Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Middelharnis

Fietsregeling

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Middelharnis
Officiële naam regelingFietsregeling
CiteertitelFietsregeling gemeente Middelharnis 2007
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpPersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 160

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-11-201413-11-2014vervallen verklaard

21-10-2014

Gemeentewet, 64459

Z-14-35778/28285
01-01-200713-11-2014Nieuwe regeling

22-01-2008

Geen

Onbekend

Tekst van de regeling

Burgemeester en wethouders van de gemeente Middelharnis;

gelezen de voorstellen van het stafbureau AOZ van 1 juni 2006, 9 augustus 2006 en 9 oktober 2007;

gelet op het gestelde in artikel 160 Gemeentewet;

gehoord de Ondernemingsraad (vergadering: 7 september 2006);

gehoord de commissie voor Georganiseerd Overleg;

besluiten:

Tot vaststelling van de navolgende

Fietsregeling gemeente Middelharnis 2007

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

- medewerker: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, sub a van de CAR/UWO;

- fiets: een rijwiel dat alleen kan worden voortbewogen door op de pedalen te trappen, evntueel met elektrische trapondersteuning;

- woon-werkverkeer: het overbruggen van de afstand van de woning van de medewerker tot de plaats van tewerkstelling;

- fiscaal regime: de op het moment van aanvraag van toepassing zijnde fiscale wet- en regelgeving;

- restwaarde: het door de werkgever betaalde bedrag verminderd met 1/5 deel voor elk jaar dat sinds de datum van aanschaf is verstreken.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Op aanvraag kan de medewerker een fiets verkrijgen, daaronder begrepen daarmee samenhangende zaken. De medewerker heeft hierbij keuze uit twee opties:

a. Verstrekking van de fietsBij verstrekking wordt de fiets eigendom van de medewerker. Bij het vaststellen van de waarde in het economisch verkeer van de fiets worden de fiscale bepalingen van de belastingdienst gehanteerd. De mogelijkheid wordt geboden om een fiets met een waarde boven het fiscaal vastgestelde bedrag aan te schaffen. De medewerker dient het meerdere zelf te voldoen door middel van een eigen bijdrage. Voor alle overige relevante zaken met betrekking tot het verstrekken van de fiets wordt het fiscale regime gehanteerd.b. Ter beschikking stelling van de fietsBij ter beschikking stelling blijft de fiets eigendom van de werkgever. Bij het vaststellen van de waarde in het economisch verkeer van de fiets worden de fiscale bepalingen van de belastingdienst gehanteerd. Dit geldt tevens voor alle overige relevante zaken met betrekking tot het ter beschikking stellen van de fiets. De fiets wordt eigendom van de medewerker als de termijn van 5 jaar is verstreken, bij ontslag binnen deze termijn of bij verhuizing, waardoor het niet langer mogelijk is om de fiets te gebruiken voor woon-werkverkeer.

Artikel 3 Met de fiets samenhangende zaken

Over een periode van 5 jaar kunnen met de fiets samenhangende zaken onbelast worden vergoed of verstrekt. Bij het vaststellen van de waarde van deze vergoedingen of verstrekkingen worden de fiscale bepalingen van de belastingdienst gehanteerd. Voor alle overige zaken met betrekking tot met de fiets samenhangende zaken wordt het fiscale regime gehanteerd.

Artikel 4 Voorwaarden voor deelneming

  • 1 De regeling staat open voor medewerkers die de fiets ten behoeve van het woon-werkverkeer voor meer dan 50% gebruiken. Dit moet door de medewerker zelf kunnen worden aangetoond. Indien blijkt dat ten onrechte van de regeling gebruik is gemaakt, worden de hieruit voortvloeiende fiscale consequenties verhaald op de medewerker.

  • 2 Eén keer per vijf jaar kan aan de medewerker op aanvraag een fiets worden verstrekt dan wel ter beschikking worden gesteld. Medewerkers welke een vergoeding ontvangen voor de kosten van woon-werkverkeer, komen niet gelijktijdig in aanmerking voor een voorziening op grond van deze regeling.  

Artikel 5 Procedure

  • 1 De medewerker vraagt een fiets als bedoeld in artikel 2 onder a en b aan bij de werkgever door middel van het vastgestelde aanvraagformulier, waaronder begrepen een ondertekende verklaring.

  • 2 De medewerker schaft de fiets als bedoeld in artikel 2 onder a aan bij een leverancier, welke is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. De medewerker draagt zelf zorg voor de betaling van de op zijn naam gestelde factuur aan de leverancier. De originele aankoopbon dient te worden overlegd, waarna de werkgever zorg draagt voor de administratieve afhandeling en tot vergoeding van de fiets overgaat.

  • 3 De medewerker vraagt de fiets als bedoeld in artikel 2 onder b aan bij de aangegeven leverancier, welke staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Bij akkoord door de werkgever, schaft de medewerker de fiets als bedoeld in artikel 2 onder b aan. Hierbij dient een gespecificeerde factuur door de leverancier aan de werkgever te worden verzonden. De werkgever draagt zorg voor de administratieve afhandeling, waaronder begrepen de betaling van de factuur aan de leverancier.

Artikel 6 Bijzondere bepalingen

  • 1 Bij ontslag van de medewerker, welke tijdelijk is aangesteld op grond van artikel 2.4 van de CAR/UWO of wanneer er sprake is van ontslag op grond van artikel 8.13 van de CAR/UWO dient de restwaarde van de fiets als bedoeld artikel 2 onder a of b aan de werkgever te worden voldaan. Verrekening geschiedt door middel van inhouding op het nettosalaris.

  • 2 Bij verhuizing, waardoor het niet langer mogelijk is om de fiets te gebruiken voor woon-werkverkeer, vindt verrekening van de restwaarde plaats door middel van inhouding op het nettosalaris.

  • 3 De fiets als bedoeld in artikel 2 onder a of b wordt direct na aanschaf door de werkgever verzekerd.

Artikel 7 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de gemeente Middelharnis een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • 1 Deze regeling wordt aangehaald als: 'Fietsregeling gemeente Middelharnis 2007'.

  • 2 Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2007. Per gelijke datum worden alle eerder genomen besluiten ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Middelharnis, gehouden op 22 januari 2008.

De secretaris,                                                                          De burgemeester,

mr. H. Scholtens.                                                                    G. de Vries-Hommes.