Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Skarsterlân

Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en bijstand 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Skarsterlân
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie Wet Werk en bijstand 2008
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie Wet Werk en bijstand 2008
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Klantenraadverordening zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 30 juni 2004.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 147
  2. Wet werk en bijstand, art. 47
  3. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, art. 42
  4. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, art. 42

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-200801-01-2015nieuwe regeling

23-04-2008

Onbekend

raadsbesluit 13/2008

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Skarsterlân; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 13/2008;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, artikel 47 van de Wet werk en bijstand, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers en artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

gezien het advies van het Klantenraad,

besluit

vast te stellen, de “Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2008”.

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder: a. cliënt: de persoon die bijstand, of een voorziening ontvangt opgrond van de Wet werk en bijstand (WWB); de persoon die een uitkering ontvangt op grond van de Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). b. Cliëntenraad WWB: een door het college in te stellen adviesorgaan, bestaande uit cliënten en vertegenwoordigers van cliënten, dat adviseert en informeert over de beleidsvorming en uitvoering van de wet en daarmee samenhangend beleid.  

Artikel 2 Doelstelling cliëntenparticipatie

Met cliëntenparticipatie wordt beoogd inzicht te krijgen in de belangen, wensen en behoeften van cliënten, door hen en hun vertegenwoordigers te betrekken bij de vorming, de uitvoering, de controle en de evaluatie van de aan de gemeente opgedragen uitvoering van de WWB, de IOAW en de IOAZ. Door middel van cliëntenparticipatie wordt tevens beoogd meerwaarde te bereiken in de kwaliteit van de dienstverlening bij de uitvoering van de wet.  

Artikel 3 Instrumenten van cliëntenparticipatie

  • a Informatiebijeenkomsten: Op voordracht van de Cliëntenraad-WWB of van de gemeente worden informatiebijeenkomsten gehouden.  

  • b Cliënttevredenheidsonderzoek: Tenminste éénmaal per twee jaar vindt er een cliënttevredenheidsonderzoek plaats.  

  • c Cliëntenraad-WWB als bedoeld in artikel 1 onder b.  

Artikel 4 Taak van de Cliëntenraad-WWB

De Cliëntenraad-WWB heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren en te informeren over alle zaken die binnen de in artikel 2 beschreven doelstelling vallen en die van belang zijn voor de cliënten en de inwoners met een inkomen op of rond het minimum.  

Artikel 5 Bevoegdheden van de Cliëntenraad WWB.

  • 1 Initiatiefrecht. a. De Cliëntenraad-WWB heeft de bevoegdheid alle aangelegenheden die de uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening raken, in het structureel overleg met de gemeente aan de orde te stellen. b. De Cliëntenraad-WWB heeft het recht advies uit te brengen over alle aangelegenheden die het beleid, de uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening door de cluster betreffen. c. de Cliëntenraad-WWB heeft de bevoegdheid om voor een goede invulling van zijn taken en bevoegdheden, in voorkomende gevallen, gebruik te maken van in- en externe deskundigheid.  

  • 2 Informatierecht. a. De Cliëntenraad-WWB wordt geïnformeerd over de resultaten van cliënttevredenheidsonderzoeken en enquêtes. b. De Cliëntenraad-WWB krijgt spontaan en op verzoek tijdig alle informatie die het voor de uitoefening van zijn taken en bevoegdheden, zoals in deze verordening omschreven, nodig heeft.  

