Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Spijkenisse

Regeling Wmo adviesraad Spijkenisse

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Spijkenisse
Officiële naam regelingRegeling Wmo adviesraad Spijkenisse
CiteertitelRegeling Wmo adviesraad Spijkenisse
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

1. De datum van inwerkingtreding van deze regeling is bij benadering ingevuld

2. Deze regeling vervangt de Regeling Adviesraad Wmo Spijkenisse (besluit van 24-07-2007)

3. Deze regeling is vervallen van rechtswege, op grond van artikel 31 van de Wet algemene regels herindeling, en daarnaast door intrekking van de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Inspraakverordening Spijkenisse, waarop de regeling mede is gebaseerd

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 84
  2. Wet maatschappelijke ondersteuning, art. 11
  3. Inspraakverordening Spijkenisse, art. 2 en art. 4, lid 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-06-200901-01-2015nieuwe regeling

19-05-2009

Onbekend

IWIBP

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling Wmo adviesraad Spijkenisse 2009

Inhoudsopgave

Titel 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Titel 2 De Wmo adviesraad

Artikel 2 Adviesraad

Artikel 3 Taak en doel Wmo adviesraad

Artikel 4 Samenstelling Wmo adviesraad

Artikel 5 Taken en bevoegdheden Wmo adviesraad

Artikel 6 Vergaderingen Wmo adviesraad

Titel 3 Benoemingen binnen de adviesraad Wmo

Artikel 7 Leden

Artikel 8 Voorzitter

Artikel 9 Vice-voorzitter

Artikel 10 Ambtelijk secretaris

Artikel 11 Informatieverzameling

Artikel 12 Rechten en Verplichtingen

Titel 4 Overleg portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning

Artikel 13 Overleg portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning

Titel 5 Facilitering en vergoedingen

Artikel 14 Middelen

Titel 6 Slotbepalingen

Artikel 15 Citeertitel en inwerkingtreding

Het college van burgemeester en wethouders van Spijkenisse;

overwegende dat het wenselijk is ten behoeve van de Wet maatschappelijke ondersteuning te beschikken over een adviesraad en dat artikel 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning bepaalt dat alvorens een voordracht tot vaststelling van het Wmo beleidsplan aan de gemeenteraad wordt gedaan, het college van burgemeester en wethouders over het ontwerpplan advies vraagt aan de gezamenlijke vertegenwoordigers van representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning,

gelet op artikel 84 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de Regeling Wmo adviesraad Spijkenisse

Titel 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

  • 1.

    Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning;

  • 2.

    Wmo adviesraad: de Wmo adviesraad van de gemeente Spijkenisse, zoals bedoeld in artikel 2 van deze regeling;

  • 3.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Spijkenisse;

  • 4.

    belangenorganisatie: representatieve organisatie van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning die de belangen behartigt van groepen mensen in Spijkenisse;

  • 5.

    intermediair: vertegenwoordiger van een belangenorganisatie in de adviesraad Wmo;

  • 6.

    compensatiebeginsel: de opdracht aan het gemeentebestuur om door het treffen van voorzieningen, personen met aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek een gelijkwaardige uitgangspositie te verschaffen zodat zij zelfredzaam zijn en in staat tot maatschappelijke participatie.

Titel 2 De Wmo adviesraad

Artikel 2 Adviesraad

Ingesteld wordt een raad van advies aan het college als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet, zijnde de Wmo adviesraad. Met het oprichten van de Wmo adviesraad voldoet het college tevens aan de verplichting uit artikel 12 Wmo.

Artikel 3 Taak en doel Wmo adviesraad

De Wmo Adviesraad heeft als primaire taak om vanuit het perspectief van gebruikers van Wmo-voorzieningen, kwetsbare burgers en inwoners van Spijkenisse, het college van B&W gevraagd en ongevraagd te adviseren over het gemeentelijke Wmo-beleid en de daaruit voortvloeiende activiteiten die door of onder regie van de Gemeente worden uitgevoerd. Met als doel het ondersteuningsaanbod van de Wmo optimaal te laten aansluiten bij de behoeften van kwetsbare burgers in Spijkenisse.

