Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Noord

Inspraakverordening Amsterdam-Noord 2007

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Noord
Officiële naam regelingInspraakverordening Amsterdam-Noord 2007
CiteertitelINSPRAAKVERORDENING AMSTERDAM-NOORD 2007
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerpBestuurlijke organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 18-4-2007

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: -

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 150

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-200701-04-2016nieuwe regeling

18-04-2007

Noord-Amsterdams Nieuwsblad, 24-4-2007

-

Tekst van de regeling

Inhoud

§ 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1

De verordening verstaat onder:

- inspraak: het ten aanzien van beleidsvoornemens van het stadsdeelbestuur van Amsterdam- Noord schriftelijk of mondeling naar voren brengen van een zienswijze;

- inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

- beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;

- bestuursorgaan: het dagelijks bestuur van het stadsdeel Amsterdam-Noord of de deelraad van Amsterdam-Noord;

- recesperiode: periode, die algemeen als vakantieperiode geldt voor de basisscholen.

§ 2 Object van inspraak

Artikel 2
  • 1. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van de eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend.

  • 2. Het bevoegd bestuursorgaan draagt zorg voor het inspraaktraject, mits het de voorbereiding van het beleidsvoornemen heeft verricht dat object is van de inspraak.

  • 3. Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht.

  • 4. Geen inspraak wordt verleend:

    • a.

      indien inspraak bij of krachtens de wet is uitgesloten;

    • b.

      indien sprake is van uitvoering van regelingen van hogere overheden waarbij van enige beleidsvrijheid geen sprake is;

    • c.

      inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • d.

      indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;

    • e.

      indien het belang van de inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van het stadsdeel voor kwetsbare groepen in de samenleving;

    • f.

      bij ondergeschikte beleidswijzigingen;

    • g.

      als dit tot gevolg zou hebben dat tweemaal of vaker over hetzelfde onderwerp inspraak zou plaatsvinden.

§ 3 Subject van inspraak

Artikel 3
  • 1. Inspraak wordt verleend aan belanghebbenden.

  • 2. Het bestuursorgaan dat de inspraak verleent kan gemotiveerd besluiten de kring van insprekers te verruimen.

§ 4 Inspraakprocedure

Artikel 4
  • 1. Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Awb van toepassing.

  • 2. In beginsel vindt de inspraakprocedure niet plaats tijdens de periode van de zomervakantie van de basisscholen in Amsterdam-Noord. In voorkomende gevallen is ter inzagelegging en het indienen van zienswijzen van maximaal 3 weken in voornoemde periode mogelijk.

  • 3. Tijdens recesperiodes vinden geen inspraakavonden plaats. Evenmin worden aankondigingen van inspraakavonden tijdens recesperiodes uitgebracht.

  • 4. Het bestuursorgaan dat de inspraak verleent kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen, tenzij de wet dit niet toelaat.

  • 5. In afwijking van het bepaalde in artikel 2 lid 4g kan het Dagelijks Bestuur in geval van het ontwerpen van een bestemmingsplan met ontwikkelingsaspecten besluiten inspraak te verlenen in de voorontwerpfase.

§ 5 Eindverslag

Artikel 5
  • 1. Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan dat de inspraak verleent een eindverslag op.

  • 2. Het eindverslag bevat in ieder geval:

    • a.

      een overzicht van de gevolgde procedure;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • c.

      een reactie op deze zienswijzen waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.

  • 3. Het eindverslag wordt toegestuurd naar de insprekers en overlegpartners.

  • 4. Insprekers en overlegpartners kunnen binnen 10 dagen na verzending aan de voorzitter schriftelijk hun opmerkingen kenbaar maken betreffende de weergave van hun zienswijze in het eindverslag.

  • 5. Het eindverslag wordt bij de besluitvorming betrokken.

§ 6 Afwijkend standpunt

Artikel 6
  • 1. Indien het bestuursorgaan dat de inspraak verleent tot een ander standpunt komt dan aan de insprekers is voorgelegd, wordt deze keuze en de daaraan ten grondslag liggende motieven aan de insprekers schriftelijk bekend gemaakt.

  • 2. Indien het dagelijks bestuur de inspraak verleent, wordt, op verzoek van de insprekers, deze keuze door het dagelijks bestuur toegelicht voordat behandeling door de deelraad plaatsvindt.

§ 7 Afwijkende inspraakprocedure

Artikel 7

(vervallen)

Artikel 8
  • Inspraakprocedure voor de voorbereiding van de wijziging van besluiten als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder a en b, van de Woningwet, alsmede de wijziging van de welstandsnota als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet

  • 1. Van het bestaan van het ontwerp van de wijziging en van de mogelijkheid tot het inspreken daarop wordt melding gemaakt in:

    • a.

      een artikel in de plaatselijke huis-aan-huiskrant;

    • b.

      een kennisgeving in de huis aan huis te verspreiden “Stadsblad" (editie Noord);

    • c.

      het onderdeel Kennisgevingen op de website van het stadsdeel (http://www.noord.amsterdam.nl).

  • 2. Het ontwerp van de wijziging wordt gedurende zes weken:

    • a.

      ter inzage gelegd bij het Vergunningen Servicebureau in het Servicecentrum van het stadsdeelhuis;

    • b.

      ter inzage gelegd bij de vier openbare bibliotheken in het stadsdeel.

  • 3. Tegen betaling van de kosten zijn bij het Vergunningen Servicebureau papieren exemplaren van het ontwerp van de wijziging te bestellen.

  • 4. Tijdens een informatiebijeenkomst/hoorzitting wordt een toelichting gegeven op het ontwerp van de wijziging.

  • 5. Belanghebbenden kunnen tot en met zes weken na de datum waarop de terinzagelegging heeft aangevangen als volgt op het ontwerp van de wijziging van de nota reageren:

    • a.

      schriftelijk door toezending van de zienswijze aan het bestuursorgaan dat de inspraak verleent;

    • b.

      digitaal door toezending van de zienswijze naar het e-mailadres info@noord.amsterdam.nl of;

    • c.

      mondeling op de inspraakavond.

  • 6. Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan dat de inspraak verleent een eindverslag op. Het eindverslag bevat in ieder geval:

    • a.

      een overzicht van de gevolgde procedure;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling, digitaal of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • c.

      een reactie op deze zienswijzen waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van de wijziging wordt overgegaan.

  • 7. Het eindverslag wordt toegestuurd aan de insprekers.

  • 8. Insprekers kunnen binnen tien dagen na verzending opmerkingen betreffende de weergave van hun zienswijze in het eindverslag, schriftelijk kenbaar maken aan het bestuursorgaan dat de inspraak verleent.

  • 9. Het eindverslag wordt bij de besluitvorming betrokken.

§ 8 Slot- en overgangsbepalingen

Artikel 9
  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 mei 2007.

  • 2. De Inspraakverordening Amsterdam-Noord van 1 december 2004 wordt ingetrokken op de dag dat de inspraakverordening in werking treedt.

Artikel 10

Op ontwerp-besluiten, die voor de inwerkingtreding van deze verordening ter inzage zijn gelegd, blijft de procedure conform de Inspraakverordening Amsterdam-Noord 2004 van toepassing.

Artikel 11

Deze verordening wordt aangehaald als Inspraakverordening stadsdeel Amsterdam-Noord 2007