Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stadsgewest Haaglanden

Nadere Regels Aardgasvoertuigen Haaglanden 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieStadsgewest Haaglanden
Officiële naam regelingNadere Regels Aardgasvoertuigen Haaglanden 2010
CiteertitelNadere Regels Aardgasvoertuigen Haaglanden 2010
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Subsidieverordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010, artikel 8

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-07-201002-02-2012nieuwe regeling

16-06-2010

De Posthoorn d.d. 7 juli 2010 e.a.

geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere Regels Aardgasvoertuigen Haaglanden 2010

Het dagelijks bestuur van het Stadsgewest Haaglanden;

gelet op artikel 8 van de Subsidieverordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010, vastgesteld op 30 juni 2010;

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende:

NADERE REGELS AARDGASVOERTUIGEN HAAGLANDEN 2010

behorende bij de Subsidieverordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010

Hoofdstuk 1: Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    verordening: Subsidieverordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010, vastgesteld door het algemeen bestuur van het Stadsgewest Haaglanden op 30 juni 2010.

  • b.

    concern: het moederbedrijf en alle dochterbedrijven.

  • c.

    aardgasvoertuig: een nieuw voertuig dat in de fabriek met aardgasinstallatie is uitgerust en niet op een later tijdstip is omgebouwd, niet zijnde een voertuig dat direct of indirect gebruikt wordt voor het openbaar vervoer, met uitzondering van taxi’s;

  • d.

    huisvuilauto: een aardgasvoertuig met een kraakpersinstallatie en een leeg gewicht vanaf 7.500 kg die voldoet aan de emissienorm EEV. Een huisvuilauto is geen vrachtwagen met een andere opbouw, een bakwagen, kolkzuiger of veegwagen.

Hoodstuk 2: Subsidieplafonds en criteria ter rangschikking van subsidieaanvragen

Artikel 2
  • 1.

    Het subsidieplafond is € 2.070.000.

  • 2.

    Het deelplafond voor aardgasvoertuigen met een leeg gewicht tot 7.500 kg is € 1.000.000.

  • 3.

    Het deelplafond voor aardgasvoertuigen met een leeg gewicht vanaf 7.500 kg, niet zijnde huisvuilauto’s op aardgas, is € 670.000.

  • 4.

    Het deelplafond voor huisvuilauto’s op aardgas is € 300.000.

  • 5.

    Het deelplafond voor privaatrechtelijke rechtspersonen die een statutaire, neven- of feitelijk vestiging hebben in de gemeente Den Haag en bedrijfsactiviteiten hebben in de plusregio, en voor natuurlijke personen, die ingezetenen zijn van de gemeente Den Haag, bedraagt € 100.000.

  • 6.

    De deelplafonds voor publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersonen die een statutaire, neven- of feitelijke vestiging hebben in de overige acht gemeenten van de plusregio en ook bedrijfsactiviteiten hebben in de plusregio, en voor natuurlijke personen, die ingezetenen zijn van de overige 8 gemeenten van de plusregio, zijn naar rato van het inwonertal:

    • a.

      Delft € 306.000

    • b.

      Zoetermeer € 380.000

    • c.

      Midden-Delfland € 57.000

    • d.

      Rijswijk € 150.000

    • e.

      Westland € 319.000

    • f.

      Wassenaar € 83.000

    • g.

      Pijnacker-Nootdorp € 140.000

    • h.

      Leidschendam-Voorburg € 233.000

Deze deelplafonds zijn exclusief de aanvragen voor huisvuilauto’s.

Artikel 3
  • 1. De subsidieaanvragen voor de aanschaf van aardgasvoertuigen worden gerangschikt op volgorde van datum van ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2. De subsidieaanvragen worden beoordeeld aan de hand van het (rest)bedrag van het subsidieplafond en de deelplafonds.

  • 3. Bij gelijktijdige ontvangst van subsidieaanvragen voor de aanschaf van aardgasvoertuigen die aan alle criteria voldoen en volledig zijn, vindt - in het geval het (deel)subsidieplafond wordt bereikt - verlening van subsidie plaats door middel van loting.