  • 3 Adviesrecht. a. De Cliëntenraad-WWB wordt tijdig betrokken bij de voorbereiding en de totstandkoming van zaken waarmee de cliënt in de uitvoering door de gemeente wordt geconfronteerd. b. De gemeente stelt de Cliëntenraad-WWB in de gelegenheid advies uit te brengen over beleid en uitvoering, op een zodanig moment dat er een daadwerkelijke invloed mogelijk is op de besluitvorming. c Alle adviezen, informatieverzoeken en verbetervoorstellen die door de Cliëntenraad- WWB schriftelijk zijn verstrekt, worden door de gemeente beoordeeld. De gemeente verzorgt een schriftelijke met redenen omklede reactie. d. Indien de Cliëntenraad-WWB zich niet kan verenigen met het standpunt, zal de WWB raad dit gemotiveerd en schriftelijk kenbaar maken aan de gemeente. e. Het door de Cliëntenraad-WWB gevraagd en ongevraagd adviseren aan de gemeente kan over alle onderwerpen die de vorming, de uitvoering en de evaluatie van het gemeentelijke beleid ten aanzien van cliënten betreffen, daaronder begrepen de wijze waarop de rijksregelgeving wordt uitgevoerd.  

Artikel 6 Structureel overleg

  • a Het structureel overleg vindt ten minste 4 keer per jaar plaats en wordt bijgewoond door het afdelingshoofd van de afdeling samenleving of diens vertegenwoordiger.  

  • b Jaarlijks wordt tenminste één structureel overleg bijgewoond door een vertegenwoordiger van het college.  

  • c De voorzitter stelt in overleg met de gemeente het de agenda samen voor het structureel overleg. Ieder lid van de WWB raad heeft het recht om via de voorzitter een onderwerp op de agenda te plaatsen. De definitieve agenda wordt bij aanvang van de vergadering vastgesteld.  

  • d De wijze van vergaderen word geregeld in het door de Cliëntenraad-WWB vastgestelde huishoudelijk reglement.

Artikel 7 Samenstelling van de Cliëntenraad-WWB

  • a De Cliëntenraad-WWB telt ten minste 5 en ten hoogste 9 leden.  

  • b Tenminste één derde van de leden zijn individuele cliënten.  

  • c De leden van de Cliëntenraad-WWB worden benoemd, geschorst en ontslagen door het college. De criteria voor schorsing of ontslag worden vastgelegd in de “Regeling cliëntenparticipatie”.  

  • d Het college draagt zorg voor de werving en selectie van nieuwe leden. De wijze van selectie wordt vastgesteld in de “Regeling cliëntenparticipatie”.  

Artikel 8 Facilitering

De wijze van facilitering van de Cliëntenraad-WWB, waaronder de vergoedingen van de leden, wordt door het college uitgewerkt in de “Regeling cliëntenparticipatie”.  

Artikel 9 Garantstelling

  • a De gemeente draagt er zorg voor dat cliënten die lid zijn of waren van de Cliëntenraad-WWB uit hoofde van hun lidmaatschap op geen enkele wijze worden benadeeld ten aanzien van: - uitkering, voorziening of subsidie die zij ontvangen van de gemeente; - bejegening door medewerkers van de gemeente.  

  • b De leden van de Cliëntenraad-WWB dragen zorg voor de bescherming van de privacy van cliënten die zich op enigerlei wijze tot hen wenden.

  • c De leden van de Cliëntenraad-WWB hebben geen geheimhoudingsplicht ten aanzien van de door de gemeente verstrekte informatie.  

  • d Onverminderd het bepaalde onder c houden de leden van de Cliëntenraad-WWB zich aan een van te tevoren afgesproken embargoperiode.  

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2008”.  

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2008.  

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Skarsterlân in zijn openbare vergadering van 23 april 2008.

De raad voornoemd,

voorzitter griffier

 

1 Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en bijstand 2008

Kenmerken nieuwe verordening.

