Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Skarsterlân

Bezoldigingsregeling

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Skarsterlân
Officiële naam regelingBezoldigingsregeling
CiteertitelBezoldigingsregeling
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de in Hoofdstuk 3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân opgenomen artikelen, die afwijken van de tekst van de in het LOGA (Landelijk overleg gemeentelijke arbeidswaarden) overeengekomen artikelen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling sector gemeenten (CAR) en de Uitwerkingsovereenkomst (UWO). Daarnaast vervangt deze regeling de Richtlijnen bezoldigingsbeleid.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân, art. 3:1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201001-01-2015nieuwe regeling

02-11-2009

onbekend

collegebesluit 20096425

Tekst van de regeling

Het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân;

 

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân;

 

gehoord de commissie voor het georganiseerd overleg van 14 oktober 2009;

 

 

besluiten vast te stellen de navolgende bezoldigingsregeling:

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    salaris per uur: het 1/156e deel van het salaris bij een gemiddeld 36-urige werkweek;

  • 2.

    salarisnummer: een duiding, bestaande uit een getal of uit een letter en een getal, dat in een salarisschaal voor een salaris is vermeld;

  • 3.

    maximumsalaris: het hoogste bedrag van een salarisschaal dat kan worden bereikt door jaarlijkse salarisverhogingen;

  • 4.

    periodieke verhoging: het verschil tussen twee opeenvolgende bedragen in een hoging salarisschaal;

  • 5.

    functie: het samenstel van werkzaamheden door de ambtenaar ingevolge zijn functiebeschrijving te verrichten;

  • 6.

    functiewaarderingsonderzoek: het op systematische wijze in rangorde plaatsen van functies, met als criterium de relatieve zwaarte van het werk;

  • 7.

    conversie: de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;

  • 8.

    volledige werktijd: een werktijd welke gemiddeld 36 werkuren per week omvat.

Artikel 2 Aanvang/einde bezoldiging

  • 1 Het recht op bezoldiging vangt aan met de dag, waarop de aanstelling ingaat. Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op bezoldiging aan met de dag waarop de ambtenaar feitelijk in dienst is getreden.  

  • 2 Het recht op bezoldiging eindigt met ingang van de dag, waarop het ontslag ingaat.  

  • 3 Wanneer de bezoldiging moet worden berekend over een gedeelte van de maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.  

Artikel 3 De salarissen

De salarissen van de ambtenaren wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage IIa van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân.

 

Artikel 4 Salarisschaal

  • 1 De toepassing van bijlage IIa van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, 3e tot en met 5e lid, van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân.  

  • 2 Het college van burgemeester en wethouders bepaalt met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de ambtenaar geldende functieschaal.  

  • 3 Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode.  

  • 4 Anders dan bij wijze van disciplinaire straf, als bedoeld in hoofdstuk 16, kan zonder voorafgaand ontslag voor een ambtenaar geen salarisschaal gaan gelden met een lager maximumsalaris dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.  

Artikel 5 Functie- en aanloopschaal

  • 1 Een aanstelling vindt in de regel plaats in de functieschaal. Indien de ambtenaar bij aanstelling over onvoldoende ervaring en/of opleiding beschikt vindt inpassing in de aanloopschaal plaats. 

  • 2 Bij inpassing in de aanloopschaal kan bevordering naar de functieschaal pas plaatsvinden nadat de ambtenaar de functie heeft bekleed voor een periode van 2 jaar of zoveel eerder. Eén en ander ter beoordeling van burgemeester en wethouders.  

  • 3 Een aanloopschaal ligt één niveau lager dan de functieschaal.  

Artikel 6 Uitloopschaal

  • 1 Plaatsing in de uitloopschaal vindt plaats van de eerste van de maand waarin de ambtenaar de leeftijd van 55 jaar bereikt.  

  • 2 De uitloopschaal ligt één niveau hoger dan de functieschaal.  

Artikel 7 Periodieke verhoging

  • 1 Het salaris van de ambtenaar wordt bij voldoende bekwaamheid, geschiktheid en ijver binnen de voor hem geldende salarisschaal periodiek verhoogd tot het naasthogere bedrag.  

  • 2 De periodieke verhogingen worden toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt. De toekenning van de periodieke verhoging vindt eenmaal per jaar plaats en wel in januari van ieder jaar.  

     

Artikel 8 Inpassing bij toekenning van een hogere schaal

Wanneer bij een interne wervingsprocedure de ambtenaar in aanmerking kom voor een functie met een hogere functieschaal of wanneer de ambtenaar als gevolg van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek in aanmerking komt voor een hogere functieschaal, wordt het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het bedrag, dat tenminste twee periodieke verhogingen respectievelijk één periodieke verhoging hoger ligt dan het salaris dat de ambtenaar in de oude schaal zou hebben genoten.