Hoofdstuk 3: Eisen voor subsidiëring

Artikel 4

Een subsidie voor de aanschaf van een aardgasvoertuig kan, naast de in artikel 4, lid 1 van de verordening genoemde aanvragers, worden aangevraagd door:

  • a.

    andere publiekrechtelijke rechtspersonen die hun zetel in de plusregio hebben, met uitzondering van die rechtspersonen die zelf subsidie verstrekken op het gebied van luchtkwaliteit;

  • b.

    privaatrechtelijke rechtspersonen met of zonder winstoogmerk en VOF’s die een statutaire, neven- of feitelijke vestiging hebben in de plusregio en daar ook bedrijfsactiviteiten hebben;

  • c.

    natuurlijke personen, die ingezetene zijn in de plusregio.

Artikel 5
  • 1. Een aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt, met gebruikmaking van een door het dagelijks bestuur vastgesteld formulier, na de aanschaf van een aardgasvoertuig ingediend bij het dagelijks bestuur.

  • 2. De subsidievaststelling gaat niet vooraf door subsidieverlening.

Artikel 6

Ten aanzien van de aanschaf van aardgasvoertuigen gelden de volgende eisen:

  • 1.

    De aanvragers als bedoeld in artikel 4, onder c kunnen slechts eenmalig subsidie aanvragen voor de aanschaf van één aardgasvoertuig.

  • 2.

    De aanvragers als bedoeld in artikel 4, onder a en b kunnen subsidie aanvragen voor de aanschaf van maximaal tien aardgasvoertuigen. Indien de rechtspersoon deel uitmaakt van een concern, dan geldt het maximum van tien aardgasvoertuigen voor het gehele concern. De in artikel 4, onder b genoemde aanvragers dienen een deminimis-verklaring te ondertekenen. Het te verlenen subsidiebedrag per onderneming dan wel concern bedraagt niet meer dan de maximaal toegestane investeringssteun volgens de communautaire deminimis-regeling.

  • 3.

    De aanvragers als bedoeld in artikel 4, lid 1 van de verordening (deelnemende gemeenten aan het Stadsgewest met uitzondering van de gemeente Den Haag), kunnen subsidie aanvragen voor een onbeperkt aantal aardgasvoertuigen.

  • 4.

    De aanvragers als bedoeld in artikel 4, onder a en b van deze regels en artikel 4, lid 1 van de verordening kunnen subsidie aanvragen voor maximaal vijf huisvuilauto’s.

  • 5.

    De lease van een aardgasvoertuig komt ook in aanmerking voor subsidiëring.

  • 6.

    Het aardgasvoertuig dient na 31 december 2008 op naam te zijn gesteld (op kenteken).

  • 7.

    De aanvraag voor subsidie door een aanvrager als bedoeld in artikel 4, onder c dient de volgende gegevens en documenten te omvatten:

  • ·

    ingevuld aanvraagformulier Aanschaf aardgasvoertuigen Haaglanden voor particulieren;

  • ·

    uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (uittreksel uit bevolkingsregister verkrijgbaar bij uw gemeente);

  • ·

    kopie koopovereenkomst / leveringsopdracht;

  • ·

    kopie factuur;

  • ·

    kopie geldig rijbewijs;

  • ·

    kopie van alle delen van het kentekenbewijs;

  • ·

    in geval van lease: kopie van de Kennisgeving van inzet.

  • 8.

    De aanvrager als bedoeld in artikel 4, onder c dient persoonlijk een bezoek aan het Stadsgewest te brengen om zich te legitimeren met een rijbewijs en het origineel van het kentekenbewijs (alle delen) te overleggen.

  • 9.

    De aanvraag voor subsidie door een aanvrager als bedoeld in artikel 4, onder b of door een eenmanszaak dient de volgende gegevens en documenten te omvatten:

  • ·

    ingevuld aanvraagformulier Aanschaf aardgasvoertuigen Haaglanden voor bedrijven;

  • ·

    ingevulde de-minimisverklaring;

  • ·

    inschrijving Kamer van Koophandel (bij eenmanszaak en VOF: niet ouder dan één jaar) en kopie statuten (niet in het geval van een VOF en eenmanszaak);

  • ·

    machtiging aanvrager ten behoeve van contactpersoon;

  • ·

    kopieën koopovereenkomsten / leveringsopdrachten;

  • ·

    kopie factuur;

  • ·

    kopieën van de kentekenbewijzen (alle delen) van alle motorvoertuigen;

  • ·

    in geval van lease: kopie van de Kennisgeving van inzet.

  • 10.

