Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Naarden

Regeling inzake de behandeling van klachten 2000

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Naarden
Officiële naam regelingRegeling inzake de behandeling van klachten 2000
CiteertitelRegeling klachtenbehandeling 2000
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht
  2. Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-08-2000Nieuwe regeling

27-07-2000

Gemeenteblad, jrg 7, nr 7, 27 juli 2000

Nieuwe regeling

Tekst van de regeling

De raad en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Naarden,- gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 juli 2000, nr 73; - gelet op hoofdstuk 9 en afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 149 Gemeentewet; - overwegende dat het gewenst is bij besluit nader vast te leggen de wijze waarop klachten, in opdracht c.q. met machtiging van bestuursorganen, worden afgehandeld;

b e s l u i t en: ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft, vast te stellen de volgende Regeling inzake de behandeling van klachten.

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    bestuursorgaan: de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester, een commissie ingesteld op grond van artikel 83 of 84;

  • b.

    ambtenaar: een ieder die werkzaam is onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan;

  • c.

    klacht: een uiting van ongenoegen over de wijze waarop een bestuursorgaan of een ambtenaar zich in een bepaalde aangelegenheid jegens klager of een ander heeft gedragen;

  • d.

    gedraging: ieder handelen of nalaten;

Artikel 2 Toepassingsbereik

Onder bestuursorgaan wordt in deze regeling mede verstaan een lid van het college van burgemeester en wethouders.

Hoofdstuk 2 Indienen van klachten

Artikel 3 Indiening van klachten
  • 1. Een klacht kan zowel mondeling als schriftelijk worden ingediend.

  • 2. Een mondelinge klacht wordt ingediend bij het betreffende bestuursorgaan, dan wel de betreffende ambtenaar.

  • 3. Een schriftelijke klacht wordt eveneens ingediend bij het betreffende bestuursorgaan.

  • 4. Een schriftelijke klacht over een gedraging van een ambtenaar wordt ingediend bij het bestuursorgaan onder wiens verantwoordelijkheid de ambtenaar werkzaam was ten tijde van die gedraging.

Artikel 4 Eisen voor indiening
  • 1. Bij indiening van een klacht: - moeten naam en adres van de indiener en de klager kenbaar zijn; - moet worden aangegeven op wie en welke gedraging de klacht betrekking heeft en wanneer die heeft plaatsgevonden;

  • 2. Een schriftelijke klacht moet gedateerd en ondertekend zijn.

  • 3. Indien dit voor een behoorlijke behandeling van de klacht noodzakelijk is wordt de klacht door de indiener in de nederlandse taal gesteld.

  • 4. Indien de klacht niet voldoet aan het bepaalde in de voorgaande leden, wordt de indiener van de klacht in de gelegenheid gesteld de klacht binnen een daarbij te stellen termijn aan te vullen. Maakt de klager van de mogelijkheid tot aanvulling van zijn klacht geen gebruik en kan een behoorlijke afhandeling van de klacht daardoor niet plaatsvinden, dan wordt besloten tot het niet in behandeling nemen van de klacht.

Hoofdstuk 3 Behandeling van klachten

Artikel 5 Geen behandel verplichting
  • 1. Het is niet verplicht een klacht te behandelen indien die betrekking heeft op een gedraging:

    • a.

      die langer dan een jaar voor indiening van de klacht heeft plaatsgevonden;

    • b.

      waartegen door de klager bezwaar gemaakt had kunnen worden;

    • c.

      waartegen door de klager beroep kan of kon worden ingesteld;

    • d.

      die door het instellen van een procedure aan het oordeel van een andere rechterlijke instantie dan een administratieve rechter onderworpen is, dan wel onderworpen is geweest of,

    • e.

      zolang terzake daarvan een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is, dan wel indien de gedraging deel uitmaakt van de opsporing of vervolging van een strafbaar feit en terzake van dat feit een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is.

  • 2. Er bestaat voorts geen verplichting tot het behandelen van een klacht indien het belang van de klager dan wel het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is.