Artikel 4 Samenstelling Wmo adviesraad

  • 1. De Wmo adviesraad bestaat uit maximaal 12 stemgerechtigde leden.

  • 2. Ieder lid heeft een vaste vervanger, die bij afwezigheid van het lid deelneemt aan de vergadering.

  • 3. De leden vormen gezamenlijk een afspiegeling van de verschillende belangenorganisaties op de volgende terreinen:

    • a.

      wijk- en bewonersverenigingen;

    • b.

      mantelzorgers;

    • c.

      minderheden;

    • d.

      vrijwilligers en Civil Society;

    • e.

      chronisch zieken en mensen met een beperking;

    • f.

      ouderen;

    • g.

      mensen met een verstandelijke beperking;

    • h.

      GGZ, verslavingsbeleid en maatschappelijke opvang;

    • i.

      opvoeden en opgroeien.

  • 4. De Wmo adviesraad wordt voorgezeten door een voorzitter, die geen lid is van of werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur van Spijkenisse. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt de Wmo adviesraad voorgezeten door de vice-voorzitter, die geen lid is van of werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur van Spijkenisse.

Artikel 5 Taken en bevoegdheden Wmo adviesraad

  • 1. De Wmo adviesraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd een niet-bindend advies te geven aan het college over de volgende prestatievelden waarop de gemeente Spijkenisse, in het kader van de Wmo, actief beleid moet voeren:

    • a.

      het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten;

    • b.

      op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden;

    • c.

      het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning;

    • d.

      het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers;

    • e.

      het bevorderen van deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem;

    • f.

      het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer;

    • g.

      het bieden van maatschappelijke opvang, vrouwenopvang, advies- en steunpunten huiselijk geweld;

    • h.

      het voeren van het ambulante verslavingsbeleid;

    • i.

      openbare geestelijke gezondheidszorg.

  • 2. Ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde adviezen geldt:

    • a.

      adviezen van de Wmo adviesraad worden door de secretaris op schrift gesteld en ondertekend door de voorzitter en de secretaris;

    • b.

      gevraagde advisering van de Wmo adviesraad is gericht aan de vrager;

    • c.

      ongevraagde advisering van de Wmo adviesraad is gericht aan het college.

  • 3. De Wmo adviesraad adviseert het college over het beleidsplan Wmo.

  • 4. De afzonderlijke leden van de Wmo adviesraad hebben als voornaamste taak het leveren van input voor de beleidsvorming op grond van de Wmo.

  • 5. De Wmo Adviesraad en het college leveren een actieve bijdrage aan een vlotte voortgang van het beleidsproces, met inachtneming van de kwaliteit van het proces en van het eindproduct. Als het college advies vraagt aan de Wmo Adviesraad dan wordt het advies op een zodanig tijdstip gevraagd dat het daadwerkelijk van invloed kan zijn op de inhoud van de betreffende documenten en/of besluiten.

  • 6. Als de Wmo Adviesraad advies uitbrengt, dan spant de Wmo Adviesraad zich in om het advies zo snel als redelijkerwijs mogelijk is aan te leveren, om zo de doorlooptijd van het beleidsproces te beperken.

  • 7. De Wmo Adviesraad adviseert over beleidsaangelegenheden. Adviezen kunnen betrekking hebben op verschillende strategische niveaus (zie lid 1 van dit artikel). De Wmo Adviesraad adviseert niet over individuele gevallen.

  • 8. Het college kan afwijken van het advies van de Wmo Adviesraad. Als de gemeente afwijkt van het advies, wordt de Wmo Adviesraad schriftelijk op de hoogte gesteld van het feit dat het college het advies niet overneemt. In dit schrijven wordt het afwijken van het advies gemotiveerd.

  • 9. De Wmo adviesraad is niet bevoegd om:

    • a.

      uitspraken te doen over individuele personen, tenzij het onderwerpen betreft met een algemeen karakter;

    • b.

      uitspraken te doen over medewerkers van de gemeente Spijkenisse, tenzij het zaken betreft met een algemeen karakter;

    • c.

      te adviseren over onderdelen van bovengenoemde prestatievelden, die door andere overheden of instanties dan de gemeente worden ingevuld en/of uitgevoerd;

    • d.

      te adviseren over de verplichte uitvoering door de gemeentelijke organen van wettelijke voorschriften, voor zover bij deze uitvoering geen ruimte voor eigen gemeentelijk beleid is gelaten.

