Inspraakverordening

Wetstechnische informatie

Deze verordening vervangt de Inspraakverordening gemeente Skarsterlân, vastgesteld bij raadsbesluit van 31 mei 2000, nr. 74.

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerking- treding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerking- treding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
17-11-2005	01-11-2005	04-11-2014	nieuwe regeling	26-10-2005 Skarsterlân Nijs, 09-11-2005	raadsbesluit 99/2005

De raad van de gemeente Skarsterlân;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 99/2005;

gelet op artikel 150 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening;

Verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij devoorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken (Inspraakverordening)

De verordening verstaat onder

a inspraak: het betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van

gemeentelijk beleid;

b inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

c beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen

van beleid.

1 Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid.
2 Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht.
3 Geen inspraak wordt verleend:
a ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen
b indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;
c indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;
d inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;
e indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;
f indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

Inspraak wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden.

1 Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing, met dien verstande dat voor de in deze afdeling genoemde termijn van zes weken dient te worden gelezen: een termijn van vier weken voor aan inspraak onderworpen beleidsvoornemens.
2 Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.
3 Een andere inspraakprocedure als in lid 2 wordt in ieder geval vastgesteld indien sprake is van inspraak op een vanwege aard, schaal en/of reikwijdte zwaarwegend beleidsvoornemen, terwijl de inspraaktermijn midden in de zomervakantie van het basisonderwijs in de gemeente Skarsterlân valt. Het bestuursorgaan draagt in elk geval zorg voor een inspraakprocedure waardoor in ieder geval twee weken van de inspraaktermijn buiten deze zomervakantie vallen.

1 Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.
2 Het eindverslag bevat in elk geval:
a een overzicht van de gevolgd inspraakprocedure;
b een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;
c een reactie op deze zienswijzen, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.
3 Het bestuursorgaan maakt het eindverslag op de gebruikelijke wijze openbaar.
4 De burgemeester vermeldt het eindverslag in zijn burgerjaarverslag.

1 Inspraakgerechtigden kunnen over de wijze van uitvoering van deze verordening en de inspraakprocedures bij het bestuursorgaan een schriftelijke een klacht indienen.
2 Een klacht, als bedoeld in het eerste lid, dient uiterlijk vier weken na afloop van de inspraakprocedure te worden ingediend.
3 Het bestuursorgaan beslist binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift. Het kan deze termijn met ten hoogste vier weken verdagen.

1 De Inspraakverordening gemeente Skarsterlân, vastgesteld bij raadsbesluit van 31 mei 2000, nr. 74, wordt ingetrokken.
2 Artikel 5a vervalt zodra de verplichting, opgenomen in artikel 150 van de Gemeentewet, om in de inspraakverordening een regeling te treffen omtrent de wijze waarop inspraakgerechtigden in de gelegenheid worden gesteld hun beklag te doen over de uitvoering van verordening komt te vervallen.

Deze verordening treedt in werking op 1 november 2005.

Deze verordening wordt aangehaald als: Inspraakverordening.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Skarsterlân in zijn openbare vergadering van 26 oktober 2005.

De raad voornoemd,

De voorzitter, De griffier,