  • 3. Indien een schriftelijke klacht op grond van deze regeling niet in behandeling wordt genomen, wordt de klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift daarvan schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 6 Mondelinge klachtenbehandeling
  • 1. Mondeling ingediende klachten worden in beginsel behandeld door het betrefende bestuursorgaan dan wel de betreffende de ambtenaar.

  • 2. In geval de klacht betrekking heeft op een gedraging van een ambtenaar, kan zowel de klager als de ambtenaar verzoeken de klacht te laten behandelen door zijn afdelingshoofd.

  • 3. In geval het bestuursorgaan uit meerdere leden bestaat, treedt het lid dat de klacht gelet op de interne werkverdeling het meest aangaat, op als woordvoerder van dat bestuursorgaan.

  • 4. De afhandeling van mondelinge klachten kan eveneens mondeling geschieden.

  • 5. De ambtenaar informeert zijn afdelingshoofd over door hem mondeling afgehandelde klachten.

Artikel 7 Ontvangst schriftelijke klachten
  • 1. Schriftelijke klachten worden apart geregistreerd in het postregistratiesysteem van de gemeente. Een klaagschrift alsmede van de daarbij meegezonden stukken wordt door middel van een afschrift onmiddel¬lijk ter kennis gebracht van degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft.

  • 2. De ontvangst van een klaagschrift wordt binnen een week bevestigd. Bij de bevestiging wordt aangegeven wie de klacht behandelt en informatie verstrekt over de verder te volgen procedure.

Artikel 8 Schriftelijke klachtenbehandeling
  • 1. Met de behandeling van een schriftelijke klacht die betrekking heeft op een gedraging van een ambtenaar, is belast het afdelingshoofd dat direct dan wel indirect aan hem leiding geeft.

  • 2. De gemeentesecretaris is belast met de behandeling van een schriftelijke klacht die (mede) betrekking heeft op een gedraging van een afdelingshoofd of sectorhoofd.

  • 3. Het college van burgemeester en wethouders is belast met de behandeling van een schriftelijke klacht die (mede) betrekking heeft op een gedraging van de gemeentesecretaris.

  • 4. Met de behandeling van een schriftelijke klacht die betrekking heeft op een gedraging van een bestuursor¬gaan, is dat bestuursorgaan zelf belast.

  • 5. Het bestuursorgaan dat met de behandeling van een klacht is belast kan in haar werkzaamheden worden ondersteund door een daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar. De ambtenaar mag niet betrokken zijn geweest bij de gedraging waarover wordt geklaagd.

  • 6. De leidinggevende die met de behandeling van de klacht is belast, kan een ambtenaar die niet bij de gedraging waarover wordt geklaagd betrokken is geweest en waaraan hij direct of indirect leiding geeft, aanwijzen voor het verrichten van ondersteunende werkzaamheden.

  • 7. Dit artikel is niet van toepassing indien de klacht niet in behandeling wordt genomen op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 2 van deze regeling. Een op grond van dat artikel af te handelen klacht geschiedt door burgemeester en wethouders.

Artikel 9 Onderzoek / horen
  • 1. Degene die belast is met de behandeling van de klacht onderzoekt deze en stelt in geval van een klaagschrift de klager, degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft en zonodig rechtstreeks betrokken derden in de gelegenheid te worden gehoord.

  • 2. Van het horen kan worden afgezien indien de klacht kennelijk ongegrond is dan wel indien de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord.

  • 3. Van het horen wordt in ieder geval een verslag gemaakt indien een klaagschrift is ingediend.

  • 4. Indien het bestuursorgaan uit meerdere leden bestaat, is het lid dat de klacht gelet op de interne werkverdeling het meest aangaat belast met het onderzoek.

  • 5. Degene over wiens gedraging is geklaagd heeft het recht ter hoorzitting of een week daarna schriftelijk zijn oordeel over de klacht te geven. Hij is verplicht de op de klacht betrekking hebbende stukken voor gezien te tekenen.

