Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Skarsterlân

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Skarsterlân
Officiële naam regelingVerordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân 2006
CiteertitelVerordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân 2006
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân, vastgesteld bij raadsbesluit op 25 februari 2004.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-10-200601-10-200601-01-2014nieuwe regeling

26-09-2006

Skarsterlân Nijs, 11-10-2006

raadsbesluit 91/2006

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Skarsterlân; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 91/2006; besluit: vast te stellen de volgende verordening:

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân 2006  

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder: a Doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen. b Doeltreffendheid: de mate waarin de gewenste prestaties en de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.  

Artikel 2 Onderzoeksfrequentie

  • 1 Het college gaat, met ingang van 2006 jaarlijks voor circa acht producten of onderwerpen na of zij in aanmerking komen voor een onderzoek naar doelmatigheid en/of doeltreffendheid. Dit geschiedt zodanig dat elk gemeentelijk (deel)product eens per acht jaar voor dit onderzoek in aanmerking kan komen.  

  • 2 Van de circa acht producten of onderwerpen genoemd in lid 1 zullen per jaar drie tot vier feitelijk worden onderzocht, het precieze aantal hangt af van de grootte en de ingewikkeldheid van de betreffend(e) product(en) of onderwerpen.  

Artikel 3 Onderzoeksprogramma

  • 1 Het college zendt ieder jaar, uiterlijk 30 november, een onderzoeksprogramma naar de raad van de in het erop volgende jaar te verrichten interne onderzoeken naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid.  

  • 2 In het onderzoeksprogramma wordt aangegeven welke budgetten in de productenraming zijn opgenomen voor de uitvoering van de onderzoeken.  

Artikel 4 Voortgang onderzoeken

Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid en de uitputting van de bijbehorende budgetten.  

Artikel 5 Rapportage en gevolgtrekking

  • 1 De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat ten minste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.  

  • 2 Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een plan van verbetering op. De rapportage en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden. Het college neemt op basis van het plan van verbetering organisatorische maatregelen.  

Artikel 6 Intrekking oude regeling

De Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân, vastgesteld bij raadsbesluit op 25 februari 2004, wordt ingetrokken.  

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 oktober 2006.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Skarsterlân 2006".  

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Skarsterlân in zijn openbare vergadering van 26 september 2006.  

De raad voornoemd,  

voorzitter, griffier,