Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Zuid

Subsidieverordening Fonds Woningonttrekking Amsterdam Oud Zuid 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Zuid
Officiële naam regelingSubsidieverordening Fonds Woningonttrekking Amsterdam Oud Zuid 2005
CiteertitelSubsidieverordening Fonds Woningonttrekking Amsterdam Oud Zuid 2005
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerp

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-07-200512-05-2012Ingetrokken

 

Stadsblad De Echo, editie Zuid 1 en Zuid 2, 26 december 2012

-

Tekst van de regeling

Artikelen versie 27-6-2005

Paragraaf 1 Inleidende bepalingen
Artikel 1.1 Begripsbepalingen
  • In deze verordening wordt verstaan onder:

    a. BAR: Bewoonde Andere Ruimte, dat wil zeggen een woonruimte welke niet voldoet aan de minimale eisen van het Bouwbesluit.

    b. bouwkosten: De kosten van bouwkundige of bouwtechnische maatregelen gemoeid met de realisatie van woonruimte als bedoeld in artikel 1.2 van deze verordening.

    c. Fonds Woningonttrekking: Een fonds dat wordt gevoed door betaalde compensatiebedragen in het kader van vergunningverlening voor woonruimte-onttrekking, samenvoeging of omzetting van woonruimte, als bedoeld in de Partiële huisvestingsverordening Amsterdam Oud Zuid 2000, en dat is ingesteld met als doelstelling het bevorderen van het belang van de volkshuisvesting in het stadsdeel Amsterdam Oud Zuid.

    d. Raad: De Stadsdeelraad van stadsdeel Amsterdam Oud Zuid;

Artikel 1.2 Werkingssfeer
  • Een subsidie uit het Fonds Woningonttrekking kan uitsluitend worden verleend ten behoeve van huurwoningen in het stadsdeel Amsterdam Oud Zuid met een huurprijs van maximaal de huursubsidiegrens. Een subsidie kan in de volgende gevallen worden toegekend:

    a. het omzetten van niet-woonruimte in zelfstandige woonruimte;

    b. het omzetten van niet-zelfstandige woonruimte in zelfstandige woonruimte;

    c. het creëren van (zorg)woningen voor ouderen, huisvesting voor mindervaliden en studentenvesting.

    d. het omzetten van een BAR tot zelfstandige woonruimte, waarbij de woonruimte zodanig wordt aangepast dat wordt voldaan aan de minimale eisen van het Bouwbesluit.

Paragraaf 2 De subsidie
Artikel 2.1 Beschikbare gelden
  • 1. De aanvragen om subsidie worden op volgorde van ontvangst beschikt.

  • 2. De raad stelt jaarlijks een subsidieplafond vast voor de verstrekking van subsidies uit het Fonds Woningonttrekking.

  • 3. Het subsidieplafond wordt voor de aanvang van het tijdvak waarvoor het subsidieplafond is vastgesteld bekendgemaakt overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:42 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2.2 Aard van de subsidie
  • De subsidie wordt verstrekt in de vorm van een bijdrage-ineens.

Artikel 2.3 Hoogte van de subsidie
  • 1. Onder verwijzing naar de voorkomende situaties beschreven in artikel 1.2 a t/m d bedraagt de bijdrage-ineens maximaal 50% van de door het Dagelijks Bestuur goedgekeurde bouwkosten per wooneenheid, met een maximum van € 15.000,-- per wooneenheid.

  • 2. De bouwkosten komen niet voor goedkeuring in aanmerking indien naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur:

    a. de te treffen maatregelen niet sober en doelmatig zijn of niet als zodanig zijn uit te voeren;

    b. de kosten van de maatregelen niet kunnen worden geacht in redelijke verhouding te staan tot het te bereiken kwaliteitsniveau na het treffen van de maatregelen.

Paragraaf 3 De subsidieverlening
Artikel 3.1 De aanvraag van een subsidie
  • De aanvraag om subsidie uit het Fonds Woningonttrekking moet worden ingediend bij het Dagelijks Bestuur, waarbij door de aanvrager de volgende bescheiden moeten worden overgelegd:

    a. een kopie van het koopcontract of van de akte van transport van het zakelijk recht op het desbetreffende onroerend goed of enig ander bewijs van zakelijk recht van de aanvrager op dit goed;

    b. een nieuw- of verbouwplan, dat ten minste voldoet aan de eisen voor een aanvraag om bouwvergunning;

    c. een volledige kostenbegroting van de bouwkundige werkzaamheden;

    d. een volledige opgave van alle bijdragen die uit andere hoofde worden verleend of zijn toegezegd;

    e. voor zover van toepassing: een puntenwaardering conform het Besluit huurprijzen woonruimte, dan wel een overzicht van de met de (aspirant)huurders overeengekomen aanvangshuren na uitvoering van het plan.

Artikel 3.2 Weigeringsgronden
  • Naast de weigeringsgronden als vermeld in artikel 4:35 lid 1 en 2 van de Algemene wet bestuursrecht kan het Dagelijks Bestuur een subsidie weigeren:

    a. indien de aanvraag niet voldoet aan het bepaalde in artikel 1.2;

    b. indien door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond als bedoeld in artikel 2.1, lid 2, zou worden overschreden;

    c. indien met de uitvoering van de werkzaamheden is begonnen voordat op de aanvraag in beslist, tenzij het Dagelijks Bestuur hiertoe vooraf toestemming heeft gegeven;

    d. indien reeds eerder een subsidie uit het fonds ten behoeve van de woning of het pand is verstrekt;

    e. indien en voor zover uit anderen hoofde voor dezelfde werkzaamheden een subsidie is of wordt verstrekt;

    f. indien voor het bouwplan geen bouwvergunning kan worden verkregen;

    g. indien en voor zover de bouwkosten op grond van het bepaalde in artikel 2.3 lid 2 niet voor goedkeuring in aanmerking komen;

    h. indien de woonruimte tot stand wordt gebracht om te voldoen aan een voorwaarde van reële compensatie als bedoeld in de Partiële huisvestingsverordening Amsterdam Oud Zuid 2000, verbonden aan een vergunning voor woonruimte-onttrekking, samenvoeging of omzetting van woonruimte;

    i. indien het bouwplan strijdig is met door het stadsdeel vastgesteld beleid.

