Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Sneek

Verordening Winkeltijden Sneek

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Sneek
Officiële naam regelingVerordening Winkeltijden Sneek
CiteertitelVerordening Winkeltijden Sneek
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpVerordening Winkeltijden

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

De Winkeltijdenwet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-02-199705-07-2012Nieuwe regeling

28-01-1997

Sneeker Nieuwsblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Begripsbepaling

No. 9

De raad van de gemeente Sneek;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 1997 (bijlage no. 10);

gelet op de Winkeltijdenwet, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

gehoord de Kamer van Koophandel voor Friesland;

besluit:

vast te stellen de volgende Verordening Winkeltijden Sneek,

Artikel 1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet van 21 maart 1996 (Staatsblad 182);

  • b.

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag, tweede Kerstdag;

  • c.

    19-uur dagen: Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december;

  • d.

    werkdagen: maandag tot en met zaterdag.

Overdracht van de ontheffing

Artikel 2

  • 1. Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. Ingeval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college van burgemeester en wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Intrekking of wijziging van de ontheffing

Artikel 3

Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    op grond van een verandering van omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Voorschriften en beperkingen

Artikel 4

  • 1. Aan een krachtens deze verordening verleende ontheffing kunnen voorschriften of beperkingen worden verbonden. Deze voorschriften en beperkingen mogen slechts strekken ter bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de ontheffing is vereist.

  • 2. Degene aan wie krachtens deze verordening een ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.

Zon- en feestdagenregeling

Artikel 5

  • 1.

    De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

Met delen van de gemeente wordt bedoeld:

  • a.

    het gebied binnen de stadsgrachten van Sneek;

  • b.

    het gebied buiten de stadsgrachten van Sneek, met uitzondering van de Veemarkthal en de Sneker Sporthal;

  • c.

    de Veemarkthal en de Sneker Sporthal;

  • d.

    Ysbrechtum;

  • e.

    Offingawier;

  • f.

    Loënga.

Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen

Artikel 6

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 00.00 en 16.00 uur.

  • 2. De schriftelijke aanvraag om ontheffing wordt ondertekend en bevat tenminste:

    • a.

      naam en het adres van de aanvrager;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      omschrijving van de lokaliteit waar de avondwinkel zal worden'gevestigd.

  • 3. Tevens dienen bij als bedoeld in het tweede lid bij de aanvraag om ontheffing de volgende bescheiden te worden overlegd:

    • a.

      een kopie van de vestigingsvergunning van de Kamer van Koophandel;

    • b.

      een kopie van de inschrijving in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken.

  • 4. Het college van burgemeester en wethouders kan voor de vestiging van ten hoogste 2 avondwinkels ontheffing verlenen.

  • 5. Aan de ontheffing als bedoeld in het vorige lid, worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      de winkel dient op zon- en feestdagen gesloten te zijn tussen 00.00 en 16.00 uur;

    • b.

      er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet;

  • 6. De ontheffing kan worden geweigerd indien:

    • a.

      de vestiging van de avondwinkel op ontoelaatbare wijze de directe woon leefsituatie nadelig beïnvloedt;

    • b.

      de vestiging van de avondwinkel op ontoelaatbare wijze verstoring van de openbare orde met zich meebrengt;

    • c.

      de vestiging in strijd is met het bestemmingsplan;

    • d.

      het maximum aantal te verlenen ontheffingen wordt overschreden.

  • 7. De ontheffing als bedoeld in het eerst lid vervalt indien de avondwinkel niet binnen 3 maanden na datum van verzending van het besluit operationeel is.

Ontheffingen zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

Artikel 7

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voorzover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag. Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere aangelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen.

  • 2. De in het eerste lid, onder a genoemde ontheffing kan worden verleend ingeval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen en beurzen. De in het eerste lid, onder b genoemde ontheffing kan worden verleend ingeval van exploitatie van kunstateliers of galeries.

Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Artikel 8

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voorzover deze betrekking hebben op werkdagen.

  • 2.

    De ontheffing als bedoeld in het eerste lid ten behoeve van een winkel kan worden geweigerd indien:

  • a.

    de vestiging van de winkel op ontoelaatbare wijze de directe woon- en leefsituatie nadelig beïnvloedt;

  • b.

    de vestiging van de winkel op ontoelaatbare wijze verstoring van de openbare orde met zich meebrengt;

    • 3.

      Onverminderd het bepaalde in artikel 3 van deze verordening kan de ontheffing worden ingetrokken indien:

  • a.

    als gevolg van de aanwezigheid van de winkel, de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

  • b.

    als gevolg van de aanwezigheid van de winkel, de directe woon- en leefsituatie op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed.

Toerisme

Artikel 9

De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet gelden in verband met de toeristische aantrekkingskracht van de gemeente niet:

  • a.

    voor het gebied recreatiecentrum De Potten inclusief Starteiland en het Houkeslootgebied;

  • b.

    gedurende de periode 1 juni tot en met 1 oktober.

Inwerkingtreding

Artikel 10

  • 1.

    De verordening treedt in werking op de eerste werkdag van de week volgend op die waarin de bekendmaking heeft plaatsgevonden.

  • 2.

    De Verordening op de winkelsluiting van de gemeente Sneek, vastgesteld bij raadsbesluit van 18 april 1995, no. 13 is van rechtswege op 1 juni 1996 komen te vervallen.

Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening Winkeltijden Sneek".

voorzitter,

secretaris.

Artikelsgewijze toelichting

In de aanhef van de verordening wordt verwezen naar de Algemene wet bestuursrecht (Awb); dit is de Awb die op 1 januari 1994 in werking is getreden. Naast de bepalingen die in deze verordening zijn vastgelegd zal altijd de Algemene wet bestuursrecht geraadpleegd moeten worden. In de aanhef wordt ook verwezen naar de Gemeentewet; dit is de Gemeentewet die op 1 januari 1994 in werking is getreden.

Artikel 1

Voor de omschrijving van de begrippen "feestdagen", "19-uur dagen" en "werkdagen" is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet.

Artikel 2

De te verstrekken ontheffingen hebben allen een zakelijk karakter. Dit omdat de ontheffing voorschriften bevat die betrekking hebben op de exploitatie van een zaak. De overname van een zaak kan in de praktijk derhalve doorgang vinden (zonder onnodige administratieve handelingen).

De bepaling bindt overigens de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van burgemeester en wethouders. Deze tussenkomst geeft het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in van de handel en wandel van de opvolger,

Artikel 5

Op maximaal 12 zon- en feestdagen per jaar kan afgeweken worden van het sluitingsverbod. Deze aanwijzingsbevoegdheid is ontleend aan artikel 3, eerste lid van de wet. Op grond van het tweede lid van dit artikel geldt de aanwijzingsbevoegdheid voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

Artikel 6

Met deze regeling is het mogelijk dat avondwinkels op zon- en feestdagen geopend kunnen zijn tussen 16.00 en 00.00 uur. Het aantal te verlenen ontheffingen is gelet op de wet beperkt tot 2 (1 avondwinkel per 15.000 inwoners). Uit praktische overwegingen is gekozen voor een ontheffingsstelsel. Het voordeel hiervan is dat per geval (en locatie) kan afwegen of de vestiging van de avondwinkel zich verhoudt tot de belangen van de directe woon- en leefomgeving en de openbare orde.