De verordening cliëntenparticipatie is naar aanleiding van de evaluatie volledig vernieuwd. Zo zijn de vormen van cliëntenparticipatie uitgebreid. Naast een cliëntenraad zijn nu ook informatiebijeenkomsten en cliënttevredenheidsonderzoek als vorm van cliëntenparticipatietoegevoegd. Daarnaast zijn in de verordening alleen die bepalingen opgenomen die op grond van wettelijke bepalingen opgenomen moeten worden, dan wel die de positie en bevoegdheden van de cliëntenraad-WWB en zijn leden nadrukkelijk benoemen. Hierbij is denadruk gelegd op het zelfstandig functioneren van de cliëntenraad-WWB en zijn leden. Zo zijn bijvoorbeeld de bepalingen die het karakter hebben van een huishoudelijk reglement niet langer meer opgenomen in de verordening. Deze bepalingen zullen opgenomen worden in het door de cliëntenraad-WWB zelf vast te stellen huishoudelijk reglement. In de Regeling cliëntenparticipatie zijn die bepalingen opgenomen die aanvullend zijn op de verordening en op het niveau van het college kunnen worden afgedaan. 

De verordening. 

Inleiding.Artikel 47 van de Wet werk en bijstand (WWB) bepaalt dat de gemeenteraad bij verordening regels stelt over de wijze waarop cliënten of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WWB. In de verordening moet in ieder geval worden geregeld de wijzewaarop:1. periodiek overleg wordt gevoerd met cliënten of hun vertegenwoordigers;2. cliënten of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van het overleg kunnen aanmelden;3. cliënten of hun vertegenwoordigers worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie. 

Artikelsgewijze toelichting. 

Artikel 1. Begripsbepalingen.De cliënt is in verordening een breder begrip als bedoeld in artikel 47 van de Wet werk en bijstand. In artikel 42 van de IOAW en IOAZ is de bepaling opgenomen dat er een vorm van cliëntenparticipatie zou moeten zijn. (Artikel 42 : Het college draagt zorg voor de realisatie envormgeving van cliëntenparticipatie bij de uitvoering van de wet, met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet). Omdat meerdere vormen van participatie niet wenselijk is, is gekozen om binnen de verordening ook de cliëntenparticipatie op grond van artikel 42 IOAWen IOAZ vorm te geven.

De Cliëntenraad-WWB is samengesteld uit zowel cliënten als vertegenwoordigers van cliënten. Gezien het zwaarwegende adviesrecht is het belangrijk dat er binnen de raad sprake is van continuïteit. Wanneer de raad uitsluitend zou bestaan uit cliënten zou de continuïteit nietgewaarborgd kunnen worden omdat de in raad zitting hebbende cliënten met een zekere regelmaat uitstromen uit de uitkering. Daarnaast is het voor een goede invulling van de adviesfunctie van belang dat de raad beschikt over voldoende geschikte leden. Door de raadsamen te stellen uit cliënten en hun vertegenwoordigers wordt zowel de continuïteit als de geschiktheid van de leden van de Cliëntenraad-WWB voldoende geborgd. De vertegenwoordiging van cliënten bestaat uit vertegenwoordigers van verschillende belangenorganisaties. Deze belangenorganisaties zullen een aantoonbare extra waarde moeten hebben voor de Cliëntenraad-WWB en moeten kunnen aantonen dat ze een deel van de achterban van de cliënten vertegenwoordigen en dat ze daarmee regelmatig contact hebben. 

Artikel 2. Doelstelling cliëntenparticipatie.In artikel 2 is de doelstelling van cliëntenparticipatie omschreven en vormt het reverentiekader voor de Cliëntenraad-WWB en gemeente. 

Artikel 3 onder a.Informatiebijeenkomsten kunnen vanuit verschillende invalshoeken en verschillende stadia gehouden worden. Informatiebijeenkomsten kunnen bijvoorbeeld gehouden worden tijdens de voorbereiding van grote wijzigingen in het beleid of de evaluatie van beleid. Debijeenkomsten hebben dan het karakter van een cliëntenpanel of discussiebijeenkomst en zijn beperkt in omvang. De bijeenkomsten hebben doorgaans een besloten karakter. Een andere vorm van een informatiebijeenkomst, een bijeenkomst met een algemeen en openbaar karakter, zouden gehouden kunnen worden in het geval zich ingrijpende wijzigingen in regelgeving of beleid voordoen. 

