Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Menterwolde

Verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaatsen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Menterwolde
Officiële naam regelingVerordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaatsen
CiteertitelBeheersverordening begraafplaatsen Menterwolde
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op de Lijkbezorging
  2. Gemeentewet, artikel 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-04-1999n.v.t.

15-04-1999

Tussenklappen; 21-04-1999

Verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaatsen

Tekst van de regeling

Verordening op het beheer en het gebruik van dealgemene begraafplaatsen

No.: 8/4.

De raad van de gemeente Menterwolde;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

overwegende dat het gewenst is om regels vast te stellen voor het gebruik en beheervan de gemeentelijke begraafplaatsen;

gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging, artikel 149 van de Gemeentewet ende Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

vast te stellen:

DE VERORDENING OP HET BEHEER EN HET GEBRUIK VAN DE ALGEMENE BEGRAAFPLAATSEN

Hoofdstuk I INLEIDENDE BEPALINGEN.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen.

Deze verordening verstaat onder:a. begraafplaatsen: 1. Algemene begraafplaats Meeden, "De algemeneNoordooster", Kerkstraat te Meeden;2. Algemene begraafplaats Muntendam, "Luppenhof'”,Nieuweweg te Muntendam;3. Algemene begraafplaats Muntendam, "De Venne"Kerkstraat te Muntendam;4. Algemene begraafplaats Noordbroek, Hoofdstraat teNoordbroek;5. Algemene begraafplaats Noordbroek, Pastorieweg teNoordbroek;6. Algemene begraafplaats Zuidbroek, Kerkstraat teZuidbroek;7. Algemene begraafplaats Zuidbroek, "De Vredehof'Nieuweweg te Zuidbroek;b. lijk: het stoffelijk overschot van een overledene of doodgeborene;c. eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan eennatuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:1°. het doen begraven en begraven houden van lijken ;2°. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbus sen met ofzonder urnen;3°. het doen verstrooien van as;d. eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan eennatuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:1°. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbus sen met ofzonder urnen;2°. het doen verstrooien van as;e. urn: een voorwerp ter berging van één asbus;f. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;g.verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;h. grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf of eenverstrooiingsplaats;i. beheerder: de ambtenaar die belast is met het dagelijks beheer van debegraafplaatsen of degene die hem vervangt;j. rechthebbende: de rechthebbende op een eigen graf.

Artikel 2 Uitbreiding begrip eigen graf.

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voorzovervan belang onder 'eigen graf’ mede verstaan: eigen urnengraf.

Hoofdstuk II OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS.

Artikel 3 Openstelling begraafplaatsen.
  • 1 De begraafplaatsen zijn voor een ieder dagelijks toegankelijk gedurende de doorburgemeester en wethouders bij nadere regels vast te stellen tijden. Zij maken3deze tijden openbaar bekend door middel van een publicatie bij de ingang van debegraafplaatsen.

  • 2 Ter handhaving van de orde en rust op de begraafplaatsen kunnen detoegangen tijdelijk worden gesloten.

  • 3 Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaatsen niet voor het publiekgeopend zijn, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van eenbegrafenis of de bezorging van as.

Artikel 4 Ordemaatregelen.
  • 1 Het is aan steenhouwers, hoveniers en daarmede gelijk te stellen personenverboden, anders dan met toestemming van de beheerder, werkzaamheden voorderden aan grafbedekkingen op de begraafplaatsen te verrichten.

  • 2 Het is verboden met motorrijtuigen op de begraafplaatsen te rijden:a. elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen anders dan voor eenbegrafenis of voor het vervoeren van materialen;b. sneller dan 10 km per uur.

  • 3 Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het verbod,bedoeld in de aanhef en onder a van het tweede lid.

  • 4 Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen diewerkzaamheden op de begraafplaatsen hebben te verrichten, zijn verplicht zichin het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van debeheerder.

  • 5 Degenen die zich niet aan de in het vierde lid bedoelde aanwijzing houden,moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaatsverwijderen.

  • 6 Dieren zijn mits aangelijnd toegestaan op de begraafplaatsen.

  • 7 Kinderen jonger dan 14 jaar mogen zich niet begeven op de begraafplaatsen,tenzij:a. onder begeleiding enb. met toestemming van de beheerder van de begraafplaatsen.

