Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Zuid

Reglement op het onderzoeksrecht van de deelraad

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Zuid
Officiële naam regelingReglement op het onderzoeksrecht van de deelraad
CiteertitelReglement op het onderzoeksrecht van de deelraad
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerpBestuurlijke organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-10-200501-05-2010nieuwe regeling

26-10-2005

Stadsdeelkrant, 25 oktober 2005

-

Tekst van de regeling

Reglement op het onderzoeksrecht van de deelraad

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    onderzoek: een onderzoek  maar niet vergelijkbaar met het onderzoek in de zin van artikel 155a, eerste lid, van de Gemeentewet;

  • b.

    onderzoekscommissie: een commissie  niet vergelijkbaar met een  commissie als bedoeld in artikel 155a, derde lid, van de Gemeentewet.

Artikel 2 Instellen van het onderzoek/onderzoekscommissie
  • 1. Op voorstel van een of meer van zijn leden kan de deelraad besluiten een onderzoek in te stellen.

  • 2. In de eerstvolgende raadsvergadering na dit besluit stelt de deelraad een onderzoekscommissie in van maximaal vier leden.

  • 3. De deelraad kan een genoegzaam aantal plaatsvervangende leden aanwijzen.

  • 4. Bij de instelling van de onderzoekscommissie kan de deelraad nadere regels stellen met betrekking tot de rapportage van de onderzoekscommissie aan de deelraad.

Artikel 3 Voorzitter/plaatsvervangend voorzitter
  • 1. De leden van de onderzoekscommissie kiezen uit hun midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

  • 2. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de beraadslaging en zitting;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      hetgeen dit reglement hem verder opdraagt.

Artikel 4 Beëindiging van het lidmaatschap
  • 1. Het lidmaatschap van de onderzoekscommissie eindigt indien:

    • a.

      de deelraad besluit tot opheffing van de onderzoekscommissie;

    • b.

      een lid ophoudt lid te zijn van de deelraad;

    • c.

      de onderzoekscommissie besluit een lid van zijn commissie te horen;

    • d.

      een lid ontslag neemt.

  • 2. Een lid van de onderzoekscommissie kan op elk moment ontslag nemen. Hiervan brengt hij de deelraad en de voorzitter van de onderzoekscommissie zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte.

  • 3. In openstaande vacatures wordt zo spoedig mogelijk voorzien.

  • 4. De leden 1 tot en met 3 zijn van overeenkomstige toepassing op de plaatsvervangende leden.

Artikel 5 Bevoegdheden van de onderzoekscommissie
  • 1. De onderzoekscommissie kan personen  en anderen verzoeken om medewerking aan het onderzoek te verlenen. Medewerking geschiedt slechts op vrijwillige basis.

  • 2. De onderzoekscommissie kan besluiten derden in te schakelen voor het uitvoeren van opdrachten die zij in het kader van de onderzoeksopdracht en de uitoefening van haar taak nodig acht.

  • 3. De onderzoekscommissie kan in het belang van het onderzoek in beslotenheid met een ieder informatieve gesprekken voeren, welke als zodanig geen onderdeel van het onderzoek uitmaken. Er bestaat hiertoe geen plicht tot medewerking.

  • 4. De onderzoekscommissie kan de bovengenoemde bevoegdheden uitsluitend uitoefenen indien ten minste drie van haar leden aanwezig zijn.

  • 5. De onderzoekscommissie besluit met meerderheid van stemmen.

  • 6. De verordening op de raadscommissies is niet van toepassing.

Artikel 6 Ambtelijke bijstand
  • 1. De onderzoekscommissie wordt ondersteund door de griffier.

  • 2. De griffier is bij iedere zitting aanwezig.

  • 3. Bij  verhindering of afwezigheid wordt zijn/haar plaats ingenomen door een daartoe door de raad aangewezen vervanger.

  • 4. De verordening ambtelijke bijstand is niet van toepassing.

Artikel 7 Zittingen
  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting en brengt die ter openbare kennis.

  • 2. De voorzitter nodigt de leden van de onderzoekscommissie,  personen en deskundigen  tenminste     twee weken voor de zitting uit.

Artikel 8 Toehoorders en de pers
  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare zittingen bijwonen.

  • 2. Het geven van tekenen van goed‑ of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • 3. De voorzitter is bevoegd, toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken.

Artikel 9 Geluid‑ en beeldregistraties

Degenen die tijdens de zitting geluid‑ dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 10 Verslaglegging zitting
  • 1. De griffier is verantwoordelijk voor - en draagt zorg voor de verslaglegging van de zitting.

  • 2. Het verslag vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid voor zover van belang.

  • 3. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de griffier.

Artikel 11 Beraadslagingen
  • 1. De onderzoekscommissie beraadslaagt indien een lid dat nodig acht.

  • 2. De onderzoekscommissie beraadslaagt achter gesloten deuren.

Artikel 12 Afronding onderzoek

Na afronding van het onderzoek wordt door de onderzoekscommissie haar bevindingen voorgelegd aan de deelraad