Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Boarnsterhim

Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Boarnsterhim
Officiële naam regelingVerordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand
CiteertitelVerordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De raad van de gemeente Súdwest-Fryslân heeft op 19 december 2013 besloten deze verordening vervallen te verklaren voor zover deze verordening ziet op het grondgebied van de gemeente Boarnsterhim dat vanaf 1 januari 2014 deel gaat uitmaken van de gemeente Súdwest Fryslân. De raad van de gemeente Leeuwarden heeft op 6 januari 2014 besloten deze verordening vervallen te verklaren voor zover deze verordening ziet op het grondgebied van de voormalige gemeente Boarnsterhim dat vanaf 1 januari 2014 deel is gaan uitmaken van de nieuwe gemeente Leeuwarden.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand, art. 47

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200501-01-2014nieuwe regeling

14-12-2004

Op 'e hichte van 28 december 2004

nr. 16

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

De raad van de gemeente Boarnsterhim;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 9 november 2004;

gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand (WWB),

overwegende dat het noodzakelijk is om regels op te stellen voor de wijze waarop personen, bedoeld in artikel 7 eerste lid van de WWB, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WWB;

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende:

"Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand".

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. de cliëntenraad: de cliëntenraad Sociale Zaken van de gemeente Boarnsterhim;

b. de gemeenteraad: de gemeenteraad van de gemeente Boarnsterhim;

c. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boarnsterhim;

d. de afdeling: de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Boarnsterhim; e. het hoofd: het hoofd van de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Boarnsterhim.

Hoofdstuk 2 Doel, samenstelling en werkwijze

Artikel 2

  • 1. Het doel van de cliëntenraad is het behartigen van de algemene belangen van personen die aanspraak kunnen maken op een uitkering of verstrekking van de afdeling of op wie anderszins het gemeentelijk minimabeleid van toepassing is.

  • 2. De cliëntenraad heeft als taak gevraagd en ongevraagd te adviseren over uitvoerings- en beleidszaken die genomen (gaan) worden binnen de afdeling.

  • 3. De cliëntenraad is niet bevoegd te adviseren over klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben. De cliëntenraad is wel bevoegd de hiervoor gehanteerde procedures, regelingen en alle met individuele gevallen verband houdende zaken met een algemeen karakter te behandelen.

Artikel 3

  • 1. De cliëntenraad bestaat uit minimaal 5 en maximaal 10 leden en wordt samengesteld uit vertegenwoordigers uit de groep uitkeringsgerechtigden alsmede uit vertegenwoordigers van organisaties die raakvlakken hebben met de groep uitkeringsgerechtigden.

  • 2. Op voorstel van de cliëntenraad en na overleg met de afdeling worden nieuwe leden voor benoeming voorgedragen bij het college.

  • 3. De te benoemen leden moeten behoren tot de groep uitkeringsgerechtigden van de gemeente Boarnsterhim of actieve betrokkenheid hebben bij deze groep.

Artikel 4

  • 1. Het lidmaatschap van de cliëntenraad eindigt:

    a. op eigen verzoek door schriftelijke opzegging;

    b. indien het lid de hoedanigheid op grond waarvan hij/zij in de cliëntenraad zitting heeft verliest. Het lid mag daarna nog maximaal een jaar deel uitmaken van de cliëntenraad.

  • 2. De leden van de cliëntenraad worden voor een periode van vier jaar benoemd en kunnen voor een periode van maximaal vier jaar worden herbenoemd.

Artikel 5

  • 1. De cliëntenraad kiest uit zijn midden een voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, secretaris, plaatsvervangend secretaris en een penningmeester.

  • 2. Tot de taken van de voorzitter behoren:

    * het bijeenroepen van de cliëntenraad;

    * het vaststellen van de agenda van de vergadering;

    * het leiden van de vergaderingen;

    * zorgdragen voor het vergaderproces;

    * het peilen van meningen en houden van stemmingen;

    * het vertegenwoordigen van de cliëntenraad naar buiten;

    * het ondertekenen van namens de cliëntenraad uitgaande brieven.

  • 3. De secretaris heeft de volgende taken:

    * de verslaglegging van de vergadering;

    * het mede ondertekenen van de cliëntenraad uitgaande brieven;

    * het laten vastleggen van adviezen;

    * de verzorging en het beheren van het archief;

    * het voeren van de correspondentie namens de cliëntenraad;

    * het verspreiden van de agenda en de bijbehorende stukken.

