Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Naarden

Deelverordening Volkshuisvestingsfonds gemeente Naarden 2002

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Naarden
Officiële naam regelingDeelverordening Volkshuisvestingsfonds gemeente Naarden 2002
CiteertitelDeelverordening Volkshuisvestingsfonds Naarden 2002
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Algemene Subsidieverordening gemeente Naarden 2000, art. 5

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-2003onbekend

31-10-2002

Gemeenteblad, jrg 10, nr 7, 20 maart 2003

geen.

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Naarden;

Overwegende dat een gemeentelijk Volkshuisvestingsfonds is ingesteld waarbij nadere regels gesteld kunnen worden aan het beheer (inclusief voeding) van dit fonds;

Dat uit dit fonds ten behoeve van gemeentelijke projecten onttrekkingen kunnen worden gedaan;

Dat het wenselijk is om ook mogelijkheden te creëren voor corporaties en andere nietwinstbeogende instellingen (NWI) om een beroep te doen op dit fonds;

Dat ten behoeve van dergelijke subsidies nadere regels moeten worden gesteld middels vaststelling van een Deelverordening als bedoeld in artikel 5 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Naarden, zoals vastgesteld op 30 maart 2000;

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 oktober 2002, nr. 79;

Gehoord de commissie wonen en woonomgeving;

Gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet alsmede de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht,

b e s l u i t :

Vast te stellen de navolgende Deelverordening Volkshuisvestingsfonds gemeente Naarden 2002.

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1.1 Begripsomschrijving

In deze deelverordening wordt verstaan onder:

  • a.

    corporaties: toegelaten instellingen als bedoeld in artikel 70 van de woning¬wet;

  • b.

    programma van bestedingsrichtingen: het door de gemeenteraad vastgestelde programma, waarin wordt vastge¬steld welke activiteiten in het komende begrotingsjaar voor subsidie in aanmer¬king komen; dit programma van bestedingsrichtingen dient te zijn gebaseerd op de beleidsnota en het beleidsprogramma Volkshuisvesting Naarden 2000-2010, vastgesteld door de gemeenteraad van Naarden op 30 maart 2000 en 28 september 2000;

  • c.

    project: in omvang en tijd te beschrijven activiteit, een bezigheid van dan wel het treffen van een voorziening door de subsidieaanvrager ter verwezenlijking van haar doelstelling;

  • d.

    NWI: niet-winst beogende instellingen, die mede in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn (artikel 70j van de Woningwet);

  • e.

    Volkshuisvestelijk convenant regio Gooi- en Vechtstreek: de meerjarige afspra¬ken tussen gemeenten en corporaties over woonruimteverdeling, nieuwbouw en bestaande woningvoorraad, zoals die jaarlijks worden vastgesteld.

Artikel 1.2 Subsidieverkrijgers
  • 1. De gemeenteraad besluit tot het geven van de in deze deelverordening bedoelde subsidie;

  • 2. Subsidies kunnen worden toegekend aan corporaties die het Volkshuisvestelijk convenant regio Gooi- en Vechtstreek hebben afgesloten;

  • 3. In bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van de gemeenteraad, kan ook aan andere toegelaten c.q. niet-winstbeogende instellingen subsidie worden verstrekt, indien dit passend is in het programma van bestedingen.

  • 4. In beginsel kunnen uit het fonds slechts subsidies worden verleend voor activiteiten die plaatsvinden op het grondgebied van de gemeente Naarden.

Artikel 1.3 Werkingsduur Artikel
  • 1. Uit het fonds kunnen subsidies worden verstrekt tot en met 31 december 2008.

  • 2. In geval het fonds na de onder 1 genoemde datum nog niet is uitgeput, kan bij besluit van de gemeenteraad de toepasselijkheid van dit reglement worden verlengd.

Artikel 1.4 Werkingssfeer

Uit het fonds kunnen slechts subsidies worden verleend met het doel een financië¬le bijdrage te leveren aan de realisatie van volkshuisvestelijke activiteiten welke ten goede komen aan de doelgroepen van het Naardense volkshuisvestings¬beleid en activiteiten en voorzieningen welke ten goede komen aan de leefbaarheid in buurten en wijken in de gemeente Naarden en welke voldoen aan het jaarlijks vastgestelde programma van bestedingsrichtingen.

Artikel 1.5 Subsidieplafond
  • 1. Het subsidieplafond tot 31 december 2008 bedraagt per begrotingsjaar € 453.780,-.

  • 2. In het geval dat het fonds onder 1 genoemde datum nog niet is uitgeput en krachtens artikel 1.3 lid 2 van deze deelverordening de gemeenteraad besloten heeft de toepasselijkheid van deze deelverordening te verlengen, kan de gemeenteraad jaarlijks bij de begrotingsbehandeling een subsidieplafond vaststellen voor de resterende looptijd.

