Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bolsward

Subsidieverordening gemeentelijke monumenten Bolsward 2010-2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bolsward
Officiële naam regelingSubsidieverordening gemeentelijke monumenten Bolsward 2010-2014
CiteertitelSubsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Bolsward 2010 t/m 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerpGeen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-04-201001-01-2013Nieuwe regeling

13-04-2010

Onbekend

Geen

Tekst van de regeling

Subsidieverordening gemeentelijke monumenten Bolsward 2010-2014

De raad van de gemeente Bolsward;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 september 2010, inzake de Subsidieverordening gemeentelijke monumenten Bolsward 2010 t/m 2014;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    College

College van burgemeester en wethouders van de gemeente Bolsward

  • b.

    Subsidie.

De aanspraak van financiële middelen door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursor­gaan geleverde goederen of diensten.

  • c.

    Subsidieplafond.

Het totaalbedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidie krachtens deze verordening.

  • d.

    Selectiepakket

Een lijst die door het college is vastgesteld, met daarop maatregelen die op basis van deze verordening voor subsidie in aanmerking komen.

  • e.

    gemeentelijke monumenten.

(on)roerende goederen, objecten of terreinen, die vanwege hun bijzondere (cultuur) historische, architectonisch, landschappelijke, volkskundige, wetenschappelijke en/of esthetische betekenis van algemeen belang zijn en op grond van artikel 3 van de monumentenverordening Bolsward bij besluit van het college zijn aangewezen als beschermd gemeentelijk monument.

  • f.

    eigenaar:

een natuurlijke – of rechtspersoon, die in de kadastrale registers als eigenaar, erfpachter of houder van het recht van opstal van een gemeentelijk monument staat ingeschreven.

  • g.

    Gemeentelijke monumentenlijst:

lijst als bedoeld in artikel 1 lid 2 van de Monumentenverordening Bolsward.

Artikel 2 Werkingssfeer

Deze verordening is uitsluitend van toepassing op de gemeentelijke monumenten, die geplaatst zijn op de gemeentelijke monumentenlijst, zoals vastgesteld is door het college.

Artikel 3 Bevoegdheid college

  • 1. Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies met in achtneming van het subsidieplafond.

  • 2. Het college is bevoegd om voorwaarden aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden.

Artikel 4 Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor de subsidie “monumentale panden Bolsward 2010 t/m 2014” bedraagt € 50.000,00 per jaar.

Artikel 5 Aanvraag om subsidie

  • 1. Een aanvraag om subsidie wordt schriftelijk ingediend bij het college door middel van het “Aanvraagformulier gemeentelijke monumenten Bolsward”.

  • 2. Onvolledig ingevulde aanvraagformulieren worden niet in behandeling genomen.

  • 3. Bij een aanvraag om subsidie overlegt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      een beschrijving van de activiteiten waar subsidie voor wordt gevraagd;

    • b.

      de doelstellingen en resultaten, die daarmee worden nagestreefd, en hoe de activiteiten aan dat doel bijdragen;

    • c.

      een begroting en dekkingsplan van de kosten van de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij andere bestuursorganen of private organisaties of personen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan.

  • 4. Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het derde lid genoemde gegevens te verlangen, indien die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag noodzakelijk, respectievelijk voldoen, zijn.

  • 5. De subsidie kan alleen aangevraagd worden door de eigenaar van het gemeentelijk monument.

  • 6. Een aanvraag moet gelijktijdig of voor het indienen van de monumentenaan­vraag plaatsvinden.

  • 7. Het college zal de aanvraag voor subsidie weigeren indien de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd, al zijn gestart voordat de aanvraag is ingediend.

Artikel 6 Verdeelmechanisme

  • 1. De subsidie als bedoeld in artikel 5, eerste lid, bedraagt maximaal € 5.000,00 per gemeentelijk monument.

  • 2. Er mag in de resterende looptijd van deze subsidieregeling maximaal € 5000,00 subsidie per gemeentelijk monument , of afzonderlijke woning in één monument, worden verstrekt.

  • 3. Het totaal bedrag aan subsidie, als bedoeld in artikel 4, wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst (“wie het eerst komt, het eerst maalt”), waarbij aanvragen in volgorde van ontvangst van de volledige aanvraag worden behandeld.

Artikel 7 Verlening subsidie

  • 1. Bij het besluit tot verlening van de subsidie geeft het college aan op welke wijze de verantwoording van de te ontvangen subsidie plaats vindt.

  • 2. Het college is bevoegd om verplichtingen aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden met betrekking tot het beheer en gebruik van de subsidie.

Artikel 8 Gereedmelding

De subsidie-aanvrager meldt schriftelijk aan het college dat de subsidiabele activiteiten zijn uitgevoerd.

Artikel 9 Toekenning van de subsidie

  • 1. De subsidieontvanger dient uiterlijk dertien weken, na het verrichten van de activiteiten, een aanvraag tot vaststelling in bij het college.

  • 2. De aanvraag tot vaststelling bevat tenminste:

    • a.

      een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;

    • b.

      een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening).

  • 3. Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn, worden voorgelegd.

  • 4. Binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling neemt het college een voorlopig besluit op deze aanvraag.

Artikel 10 Uitbetaling van de subsidie

  • 1. De subsidie wordt uitbetaald als bijdrage ineens.

  • 2. Het college keert het definitief vastgesteld subsidiebedrag uit aan de aanvrager door middel van overma­king op een bank- of girorekeningnummer.

Artikel 11 Weigeringsgronden subsidie

  • 1. De subsidietoekenning kan naast de in artikel 4:25 en artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde gevallen geweigerd worden indien gegronde redenen bestaan aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden of zijn besteed voor het doel waar­voor de subsi­die be­schikbaar wordt gesteld.

  • 2. Een subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien de aangevraagde activiteit niet wordt beschreven in het selectiepakket aan maatregelen als bedoeld in artikel 13.

  • 3. Een subsidie wordt geweigerd indien in strijd gehandeld wordt met de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (artikel 2.1)

Artikel 12 Intrekken van subsidie

Indien het college een besluit tot verlening van subsidie intrekken, wordt een reeds betaalde bijdrage geheel of gedeeltelijk met vergoeding van de wettelijke rente worden teruggevorderd.

Artikel 13 Het selectiepakket aan activiteiten

  • 1. Het college stelt ter uitvoering van deze verordening een selectiepakket vast, waarin limitatief wordt aangegeven voor welke activiteiten subsidie kan worden verleend.

  • 2. Het college heeft de bevoegdheid het in lid 1 genoemde selectiepakket te wijzigen.

Artikel 14 Bijzondere omstandigheden

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepas­sing van het bepaalde in deze regeling naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslis­sing, kan afgeweken worden van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening, die kan worden aangehaald als "Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Bolsward 2010 t/m 2014" treedt in werking op de dag, volgend op die waarop zij is bekendgemaakt.