  • 4. Tot de taken van de penningmeester horen:

    * het beheren van het budget;

    * het maken van een begroting en een financieel jaarverslag.

Artikel 6

  • 1. De cliëntenraad vergadert tenminste viermaal per jaar of zoveel meer als de voorzitter of tenminste twee leden dat noodzakelijk achten. Bovendien vindt er minimaal twee keer per jaar een overleg plaats tussen de cliëntenraad enerzijds en de wethouder en het hoofd van de afdeling Sociale Zaken. De agenda van dit overleg wordt gezamenlijk vastgesteld.

  • 2. De gemeente voorziet de cliëntenraad na overleg van een budget en vergaderruimte en andere faciliteiten welke nodig zijn om haar werk te kunnen doen.

  • 3. Het budget van de cliëntenraad wordt structureel in de gemeentebegroting opgenomen. De hoogte van dit budget wordt vastgesteld aan de hand van een gefundeerde raming die totstandkomt in overleg tussen cliëntenraad en gemeente. Uit dit budget kan ook een onkostenvergoeding voor de leden worden betaald alsmede externe ondersteuning.

  • 4. De vergaderingen van de cliëntenraad zijn openbaar.

  • 5. Indien gewichtige redenen daartoe aanleiding geven kan de cliëntenraad besluiten in beslotenheid te vergaderen.

  • 6. Indien bij een vergadering de meerderheid van het aantal leden ter zitting niet aanwezig is, gaat de vergadering wel door maar worden er geen besluiten genomen.

Artikel 7

  • 1. De agenda en bijbehorende stukken worden tenminste tien dagen voor de vergadering aan de leden en aan degene die de cliëntenraad ambtelijke ondersteuning geeft toegezonden.

  • 2. De afdeling sociale zaken is mede verantwoordelijk voor het opstellen van de agenda.

  • 3. De afdeling kan en waar nodig moet relevante stukken en andere zaken welke van belang zijn, agenderen na overleg met de voorzitter.

  • 4. Wenst één van de leden plaatsing van een onderwerp op de agenda dan moet deze dat met inachtneming van het bepaalde in lid 1 tijdig aan de voorzitter en/of secretaris bekend maken.

  • 5. Er kan voor alle betrokkenen een plicht tot geheimhouding gelden voor de stukken en eventuele informatie die tijdens de vergadering wordt behandeld. Dit wordt zoveel mogelijk van tevoren aangegeven.

Artikel 8

  • 1. Er kan voor alle betrokkenen een plicht tot geheimhouding gelden voor de stukken en eventuele informatie die tijdens de vergadering wordt behandeld. Dit wordt zoveel mogelijk van tevoren aangegeven.

  • 2. Een advies van de cliëntenraad wordt met meerderheid van stemmen van de aanwezige leden uitgebracht en wordt schriftelijk vastgelegd. Desgewenst worden minderheidsstandpunten in het advies vermeld.

  • 3. De adviezen van de cliëntenraad worden uitgebracht aan of het hoofd, het college of de gemeenteraad.

  • 4. Het hoofd deelt zijn standpunt of het standpunt van het college of de gemeenteraad over de uitgebrachte adviezen mee aan de cliëntenraad.

  • 5. Afhankelijk van de aard van het onderwerp worden de adviezen van de cliëntenraad met de reactie van het college dan wel het hoofd, aan de betreffende raadscommissie voorgelegd.

Artikel 9

De cliëntenraad brengt een jaarverslag uit over de verrichtte  werkzaamheden alsmede een financiële verantwoording. Dit verslag wordt naar het college toegestuurd.

Artikel 10

Het staat de cliëntenraad vrij zich regionaal en landelijk aan te sluiten bij verwante samenwerkingsverbanden.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 11

  • 1. Deze verordening kan aangehaald worden als de verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en Bijstand.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

  • 3. Het college van burgemeester en wethouders is belast met de uitvoering van het bepaalde in deze verordening.

  • 4. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het college, de cliëntenraad gehoord.

Ondertekening

Grou, 14 december 2004

De raad voornoemd,

de griffier, M. Frensel

de voorzitter, Y. Dijkstra