| Overheidsorganisatie | Gemeente Bolsward |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening op de herbenoemingscommissie |
| Citeertitel | Onbekend |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp | Geen |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 11-03-2009 | 01-01-2013 | Nieuwe regeling | 10-03-2009 Onbekend | Geen |
1. De raad stelt een herbenoemingscommissie in.
2. De herbenoemingscommissie heeft tot taak voor de raad een aanbeveling voor te bereiden inzake de herbenoeming van de burgemeester.
1. De commissie bestaat uit zoveel leden, als er fracties zitting hebben in de raad; deze leden worden benoemd door en uit de gemeenteraad.
2. Eén of meerdere wethouders kunnen op verzoek van de commissie optreden als adviseur(s) van de commissie; ze wonen de vergaderingen bij op uitnodiging van de commissie.
3. Er worden geen plaatsvervangende leden benoemd.
4. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangende voorzitter.
De commissie wordt in haar werkzaamheden bijgestaan door de griffier.
1. De leden van de commissie hebben een geheimhoudingsplicht omtrent hetgeen direct of indirect aan hen als lid van de commissie ter kennis is gebracht.
2. Deze geheimhoudingsplicht geldt ook tegenover raadsleden en wethouders die geen lid zijn van de commissie.
3. Deze geheimhoudingsplicht geldt zowel tijdens het bestaan van de commissie als na de ontbinding van de commissie.
4. De leden 1 tot en met 3 van dit artikel zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op de griffier en de adviseur(s) bedoeld in art. 2.2 van deze verordening.
1. De commissie vergadert zo vaak als de voorzitter of tenminste twee leden dit noodzakelijk vinden. De eerste keer wordt de commissie bijeengeroepen door het lid, afkomstig uit de grootste fractie in de gemeenteraad.
2. Van elke vergadering wordt door de griffier zo mogelijk tenminste vier dagen tevoren, aankondiging gedaan aan de leden van de commissie.
1. De commissie vormt zich in haar vergadering(en) een oordeel over het functioneren van de burgemeester.
2. Toetsingskader vormt daarbij in principe de profielschets die bij de benoeming van de burgemeester is opgesteld. Daarnaast kunnen later geformuleerde en met de burgemeester besproken nadere eisen onderdeel uitmaken van dit kader.
3. De commissie kan in het kader van de vorming van haar oordeel de burgemeester uitnodigen voor één of meerdere gesprekken.
1. Het oordeel van de commissie over het functioneren van de burgemeester wordt vastgelegd in een vertrouwelijk verslag, bestemd voor de raad.
2. Het verslag wordt bij meerderheid van stemmen vastgesteld.
3. In het verslag kunnen leden van de commissie van minderheidsstandpunten blijk geven.
4. Bij staking van stemmen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot een volgende vergadering. Is uitstel niet mogelijk of staken de stemmen ook de volgende vergadering, dan worden de verschillende meningen binnen de commissie in het verslag vastgelegd.
5. Het verslag wordt uiterlijk vier weken na de vaststelling ervan aan de raad toegezonden.
1. Voordat het verslag aan de raad wordt gezonden, nodigt de commissie de burgemeester uit voor een bespreking van het verslag.
2. Als er in deze bespreking of in mogelijk eerdere gesprekken in het kader van de oordeelsvorming van de commissie met de burgemeester afspraken worden gemaakt over haar functioneren, dan worden deze in het verslag aan de raad vermeld.
3. In het verslag kan ook melding worden gemaakt van gesprekken die de raad of een commissie of delegatie uit de raad op eerdere momenten heeft gevoerd met de burgemeester over haar functioneren, en ook van de mogelijke afspraken die daarbij zijn gemaakt.
1. De voorzitter van de commissie treedt op als woordvoerder.
2. De stukken van de commissie worden aan de griffier gericht en door haar bewaard.
3. De stukken die van de commissie uitgaan, worden door de griffier verzorgd en verzonden.
1. De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag, volgend op die, waarop het Koninklijk Besluit over de herbenoeming aan de raad is bekend gemaakt.
2. De voorzitter van de commissie en de griffier dragen er zorg voor, dat op de in het eerste lid bedoelde tijdstip de archiefbestanden van de commissie overeenkomstig de status van geheimhouding van de stukken worden gearchiveerd.
3. Eventuele originele bescheiden die de commissie heeft ontvangen van de burgemeester of van anderen worden dan onmiddellijk teruggezonden.
In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar vaststelling.