| Overheidsorganisatie | Gemeente Nieuw-Lekkerland |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Bezoldigingsverordening gemeente Nieuw-Lekkerland 2006 |
| Citeertitel | Bezoldigingsverordening gemeente Nieuw-Lekkerland 2006 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | personeel en organisatie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling sector gemeenten, art. 3:1
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2000 | 01-09-2009 | Onbekend | 01-01-2000 Onbekend | Onbekend |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuw-Lekkerland;
gelet op artikel 3:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling sector gemeenten en de daarbij behorende Uitwerkingsovereenkomst, verder te noemen CAR/UWO;
gelet op het gestelde in artikel 16 van de Gemeentewet en op het besluit van de raad dezer gemeente inzake de uitoefening van de macht van de raad door burgemeester en wethouders;
gezien het besluit van de Ondernemingsraad van
b e s l u i t e n :
vast te stellen de
Bezoldigingsverordening gemeente Nieuw-Lekkerland 2006
I Begripsbepalingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Ambtenaar de ambtenaar in de zin van de CAR/UWO en de werknemer als bedoeld in artikel 2:5:1 van de CAR/UWO;
Salaris het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de CAR/UWO;
Uurloon het uurloon, als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder o van de CAR/UWO;
Schaal de schaal als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder a van de CAR/UWO, opgenomen in bijlage II en IIA van die regeling;
Maximumsalaris het hoogste bedrag van de salarisschaal;
Bezoldiging de bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder c, van de CAR/UWO;
Betrekking de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder b, van de CAR/UWO;
Conversie de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;
Volledige betrekking de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid onder k van de CAR/UWO;
Overwerk het overwerk als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder l, van de CAR/UWO.
II Salaris
Recht op salaris
1.Het recht op salaris vangt aan met de dag waarop de aanstelling van de ambtenaar ingaat.
Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op salaris aan met de dag waarop de ambtenaar feitelijk in dienst is getreden.
2.Het recht op salaris eindigt, in geval van ontslag, met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat.
Gebroken tijdvakken
Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.
Onvolledige betrekking
Het salaris van een ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.
Salarisbedragen
De salarissen van de ambtenaren van wie het salaris niet of bij krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage II of bijlage IIa van de CAR/UWO.
De toepassing van bijlage II dan wel bijlage IIa van de CAR/UWO vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, derde t/m vijfde lid, van de CAR/UWO.
Burgemeester en wethouder bepalen met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de ambtenaar geldende salarisschaal, tenzij zijn wijze kan functioneren zich nog daartegen verzet.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode.
Anders dan bij het aanvaarden van passende of gangbare arbeid, dan wel bij wijze van disciplinaire straf, als bedoeld in de CAR/UWO, kan zonder voorafgaand ontslag voor een ambtenaar geen salarisschaal gelden met een lager maximumsalaris dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.
Periodieke verhoging van het salaris
Het salaris van de ambtenaar die voldoende functioneert, wordt binnen de voor hem geldende salarisschaal periodiek verhoogd tot het naasthogere bedrag.
De periodieke verhogingen worden ieder jaar in de maand januari toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt.
Het tijdstip waarop ingevolge het vorige lid voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd indien daartoe naar het oordeel van burgemeester en wethouders aanleiding bestaat.
Extra periodieke verhoging van het salaris
Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van zeer goede of uitstekende vervulling van de betrekking.
Bij de toepassing van het vorige lid blijft het tijdstip waarop ingevolge artikel 7 een salarisverhoging wordt toegekend onverlet, tenzij anders wordt bepaald.
Geen periodieke verhoging
Indien een ambtenaar onvoldoende functioneert, kan worden bepaald dat voor hem de in artikel 7 bedoelde salarisverhoging achterwege wordt gelaten.
Nadien kan worden bepaald dat de salarisverhoging, welke met toepassing van het eerste lid achterwege is gelaten, al dan niet met terugwerkende kracht alsnog wordt toegekend.
Van een beslissing tot toepassing van het eerste lid wordt de ambtenaar zo spoedig mogelijk, doch in elk geval voor de datum waarop anders de salarisverhoging zou ingaan, schriftelijk mededeling worden gedaan, onder vermelding van de redenen welke tot de beslissing hebben geleid.
Salaris bij bevordering naar hogere schaal
Wanneer de ambtenaar wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximum wordt:
voor de ambtenaar, als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder a, van de CAR/UWO, het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het bedrag, gelegen onmiddellijk boven het salaris dat de ambtenaar in de oude schaal zou hebben genoten vermeerderd met 1 periodieke verhoging.
Het gestelde onder a. wordt toegepast tot aan het maximum van de nieuwe salarisschaal.
III Instrumenten van flexibele beloning
(Groeps)gratificatie
Artikel 11
Indien een ambtenaar een uitstekende individuele prestatie heeft geleverd kan aan hem een gratificatie als bedoeld in artikel 15:1:28 van de CAR/UWO worden toegekend.
De hoogte van de gratificatie bedraagt maximaal € 300,== netto en kan worden toegekend door bijstorting op het salaris of in een nadere gepaste vorm van gelijke waarde, bijvoorbeeld een cadeau-, diner- of theaterbon.