Bij de beoordeling van de aanvraag om ontheffing wordt rekening gehouden met de bepalingen van die zijn vastgelegd in de Winkeltijdenwet, de gemeentelijke verordening en het beleid ten aanzien van de vestiging van avondwinkels. Het tweede en derde lid van dit artikel vloeien rechtstreeks voort uit de wet, artikel 3, vierde lid. Volledigheidshalve is ervoor gekozen de weigeringsgronden en de intrekkingsgronden van de te verlenen ontheffing te vermelden. Gelet op het beperkt aantal te verlenen ontheffingen is ervoor gekozen een termijn te stellen waarbinnen de avondwinkel wordt geacht operationeel te zijn. Volledigheidshalve wordt verwezen naar het bepaalde in artikel 8 van deze verordening. Op grond daarvan kan tevens ontheffing worden verleend tot openstelling van de avondwinkel op werkdagen na 22.00 uur. Aangezien in de oude situatie het sluitingsuur van deze winkels op 24.00 uur is vastgesteld is het wenselijk deze verruimde openstelling ook in de nieuwe situatie mogelijk te maken.

Artikel 7

Dit artikel is gebaseerd op artikel 4 van de wet. In de oude Winkelsluitingswet vloeide deze vrijstellingsmogelijkheid rechtstreeks voort uit de wet. Op grond van de nieuwe Winkeltijdenwet kan, indien plaatselijke omstandigheden daartoe aanleiding zijn, deze bevoegdheid in de verordening worden opgenomen. Gekozen is voor een ontheffingsstelsel waarbij per aanvraag kan worden beoordeeld of er sprake is van een bijzondere omstandigheid van tijdelijke aard. Onder deze ontheffingsmogelijkheid vallen ook organisaties van tentoonstellingen ln kunstateliers en galeries.

Artikel 8

Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid de openingstijden op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur te reguleren voor winkels alsmede de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel (waaronder ook de uitoefening van markt- en straathandel). Er is gekozen voor een ontheffingsstelsel waarbij in afzonderlijke gevallen de afweging kan worden gemaakt of de gewenste openstelling zich verhoudt met belangen van de woon- en leefomgeving en de openbare orde.

Artikel 9

Het artikel is gebaseerd op artikel 3, derde lid, onder a van de wet. Gelet op de toeristische aantrekkingskracht van Sneek is er behoefte aan openstelling van winkels op zon- en feestdagen gedurende de periode van 1 juni tot en met 1 oktober van elk kalenderjaar. Er is gekozen voor een algemene vrijstelling zodat de keuze aan de ondernemer zelf is om daarvan gebruik te kunnen maken.

Tenslotte geldt de vrijstelling uitsluitend voor recreatiecentrum De Potten

inclusief Starteiland (exploitatie van een campingwinkel) en het Houkeslootgebied.

Artikel 10

Volgens artikel 139 Gemeentewet kan een verordening met externe werking slechts verbinden nadat zij is bekendgemaakt. De oude verordening is met ingang van 1 juni 1996 van rechtswege vervallen.

Beleid ten aanzien van het verlenen van een ontheffing voor de vestiging van avondwinkels op grond van artikel 6 juncto 8 van de Verordening op de Winkeltijden.

Dit beleid heeft tot doel richtlijnen te formuleren ten aanzien van het verlenen van een ontheffing voor de vestiging van twee avondwinkels binnen de gemeente Sneek. In dit beleid wordt ingegaan op:

  • -

    de beoordeling van een aanvraag om ontheffing;

  • -

    de loting uit gelijkwaardige aanvragen ten behoeve van de eerste te verlenen ontheffing;

  • -

    het aanwijzen van een gebied waarbinnen de vestiging van de avondwinkel mogelijk is.

Beoordeling.

Het college neemt een aanvraag om ontheffing in behandeling indien zij voldoet

aan de eisen die zijn vastgelegd in artikel 4, lid 1 van de Verordening op de

Bij de beoordeling van een verzoek om ontheffing controleert het college of zij voldoet aan:

  • 1.

    de bepalingen genoemd in artikel 3, lid 4 van de Winkeltijdenwet;

  • 2.

    de bepalingen genoemd in artikel 6 juncto 8 van de Verordening op de Winkeltijden;

  • 3.

    het beleid ten aanzien van het verlenen van een ontheffing voor de vestiging van een avondwinkel.