Artikel 6 Vergaderingen Wmo adviesraad

  • 1. De vergaderingen van de Wmo adviesraad zijn openbaar, tenzij de vertrouwelijkheid van de vergaderstukken dit niet toestaat.

  • 2. Het college doet de Wmo Adviesraad minimaal twee weken voorafgaand aan de Wmo adviesraadvergadering stukken toekomen voor advisering van het college voor diens besluitvorming. Zo is het voor de Wmo Adviesraad mogelijk om goede notitie van de stukken te nemen om een zo gedegen mogelijk advies te kunnen geven.

  • 3. Adviesstukken ten behoeve van het college worden door de ambtelijk secretaris per post én per e-mail verspreid. Zendingen van minder dan 10 pagina’s worden uitsluitend verspreid per e-mail. Ieder lid van de Wmo Adviesraad kan verzoeken om zendingen van minder dan 10 pagina’s ook per post te ontvangen. Aan een dergelijk verzoek zal gehoor worden geven.

  • 4. Algemene vergaderstukken worden per post én per e-mail verspreid.

Titel 3 Benoemingen binnen de adviesraad Wmo

Artikel 7 Leden

  • 1. De leden van de Wmo adviesraad en hun vaste vervanger worden voorgedragen vanuit een belangenorganisatie. De voordracht is ter bevestiging van de deskundigheid binnen een bepaalde doelgroep. De voorgedragen leden worden benoemd door het college. Voorafgaand aan de benoeming vindt een sollicitatieprocedure plaats onder leiding van de voorzitter en de vice-voorzitter van de adviesraad Wmo.

  • 2. De zittingsduur van de leden bedraagt vier jaar.

  • 3. Leden zijn één keer herbenoembaar met dien verstande dat nooit meer dan drievierde van de zittende leden gelijktijdig kan aftreden. Het college kan bij herbenoeming een kortere zittingsduur hanteren dan vier jaar.

  • 4. Bij de herbenoeming van de leden van de Wmo adviesraad wordt een rooster van aftreden opgesteld waarbij na het vierde jaar elk jaar één vierde deel van de herbenoemde leden aftredend is.

  • 5. Het lidmaatschap van leden eindigt:

    • a.

      wanneer het bestuur van de betrokken belangenorganisatie aan het college schriftelijk aangeeft dermate ontevreden te zijn over het functioneren van het voorgedragen lid, dat correcte vertegenwoordiging van de bepaalde doelgroep in de Wmo adviesraad onmogelijk is geworden en waarna het college hier een beslissing over neemt;

    • b.

      op verzoek van het lid;

    • c.

      na beëindiging van de zittingsduur;

    • d.

      indien het college hiertoe op grond van zwaarwegende redenen besluit. Een dergelijk besluit wordt door het college schriftelijk gemotiveerd.

  • 6. Met inachtneming van het bepaalde in lid 1, wordt bij aftreden van een lid een nieuwe kandidaat voorgedragen vanuit een bestaande belangenorganisatie.

  • 7. De leden van de Wmo Adviesraad vertegenwoordigen geen eigen achterban, maar hebben zitting in de Wmo Adviesraad op persoonlijke titel, dus zonder last of ruggespraak. De leden zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het integraal adviseren op alle deelterreinen van de Wmo, voor alle doelgroepen.

Artikel 8 Voorzitter

De voorzitter van de Wmo adviesraad wordt volgens een openbare sollicitatieprocedure en vooraf opgesteld profiel geworven. Wanneer de aspirant voorzitter aan het profiel voldoet vindt een sollicitatieprocedure plaats onder leiding van de aftredende voorzitter en/of vice-voorzitter, de secretaris, de verantwoordelijk beleidsmedewerker en het afdelingshoofd van de afdeling waar de Wmo adviesraad onder valt.

  • 1.

    De kandidaat voorzitter van de Wmo adviesraad wordt voorgedragen aan de Wmo adviesraad en wordt met diens goedkeuring voorgedragen aan het college voor benoeming tot voorzitter.

