Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Rijnwoude

Regeling verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Rijnwoude
Officiële naam regelingRegeling verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 2005
Citeertitel“Verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 2005”
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpverstrekking beschermingsmiddelen en werkkleding

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 160

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-200501-01-2014Nieuwe Regeling

24-05-2005

Rijnwoude Koerier, 29-09-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 200

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijnwoude

heeft besloten:

-Gelet op artikel 15:1:16 lid 4 van de Uitwerkingsovereenkomst (UWO);

-Gelet op het gestelde in artikel 160 Gemeentewet;

-Met instemming van de Ondernemingsraad;

Tot vaststelling van de navolgende

Regeling verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 2005

Artikel 1: Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    Medewerker

    De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR alsmede uitzendkrachten, stagiaires, detacheringkrachten en personen die anderszins in dienst zijn van de gemeente Rijnwoude.

  • 2.

    Beschermingskleding, werkkleding en beschermingsmiddelen

    De kleding of het middel dat uitsluitend, of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor de uitoefening van de functie van de medewerker, in ieder geval:

    • a.

      Kleding en schoeisel in het kader van de Arbo-wetgeving;

    • b.

      kleding en schoeisel noodzakelijk voor de uitoefening van de functie;

    • c.

      anders middelen, te weten:

      • ·

        handschoenen;

      • ·

        helmen;

      • ·

        gehoorkappen;

      • ·

        gelaatschermen;

      • ·

        lasbrillen (lasglazen);

      • ·

        laskappen (lasruiten);

      • ·

        stofbrillen (slijpbrillen);

      • ·

        stofmaskers (excl. vullingen);

      • ·

        veiligheidsbrillen;

      • ·

        veiligheidsschoenen.

Artikel 2: Noodzakelijke verstrekking

  • 1. De verstrekking van de kleding en/of middelen is noodzakelijk voor de uitoefening van de functie indien:

    • a.

      de medewerker in belangrijke mate vuil werk verricht;

    • b.

      de medewerker in de uitoefening van zijn functie herkenbaar moet zijn;

    • c.

      als gevolg van de uitoefening van functie de kleding van de medewerker onderhevig is aan overmatige slijtage;

    • d.

      een bijzondere kledingvoorziening noodzakelijk is uit veiligheidsoogpunt voor de medewerker.

  • 2. Alvorens wordt overgegaan tot verstrekking c.q. gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen dient te worden nagegaan of andere veiligheidsmaatregelen genomen kunnen worden, die de gevaren wegnemen of in voldoende mate verminderen.

    Onder persoonlijke beschermingsmiddelen verstaat men die middelen, die de gebruiker persoonlijk moet dragen, opzetten, omgorden enz. om zich bij zijn werkzaamheden te beschermen tegen verwondingen of beroepsziekten.

Artikel 3: Vaststellen aanschaf beschermingsmiddelen

  • 1.

    De leidinggevende is verantwoordelijk voor het tijdig ter beschikking stellen van noodzakelijke beschermingsmiddelen. Iedere medewerker die in het belang van zijn veiligheid aanspraak meent te kunnen maken op één of meer persoonlijke beschermingsmiddelen dient zich te richten tot zijn directe leidinggevende, die hierop besluit;

  • 2.

    Bij aflevering van de persoonlijke beschermingsmiddelen dient door de persoon waarvoor deze bestemd zijn een ontvangstbewijs te worden ondertekend;

  • 3.

    Vervanging van versleten, beschadigde of onbruikbaar geworden persoonlijke beschermingsmiddelen kan slechts geschieden nadat de noodzaak hiervan bij de direct leidinggevende is aangetoond;

  • 4.

    De persoonlijke beschermingsmiddelen worden door de gemeente in bruikleen afgegeven en zijn bestemd, tenzij anders is bepaald, om door de persoon te worden gedragen voor welke de persoonlijke beschermingsmiddelen zijn aangevraagd;

  • 5.

    Van alle persoonlijke beschermingsmiddelen wordt een minimale draagtijd vastgesteld welke is gebaseerd op normaal gebruik:

    Artikel

    Minimale draagtijd

    Handschoenen

    3 maanden

    Helmen

    5 jaar

    Gehoorkappen

    5 jaar

    Gelaatschermen

    3 jaar

    Lasbrillen (lasglazen)

    2 jaar

    Laskappen (lasruiten)

    3 jaar

    Stofbrillen

    2 jaar

    Stofmaskers (excl. Vullingen)

    3 jaar

    Veiligheidsbrillen

    3 jaar

    Veiligheidsschoenen

    2 jaar

    Veiligheidsjassen

    2 jaar

    Zaagkleding

    2 jaar

    ‘Rioolbroek’

    5 jaar

  • 6.

    Indien de gebruiker bij het verlaten van de dienst prijs stelt op het behouden van één of meer persoonlijke beschermingsmiddelen kunnen deze worden overgenomen tegen de op dat moment geldende boekwaarde of anders overeen te komen;

  • 7.

    In het belang van de eigen veiligheid dient de gebruiker de persoonlijke beschermingsmiddelen zorgvuldig te behandelen en te onderhouden;

  • 8.

