Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Reeuwijk

Reglement functionerings-/POP-gesprekken 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Reeuwijk
Officiële naam regelingReglement functionerings-/POP-gesprekken 2005
CiteertitelReglement functionerings-/POP-gesprekken 2005
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpPersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

CAR/UWO, art. 15:1:15

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200501-01-2011Onbekend

01-01-2005

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Burgemeester en wethouders van Reeuwijk;

mede gelet op het gestelde in artikel 15:1:15, derde lid, van de uitwerkingsovereenkomst;

besluiten:

vast te stellen het volgende

REGLEMENT FUNCT1ONERINGS-/POP-GESPREKKEN 2005.

Artikel 1

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

a.Medewerker:1.de ambtenaar in de zin van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling
   2.de werknemer met wie een arbeidsovereenkomst is aangegaan op grond van het bepaalde in artikel 2:5 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling
b.Functiehet samenstel van werkzaamheden door de ambtenaar te verrichten, zoals - als algemene basis – is omschreven in de voor die ambtenaar geldende functietypering
c.functioneringsgesprek:gesprek tussen de medewerker en de directe leidinggevende over het functioneren van de medewerker. In het gesprek wordt vooral gekeken naar de toekomst; daarnaast wordt stilgestaan bij het heden. De volgende onderwerpen komen aan bod:
   aawat gaat er goed?
   bbwat kan worden verbeterd en wat behoeft verbetering?
   cchoe kunnen verbeteringen tot stand worden gebracht?
   ddhoe kan de leidinggevende de medewerker (nog) beter in diens functioneren ondersteunen?
   eewelke ontwikkeling van de medewerker is met het oog op de toekomst wenselijk?
   ffhoe kan aan die ontwikkeling invulling worden gegeven?
   ggwelke doelen worden voor de komende periode gesteld?

Artikel 2

1Indien de medewerker dan wel zijn directe leidinggevende dat wensen vindt een functioneringsgesprek plaats.
2aIn beginsel vindt één maal per jaar een functioneringsgesprek plaats.
 bEen functioneringsgesprek vindt in ieder geval plaats binnen 3 maanden:
   aana indiensttreding;
   bbna aanvaarding van een andere functie;
   ccna een, naar het oordeel van de directe leidinggevende, ingrijpende wijziging van de functie.
 cAls de medewerker en zijn directe leidinggevende besluiten het functioneringsgesprek achterwege te laten, vindt daarvan vastlegging plaats op de wijze zoals in artikel 4, eerste lid, is bepaald ten aanzien van het gespreksverslag.
 dEen functioneringsgesprek vindt ten minste één maal per twee jaar plaats.

Artikel 3

1aDe ontwikkeling van de medewerker vormt een nadrukkelijk aandachtspunt tijdens het gesprek.
 bHet gaat daarbij om de gewenste ontwikkeling van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten.
2Medewerker en leidinggevende kunnen in het functioneringsgesprek afspraken maken met betrekking tot de ontwikkeling van de medewerker.
3aWanneer het op grond van voorgaand artikellid vastgestelde ‘persoonlijk ontwikkelingsplan’ het door de medewerker deelnemen aan cursus- of vormingsactiviteiten omvat, komen de kosten daarvan voor rekening van de gemeente.
 bDeze kosten worden gedekt uit het sector-/stafafdelingbudget voor vorming en opleiding van het betrokken organisatieonderdeel.
 cHet totale budget voor vorming en opleiding wordt over de organisatieonderdelen verdeeld naar rato van hun voor het betreffende begrotingsjaar geraamde salarislast.
4aVerlof ten behoeve van cursus- of vormingsactiviteiten wordt toegekend door de leidinggevende na overleg ter zake met de medewerker.
 bBij de verloftoekenning is de mate van belang van de organisatie bij de betreffende cursus- of vormingsactiviteit richtinggevend.

Artikel 4

1aTer afsluiting van het functioneringsgesprek wordt een beknopt verslag opgemaakt, in welk verslag in ieder geval de tijdens het gesprek gemaakte afspraken worden weergegeven.
 bDit verslag/deze afsprakenlijst wordt door beide gespreksdeelnemers ondertekend.
2aDe medewerker ontvangt een afschrift van het verslag.
 bHet origineel van het verslag/de afsprakenlijst wordt gearchiveerd in de personeelsadministratie en wordt strikt vertrouwelijk behandeld.

Artikel 5

In die gevallen, waarin dit reglement niet of niet in redelijkheid voorziet, kunnen burgemeester en wethouders andere regelen stellen.

Artikel 6

Dit reglement kan worden aangehaald als “Reglement Functionerings-/POP-gesprekken 2005” en treedt in werking met ingang van 1 januari 2005, onder gelijktijdige intrekking van het Reglement Functioneringsgesprekken en de Studiefaciliteitenverordening.

Reeuwijk,

burgemeester en wethouders van Reeuwijk,

de secretaris, de burgemeester,