Artikel 5 Herdenkingen.
  • 1 Dodenherdenkingen, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtighedenop de begraafplaatsen moeten vijf dagen tevoren worden gemeld aan debeheerder onder opgave van datum en uur van de plechtigheid en de wijzewaarop de plechtigheid zal plaatsvinden.

  • 2 De deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in het eerste lid moeten zich in hetbelang van de orde, rust en netheid houden aan de aanwijzingen van debeheerder.

Artikel 6 Opgravingen en ruimen.

Het opgraven van lijken en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbijgeen andere personen aanwezig zijn dan degenen die met deze werkzaamheden zijnbelast. Op schriftelijk verzoek kunnen burgemeester en wethouders echter toestemmingverlenen dat in bijzondere gevallen andere personen hierbij kunnen worden toegelaten.

Hoofdstuk III VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING.

Artikel 7 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf.
  • 1 Degene, die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien,geeft daarvan uiterlijk 2 x 24 uur voorafgaande aan die dag waarop debegraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan debeheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet alswerkdag. In overleg met de beheerder wordt het tijdstip van begraven, bijzettingof verstrooiing vastgesteld. Indien de burgemeester toestemming heeft gegevenom het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgevingaan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.

  • 2 Het lijk, dan wel het omhulsel en de asbus of urn moeten zijn voorzien van eenduurzaam identiteitskenmerk. De gegevens van het kenmerk moetenovereenstemmen met de administratie van de begraafplaats.

  • 3 Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en hetdaarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen maguitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingenen onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen dezewerkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelfverrichten indien zij hun wens daartoe gelijktijdig met de in lid 1 genoemdekennisgeving mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaargemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet alswerkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerderop te volgen.

Artikel 8 Over te leggen stukken.

Begraving mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven of debezorging van as is overgelegd aan de beheerder.

Artikel 9 Tijden van begraven en asbezorging.
  • 1 De tijd van begraven en het bezorgen van as is:- op werkdagen van 08.30 tot 16.00 uur;- op zaterdag van 08.30 tot 12.00 uur.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen van deze tijdenafwijken.

Hoofdstuk IV INDELING EN UITGIFTE DER GRAVEN.

Artikel 10 Indeling graven en asbezorging.

Op de begraafplaatsen kunnen worden uitgegeven:a. eigen graven;b. eigen urnengraven.

Artikel 11 Aantal overledenen in en afmetingen eigen graven.
  • 1 Burgemeester en wethouders bepalen bij nader vast te stellen regels hoeveellijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in deeigen graven.

  • 2 Burgemeester en wethouders bepalen de afmetingen van de eigen graven.

Artikel 12 Volgorde van uitgifte.
  • 1 De eigen graven worden slechts voor directe begraving en in volgorde vanligging uitgegeven.

  • 2 Burgemeester en wethouders kunnen een eigen graf toewijzen anders dan voordirecte begraving en buiten de volgorde van uitgifte, indien dit gelet opbeschikbare capaciteit op de begraafplaatsen en uit beheersmatig oogpunt nietbezwaarlijk is.

Artikel 13 Termijnen eigen graven.
  • 1 Burgemeester en wethouders verlenen, voorzover de daartoe bestemde ruimtevan de begraafplaatsen zulks toelaat, op een daartoe bij hen in te dienenaanvraag, voor een periode van 25 jaren en voor onbepaalde tijd het recht opeen eigen graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het eigen graf isuitgegeven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijnvastgesteld in de Wet op de lijkbezorging.

  • 2 Een recht als in dit artikel bedoeld, kan slechts aan één rechthebbende wordenverleend ten behoeve van zichzelf en voor de personen genoemd in artikel 15,eerste lid. Verlening van het recht ten behoeve van een ander is slechts mogelijkindien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

Artikel 14 Grafkelder.

Burgemeester en wethouders kunnen aan de rechthebbende op een eigen grafvergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van eengrafkelder overeenkomstig de door hen te stellen voorwaarden. 