Artikel 3 onder b.Een ander belangrijk instrument van cliëntenparticipatie wordt gevormd door het cliënttevredenheidsonderzoek. In een dergelijk onderzoek wordt de cliënt gevraagd de diverse aspecten van de dienstverlening te waarderen. Door een dergelijk onderzoek niet eenmaligmaar periodiek uit te voeren kan de ontwikkeling van de kwaliteit van de dienstverlening worden gevolgd. 

Artikel 3 onder c.De Cliëntenraad-WWB is een structurele vorm van clientenparticipatie. Het periodieke overleg zoals dat wordt bedoeld in artikel 47 onder a van de Wet werk en bijstand. Een raad vormt een voor gemeente vaste, herkenbare gesprekspartner voor het hebben van overleg en hetgeven van advies. Tevens is de raad voor de cliënten een herkenbare invulling van de cliëntenparticipatie. 

Artikel 4. Taak van de Cliëntenraad-WWB.In dit artikel wordt invulling gegeven aan de wettelijke verplichting om cliënten of hun vertegenwoordigers te betrekken bij de uitvoering van de wet en periodiek overleg te voeren. Gekozen is voor een vorm waarin het overleg invulling krijgt via een adviserende taak van deraad. Met deze invulling wordt het belang dat gemeente hecht aan cliëntenparticipatie nadrukkelijk invulling gegeven. De raad wordt daarmee overleg- en participatieorgaan en een belangenbehartiger in algemene zin. Hiermee krijgt de raad een belangrijkeverantwoordelijkheid in de uitvoering van de wettelijke verplichting om invulling te gegeven aan cliëntenparticipatie.Hoewel de raad primair cliënten vertegenwoordigt, heeft de raad ook een verantwoordelijkheid waar het gaat om de vertegenwoordiging van die inwoners die geen cliënt zijn maar wel een inkomen op of rond het minimum ontvangen en op grond daarvan aanspraak kunnen maken op een verstrekking op grond van het minimabeleid.

Artikel 5. Bevoegdheden van de Cliëntenraad WWB. 

Eerste lid, initiatiefrecht.In artikel 47 onder b is vastgelegd dat in de verordening moet worden geregeld op welke wijze cliënten of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor het periodieke overleg kunnen aanmelden. In het eerste lid is vastgelegd dat Cliëntenraad-WWB hierin een centrale plaats in neemt.Het kan voorkomen dat de raad bij de uitoefening van de werkzaamheden extra deskundigheid nodig heeft. De raad kan hiervoor een beroep doen op zowel deskundigheid vanuit het gemeentelijke apparaat (ambtelijke ondersteuning) als externe deskundigheid. Inbeide gevallen ligt het voor de hand dat de raad, alvorens tot inschakeling van de in- of externe deskundigheid overgaat, in overleg treedt met het afdelingshoofd samenleving of diens vertegenwoordiger. 

Tweede lid, informatie recht.De raad is voor zijn functioneren grotendeels afhankelijk van de informatie die vanuit gemeente wordt verstrekt. In artikel 47 is dan ook expliciet de bepaling opgenomen dat de gemeente de cliënten of hun vertegenwoordigers voorzien van voor een adequate deelnameaan het overleg benodigde informatie. In het tweede lid is invulling gegeven aan deze bepaling. Het legt nadrukkelijk het initiatief bij de gemeente. 

Derde lid, adviesrecht.In het derde lid is het belangrijkste instrument van de raad vastgelegd, het zogeheten adviesrecht. Het adviesrecht geeft de Cliëntenraad-WWB de mogelijkheid om tijdens voorbereidingstrajecten of het bestuurlijke proces aan te geven wat de visie van de raad metbetrekking tot het onderwerp is. Tijdigheid is hierbij van groot belang. Door tijdig de raad te betrekken bij de verschillende onderwerpen is het mogelijk dat de visie van de raad wordt meegewogen in de uiteindelijke vormgeving van de uitvoering of beleid. Voorbeelden waarbijde Cliëntenraad-WWB betrokken zou kunnen worden zijn: beschikkingen, formulieren, brochures, enquêtes en cliënttevredenheidsonderzoeken.Onder e is aangegeven dat de Cliëntenraad-WWB zowel gevraagd als ongevraagd advies uit kan brengen. Met de mogelijkheid om ongevraagd advies uit te brengen wordt de raad de bevoegdheid gegeven om ook op eigen initiatief een advies uit te brengen. 