  • 2.

    De voorzitter wordt voor twee jaar benoemd. Hij is maximaal twee keer opnieuw benoembaar. De Wmo adviesraad adviseert over de herbenoeming van de voorzitter.

  • 3.

    Het college kan gedurende de zittingsperiode besluiten de voorzitter uit diens functie te ontheffen, wanneer deze naar de mening van de Wmo adviesraad en het college onvoldoende functioneert. Een besluit tot ontheffing uit de functie vindt niet plaats dan nadat de voorzitter is gehoord.

Artikel 9 Vice-voorzitter

  • 1. De Wmo adviesraad draagt één van de leden voor als vice-voorzitter. De vice-voorzitter wordt benoemd door het college.

  • 2. Tijdens de uitoefening van de rol van vice-voorzitter heeft het betreffende lid geen stemrecht.

  • 3. Lid 2 en lid 3 van artikel 7 zijn van toepassing op de vice-voorzitter.

Artikel 10 Ambtelijk secretaris

De ambtelijk secretaris, een ambtenaar van de gemeente Spijkenisse, wordt door het college aan de Wmo adviesraad toegewezen voor ambtelijke ondersteuning. De ambtelijk secretaris is geen lid van de Wmo adviesraad.

Artikel 11 Informatieverzameling

  • 1. Het college verstrekt de Wmo Adviesraad actief de informatie die nodig is voor het naar behoren kunnen functioneren van de Wmo Adviesraad. Het betreft hier informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om relevante ontwikkelingen te kunnen volgen.

  • 2. De Wmo Adviesraad kan het college vragen om informatie te verstrekken die aanvullend is op de reeds actief door het college verstrekte informatie als bedoeld in lid 1 van dit artikel en die relevant is voor de uitoefening van de taken van de Wmo Adviesraad. Het college is gehouden gevraagde, voor de Wmo Adviesraad relevante informatie, te verstrekken.

  • 3. Naast de informatie die van het college wordt ontvangen, verzamelt de Wmo Adviesraad voor een adequate uitoefening van haar taak informatie ‘in het veld’. De Wmo Adviesraad ontwikkelt en onderhoudt daartoe zelf een informatienetwerk met belanghebbenden, belangenbehartigers en andere relevante personen en organisaties. De wijze waarop dit contact met de achterban wordt vormgegeven, bepaalt de Wmo Adviesraad zelf.

  • 4. De Wmo Adviesraad stelt na afloop van ieder kalenderjaar een verslag op met een weergave van de uitgevoerde werkzaamheden in het betreffende kalenderjaar. Het jaarverslag is openbaar. Het jaarverslag verschijnt uiterlijk in juni van het jaar volgend op het kalenderjaar waar het verslag betrekking op heeft.

Artikel 12 Rechten en Verplichtingen

  • 1. De Wmo adviesraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. De voorzitter heeft als taak:

    • a.

      het opstellen van de agenda, het bepalen van datum en tijdstip van de vergadering, het leiden van de vergadering, het namens de Wmo Adviesraad uitbrengen van adviezen, het zorgdragen voor een goede afhandeling van deze adviezen en het vertegenwoordigen van de Wmo Adviesraad naar buiten;

    • b.

      verplicht zich de taak als voorzitter serieus te nemen en naar behoren uit te oefenen.

  • 3. De secretaris heeft als taak:

    • a.

      het administratief ondersteunen van de Wmo adviesraad, opdat die zijn taak op een goede wijze kan uitvoeren. Concreet betekent dit het mede opstellen en tijdig verzenden van de agenda en bijbehorende informatie, het maken van een verslag van de adviesraadvergadering en het (mede) verzorgen van de afhandeling van de uitgebrachte adviezen. De secretaris stelt de adviezen van de Wmo Adviesraad op schrift en biedt ze aan het college aan.

    • b.

      verplicht zich de taak als secretaris serieus te nemen en naar behoren uit te oefenen.

Titel 4 Overleg portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning

Artikel 13 Overleg portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning

Eén keer in de drie maanden vindt overleg plaats tussen de portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning en de voorzitter van de adviesraad Wmo. Indien gewenst wordt dit overleg bijgewoond door de ondersteunende beleidsmedewerker van de gemeente Spijkenisse.