 

Artikel 9 Extra salarisverhoging

  • 1 Aan de ambtenaar, die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend bij het structureel blijk geven van een uitstekende functievervulling.  

  • 2 De extra salarisverhoging is maximaal twee extra periodieke verhogingen.  

Artikel 10 Tijdelijke functioneringstoelage

  • 1 Aan de ambtenaar die tijdelijk belast wordt met het realiseren van een bepaald duidelijk afgerond project of samenstel van werkzaamheden, dat uitgaat boven de normaal door de ambtenaar te verrichten werkzaamheden kan een tijdelijke functioneringstoelage worden toegekend.  

  • 2 Burgemeester en wethouders bepalen vooraf voor welk project c.q. samenstel van werkzaamheden de ambtenaar in aanmerking komt voor een tijdelijke toelage.  

  • 3 De tijdelijke functioneringstoelage omvat maximaal het voor de ambtenaar geldende bruto maandsalaris.  

  • 4 De tijdelijke functioneringstoelage wordt aan het eind van het project of samenstel van werkzaamheden aan de ambtenaar uitgekeerd.  

Artikel 11 Vaste functioneringstoelage

  • 1 Aan de ambtenaar die structureel blijk heeft gegeven van langdurige bijzondere uitoefening van de functie kan een vaste functioneringstoelage worden toegekend.  

  • 2 De vaste functioneringstoelage bedraagt bruto maximaal tien procent van het maximum salaris van de voor de ambtenaar gelden functieschaal.  

  • 3 De vaste functioneringstoelage komt te vervallen, zodra als gevolg van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek voor de in lid 1 genoemde functie een hogere functieschaal gaat gelden dan de functieschaal die op het moment van de toekenning van de vaste functioneringstoeslag voor de desbetreffende functie gold. Het toekennen van een vaste functioneringstoeslag dient dan opnieuw in overweging te worden genomen.  

Artikel 12 Gratificatie

  • 1 Aan de ambtenaar die een uitzonderlijke prestatie heeft geleverd kan een gratificatie worden toegekend.  

  • 2 De gratificatie bedraagt maximaal € 750 netto.

Artikel 13 Arbeidsmarkttoeslag

  • 1 Aan een functie die op de arbeidsmarkt als schaars wordt aangemerkt kan een toeslag worden verbonden.  

  • 2 De arbeidsmarkttoeslag kan eerst worden toegekend nadat bij afzonderlijk besluit de hiervoor in aanmerking komende functie is aangewezen. Dit besluit dient gebaseerd te zijn op algemeen geldende arbeidsmarktgegevens. Hierover dient vooraf overleg te worden gepleegd met de commissie voor het Georganiseerd Overleg.  

  • 3 De toeslag is een vaste toeslag en bedraagt bruto maximaal tien procent van het maximum salaris van de voor belanghebbende geldende functieschaal.  

  • 4 De arbeidsmarkttoeslag komt te vervallen, zodra als gevolg van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek voor de in lid 1 genoemde functie een hogere functieschaal gaat gelden dan de functieschaal die op het moment van de vaststelling van de arbeidsmarkttoeslag voor de desbetreffende functie gold.  

Artikel 14 Anti-cumulatie

Cumulatie van genoemde extra beloningen in de artikelen 9 tot en met 13 zijn niet toegestaan.

 

Artikel 15 Overwerkvergoeding

Aan de ambtenaar voor wie een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris dan dat van schaal 10, wordt ingeval van overwerk een overwerkvergoeding toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:2 en artikel 3:2:1 van de ARS.

 

 

Artikel 16 Seniortoelage

  • 1 De ambtenaar die belast is met een seniortaak komt in aanmerking voor een seniortoelage van 5% van het maandsalaris.  

  • 2 De seniortoelage wordt niet toegekend aan de ambtenaar die een hoger salaris ontvangt dan de voor zijn functie geldende functie- of uitloopschaal (bij een leeftijd van 55 jaar of hoger).  

Artikel 17 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.

 

 

Artikel 18 Inwerkingtreding en intrekking

Deze regeling gaat in op 1 januari 2010 onder gelijktijdige intrekking van:

  • 1.

    de in hoofdstuk 3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling Skarsterlân opgenomen artikelen, die afwijken van de tekst van de in het LOGA (Landelijk overleg gemeentelijke arbeidswaarden) overeengekomen artikelen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling sector gemeenten (CAR) en de Uitwerkingsovereenkomst (UWO);

  • 2.

    de Richtlijnen bezoldigingsbeleid.

Ondertekening

Joure, 2 november 2009

 

Burgemeester en wethouders voornoemd,

 

 

burgemeester, secretaris,