Artikel 6. Structureel overleg.Dit artikel regelt de wijze waarop het overleg tussen de Cliëntenraad-WWB en de gemeente plaatsvindt. Om te kunnen spreken van een periodiek overleg is onder a een minimale frequentie van het overleg vastgelegd. Het betreft hier nadrukkelijk het overleg tussen de raaden de gemeente. De Cliëntenraad-WWB is zelf bevoegd om indien zijn dit van belang vindt, vergaderingen te organiseren. Hierbij kan, op verzoek van de raad een vertegenwoordiger van de gemeente worden uitgenodigd om indien nodig adviesaanvragen toe te lichten.Het structureel overleg wordt vanuit de gemeente bijgewoond door het afdelingshoofd of diens vertegenwoordiger en ten minste één maal per jaar door de portefeuillehouder.

Artikel 7. Samenstelling van de Cliëntenraad WWB.Het aantal leden is flexibel gehouden om enerzijds kundige en gemotiveerde cliënten de mogelijkheid te bieden zitting te nemen in de Cliëntenraad-WWB en om anderzijds bij onvoldoende geschikte kandidaten het aantal leden tijdelijk wat kleiner te laten zijn. De raadmoet vooral een orgaan van cliënten zijn. Door tenminste één derde van de leden te laten bestaan uit cliënten wordt voldaan aan deze voorwaarde. Het college benoemt de leden van de Cliëntenraad-WWB. De Cliëntenraad-WWB zal worden betrokken worden bij de werving en de benoeming van de leden.

Artikel 8. Facilitering.In de verordening wordt in algemene zin geregeld dat de Cliëntenraad-WWB zijn taken naar behoren kan vervullen. Gekozen is om het antwoord op de vraag op welke wijze dit plaats zal vinden, op te nemen in een aparte, door het college vast te stellen regeling. Hiermee wordt het mogelijk om in te spelen op actuele situaties. In de begroting wordt jaarlijks een geldbedrag ten behoeve van de Cliëntenraad-WWB opgenomen.

Artikel 9. Garantstelling.Dit artikel borgt een goede en open samenwerking tussen de leden van de Cliëntenraad-WWB en de gemeente.Onder a. wordt benadruk dat de cliënten die zitting hebben in de Cliëntenraad-WWB op geen enkele wijze nadeel mogen ondervinden van hun werkzaamheden in het kader van cliëntenparticipatie in hun relatie met de gemeente.b Van de leden mag verwacht worden dat wanneer zij in het kader van hun werkzaamheden binnen de raad kennis nemen van privacy gevoelige informatie, zij er voor zullen zorgdragen dat deze informatie niet verder komt dan de Cliëntenraad-WWB.c. De informatie die de gemeente verstrekt is in beginsel openbaar en kan worden ingezet om ook buiten de raad tot meningsvorming te komen. Hierbij kan gedacht worden aan de mogelijkheid om de mening te toetsen binnen de verschillende belangorganisaties.d. In incidentele gevallen kan de gemeente besluiten om stukken onder embargo te verstrekken. Het ligt voor de hand dat hier bij uitzondering gebruik van wordt gemaakt. Het embargo moet niet worden verward met de periode van bestuurlijke besluitvorming door hetcollege. Het ligt voor de hand dat de Cliëntenraad-WWB de besluitvorming van het college ten aanzien van het advies afwacht alvorens vervolgstappen te ondernemen, bijvoorbeeld richting de gemeenteraad.