Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Middelharnis

Telecommunicatieverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Middelharnis
Officiële naam regelingTelecommunicatieverordening
CiteertitelTelecommunicatieverordening 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpAlgemeen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Regeling vervangt de Telecommunicatieverordening gemeente Middelharnis 1999

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Telecommunicatiewet, art. 5.4, lid 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-201431-12-2014intrekking

27-11-2014

Gemeenteblad 2014, nr. 75157, 16-12-2014

Z-14-33314/3594
24-12-201031-12-2014Nieuwe regeling

02-12-2010

Ons Eiland, 16-12-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

De raad;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders (het college) van 2 november 2010;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 5.4, lid 4, van de Telecommunicatiewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de navolgende

Telecommunicatieverordening 2010

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder: a. wet: Telecommunicatiewet; b. openbaar elektronisch communicatienetwerk: telecommunicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1, onder h, van de wet; c. kabels: kabels als bedoeld in artikel 1.1, onder z, van de wet; d. openbare gronden: openbare wegen en wateren als bedoeld in artikel 1.1, onder aa, van de wet; e. aanbieder: degene die een openbaar elektronisch communicatienetwerk aanbiedt als bedoeld in artikel 1.1, onder i, van de wet en degene bedoeld in artikel 5.1 van de wet; f. werkzaamheden: werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk in of op openbare gron-den; g. gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, lid 1, van de wet; h. melding: melding als bedoeld in artikel 5.4, lid 1, onder a, van de wet; i. instemmingsbesluit: besluit van het college als bedoeld in artikel 5.4, lid 1, onder b, van de wet;j. huisaansluiting: het gedeelte van een kabel van minder dan 10 m in openbare gronden dat een openbaar elektronisch communicatienetwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt als bedoeld in artikel 1.1, onder k, van de wet;k. werkzaamheden van niet ingrijpende aard:- reparaties aan het openbare elektronische communicatienetwerk met een lengte van minder dan 3 m en niet vallend onder artikel 3, lid 1;- het maken van huisaansluitingen. 

Artikel 2 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden

  • 1 Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt dit voornemen ten minste acht weken voor de aanvang aan het college met een door het college vastgesteld formulier. 

  • 2 Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, kan hierover vooroverleg voeren met het college teneinde de melding als bedoeld in lid 1 voor te bereiden.  

  • 3 Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt het college uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in lid 1 schriftelijk in kennis gesteld van de resultaten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige. 

  • 4 Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard kan de aanbieder volstaan met een melding aan het college minimaal twee dagen voorafgaande aan de werkzaamheden met een daarvoor door het college vastgesteld formulier. 

Artikel 3 Ernstige belemmeringen en storingen

  • 1 Ingeval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige belemmeringen of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6, lid 1, van de wet volstaat de aanbieder met een telefonische melding, voorafgaand aan de start van de werkzaamheden.  

  • 2 De telefonische melding als bedoel in lid 1 dient gedaan te worden aan de Werkplaats Buitendienst of, indien deze gesloten is, aan de door het antwoordapparaat aangegeven ambtenaar. 

  • 3 De aanbieder maakt achteraf zo spoedig mogelijk melding van de werkzaamheden via een door de burgemeester vast te stellen formulier aan de burgemeester of een daartoe gemachtigde ambtenaar.

Artikel 4 Gegevensverstrekking

  • 1 Bij de melding als bedoeld in artikel 2, lid 1, verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende ge-gevens:a. de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit afgegeven registratie;b. een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel;c. naam, (e-mail)adres en telefoon- en faxnummer van degene die de kabel of het netwerk in ei-gendom heeft, beheert of exploiteert;d. een opgave van het aantal kabels of buizen dat direct met kabels wordt gevuld of ingeblazen en een opgave van het aantal buizen dat leeg wordt aangebracht;e. een opgave van belanghebbenden en instanties die vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en de aard van de werkzaamheden;f. een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:- een opgave van het gewenste tracé met daarbij duidelijke (digitale) tekeningen en daarop aan-gegeven wat de te verbinden locaties zijn;- het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;- een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de gewenste situering daarvan;- een omschrijving van de opbrekingen van de verharding;- de doorsnede van de kabel of de kabelgoot;- de lengte en breedte van de kabelsleuf;- de opgave van ondergrondse (handholes en dergelijke) of bovengrondse kasten waarvoor geen bouwvergunning noodzakelijk is, alsmede de situering en afmetingen daarvan;- naam, (e-mail)adres, telefoon- en faxnummer van de aannemer(s) of onderaannemer(s) die be-last is (zijn) met de werkzaamheden en van een door hen aangewezen contactpersoon die ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden vierentwintig uur per dag bereikbaar is in ver-band met mogelijke calamiteiten;- de maatregelen die de bereikbaarheid van de in de openbare grond aanwezige kabels en lei-dingen waarborgen;- de bereikbaarheid van percelen en opstallen in de nabijheid van de uit te voeren werkzaamhe-den;- alle overige van belang zijnde feiten en omstandigheden gelet op de in artikel 5.4 leden 2 en 3 van de wet genoemde belangen. 