Titel 5 Facilitering en vergoedingen

Artikel 14 Middelen

  • 1. Het college stelt jaarlijks een budget ter beschikking van de Wmo adviesraad. Het budget geldt voor een kalenderjaar en wordt dan ook jaarlijks opgenomen in de gemeente begroting. Vanuit dit budget worden de algemene onkostenvergoeding, secretariaatskosten, die nodig zijn voor het uitvoeren van de Wmo taken, declaraties en kleine kosten, betaald. Zolang het budget toereikend is, komen onkosten als vermeld bij lid 2 van dit artikel in aanmerking voor vergoeding. De Wmo Adviesraad houdt zelf bij wat de (cumulatieve) uitgaven gedurende het kalenderjaar zijn en wat de daaruit volgende resterende budgetruimte is. Als er een budgetoverschrijding dreigt, treedt de Wmo Adviesraad in overleg met het ambtelijke aanspreekpunt bij de gemeente. In uitzonderingsgevallen is in overleg een budgetoverschrijding mogelijk. Zonder overleg wordt het jaarbudget niet overschreden. Na afloop van ieder kalenderjaar, uiterlijk in de maand juni van het daaropvolgende jaar, worden de gemaakte kosten in dat jaar besproken tussen Wmo Adviesraad en de verantwoordelijk wethouder.

  • 2. De algemene onkostenvergoeding is voor niet kwantificeerbare en kleine onkosten, waaronder gebruik van privé-computer en andere (kantoor) middelen, kosten voor het afdrukken van vergadersets en andere incidentele documenten en telefoonkosten. Dit is exclusief secretariaatskosten; reis-, verblijf- en lunchkosten voor vergaderingen en cursussen. Deze dienen apart gedeclareerd te worden. De vaste vertegenwoordigers ontvangen een vaste onkostenvergoeding. De algemene onkostenvergoeding is per persoon en per maand. De hoogte verschilt in bedrag voor de voorzitter en de leden. Vervangende leden die hun vaste vertegenwoordiger vervangen, ontvangen per vergadering een onkostenvergoeding waarvan het bedrag gelijk is als dat van een lid. Werkgroepleden, zijnde niet Wmo adviesraadsleden of vervangende leden, ontvangen een onkostenvergoeding per vergadering tot een maximum van de algemene onkostenvergoeding per maand. De hoogte van de algemene onkostenvergoeding wordt bepaald door het college.

  • 3. Naast het budget voor bovengenoemde kosten, heeft het college de volgende faciliteiten in natura ter beschikking gesteld aan de Wmo Adviesraad:

    • a.

      gebruik van vergaderruimten, inclusief koffie en thee;

    • b.

      advies van de gemeentelijke afdeling Communicatie over PR- en communicatievraagstukken;

    • c.

      gebruik van de gemeentelijke Reproafdeling;

    • d.

      opname van alle Wmo adviesraadsleden, vervangende leden en werkgroepleden in de gemeentelijke “Collectieve vrijwilligersverzekering”.

Titel 6 Slotbepalingen

Artikel 15 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als ‘Regeling Wmo adviesraad Spijkenisse’.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

Ondertekening

Spijkenisse, 19 mei 2009

Burgemeester en wethouders van Spijkenisse,

de burgemeester,
M. Salet
de secretaris,
J. Pol

Toelichting

Algemeen

Op 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) ingevoerd. De Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en delen uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) zijn opgegaan in de Wmo.

Het kabinet wil met de Wmo de kwaliteit en de samenhang van de zorg en maatschappelijke ondersteuning aan kwetsbare burgers verbeteren, zodat ze zo lang mogelijk zelfstandig kunnen functioneren. Het uitgangspunt hierbij is dat mensen zelf verantwoordelijk zijn en zelf moeten doen wat men zelf kan. ‘De overheid biedt alleen ondersteuning in situaties die iedereen herkent als ‘logisch en noodzakelijk’.

