Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bussum

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bussum
Officiële naam regelingVerordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009
CiteertitelVerordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpHerziene regeling

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet artikel 81o

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-02-201014-05-2009Herziene regeling

14-05-2009

Bussumse Krant van 3 februari 2010

RV2009-129

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009

De raad van de gemeente Bussum;

gelezen het voorstel van de raadsgriffier van Bussum,

nummer RV2009-129;

gelet op het bepaalde in artikel 81, sub o, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

  • 1.

    in te trekken de Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006, nr. RB2006-030E;

  • 2.

    vast te stellen de navolgende Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.wet:Gemeentewet;
b.commissie:rekenkamercommissie van de gemeente Bussum;
c.voorzitter:voorzitter van de rekenkamercommissie;
d.college:college van burgemeester en wethouders;
e.raad:de gemeenteraad van Bussum.

Artikel 2 Taken en samenstelling van de rekenkamercommissie

  • 1. Er is een commissie die onderzoek verricht of doet verrichten naar en advies uitbrengt aan de raad over;

    • a.

      de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van de administratie en van het beheer van de vermogenswaarden van de gemeente;

    • b.

      de schriftelijke informatievoorziening door het college over die administratie en dat beheer;

    • c.

      de effecten en de efficiency van de voorbereiding en de uitvoering van het beleid, inclusief de kwaliteit van de organisatie.

Artikel 3 Benoeming en ontslag leden

  • 1. De raad benoemt drie leden uit zijn midden en drie leden uit externen. Voor de uit de raad benoemde leden worden uit zijn midden plaatsvervangers aangewezen, die bij langdurige afwezigheid en in overleg met de voorzitter, een commissielid tevens zijnde raadslid kunnen vervangen.

  • 2. De leden van de commissie die tevens raadslid zijn, alsmede hun plaatsvervangers, worden voor een periode gelijk aan de zittingsduur van de raad aangewezen. De leden die geen deel uitmaken van de raad worden voor een periode van zes jaar aangewezen.

  • 3. De raad benoemt de voorzitter uit de externe leden van de commissie. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat van de commissie.

    Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het externe lid op als voorzitter en als ook die verhinderd is, het langst zittende raadslid in jaren.

  • 4. De benoeming tot voorzitter en lid van de commissie vervalt door een desbetreffend, met redenen omkleed besluit van de raad, door ontslagname of door het verstrijken van de zittingstermijn als bedoeld in sub 2 van dit artikel.

Artikel 4 Vergoeding voor werkzaamheden

De externe leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie, overeenkomstig artikel 15 van het Rechtspositiebesluit Raads- en commissieleden. De wijze en hoogte van de vergoeding wordt geregeld in het Reglement van orde, als bedoeld in artikel 6.

De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.

Artikel 5 Ambtelijk secretaris

Als ambtelijk secretaris treedt op de door de raad benoemde raadsgriffier. Als zijn vervangers treden op de door de raad benoemde loco-griffiers.

De ambtelijk secretaris staat de commissie terzijde bij de uitvoering van haar taken.

De ambtelijk secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

De ambtelijk secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

Ter ondersteuning van de ambtelijk secretaris kunnen specifieke werkzaamheden in handen worden gelegd van op zijn verzoek door de gemeentesecretaris aan te wijzen ambtenaren van de gemeente Bussum. Deze ambtenaren verrichten hun taken op aanwijzing van de ambtelijk secretaris van de commissie.

Artikel 6 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming aan de raad.

Artikel 7 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad. Het college ontvangt daarvan een afschrift ter informatie.

De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen één maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij dit met redenen omkleden.

Artikel 8 Werkwijze van de commissie

De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken.

De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

De commissie vergadert in beslotenheid, uitgezonderd de beraadslagingen met betrekking tot de jaarrekeningen; deze zijn openbaar. De rapporten door of namens de commissie uitgebracht zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

Voor de uitvoering van een onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het concept-onderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie voorts als betrokkenen worden aangemerkt.

Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Bij het uitoefenen van haar taak kan de commissie gebruik maken van de resultaten van door anderen verrichte controles, onverminderd haar bevoegdheid tot eigen onderzoek.

De accountant als bedoeld in artikel 213, tweede lid van de Wet verstrekt desgevraagd aan de commissie controleprogramma’s en licht haar volledig in omtrent de resultaten daarvan door overlegging van rapporten of op andere door de commissie aan te geven wijze.

Artikel 9 Budget

De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken. De ambtelijk secretaris fungeert als budgethouder.

Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

  • a.

    de vergoedingen aan de externe leden;

  • b.

    de ambtelijk secretaris;

  • c.

    interne onderzoeksmedewerkers;

  • d.

    externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn in geschakeld;

  • e.

    eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uit oefening van haar taak.

De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 10 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 14 mei 2009.

  • 2. Van de inwerkingtreding van artikel 10 lid 1 is uitgezonderd artikel 3, eerste lid. Artikel 3, eerste lid treedt inwerking met ingang van de eerstvolgende raadsverkiezingen. Tot dat moment geldt het bepaalde uit artikel 3, eerste lid van de Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bussum, gehouden op 14 mei 2009.

de griffier
de voorzitter