  • 2 Het college kan nadere regels stellen aan de gegevens die bij de melding worden verstrekt alsook over de wijze waarop deze gegevens worden verstrekt.

     

Artikel 5 Beslistermijn en aanhouding

Een beslissing op een melding als bedoeld in artikel 2, lid 1, wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen de be-schikking wel tegemoet kan worden gezien.

Artikel 6 Voorschriften en beperkingen bij instemming

  • 1 Het college kan nadere regels stellen omtrent het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels, het bevorderen van medegebruik van voorzieningen en het afstemmen van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken, alsook over de afmetingen van kasten, handholes en andere toebehoren, behorende bij een openbaar elektronisch communicatienetwerk.

  • 2 Het college kan de nadere regels als bedoeld in lid 1 stellen in het belang van: a. de openbare orde; b. het voorkomen of beperken van schade of overlast; c. de bruikbaarheid van de openbare gronden; d. het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden; e. het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden; f. de belemmering van doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden; g. de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving; h. de bescherming van groenvoorzieningen.  

  • 3 Ter bescherming van de belangen als bedoeld in lid 1, kan het college in ieder geval nadere regels stellen omtrent het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsingen opruiming van kabels, het bevorderen van medegebruik van voorzieningen en het afstemmenvan de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken, alsook over de afmetingen van kasten, handholes en andere toebehoren, behorende bij een openbaar elektronisch communicatienetwerk.  

  • 4 Indien binnen vijf jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel.  

  • 5 Indien de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere bestrating, verlangt het college specifiek schadeherstel.  

  • 6 De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en mede ge-bruik van voorzieningen dient te geschieden conform de Algemene voorwaarden voor het verrichtenvan werkzaamheden in gemeentegrond.  

Artikel 7 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

  • 1 Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door andere aanbieders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen.

  • 2 Het vooroverleg als bedoeld in artikel 2, lid 2, dan wel een door het college geëntameerd bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het lid 1.

  • 3 Indien de aanbieder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de aanbieder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te ma-ken.

  • 4 Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aan-bieder een alternatief tracé te kiezen, of aan andere aanbieders een billijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12, van de wet.

Artikel 8 Zakelijk karakter instemmingsbesluit

Indien de kabel wordt overgedragen aan een nieuwe aanbieder gaan de rechten en plichten die be-trekking hebben op de kabel van de oude aanbieder over op de nieuwe aanbieder.

Artikel 9 Melding wijziging voorzieningen

De aanbieder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of het feit dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden.

Artikel 10 Overgangsrecht

  • 1 De Telecommunicatieverordening gemeente Middelharnis, vastgesteld op 3 juni 1999, blijft van kracht op meldingen waarop reeds krachtens diezelfde verordening is beslist, maar waarvan de uit-voering op het moment van inwerkingtreding van deze verordening nog niet is gerealiseerd.

  • 2 Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een melding is gedaan op grond van de Telecommunicatieverordening gemeente Middelharnis, vastgesteld op 3 juni 1999, maar waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 De op 3 juni 1999 vastgestelde Telecommunicatieverordening gemeente Middelharnis, vervalt ophet moment van in werking treden. 

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die vanbekendmaking. 

  • 3 Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Telecommunicatieverordening 2010’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 2 december 2010.

De griffier,                                                           De voorzitter, mr. E. Hagens.                                                  drs. P. Zevenbergen.