Gemeenten moeten zorgen voor een goed samenhangend stelsel van ondersteuning voor inwoners die niet (meer) goed in staat zijn zelf, of met hulp van anderen (niet professionelen), oplossingen te realiseren. De maatschappelijke ondersteuning moet dicht bij de mensen georganiseerd worden. Het gaat om zaken als het huishouden op orde houden, het verstrekken van hulpmiddelen, enzovoorts. Hoe gemeenten voor die ondersteuning zorgen mogen ze grotendeels zelf bepalen. Ze moeten burgers erbij betrekken en duidelijk maken wat ze te bieden hebben en aangeven welke resultaten daarmee worden bereikt.

De Wmo verplicht, kort gezegd, tot het vinden van maximaal lokale draagvlak, tot maximale transparantie van het gemeentelijk beleid en tot verantwoording op lokaal niveau. Dit is mede het gevolg van het feit dat de burgers op wie de Wmo betrekking heeft, veelal behoren tot kwetsbare groepen. Bovendien betreffen de voorzieningen, waar de Wmo betrekking op heeft, vaak zaken die voor deze groepen van essentieel belang zijn om hun zelfstandigheid te bewaren en om maatschappelijk mee te kunnen doen.

Artikel 12 Wmo schrijft daarom voor dat het college van burgemeester en wethouders, alvorens een voordracht tot vaststelling door de gemeenteraad te doen, over het ontwerpplan advies vraagt aan de gezamenlijke vertegenwoordigers van representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. Daarnaast schrijft artikel 11 Wmo voor dat het college van burgemeester en wethouders de ingezetenen van de gemeente en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning betrekken.

Gelet op artikel 11 en artikel 12 Wmo heeft het college in 2005 de Wmo adviesraad in het leven geroepen, waarin de vertegenwoordigers van de representatieve organisaties zijn verenigd.

Het Wmo adviesorgaan is op 29 mei 2007 ontbonden. Op deze datum is de Wmo adviesraad opgericht.

Dientengevolge is ook artikel 84 van de Gemeentewet aan de orde. Dit artikel bepaalt dat de gemeenteraad, het college of de burgemeester andere commissies dan bedoeld in de artikelen 82 (raadscommissies) en 83 (bestuurscommissies) kan instellen. Die andere commissies zijn bijvoorbeeld adviescommissies. Leden van de raad kunnen geen lid zijn van deze adviescommissie van het college. Om vorenstaande reden is de “Regeling adviesorgaan Wmo Spijkenisse 2007” vastgesteld. Vanwege voortschrijdend inzicht en praktijkervaring behoeft deze regeling aanpassing en wordt derhalve vervangen door de “Regeling adviesorgaan Wmo Spijkenisse 2009”.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1:

Voor de diverse omschrijvingen is aansluiting gezocht bij de formuleringen in de Wet maatschappelijke ondersteuning en/of bestaande regelgeving.

Onder 4:

Er is sprake van een dergelijke organisatie als een substantieel deel, of een als specifieke groep aan te merken deel van de achterban regelmatig ondersteuning zoekt bij de maatschappelijke organisatie. Ook is er sprake van een belangenorganisatie als de doelstelling van de organisatie verwijst naar een substantieel deel of een als specifieke groep aan te merken deel van de achterban.

Artikel 2:

Hiervoor is in het algemene deel van de toelichting aangegeven wat de wettelijke grondslag van de Wmo adviesraad is.

Artikel 3:

Is in zijn geheel toegevoegd. Dit artikel geeft de taak en doelstelling van de Wmo adviesraad weer.

Artikel 4:

Door voortschrijdend inzicht is de Wmo adviesraad uitgebreid met 2 leden (van 10 naar 12). Dit om nieuwe doelgroepen te kunnen toelaten. In 2009 zal 1 lidplaats bezet worden door vertegenwoordigers van prestatieveld 2 (op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen bij opvoeden). De tweede lidplaats zal in de toekomst opgevuld worden.

Getracht moet worden het maximale aantal van 12 leden zoveel mogelijk te handhaven. Ieder lid heeft een vaste vervanger, die bij afwezigheid van het lid deelneemt aan de vergadering. De vaste vervangers worden, net als de leden, benoemd door het college. Wanneer een lid vertrekt, wordt zijn/haar plek opgevuld door de vaste vervanger en wordt er een nieuwe vaste vervanger benoemd. Wanneer een plek niet kan worden opgevuld, dient deze tijdelijk vacant te blijven. Na een door de Wmo adviesraad te bepalen periode kan dan opnieuw worden getracht de leeggevallen plek in te vullen.

