Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Harenkarspel

Inspraak- en participatieverordening Harenkarspel 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Harenkarspel
Officiële naam regelingInspraak- en participatieverordening Harenkarspel 2009
CiteertitelInspraak- en participatieverordening Harenkarspel 2009
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpInspraak

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is alleen van kracht voor het grondgebied van de voormalige gemeente Harenkarspel. De regeling is vastgesteld door de gemeenteraad van de voormalige gemeente Harenkarspel, welke is opgeheven met ingang van 1 januari 2013. Op grond van artikel 28 van de Wet algemene regels gemeentelijke indeling behoudt deze regeling haar rechtskracht voor het grondgebied waarvoor ze is vastgesteld gedurende twee jaar, tenzij de regeling eerder wordt ingetrokken.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 150

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-07-200910-01-2013Nieuw

30-06-2009

Omring Express, 09-07-2009

VRO/2009/4543

Tekst van de regeling

Intitulé

Inspraak- en participatieverordening gemeente Harenkarspel 2009 *Verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken

De Raad van de gemeente Harenkarspel;

gelezen het besluit van burgemeester en wethouders d.d. 12 mei 2009;

gehoord de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken d.d. 25 mei 2009;

gehoord de commissie Ruimtelijke Zaken d.d. 27 mei 2009;

gelet op artikel 150 Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

vast te stellen de navolgende verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De verordening verstaat onder:

  • a.

    inspraak: het ten aanzien van gemeentelijke beleidsvoornemens kenbaar maken van een zienswijze en daarover van gedachten wisselen met het betreffende bestuursorgaan;

  • b.

    participatie: het betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid;

  • c.

    inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

  • d.

    beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;

  • e.

    randvoorwaarden: aan de participatie ten grondslag liggende feiten, waarop het bestuursorgaan geen invloed heeft, dan wel door het bestuursorgaan aan participatie meegegeven kaders.

Artikel 2 Onderwerp van inspraak of participatie
  • 1. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak of participatie wordt verleend bij de voorbereiding van beleid van de gemeente.

  • 2. Geen inspraak of participatie wordt verleend:

    • a.

      ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;

    • b.

      indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    • c.

      indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    • d.

      inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • e.

      indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;

    • f.

      indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

Artikel 3 Inspraak- of participatiegerechtigden

Inspraak of participatie wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden. Het bestuursorgaan stelt vast aan welke kring van belanghebbenden inspraak of participatie wordt verleend met inachtneming van hetgeen hierover bij wet, provinciale of gemeentelijke verordening is voorgeschreven.

Artikel 4 Procedure participatie
  • 1. Het bestuursorgaan stelt voor elk onderwerp waarop participatie wordt verleend een procedure vast.

  • 2. De participatieprocedure bevat tenminste:

    • a.

      Een omschrijving van het onderwerp van participatie, zoals bedoeld in artikel 2;

    • b.

      Een aanduiding van de kring van belanghebbeneden, zoals bedoeld in artikel 3;

    • c.

      Het onderwerp waarop de participatie zich richt;

  • 3. In aanvulling op lid 2 bevat deze procedure voor zover mogelijk:

    • a.

      De randvoorwaarden, zoals bedoeld in artikel 1 onder e;

    • b.

      De wijze van vormgeving van het participatieproces;

    • c.

      Een tijdpad met termijnstelling

    • d.

      Een communicatieplan

    • e.

      Een financiële paragraaf

  • 4. Het bestuursorgaan kan de procedure wijzigen in die gevallen waarin de vaststelling van het beleidsvoornemen zulks vereist. Het bestuursorgaan geeft hiervan overeenkomstig het gestelde in artikel 3:42 van de Algemene wet bestuursrecht schriftelijk kennis.

Artikel 5 Voorbereiding participatie
  • 1. Het bestuursorgaan informeert voorafgaand aan de participatie belanghebbenden hierover op geschikte wijze. Volstaan kan worden met vermelding van de zakelijke inhoud;

  • 2. Het bestuursorgaan draagt er zorg voor dat de kring van belanghebbenden voldoende tijd en informatie krijgt voor een goede voorbereiding.

Artikel 6 Verslaglegging participatie
  • 1. Het bestuursorgaan draagt zorg voor verslaglegging van de in het kader van participatie gehouden bijeenkomsten;

  • 2. Deze verslagen worden aan alle aanwezigen bij de in lid 1 bedoelde bijeenkomsten toegezonden;

  • 3. Een weergave van de opbrengst van participatie maakt deel uit van het voorstel dat ter besluitvorming wordt aangeboden;

  • 4. Na besluitvorming krijgen alle deelnemers het voorstel en besluit ter informatie toegezonden.

Artikel 7 Inspraakprocedure
  • 1. Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 2. Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.

Artikel 8 Eindverslag
  • 1. Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.

  • 2. Het eindverslag bevat in elk geval:

    • a.

      een overzicht van de gevolgde inspraakprocedure;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • c.

      een reactie op deze zienswijzen, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.

  • 3. Het bestuursorgaan maakt het eindverslag op de gebruikelijke wijze openbaar.

Artikel 9 Intrekking oude verordening
  • 1. De Inspraakverordening gemeente Harenkarspel 1994 wordt ingetrokken

  • 2. Inspraakprocedures waarmee, vóór intrekking van de Inspraakverordening gemeente Harenkarspel 1994 een begin is gemaakt, worden afgehandeld overeenkomstig de Inspraakverordening gemeente Harenkarspel 1994.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekend gemaakt.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Inspraak- en participatieverordening gemeente Harenkarspel 2009.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad gehouden op 30 juni 2009.

De secretaris de voorzitter

J.Perton E.J. Brommet


Noot
*