  • 3. De verdeling van de jaarlijks beschikbare subsidie, zoals bedoeld onder lid 1 en 2 wordt jaarlijks in het vastgestelde programma van bestedingsrichtingen gespecificeerd.

  • 4. Per activiteit waarvoor subsidie is aangevraagd kan maximaal een subsidie van € 226.890,- beschikbaar worden gesteld.

Hoofdstuk 2 Procedure voor de aanvraag

Artikel 2.1 Tijdstip subsidieaanvraag
  • 1. Ten behoeve van de uitvoering van het jaarlijkse programma van bestedingen moet een subsidieaanvraag vóór 1 juli van het jaar waarop het jaarprogramma betrekking heeft worden ingediend.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen de indieningstermijn met maximaal 4 weken verlengen.

  • 3. Indien een aanvraag niet vóór 1 juli van het jaar waarop het jaarprogramma betrekking heeft, of vóór de door verlenging nader vastgestelde datum is ingediend, kunnen burgemeester en wethouders deze aanvraag buiten behandeling laten.

Hoofdstuk 3 Voorwaarden subsidiebesluit

Artikel 3.1 Voorwaarden

Aan een subsidie kunnen voorwaarden worden verbonden die betrekking hebben op de uitvoering van het subsidieproject, e.e.a. conform artikel 8 van de Algemene subsidieverordening;

Hoofdstuk 4 Bevoorschotting en vaststelling van subsidie

Artikel 4.1 Bevoorschotting en betaalbaarstelling

Indien het project daartoe aanleiding geeft kunnen burgemeester en wethouders besluiten een voorschot te verlenen op de toegekende subsidie.

Artikel 4.2 Vaststelling van subsidie
  • 1. Een instelling waaraan subsidie is verleend, dient uiterlijk binnen 16 weken na gereedkoming van het project, de gereedkoming te melden bij burgemeester en wethouders.

  • 2. De gereedmelding van het project waarvoor subsidie is verleend is tevens een verzoek tot vaststelling en uitbetaling van de subsidie.

  • 3 De gereedmelding gaat vergezeld van:

    • a.

      een door de instelling gewaarmerkt verslag van de verrichte activiteiten ten aanzien van betreffend project waarvoor subsidie is verleend;

    • b.

      een door de instelling gewaarmerkte financiële verantwoording alsmede een toelichting daarop;

    • c.

      indien zulks naar het oordeel van burgemeester en wethouders nodig is, een verklaring van een registeraccountant dan wel een accountant-administratieconsulent met certificerende bevoegdheid;

    • d.

      andere bij de verlening bepaalde gegevens;

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen inzake het overleggen van een of meer onder lid 3 verlangde bescheiden;

  • 5. Indien de subsidieontvanger er niet in is geslaagd de afgesproken activiteiten volledig uit te voeren geeft zij de redenen hiervan aan.

  • 6. Met inachtneming van het bepaalde in dit artikel wordt de subsidie vervolgens definitief vastgesteld door burgemeester en wethouders. Indien deze vaststelling afwijkt van de eerdere subsidieverlening door de gemeenteraad, wordt hiervan mededeling gedaan aan de raad.

Hoofdstuk 5 Weigering van subsidie

Artikel 5.1 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt het verlenen van een aangevraagde subsidie in ieder geval geweigerd indien:

  • 1.

    niet wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 1.2 van deze deelverordening;

  • 2.

    de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet direct of indirect in het gemeentelijk belang wordt geacht;

  • 3.

    de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet voldoet aan het door de gemeenteraad vastgestelde programma van bestedingsrichtingen van het lopende begrotingsjaar;

  • 4.

    er sprake is van meerdere verzoeken om subsidie in een bepaald jaar, waarbij bij toekenning het subsidieplafond zou worden overschreden,;

  • 5.

    gelijksoortige activiteiten als die waarvoor subsidie wordt aangevraagd reeds door de gemeente Naarden worden gesubsidieerd en a. aan uitbreiding van die gesubsidieerde activiteiten geen aantoonbare behoefte bestaat, of b. de reeds gesubsidieerde instelling(en) in voldoende mate kan (kunnen) voorzien in de nood¬zakelijke uitbreiding van die gesubsidieerde activiteiten.

Hoofdstuk 6 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 6.1 Inwerkingtreding artikel
  • 1. Deze deelverordening treedt in werking zes weken na bekendmaking;

  • 2. Tegelijk met de inwerkingtreding van deze deelverordening wordt de Deelverordening Volkshuisvestingsfonds 2000 geacht te zijn ingetrokken.

Artikel 6.2 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Deelverordening Volkshuisvestingsfonds Naarden 2002".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering der gemeente Naarden, gehouden op 31 oktober 2002.

de voorzitter,

 

 

de secretaris,