Artikel 5:

In dit artikel wordt gespecificeerd wat de taken en met name de bevoegdheden van de Wmo adviesraad zijn. De Wmo adviesraad kan te allen tijde advies geven aan het college. Het betreft echter een niet-bindend advies, hetgeen betekent dat het college het advies uiteindelijk (weliswaar gemotiveerd) naast zich neer kan leggen. Wanneer schriftelijk advies is gevraagd aan de adviesraad Wmo, wordt advies gegeven aan het adviesvragend orgaan.

Behartiging van de belangen van de achterban kan de achterban als geheel betreffen of (doel)groepen daarbinnen. Als een groep binnen de achterban kan niet worden gezien een of enkele personen, waarbij het een specifieke situatie betreft. Een duidelijke grens aan de bevoegdheden van de Wmo adviesraad wordt gesteld om de scheiding tussen taken en rol van de gemeente en taken en rol van de Wmo adviesraad aan te brengen. De Wmo adviesraad behoort niet in de wettelijke of organisatorische taken van de gemeente te treden of in taken waarin de gemeente geen zelfstandige beleidsbevoegdheid heeft. Mochten bezwaarschriften of individuele klachten worden ontvangen door de adviesraad Wmo, worden deze doorgestuurd naar de afdeling Maatschappelijke Ondersteuning van de gemeente Spijkenisse. De Wmo adviesraad is wel bevoegd de bezwaren of klachten te veralgemeniseren indien deze vaker voorkomen, en als algemene beperking van het beleid, uitvoering of dienstverlening aan de orde te stellen.

Artikel 6:

Omtrent de vergadering van de Wmo adviesraad zijn in artikel 5 bepalingen opgenomen.

Artikel 7:

Dit artikel behandelt het lidmaatschap van leden van de Wmo adviesraad en de vaste vervangers. Omdat de Wmo adviesraad door het college wordt ingesteld, benoemt het college de leden en de vaste vervangers. Daaruit volgt dat de leden en de vaste vervangers ook formeel door het college worden ontslagen. In het vijfde lid zijn de aanleidingen daarvoor gegeven. Om te voorkomen dat alle leden gelijktijdig aftreden en als gevolg hiervan veel kennis verloren gaat, is het vierde lid opgenomen. Het is zaak ervoor te zorgen dat nooit meer dan tweederde van de leden gelijktijdig aftreedt. Het laatste deel van het vierde lid voorziet erin om zulks te voorkomen.

Artikel 8:

Omtrent de voorzitter en de secretaris van de Wmo adviesraad zijn in artikel 7 bepalingen opgenomen.

Artikel 9:

In artikel 9 zijn bepalingen opgenomen over de vice-voorzitter.

Artikel 10:

In artikel 10 is de bepaling opgenomen over de ambtelijk secretaris.

Artikel 11:

Is in 2009 nieuw toegevoegd. Dit artikel geeft aan op welke wijze de Wmo adviesraad aan de nodige informatie komt en hoe hiermee wordt omgegaan.

Artikel 12:

Regelt de rechten en plichten van de leden van de Wmo adviesraad volgens het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 13:

Dit artikel heeft betrekking op het overleg dat eens per drie maanden plaatsvindt tussen de portefeuillehouder Maatschappelijke ondersteuning en de voorzitter van de adviesraad Wmo.

Artikel 14:

Regelt de wijze van financiële vergoeding en facilitering de Wmo Adviesraad door de gemeente.

Artikel 15:

Geeft Op grond van artikel 84, vierde lid, Gemeentewet zijn de artikelen 139, tweede lid, 140 en 141 Gemeentewet van overeenkomstige toepassing op een besluit tot instelling van een adviescommissie. De regeling moet daarom worden bekendgemaakt in het gemeenteblad (artikel 139), voor een ieder kosteloos ter inzage liggen (artikel 140) en op verzoek in afschrift worden verstrekt (artikel 141).