Artikel 10 Termijn en wijze van afhandeling
  • 1. In behandeling genomen schriftelijke klachten worden uiterlijk binnen vier weken na ontvangst schriftelijk afgehandeld. Mondelinge klachten worden zo spoedig mogelijk doch in ieder geval binnen een termijn van vijf dagen na kennisname afgehandeld. De afhandeling geschiedt door degene die met de behandeling van de klacht is belast.

  • 2. De klager wordt met vermelding van de motivering in kennis gesteld van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht, alsmede van eventuele conclusies die daaraan worden verbonden. Bij schriftelijke klachten geschiedt deze kennisgeving schriftelijk. Vindt de afhandeling niet plaats door een bestuursorgaan, dan moet uit de ondertekening van de kennisgeving blijken namens welk bestuursorgaan de klacht is afgehandeld.

  • 3. Is naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoetgekomen, dan kan worden volstaan met een inkennisstelling van uitsluitend de bevindingen en de eventuele conclusies.Bij schriftelijke klachten geschiedt deze kennisgeving schriftelijk.

  • 4. In de in het tweede en derde lid genoemde kennisgeving wordt zo mogelijk als onderdeel van de eventuele conclusies vermeld welke maatregelen zullen worden genomen om de klacht zoveel mogelijk te herstellen, danwel herhaling van de gewraakte gedraging te voorkomen.

  • 5. Indien het niet mogelijk is de klacht binnen de in het eerste lid gestelde termijn af te handelen, wordt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft binnen die termijn daarvan in kennis gesteld en wordt de afhandeling met ten hoogste vier weken verdaagd.

  • 6. Over de afhandeling van de klacht wordt degene over wiens gedraging is geklaagd terstond geïnformeerd. Bij schriftelijke klachten geschiedt dit in ieder geval door toezending van een afschrift van de kennisgeving die ter afhandeling van de klacht aan klager is verzonden.

Artikel 11 Herhaalde klacht
  • 1. Over een mondeling ingediende klacht kan altijd binnen de termijn genoemd in artikel 5, lid 1, aanhef en onder a schriftelijk een klacht worden ingediend.

  • 2. Indien een klager na de schriftelijke afhandeling van zijn eerdere schriftelijke klacht opnieuw een klacht indient over dezelfde gedraging, moet hij nieuw gebleken feiten en omstandigheden vermelden. Worden geen nieuwe feiten of omstandigheden vermeld, dan wordt de klager in de gelegenheid gesteld de klacht aan te vullen.

  • 3. Burgemeester en wethouders zijn in afwijking van het bepaalde in artikel 8 leden 1 en 2, belast met de behandeling van een herhaalde klacht als bedoeld in het vorige lid.

  • 4. Zijn geen nieuwe feiten of omstandigheden bekend geworden, dan zijn burgemeester en wethouders onder verwijzing naar de schriftelijke kennisgeving met betrekking tot de afhandeling van de eerdere schriftelijke klacht niet verplicht de herhaalde klacht in behandeling te nemen.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 12 Verslaglegging

Jaarlijks wordt door de bestuursorganen en de leidinggevenden van de behandelde mondelinge en schriftelijke klachten verslag gedaan aan de raad. In dit verslag worden genoemd, het aantal behandelde klachten, een omschrijving van de klachten, welke klachten (niet) terecht waren en welke maatregelen zijn genomen om de klachten te herstellen en/of te voorkomen.

Artikel 13 Niet van toepassing

De regeling blijft buiten toepassing met betrekking tot de beleidsterreinen waarvoor bij het koninklijk besluit is bepaald dat de wet tot Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met een regeling over de behande¬ling van klachten door bestuursorganen niet in werking is getreden.

Artikel 14 Inwerkingtreding
  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de bekendmaking heeft plaatsgevonden.

  • 2. Op dat tijdstip vervalt de Verordening klachtenbehandeling vastgesteld bij raadsbesluit van 26 juni 1997.

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling klachtenbehandeling 2000.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Naarden, gehouden op 13 juli 2000 de voorzitter, de secretaris,