Paragraaf 4 Verplichtingen en voorwaarden
Artikel 4.1 Bouwplan
  • Het Dagelijks Bestuur kan bij de subsidieverlening aan de subsidie-ontvanger verplichtingen opleggen met betrekking tot de aard, de inrichting en de wijze van uitvoering van het bouwplan.

Artikel 4.2 Uitvoering werkzaamheden
  • De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat de werkzaamheden worden uitgevoerd overeenkomstig het bouwplan waarvoor subsidie is verleend.

  • Artikel 4.3 Toekomstig gebruik De subsidie wordt verleend en vastgesteld onder de voorwaarde dat gedurende vijf jaar de subsidie-ontvanger en diens rechtsopvolgers:

    a. de woning niet geheel of gedeeltelijk aan de bestemming tot bewoning onttrekken, met een andere woning samenvoegen of van zelfstandige in onzelfstandige woonruimte omzetten;

    b. de woning deugdelijk zullen onderhouden;

    c. de huurder geen hogere dan de in het Besluit huurprijzen woonruimte bedoelde maximaal redelijke huurprijzen in rekening te brengen, onverminderd de wettelijk toegestane huurverhogingen.

Paragraaf 5 De subsidievaststelling
Artikel 5.1 Aanvraag tot subsidievaststelling
  • 1. Na voltooiing van de werkzaamheden waarvoor subsidie is toegekend, dient de subsidie-ontvanger een aanvraag in tot vaststelling van de subsidie, die in ieder geval bevat: - de melding van gereedkoming van de werkzaamheden;

    - een kopie van de bouwvergunning;

    - de rekeningen en betalingsbewijzen met betrekking tot de werkzaamheden;

    - voor zover huurovereenkomsten zijn aangegaan: een afschrift van deze overeenkomsten.

  • 2. De aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend uiterlijk 52 weken na de subsidieverlening, tenzij in de subsidieverlening een andere termijn is bepaald, dan wel de subsidie-ontvanger op diens verzoek door het Dagelijks Bestuur voor een nader bepaalde termijn uitstel is verleend.

Artikel 5.2 Rekening en verantwoording
  • 1. Bij de aanvraag tot subsidievaststelling toont de aanvrager aan dat de werkzaamheden hebben plaatsgevonden overeenkomstig de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 2. Bij de aanvraag tot subsidievaststelling legt de aanvrager rekening en verantwoording af omtrent de aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten, voorzover deze voor de vaststelling van de subsidie van belang zijn.

Artikel 5.3 De vaststelling
  • 1. Het Dagelijks Bestuur stelt binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie, als bedoelt in artikel 5.1, het subsidiebedrag overeenkomstig de subsidieverlening vast.

  • 2. De subsidie kan lager worden vastgesteld dan het bedrag uit de subsidieverlening indien:

    a. de werkzaamheden waarvoor subsidie is verleend, niet of niet geheel hebben plaatsgevonden;

    b. de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden voorwaarden en verplichtingen;

    c. de subsidie-ontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de subsidie-aanvraag zou hebben geleid;

    d. de subsidieverlening onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten.

  • 3. Het Dagelijks Bestuur kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmalig met acht weken verlengen. Een zodanig besluit wordt schriftelijk medegedeeld aan de subsidie-aanvrager.

Artikel 5.4 Intrekking en wijziging subsidievaststelling
  • 1. Het Dagelijks Bestuur kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen:

    a. op grond van feiten of omstandigheden waarvan het bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;

    b. indien de subsidieverlening onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten, of

    c. indien de subsidie-ontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

  • 3. De subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekend gemaakt dan wel, in het geval bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting voldaan had moeten zijn.

Paragraaf 6 Uitbetaling van de subsidie
Artikel 6.1 Betaling
  • De subsidie wordt, overeenkomstig de subsidievaststelling, binnen vier weken na de subsidievaststelling, uitbetaald als bijdrage ineens, onder verrekening van eventueel betaalde voorschotten als bedoeld in artikel 6.2.

Artikel 6.2 Voorschotten
  • 1. Het Dagelijks Bestuur kan besluiten de subsidie-ontvanger voorschotten te verlenen.

  • 2. Bij de subsidievaststelling worden betaalde voorschotten verrekend met het bedrag van de subsidie.

Paragraaf 7 Slotbepalingen
Artikel 7.1 Afwijkingsbevoegdheid
  • Indien vanwege bijzondere omstandigheden de strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur tot een onaanvaardbare gehele of gedeeltelijke afwijzing zou leiden, kan het Dagelijks Bestuur toch een subsidie verstrekken, mits de aard en de strekking van deze regeling niet worden aangetast.

Artikel 7.2 Slotbepalingen
  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Fonds Woningonttrekking Amsterdam Oud Zuid 2005”.

  • 2. De verordening treedt in werking op de dag na publicatie.