Aan een groep ambtenaren die een uitstekende individuele prestatie hebben geleverd, kan een groepsgratificatie worden toegekend.
De hoogte van de gratificatie bedraagt maximaal € 50,== netto per groepslid.
De toegekende gratificatie wordt om fiscale redenen via het salaris van de ambtenaar uitbetaald.
Tijdelijke persoonlijke toelage
Aan de ambtenaar die het maximum van de voor hem geldende salarisschaal heeft bereikt, kan een persoonlijke toelage als bedoeld in artikel 3:7:8 van de CAR/UWO worden toegekend, indien betrokkene meerdere jaren zeer goed heeft gefunctioneerd.
De in het eerste lid bedoelde toelage bedraagt ten minste het verschil tussen het maximum salarisbedrag van de functionele salarisschaal en het eerst hogere bedrag in de volgende salarisschaal en maximaal 10% waarbij het maximum van de volgende salarisschaal niet mag worden overschreden.
De in het eerste lid bedoelde toelage wordt ingetrokken, indien de gronden waarop de toelage wordt toegekend niet meer aanwezig zijn. Dat wil zeggen dat ieder jaar opnieuw wordt vastgesteld of de criteria, waarop de toelage voor de betrokken persoon is gebaseerd nog van toepassing zijn. Indien dit niet het geval is, vervalt de toelage.
Arbeidsmarkttoelage
Aan de ambtenaar kan om redenen van werving of behoud een toelage worden toegekend.
De in het eerste lid bedoelde toelage wordt toegekend voor een tijdvak dat tevoren is vastgesteld, met inachtneming van een maximum van 3 jaar.
De hoogte van de toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt maximaal 8% van het salaris, maar bedraagt nimmer meer dan het verschil tussen het salaris en het maximumbedrag van de naast hogere salarisschaal.
De toelage als bedoeld in het eerste lid eindigt op de, ingevolge het tweede lid, vastgestelde vervaldatum. Wanneer de arbeidsmarktsituatie waarop de toelage is gebaseerd nog steeds bestaat kan opnieuw een toelage als bedoeld in het eerste lid aan de ambtenaar worden toegekend.
Nadere regels instrumenten flexibele beloning
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de toepassing en de hoogte van de instrumenten van flexibele beloning als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 13.
Geen afbouwregeling
Bij het beëindigen van instrumenten van flexibele beloning als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 13 wordt geen afbouwregeling toegepast.
IV Overige toelagen en vergoedingen
Waarnemingstoelage
Een waarnemingstoelage wordt toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:1:2 van de CAR/UWO.
Toelage marktmeester/onregelmatige dienst
Aan de ambtenaar die is belast met het toezicht houden op de markt op zaterdag wordt een toelage verstrekt gebaseerd op 6,5 uur per maand .
Aan de ambtenaar voor wie de werktijden zijn vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:3 van de CAR/UWO wordt een toelage onregelmatige dienst toegekend.
Aan de bode wordt maandelijks een toelage verstrekt van 8% van het voor hem geldende salaris inclusief eventuele toelagen.
Aan de beheerder ICT wordt maandelijks een toelage verstrekt van 5% van het voor hem geldende salaris.
Toelage voor bedrijfshulpverlening
De ambtenaar die is aangewezen als bedrijfshulpverlener en die verplicht wordt tot het hebben en actueel houden van een BHV-diploma ontvangt hiervoor maandelijks een toelage.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 nadere regels vast in de “Uitvoeringsregeling toelage bedrijfshulpverlening gemeente Nieuw-Lekkerland” (bijlage A).
Inconveniëntentoelage
Aan de ambtenaar wordt, indien de functie in verband met zwaar, vuil, gevaarlijk of ongezond werk, voor zolang de ambtenaar met deze werkzaamheden is belast, maandelijks een toelage ter grootte van 3,4% van hetmaximum van salarisschaal5verstrekt.
De opzichter gemeentewerken ontvangt maandelijks een toelage ter hoogte van 50% van het genoemde percentage in lid 1.
Wachtdiensttoelage
Aan de ambtenaar wordt, indien hij daartoe naar het oordeel van burgemeester en wethouders verplicht wordt bereikbaar en beschikbaar te zijn om in het geval van onvoorziene omstandigheden zo spoedig mogelijk te kunnen optreden en de noodzakelijk arbeid te verrichten, een toelage verstrekt.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 van dit artikel nadere regels vast in de “Regeling Wachtdienst gemeente Nieuw-Lekkerland” (bijlage B).
De bij de salarisadministratie ingediende declaraties met betrekking tot deze toelage worden uiterlijk in de tweede maand na indiening uitbetaald.
Toelage bij begrafenissen
De ambtenaar die is belast met de begeleiding van begrafenissen ontvangt hiervoor een toelage ter hoogte van 3% van het maximum van schaal 7.
De 1e en 2e plaatsvervangende ambtenaar ontvangen respektievelijk een toelage ter hoogte van 1,5% en 0,75% van het in lid 1 genoemde percentage.
Deze toelagen worden jaarlijks in december betaalbaar gesteld.
