Overheidsorganisatie | Gemeente Harenkarspel |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing Harenkarspel 2011 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing Harenkarspel 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Afval |
Deze regeling is alleen van kracht voor het grondgebied van de voormalige gemeente Harenkarspel. De regeling is vastgesteld door de gemeenteraad van de voormalige gemeente Harenkarspel, welke is opgeheven met ingang van 1 januari 2013. Op grond van artikel 28 van de Wet algemene regels gemeentelijke indeling behoudt deze regeling haar rechtskracht voor het grondgebied waarvoor ze is vastgesteld gedurende twee jaar, tenzij de regeling eerder wordt ingetrokken.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2010 | 31-12-2011 | Nieuw | 02-11-2010 Schagen weekblad, 15-12-2010 | HEF/2010/11544 |
De raad van de gemeente Harenkarspel;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 september 2010;
gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
besluit: vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing Harenkarspel 2011
1 In deze verordening wordt verstaan onder:
perceel: het perceel, waar in een particuliere huishouding afvalstoffen kunnen ontstaan, waar op grond van de artikelen 15.33, 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een afvalstoffenheffing kan worden geheven ter zake van het feitelijk gebruik;
maand: kalendermaand.
2. Voor zover in deze verordening begrippen worden gehanteerd die zijn gedefinieerd in de Afvalstoffenverordening geldt de in die verordening gegeven begripsomschrijving.
1 Onder de naam “afvalstoffenheffing” wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
2. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
3. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht van het perceel feitelijk gebruik maakt;
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:
voor meerpersoonshuishoudens € 240,24;
voor eenpersoonshuishouden € 170,04.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.
1. De belastingschuld ontstaat bij de aanvang van het belastingjaar of, indien het gebruik van het perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, bij aanvang van dit gebruik.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, wordt de belasting geheven over zoveel twaalfde gedeelten als na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden in het belastingjaar overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de verschuldigde belasting als na het tijdstip van beëindiging de belastingplicht, nog volle kalendermaanden van het belastingjaar overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan 1/12 gedeelte van de in artikel 3 genoemde tarieven.
4. Een verzoek als bedoeld in het derde lid dient binnen zes weken te worden ingediend, nadat de omstandigheid, welke die aanspraak deed ontstaan, zich heeft voorgedaan of indien op dat tijdstip nog geen aanslagbiljet is uitgereikt, binnen zes weken na de dagtekening van het aanslagbiljet.
1. In afwijking van artikel 9, lid 1, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening afvalstoffenheffing Harenkarspel 2011”.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tiende dag na die van de bekendmaking.
2. Met ingang van die datum vervalt de “Verordening afvalstoffenheffing Harenkarspel 2010”, die is vastgesteld bij raadsbesluit van 3 november 2009, nummer 9 C, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór de in het volgende lid bedoelde datum van ingang van heffing.
3. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2011.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 2 november 2010.
De griffier, De voorzitter,
R.H. Mulder E.J. Brommet