze verordening wordt aangehaald als Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Eijsden 2011.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 14 december 2010.
J.G.C.A. Lahaye M.H.E. Pelzer
Griffier Voorzitter
De bedragen in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd zijn.
1.1 | De belasting per perceel, per belastingtijdvak bedraagt | € | 36,88 |
1.2 | Onverminderd het bepaalde in 1.1 bedraagt de belasting voor: | ||
1.2.1 | groente-, fruit- en tuinafval dat tweewekelijks in een (mini) rolcontainer en/ of keukenemmer wordt ingezameld, per kilogram | € | 0,20 |
1.2.2 | restafval dat tweewekelijks in een (mini) rolcontainer en/ of keukenemmer wordt ingezameld, per kilogram | € | 0,20 |
2.1 | De belasting voor het op verzoek ophalen van grof huishoudelijk afval bedraagt, onverminderd het bepaalde in artikel 2.1. € 15,00 per aangeboden eenheid, uit te drukken in stuks voor zover betrekking hebbend op volumineuze stoffen, zoals een koelkast of een tv-toestel en in alle andere gevallen uit te drukken in m³ of een gedeelte hiervan, voor: | ||
2.1.1 | groente-, fruit- en tuinafval, per zak met een inhoud van: | ||
50 liter (max. 6 kg) | € | 1,50 | |
100 liter (max. 12 kg) | € | 3,00 | |
2.1.2 | restafval, per zak met een inhoud van | ||
50 liter (max. 6 kg) | € | 1,50 | |
100 liter (max. 12 kg) | € | 3,00 | |
2.1.3 | grof huishoudelijk afval, zijnde schoon bouwpuin, maximaal 2 m³ | Gratis | |
2.1.4 | grof huishoudelijk afval, zijnde autobanden, maximaal 4 stuks | Gratis | |
2.1.5 | grof huishoudelijk afval, zijnde hout, maximaal 2 m³ | Gratis | |
2.1.6 | grof huishoudelijk afval, zijnde grofvuil, per m³ | € | 20,00 |
2.1.7 | grof huishoudelijk afval, zijnde niet vervuilde grond, maximaal 2 m³ | Gratis |
3.1 | Het recht per bedrijfspand, per belastingtijdvak bedraagt voor het periodiek verwijderen van bedrijfsafval | € | 36,88 |
3.2 | De rechten bedragen onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 3.1 voor: | ||
3.2.1 | groente-, fruit- en tuinafval dat tweewekelijks in een (mini)rolcontainer wordt ingezameld, per kilogram | € | 0,20 |
3.2.2 | restafval dat tweewekelijks in een (mini) rolcontainer wordt ingezameld, per kilogram | € | 00,20 |
4.1 | De belasting voor het op verzoek ophalen van grof huishoudelijk afval bedraagt, onverminderd het bepaalde in artikel 2.1. € 15,00 per aangeboden eenheid, uit te drukken in stuks voor zover betrekking hebbend op volumineuze stoffen, zoals een koelkast of een tv-toestel en in alle andere gevallen uit te drukken in m³ of een gedeelte hiervan, voor: | |||
4.1.1 | Groente-, fruit- en tuinafval, per zak met een inhoud van: | |||
50 liter (maximaal 6 kg) | € | 1,50 | ||
100 liter (maximaal 12 kg) | € | 3,00 | ||
4.1.2 | Restafval, per zak met een inhoud van: | |||
50 liter (maximaal 6 kg) | € | 1,50 | ||
100 liter (maximaal 12 kg) | € | 3,00 | ||
4.1.3 | Grof bedrijfsafval, schoon bouwpuin | Maximaal 2 m³ | Gratis | |
4.1.4 | Grof bedrijfsafval, autobanden | Maximaal 4 stuks | Gratis | |
4.1.5 | Grof bedrijfsafval, hout | Maximaal 2 m³ | Gratis | |
4.1.6 | Grof bedrijfsafval, grofvuil | per m³ | € | 20,00 |
4.1.7 | Grof bedrijfsafval, niet vervuilde grond | Maximaal 2 m³ | Gratis |
5.1 | Onverminderd het bepaalde in de hoofdstukken 1 tot en met 4 bedraagt de belasting voor het achterlaten van grove huishoudelijke afvalstoffen op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats: | ||||
5.1.1 Tarievenlijst | |||||
Wit- en bruingoed | Gratis | ||||
Glazen potten en flessen, wit en gekleurd | Gratis | ||||
Vlakglas, schoon | Gratis | ||||
Metaal | Gratis | ||||
Textiel | Gratis | ||||
Papier en karton | Gratis | ||||
Kunststof flacons / PET-flessen | Gratis | ||||
Drankkartons | Gratis | ||||
Grof tuinafval | Maximaal 2 m³ | Gratis | |||
Kca | Gratis | ||||
Afgewerkte olie | Maximaal 5 liter | Gratis | |||
Meer dan 5 liter via erkend verwerker | |||||
Asbest | Maximaal 6 m² (niet locatie Noorderbrug) | Gratis | |||
Rode en witte restafvalzak | gesloten | Maximaal 3 kg | zak 25 liter | Gratis | |
Maximaal 6 kg | zak 50 liter | Gratis | |||
Autobanden zonder velg | Maximaal 4 per keer | Gratis | |||
GFT | Maximaal 6 kg | zak 50 liter | € | 1,50 | |
Maximaal 12 kg | zak 100 liter | € | 3,00 | ||
Restafvalzak | Maximaal 6 kg | zak 50 liter | € | 1,50 | |
Maximaal 12 kg | zak 100 liter | € | 3,00 | ||
Grof huishoudelijk afval | Maximaal 2 m³ | per m³ | € | 20,00 | |
Bouw en sloopafval | hout | Maximaal 2 m³ | Gratis | ||
puin schoon | Maximaal 2 m³ | Gratis | |||
puin vervuild | via verwerker of breker | ||||
Autobanden met velg | Maximaal 4 per keer | Gratis | |||
Grond schoon | Maximaal 2 m³ | Gratis | |||
grond vervuild | Via Grondbank Limburg | ||||
Dakleer | Maximaal 0,5 m³ | per 0,5 m³ | € | 10,00 | |
Kringloopgoederen niet meer bruikbaar | Stukstarief of via kringloopstructuur |
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Eijsden op 14 december 2010.
J.G.C.A. Lahaye M.H.E. Pelzer
Griffier Voorzitter