Artikel 15 Overschrijving van verleende rechten.
  • 1 Het recht op een eigen graf kan op aanvraag van de rechthebbende wordenovergeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner dan wel eenbloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving opverzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemdepersonen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 2 Na het overlijden van de rechthebbende kan het eigen graf wordenovergeschreven op naam van de echtgenoot of levenspartner dan wel eenbloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoewordt gedaan binnen één jaar na het overlijden van de rechthebbende.Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoeldepersonen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 3 Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijvingaan burgemeester en wethouders niet wordt gedaan binnen de in het tweede lidvan dit artikel gestelde termijn, zijn burgemeester en wethouders bevoegd hetrecht op het eigen graf te doen vervallen.

  • 4 Na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde termijn van een jaarkunnen burgemeester en wethouders het eigen graf alsnog op naam stellen vaneen nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op een eigen graf datinmiddels is geruimd.

Artikel 16 Afstand doen van graven.

Met inachtneming van de situering van de graven en de restcapaciteit van debegraafplaatsen kan de rechthebbende tegen een door burgemeester en wethouders tebepalen vergoeding schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van hetrecht op het eigen graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeesteren wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

Hoofdstuk V GRAFBEDEKKINGEN.

Artikel 17 Vergunning grafbedekking.
  • 1 Voor het plaatsen en geplaatst houden van een grafbedekking is een schriftelijkevergunning nodig van burgemeester en wethouders.

  • 2 Omtrent de wijze van aanvrage van de vergunning, de aard en de afmetingenvan de grafbedekking en de wijze van aanbrengen, kunnen burgemeester enwethouders nadere regels vaststellen.

  • 3 Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de door henvastgestelde nadere regels.

  • 4 Burgemeester en wethouders kunnen de vergunning weigeren indien:a. niet voldaan wordt aan de door hen vastgestelde nadere regels;b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;d. de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is.

Hoofdstuk VI RUIMING VAN GRAVEN, URNEN GRAVEN EN URNENNISSEN.

Artikel 22 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as.
  • 1 Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordtgedurende tenminste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het grafgeruimd zal worden op een bij het te ruimen graf te plaatsen bordje ter kennisvan de belanghebbenden gebracht, tenzij het adres van de rechthebbende ophet graf aan hen bekend is. In dat geval maken zij hem uiterlijk een jaar voor hetgenoemde tijdstip per brief hun voornemen bekend.

  • 2 De bij de ruiming van het graf nog aanwezige overblijfselen van lijken wordenbegraven en de as wordt verstrooid op een van de daartoe bestemde, afgeslotengedeelten van de begraafplaatsen.

Hoofdstuk VIII INSTANDHOUDEN HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKING.

Artikel 23 Lijst.
  • 1 Burgemeester en wethouders houden een lijst bij van graven die van historischebetekenis zijn of waarvan de grafbedekking een opvallende kwaliteit heeft.

  • 2 Alvorens tot ruiming van graven wordt overgegaan onderzoeken burgemeesteren wethouders of er graven zijn die in aanmerking komen om op de lijst teworden bijgeschreven.

  • 3 De gemeenteraad beslist over het ruimen van graven en het verwijderen vangrafbedekkingen die op de in het eerste lid bedoelde lijst staan.

Hoofdstuk IX INRICHTING REGISTER.

Artikel 24 Voorschriften.
  • 1 Burgemeester en wethouders stellen voorschriften vast voor het register van debegraven lijken en de bezorgde as.

  • 2 Het register wordt bijgehouden door de beheerder.

Hoofdstuk X KLACHTEN.

Artikel 25 Indiening, behandeling en beslissing.
  • 1 Ingezetenen en in de gemeente een belanghebbende natuurlijke enrechtspersonen kunnen omtrent feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijkehandelingen betreffende de begraafplaats bij burgemeester en wethouders eenschriftelijke klacht indienen.

  • 2 Burgemeester en wethouders beslissen binnen vier weken na ontvangst van deklacht. Zij kunnen deze termijn met ten hoogste vier weken verlengen.

Hoofdstuk XI SLOTBEPALINGEN.

Artikel 26 Strafbepaling

Overtreding van één van de bepalingen van deze verordening kan worden gestraft meteen geldboete van de eerste categorie.

Artikel 27 Inwerkingtreding.

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na bekendmaking.

Artikel 28 Citeertitel.

Deze verordening kan worden aangehaald als: Beheersverordening begraafplaatsenMenterwolde.

Ondertekening

Muntendam, 15 april 1999.

De raad voornoemd:

De voorzitter,De secretaris,