In de wet en de verordening zijn de grenzen vastgelegd waarbinnen de ontheffing wordt verleend. Dit wettelijk kader biedt geen ruimte voor het stellen van nadere eisen. Bij het verlenen van de eerste ontheffing vindt de selectie plaats aan de hand van de bovengenoemde punten. Vervolgens wordt uit de overgebleven, gelijkwaardige aanvragen de eerste houder van de ontheffing geloot. De procedure ziet er dan als volgt uit:

  • a.

    de aanvragen om ontheffing die voldoen aan alle gestelde eisen worden geselec teerd;

  • b.

    uit de geselecteerde aanvragen wordt de eerste houder van de ontheffing geloot;

  • c.

    de overgebleven aanvragen om ontheffing worden geweigerd op grond van artikel 4, onder d.

Bij overname van een avondwinkel dient de nieuwe ondernemer zich schriftelijk bij ons college te melden. De ontheffing wordt overgeschreven op naam van de nieuwe houder indien de exploitatie van de avondwinkel ongewijzigd blijft,

Aanwijzing gebied waarbinnen de vestiging van een avondwinkel is toegestaan.

De exploitatie van een avondwinkel heeft binnen de sector detailhandel een bijzonder karakter. De vestiging wordt primair toegestaan ln het gebied binnen de stadsgrachten en secundair op de transferpunten Normandiaplein, Boschplein en Bolswarderpoort. Dit, omdat inbreuk op de directe woon-leefomgeving vrij voor de hand liggend is (komende en gaande bezoekers en bevoorradingsverkeer). Als gekozen wordt voor een lokatie buiten de woonomgeving, dan ontbreekt met name 's avonds een stukje sociale veiligheid.

In verband hiermee en omdat detailhandel zoveel mogelijk thuis hoort in het gebied binnen de stadsgrachten, is de keuze voor de binnenstad logisch. Daarnaast zouden de transferpunten Normandiaplein, Boschplein en Bolswarderpoort, die tegen de stadskern aan liggen, een mogelijke lokatie voor de vestiging van een avondwinkel kunnen zijn.

Op deze lokaties is voldoende parkeergelegenheid aanwezig. De vestiging van detailhandel op de transferpunten is echter wel aan beperkingen onderworpen.

Vanuit planologisch oogpunt past deze aanwijzing binnen het gevoerde beleid.

De stadskern en de transferpunten Normandiaplein, Boschplein en Bolswarderpoort, hebben qua bereikbaarheid en parkeervoorziening een zogenaamde spilfunctie.

Een concreet verzoek om ontheffing voor de vesting van een avondwinkel moet passen binnen het vigerende bestemmingsplan. Is dit niet het geval, dan wordt de afgifte van de ontheffing voor de vestiging van een avondwinkel geweigerd overeenkomstig artikel 4, onder c van de Verordening op de Winkeltijden.

Samenvatting

De eerste selectie uit de aanvragen om ontheffing voor de vestiging van een

avondwinkel vindt'plaats aan de hand van loting.

De aanvraag om ontheffing wordt beoordeeld op grond van de bepalingen die zijn vastgelegd in de Winkelsluitingswet en de Verordening op de Winkeltijden. Tevens wordt bij de voorbereiding op de beslissing op een verzoek om ontheffing rekening gehouden met het geformuleerde beleid,

Als lokatie waar de vestiging van een avondwinkel wordt toegestaan, wordt primair het gebied aangewezen dat gelegen Is binnen de stadsgrachten. De transferpunten Normandiaplein, Boschplein en Bolswarderpoort kunnen een secundaire mogelijke lokatie vormen.

De exacte lokatie moet passen binnen de bepalingen die zijn vastgelegd in de vigerende bestemmingsplannen. Is dit laatste niet het geval dan wordt het verzoek om ontheffing, op grond van artikel 4, onder c van de Verordening op de Winkeltijden geweigerd.