Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Dirksland

Verordening wet inburgering gemeente Dirksland 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Dirksland
Officiële naam regelingVerordening wet inburgering gemeente Dirksland 2008
CiteertitelVerordening wet inburgering gemeente Dirksland 2008
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum terugwerkende kracht.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet inburgering, art. 8
  2. Wet inburgering, art. 19, vijfde lid
  3. Wet inburgering, art. 23, derde lid
  4. Wet inburgering, art. 35

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-12-201410-12-2014Vervallen verlaard

27-11-2014

Gemeenteblad, 73084

Z-14-30496/3274
14-03-200801-01-200810-12-2014Nieuwe regeling

27-03-2008

Gemeenteblad, 2008, 8

2008 - III - 7

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Dirksland;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 2008;

gelet op de artikelen 8, 19, vijfde lid, 23, derde lid en 35 van de Wet inburgering;

overwegende dat de raad bij Verordening regels dient te stellen over de informatieverstrekking door de gemeente aan inburgeringsplichtigen, het aanbieden van een inburgeringsvoorziening aan bijzondere groepen inburgeringsplichtigen en de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige voor wie een inburgeringsvoorziening is vastgesteld, alsmede dat de raad bij Verordening het bedrag dient vast te stellen van de bestuurlijke boete die voor de verschillende overtredingen kan worden opgelegd;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening Wet inburgering gemeente Dirksland 2008 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1 In deze Verordening wordt verstaan onder:a. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dirksland;b. de wet: de Wet inburgering; 

  • 2 De begripsomschrijvingen in de Wet en de daarop berustende regelingen zijn van toepassing op de begrippen die in deze Verordening worden gebruikt.  

Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen

  • 1 Het college draagt er zorg voor dat de inburgeringsplichtige op een doeltreffende en doelmatige wijze word geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde van de Wet en over het aanbod van en de toegang tot inburgeringsvoorzieningen.

  • 2 Het college maakt bij de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtige in ieder geval gebruik van de volgende middelen:a. het toezenden van schriftelijk voorlichtingsmateriaal aan personen ten aanzien van wie al dan niet op grond van gegevens uit    het Bestand Potentiële Inburgeringsplichtigen redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij inburgeringsplichtig zijn;b. het inrichten van een informatiepunt in Dirksland;c. het inrichten van een digitaal informatiepunt op de website van de gemeente.

  • 3 Het college beoordeelt tenminste eens in de twee jaren de doeltreffendheid en doelmatigheid van de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtigen en rapporteert daarover aan de raad.  

Hoofdstuk 2 Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening

Artikel 3 Aanwijzen van de doelgroepen

Het college kan iedere inburgeringsplichtige nieuwkomer, oudkomer of geestelijke bedienaar een inburgeringsvoorziening aanbieden. 

Artikel 4 De samenstelling van de inburgeringsvoorziening

  • 1 Het college stemt de inburgeringsvoorziening, met uitzondering van de inburgeringsvoorziening aan geestelijke bedienaren, af op het startniveau en de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de inburgeringsplichtigen.  

  • 2 Indien de inburgeringsplichtige een voorziening gericht op arbeidsinschakeling wordt aangeboden, draagt het college er zorg voor dat de inburgeringsvoorziening op de voorziening gericht op arbeidsinschakeling wordt afgestemd.  

  • 3 Een inburgeringsvoorziening kan, naast datgene dat in de Wet is geregeld, één of meer van de volgende onderdelen bevatten:a. Nederlandse taal en samenleving;b. opvoedingsondersteuning;c. staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II. 

Artikel 5 De inning van de eigen bijdrage

  • 1 De eigen bijdrage, bedoeld in artikel 23, tweede lid, van de Wet wordt in ten hoogste 12 termijnen betaald.

  • 2 Het college legt in de beschikking tot toekenning van een inburgeringsvoorziening de termijnen van betaling vast. Indien het college de eigen bijdrage verrekent met de algemene bijstand wordt dat in de beschikking vastgelegd.