Afbouwtoelage
Aan de ambtenaar van wie de bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van één van de toelagen bedoeld in de artikelen 17, 19 en 21 van deze verordening wordt een aflopende dan wel blijvende toelage toegekend, indien
die blijvende verlaging tenminste 3% procent bedraagt van de som van het salaris en de toelage, niet zijnde de toelagen als bedoeld in de artikelen 12 en 13, en
de ambtenaar de toelage, direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan, gedurende tenminste twee jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten. Onder wezenlijke onderbreking wordt verstaan een onderbreking van langer dan twee maanden.
De toelage wordt als volgt afgebouwd: 1e jaar 75%, 2e jaar 50% en 3e jaar 25%, 4e jaar 0% van de gemiddelde toelage per maand over de twaalf maanden direct voorafgaande aan de blijvende verlaging.
De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat, wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaren heeft bereikt en hij onmiddellijk voor de aanvang van die toelage gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking een toelage heeft genoten, over in een blijvende toelage.
Overwerk
Aan de ambtenaar voor wie een salaris geldt gelijk aan of met een lager maximumsalaris dan dat van schaal 10A, wordt in geval van overwerk een overwerkvergoeding toegekend conform hetgeen geregeld is in artikel 3:2:1 van de CAR/UWO.
Het bijwonen van raadsvergaderingen en –commissies door de integraal manager en het hoofd van de stafafdeling financiën worden alleen vergoed op basis van verlof. Dit verlof is gelijk aan het aantal bijgewoonde uren.
De bij de salarisadministratie ingediende uren met betrekking tot het verrichte overwerk worden uiterlijk in de tweede maand na indiening van de declaratie uitbetaald.
Piketregeling beroepsbrandweer
De ambtenaar, die verplicht is zich buiten de voor hem geldende werktijden ter beschikking te houden ten behoeve van de brandweerdienst, maakt maandelijks aanspraak op een vergoeding op grond van artikel 20:1:2 van de CAR/UWO.
Piketregeling ambtenaren rampenbestrijding
De ambtenaar, die verplicht is zich buiten de voor hem geldende werktijden ter beschikking te houden, ten behoeve van de ”Piketregeling ambtenaren rampenbestrijding regio Zuid-Holland- Zuid”, heeft maandelijks recht op een vergoeding.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 nadere regels vast in de “Regeling vergoeding piketdienst ambtenaren rampenbestrijding regio Zuid-Holland-Zuid” (bijlage C).
Vergoeding reis- en verblijfkosten
Voor een tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer is een regeling vastgesteld.
De ambtenaar die in dienstopdracht reist en die gebruik maakt van openbaar vervoer of eigen auto ontvangt een vergoeding.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 van dit artikel nadere regels vast in de “Uitvoeringsregeling reiskostenvergoeding gemeente Nieuw-Lekkerland” (bijlage D).
De forensenvergoeding wordt iedere maand belastingvrij uitbetaald.
De bij de salarisadministratie gedeclareerde kosten met betrekking tot dienstreizen en pontkosten vanwege woon-werkverkeer worden uiterlijk in de tweede maand na indiening van de declaratie uitbetaald.
Vergoeding vrijwillige brandweer
Degene die is aangesteld bij de vrijwillige brandweer ontvangt hiervoor ieder kwartaal een brandweer” van de CAR/UWO.
2.De in lid 1 genoemde vergoeding wordt uiterlijk in de derde maand na afloop van ieder kwartaal uitbetaald.
Buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand
Degene die is bevoegd tot het sluiten van huwelijken ontvangt hiervoor een vergoeding.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 van dit artikel nadere regels vast in “Rechtspositieregeling vor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Nieuw-Lekkerland” (bijlage E).
De in lid 1 genoemde vergoeding wordt éénmaal per jaar in de maand februari van het volgende jaar uitbetaald.
Bijdrage kinderopvang
De ambtenaar kan aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang.
Het college stelt met betrekking tot lid 1 van dit artikel nadere regels vast in de “Regeling kinderopvang gemeente Nieuw-Lekkerland” (bijlage F).
De vergoeding wordt maandelijks als voorschot verstrekt. Aan het einde van ieder jaar vindt de definitieve afrekening plaats.
Presentiegelden stembureauleden
De ambtenaar die tijdens verkiezingen lid is van een stembureau ontvangt hiervoor een vergoeding.
Deze vergoeding bedraagt bruto € 90,-- per verkiezing en wordt in de tweede maand nadat de verkiezingen hebben plaatsgevonden uitbetaald.
V Overige bepalingen
Onvoorziene gevallen
Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.
Slotbepalingen
Deze verordening kan worden aangehaald als ”Bezoldigingsverordening gemeente Nieuw-Lekkerland 2006” en treedt in werking op
De “Bezoldigingsverordening 1997”, zoals vastgesteld op 12 december 1996 en zoals sindsdien gewijzigd, wordt ingetrokken.
Nieuw-Lekkerland,
Burgemeester en wethouders voornoemd,
De loco-secretaris, De burgemeester,
Drs. N. van den Ende-Van der Wilk O.Sierksma