    De aanvraag voor subsidie door een aanvrager als bedoeld in artikel 4, onder a van deze regels en artikel 4, lid 1 van de verordening dient de volgende gegevens en documenten te omvatten:

  • ·

    ingevuld aanvraagformulier Aanschaf aardgasvoertuigen Haaglanden voor overheden / publiekrechtelijke rechtspersonen;

  • ·

    kopieën kentekenbewijzen (alle delen) van alle motorvoertuigen;

  • ·

    kopieën koopovereenkomsten / leveringsopdrachten;

  • ·

    kopie factuur;

  • ·

    besluit van het bevoegde orgaan tot aanvraag van subsidie;

  • ·

    mandaat-/machtigingsbesluit indien nodig voor contactpersoon;

  • ·

    in geval van lease: kopie van de Kennisgeving van inzet.

Hoofdstuk 4: Maximale hoogte subsidie

Artikel 7
  • 1. De subsidie voor aanschaf van een aardgasvoertuig bedraagt maximaal € 1.000,00 per aardgasvoertuig met een leeg gewicht tot 7.500 kg.

  • 2. De subsidie voor de aanschaf van een aardgasvoertuig bedraagt maximaal € 8.000,00 per aardgasvoertuig met een leeg gewicht vanaf 7.500 kg.

  • 3. De subsidie voor de aanschaf van een huisvuilauto op aardgas bedraagt maximaal € 10.000,00 per huisvuilauto op aardgas.

Artikel 8
  • 1. De subsidie voor een huisvuilauto bestaat uit een tegoed voor het tanken van aardgas ter waarde van het subsidiebedrag.

  • 2. Het aardgas dient bij een aardgastankstation in de plusregio te worden getankt.

  • 3. De subsidieontvanger overlegt ieder half jaar het Stadsgewest de facturen, gespecificeerd per tankmoment, tot waarde van het subsidiebedrag, met daarop vermeld de locatie binnen de plusregio waar het aardgas is getankt. Binnen twee jaar na subsidievaststelling en niet later dan drie maanden voor afloop van de looptijd van het NSLdient het subsidiebedrag in de regio te zijn getankt. Indien het subsidiebedrag niet geheel in de regio is getankt, wordt het restbedrag teruggevorderd.

Artikel 9

De BTW over gesubsidieerde kosten komt niet voor subsidie in aanmerking.

HOOFDSTUK 5: Slotbepalingen

Artikel 10
  • 1.

    Dit besluit kan worden aangehaald als: Nadere Regels Aardgasvoertuigen Haaglanden 2010.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 3.

    De Nadere Regels Subsidieverordening Aardgasvoertuigen 2009 worden ingetrokken.

Aldus besloten in de vergadering van het dagelijks bestuur van 16 juni 2010, onder voorbehoud van vaststelling van de verordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010 op 30 juni 2010 in het algemeen bestuur Haaglanden.

de voorzitter, J.J. VAN AARTSEN

de secretaris, DRS. A. HARKES

TOELICHTING BIJ NADERE REGELS SUBSIDIEVERORDENING AARDGASVOERTUIGEN HAAGLANDEN 2009

I.ALGEMEEN

Het Stadsgewest Haaglanden stimuleert het rijden op aardgas ter verbetering van de luchtkwaliteit in de regio. Het stimuleren van het rijden op aardgas is een van de maatregelen in het maatregelenpakket dat het Stadsgewest samen met 8 gemeenten in de regio hebben ingediend in het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Het NSL is een programma van het Rijk en lagere overheden om de luchtkwaliteit in Nederland te verbeteren. Het maatregelenpakket van het Stadsgewest en de 8 gemeenten is op 26 maart 2008 door het dagelijks bestuur vastgesteld. De gemeente Den Haag neemt apart deel aan dit NSL.

Om de maatregelen uit te voeren is FES-geld ontvangen. Een deel van het FES-geld ter waarde van € 2.070.000,- is gereserveerd voor deze subsidieregeling ter bevordering van het rijden op aardgas. Daarvan is € 1.770.000,- afkomstig uit de zogenoemde eerste tranche bestemd voor de subsidie op de aanschaf van aardgasvoertuigen en € 300.000,- uit de derde tranche bestemd voor de subsidie op de aanschaf van huisvuilauto’s op aardgas.

II. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel geeft weer wat in deze nadere regels bedoeld wordt met een aantal terugkerende begrippen, ter voorkoming van interpretatieverschillen.

Artikel 2 Deelplafonds

Er zijn deelplafonds voor aanvragen uit Den Haag en de overige 8 gemeenten. De subsidie voor aanvragen uit de 8 overige gemeenten is naar rato van inwonertal om te voorkomen dat alle subsidie naar aanvragers uit een of twee gemeenten gaat waar eerder dan elders een aardgastankstation is gerealiseerd.

Het subsidieplafond is in totaal ca € 2.070.000,-.

De deelplafonds zijn:

  • 1.

    voor aanschaf van voertuigen door aanvragers uit Den Haag € 100.000,-;

  • 2.

    voor aanschaf van voertuigen door aanvragers uit de overige 8 gemeenten € 1.670.000,-;

  • 3.

    voor aanschaf van huisvuilauto’s € 300.000,-.

Artikel 4

Op grond van artikel 4, lid 1 van de verordening kunnen de deelnemende gemeenten subsidie aanvragen, met uitzondering van de gemeente Den Haag. De gemeente Den Haag heeft zelf een financiële bijdrage ontvangen ter verbetering van de luchtkwaliteit. Daarnaast kunnen andere publiekrechtelijke rechtspersonen (onder a) subsidie aanvragen. Een publiekrechtelijke rechtspersoon is een organisatie die is ingesteld om overheidstaken uit te voeren zoals de Staat, een provincie, een gemeente, een waterschap, een samenwerkingsverband op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Verder kunnen privaatrechtelijke rechtspersonen (onder b) subsidie aanvragen zoals stichtingen, verenigingen (met volledige rechtsbevoegdheid), VOF's, besloten en naamloze vennootschappen. Voorwaarde is dat deze rechtspersonen een statutaire, neven- of feitelijke vestiging in de plusregio hebben en daar ook hun bedrijfsactiviteiten verrichten. Tot slot kunnen ook natuurlijke personen (onder c) een aanvraag indienen. Privaatrechtelijke rechtspersonen die in de gemeente Den Haag zijn gevestigd en ingezetenen van de gemeente Den Haag kunnen wel subsidie aanvragen voor de aanschaf van aardgasvoertuigen omdat deze gemeente hiervoor geen subsidie verstrekt.

Artikel 5

De subsidievaststelling vindt plaats zonder voorafgaande subsidieverlening. Op grond van artikel 4:29, lid 1 Awb kan bij wettelijk voorschrift worden bepaald dat geen beschikking omtrent subsidieverlening wordt gegeven. In artikel 5, lid 2 van de verordening is de bevoegdheid om dat te bepalen bij het dagelijks bestuur neergelegd.

Artikel 6

Dit artikel is bedoeld om uitputting van het subsidiebudget door een of enkele aanvragen te voorkomen. Een bedrijf of publiekrechtelijk rechtspersoon kan slechts voor maximaal vijf huisvuilauto’s subsidie ontvangen. Een privaatrechtelijk of publiekrechtelijk rechtspersoon, niet zijnde een gemeente, kan voor maximaal tien voertuigen subsidie ontvangen, inclusief maximaal vijf huisvuilauto’s. Een natuurlijk persoon, een inwoner of een eenmanszaak, kan voor één voertuig, niet zijnde een huisvuilauto, subsidie ontvangen. Natuurlijke personen dienen voor de subsidie een bezoek aan het Stadsgewest te brengen om zich te legitimeren met hun rijbewijs en het kentekenbewijs van het aardgasvoertuig in origineel te tonen.

Artikel 7

De subsidie voor de huisvuilauto’s wordt verstrekt in de vorm van een tegoed voor het tanken van aardgas. Hiermee wil het Stadsgewest voorkomen dat de huisvuilauto buiten de regio wordt ingezet. Dit kan bij landelijk opererende huisvuilbedrijven gebeuren. Ter controle worden de facturen tot het gesubsidieerde bedrag gevraagd. Op de factuur dient de locatie waar is getankt, te zijn vermeld. Het gesubsidieerde bedrag dient in de regio te zijn getankt binnen een periode van twee jaar na subsidievaststelling maar uiterlijk voor 1 oktober 2014 (dit in verband met het einde van de looptijd van het NSL). Als dit niet het geval is, wordt het ten onrechte verstrekte subsidiebedrag teruggevorderd.