    Men is verplicht de persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken indien de werkomstandigheden of de voorschriften zulks vereisen;

  • 9.

    Indien door nalatigheid of schuld de werkelijke draagtijd aanmerkelijk wordt verkort, behoudt de gemeente zich het recht voor de kosten van vervanging of herstel van de persoonlijke beschermingsmiddelen aan de gebruiker door te berekenen;

  • 10.

    de aanvraag voor veiligheidsbrillen met gecorrigeerde glazen dient vergezeld te gaan van een recent brilrecept, dat maximaal 6 maanden voor de datum van de aanvraag is afgegeven door een oogarts of een erkend opticien. Op het totale vergoedingsbedrag wordt de maximale vergoeding voor een bril van het IZA in mindering gebracht. Deze korting vindt niet plaats indien de medewerker geen kosten (meer) voor een bril vergoed krijgt van het IZA.

  • 11

    De aanvraag voor orthopedische veiligheidsschoenen of veiligheidsschoenen met een orthopedisch voetbed dient vergezeld te gaan van een recent recept, dat maximaal 6 maanden voor de datum van de aanvraag is afgegeven door een erkend arts. Op het totale vergoedingsbedrag wordt de maximale vergoeding voor orthopedische schoenen van het IZA in mindering gebracht. Deze korting vindt niet plaats indien de medewerker geen kosten (meer) voor orthopedische schoenen vergoed krijgt van het IZA.

  • 12

    Het kan gewenst of noodzakelijk zijn tijdelijk personeel of praktikanten te verplichten zich van bepaalde persoonlijke beschermingsmiddelen te voorzien;

  • 13

    Persoonlijke beschermingsmiddelen mogen alleen worden gebruikt tijdens het werk, dus niet privé.

Artikel 4: Kledingverstrekking

  • 1.

    De buitendienstmedewerkers krijgen kleding verstrekt op basis van een samengesteld pakket tot een maximaal vastgesteld bedrag van € 225,00 per jaar (niveau 2005).

  • 2.

    De beheerders van de sporthallen krijgen op basis van declaraties een bedrag van maximaal € 143,00 per jaar (niveau 2005) vergoed om kleding ten behoeve van schoonmaakwerkzaamheden aan te schaffen.

  • 3.

    Brugwachters en wnd. brugwachters krijgen eens in de twee jaar een uniform verstrekt aangevuld met overhemden en een paar schoenen.

  • 4.

    De medewerkers van de beroepsbrandweer krijgen eens in de twee jaar een uniform verstrekt en tevens overhemden en een paar schoenen.

  • 5.

    De bodes krijgen eens in de twee jaar een bode kostuum verstrekt aangevuld met overhemden en bijpassende accessoires en jaarlijks een paar zwarte schoenen.

  • 6.

    Aanvullend hierop krijgt de marktmeester eens in de drie jaar een overjas.

  • 7.

    De inspecteur openbare ruimte krijgt eens in de twee jaar een uniform verstrekt aangevuld met overhemden en een paar schoenen.

  • 8.

    Die medewerker die belast is met de verzorging van begrafenissen op de plaatselijke begraafplaatsen krijgt eens in de twee jaar een zwart kostuum met toebehoren verstrekt.

  • 9.

    Voor de verstrekkingen onder de punten 1 en 2 geldt, dat deze bedragen jaarlijks zullen worden aangepast op basis van het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie (kleding) en naar boven afgerond op hele euro’s.

Artikel 5: Algemene bepalingen

  • 1. De kleding en beschermingsmiddelen die wordt verstrekt blijft eigendom van de gemeente Rijnwoude en dient zoveel mogelijk op de werkplek aanwezig te zijn.

  • 2. Het onderhoud en de daarmee samenhangende kosten komen voor rekening van de gebruiker van de kleding.

Artikel 6: Verstrekken en inleveren beschermingsmiddelen en/of werkkleding

  • 1. Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen waarover de medewerker op de datum van indiensttreding dient te beschikken moet met ingang van die dag door de betreffende leidinggevende, overeenkomstig het bepaalde in deze regeling worden verstrekt.

  • 2. De medewerker is verplicht tijdens de vervulling van zijn betrekking de voorgeschreven werkkleding te dragen en de beschermmiddelen te gebruiken. Het is de medewerker niet toegestaan de werkkleding en de beschermmiddelen voor andere doeleinden dan voor de functie te gebruiken.

  • 3. Werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen worden op de laatste werkdag voorafgaand aan ontslag ingeleverd bij de leidinggevende, dan wel overgenomen overeenkomstig het bepaalde in deze regeling.

Artikel 7: Langdurige ziekte

Ziekte die langer duurt dan twee maanden heeft een opschortende werking met betrekking tot het verstrekken van de kleding en beschermingsmiddelen.

Artikel 8: Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan het betreffende sectorhoofd een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 9: Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling kan worden aangehaald als regeling “Verstrekking persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding gemeente Rijnwoude 2005”.

  • 2. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2005.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris a.i., de waarnemend burgemeester,

Mr G.A. Biersteker A.C. Hommes