Artikel 6 Opleggen van verplichtingen

Het college kan een inburgeringsplichtige bij beschikking één of meer van de volgende verplichtingen opleggen: a. het deelnemen aan de aangeboden inburgeringscursus;b. het deelnemen aan gesprekken met de trajectbegeleider;c. het deelnemen aan voortgangsgesprekken;d. het deelnemen aan het inburgeringsexamen op een tijdstip dat door het college wordt bepaald;e. het melden indien door ziekte dan wel door andere relevante omstandigheden niet aan de verplichtingen in de beschikking kan worden voldaan;f. direct alles melden wat van invloed kan zijn op de inburgeringsvoorziening.  

Hoofdstuk 3 Het aanbod van een inburgeringsvoorziening

Artikel 7 De procedure van het doen van een aanbod

  • 1 Het college doet het aanbod, bedoeld in artikel 19, eerste of tweede lid, van de Wet, schriftelijk. Het aanbod wordt gezonden naar het adres waar de inburgeringsplichtige in de gemeentelijke basisadministratie is ingeschreven.  

  • 2 In het aanbod wordt een omschrijving gegeven van de inburgeringsvoorziening die wordt aangeboden en worden de rechten en verplichtingen vermeld die aan de inburgeringsvoorziening worden verbonden.  

  • 3 De inburgeringsplichtige aan wie een aanbod wordt gedaan, deelt binnen twee weken het college schriftelijk mee of hij het aanbod al dan niet aanvaardt.  

  • 4 Wanneer de inburgeringsplichtige het aanbod aanvaardt, neemt het college binnen twee weken na ontvangst van deze mededeling het besluit tot toekenning van de inburgeringsvoorziening, overeenkomstig het gedane aanbod.  

Artikel 8 De inhoud van de beschikking

Het besluit tot toekenning van een inburgerings-voorziening bevat in ieder geval: a. een beschrijving van de inburgerings-voorziening; b. een opgave van de rechten en verplichtingen van de inburgeringsplichtige; c. de datum waarop het inburgeringsexamen moet zijn behaald; d. de termijnen en wijze van betaling en; e. ingeval van een oudkomer: de datum waarop de termijn van handhaving van de inburgeringsplicht, bedoeld in artikel 26 van de Wet, aanvangt

Hoofdstuk 4 De bestuurlijke boete

Artikel 9 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen

  • 1 De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 125,-- indien de inburgeringsplichtige of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtige is geen of onvoldoende medewerking verleent aan het onderzoek, bedoeld in artikel 25, vierde lid van de Wet.  

  • 2 De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 250,-- indien de inburgeringsplichtige geen of onvoldoende medewerking verleent aan de uitvoering van de voor hem vastgestelde inburgeringsvoorziening, bedoeld in artikel 23, eerste lid van de Wet of aan de verplichtingen, bedoelt in artikel 6 van deze Verordening.  

  • 3 De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 500,-- indien de inburgeringsplichtige niet binnen de in artikel 7, eerste lid van de Wet bedoelde termijn of binnen de door het college op grond van artikel 31, tweede lid, onderdeel a van de Wet verlengde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

Artikel 10 Verhoging van de bestuurlijke boete bij herhaling van de overtreding

  • 1 De bestuurlijke boete voor overtredingen, bedoeld in artikel 9, eerste lid, bedraagt ten hoogste € 250,-- indien de inburgeringsplichtige zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding.  

  • 2 De bestuurlijke boete voor overtredingen, bedoeld in artikel 9, tweede lid, bedraagt ten hoogste € 500,-- indien de inburgeringsplichtige zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding.

  • 3 De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 1.000,-- indien de inburgeringsplichtige niet binnen de door het college op grond van artikel 32 of artikel 33 van de wet vastgestelde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.  

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze Verordening komt in de plaats van de Verordening Wet inburgering gemeente Dirksland 2007 en treedt in werking op de dag, volgend op die van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2008 en ten aanzien van artikel 3 terug tot 1 november 2007. 

Artikel 12 Citeertitel

De Verordening wordt aangehaald als: Verordening Wet inburgering gemeente Dirksland 2008.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Dirksland, gehouden op 27 maart 2008.

De griffier                                                                                                              De voorzitter,P.J. de Pagter.                                                                                                     drs. S. Stoop.