Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Leeuwarderadeel

Gedragscode Bestuurlijke Integriteit voor de leden van de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarderadeel 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Leeuwarderadeel
Officiële naam regelingGedragscode Bestuurlijke Integriteit voor de leden van de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarderadeel 2014
CiteertitelGedragscode Bestuurlijke Integriteit voor de leden van de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarderadeel 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Bij besluit van het college van burgemeester en wethouder van Leeuwarden van 9 januari 2018 is deze gemeentelijke regeling ingetrokken.

NVB: Besluit is van kracht per 1-1-2018.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-05-201401-01-2018nieuwe regeling

13-03-2014

Gemeenteblad, 2014, 24763

2014/17

Tekst van de regeling

Gedragscode Bestuurlijke Integriteit voor de leden van de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarderadeel 2014

Nr. 2014/17A

De raad van de gemeente Leeuwarderadeel;

Overwegende dat het noodzakelijk is beleidsregels vast te stellen voor de leden van de gemeenteraad op het gebied van Bestuurlijke Integriteit

B E S L U I T:

Vast te stellen:

Gedragscode Bestuurlijke Integriteit voor de leden van de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarderadeel 2014

1 Algemene bepalingen

1.1 Onder voorzitter wordt verstaan de voorzitter van de gemeenteraad.

1.2 Onder presidium wordt verstaan het presidium als bedoeld in artikel 5 van het Reglement van Orde van de gemeenteraad.

1.3 De code is openbaar en door derden te raadplegen.

1.4 De raadsleden ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de code.

1.5 De burgemeester bevordert de bestuurlijke integriteit van de gemeente.

1.6 In gevallen waarin de code niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is, vindt bespreking plaats in het presidium.

2 Kernbegrippen bestuurlijke integriteit

2.1 Kernbegrippen van bestuurlijk integriteit zijn dienstbaarheid, functionaliteit, onafhankelijkheid, openheid, betrouwbaarheid en zorgvuldigheid.

2.2 Deze kernbegrippen vormen de toetssteen voor de in deze code vastgelegde gedragsafspraken.

3 Belangenverstrengeling

3.1 Een raadslid doet opgave van zijn financiële belangen.

3.2 Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt het raadslid (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

3.3 Een oud-raadslid wordt het eerste jaar na beëindiging van zijn functie als raadslid uitgesloten van het verrichten van werkzaamheden voor de gemeente.

3.4 Indien de onafhankelijke oordeelsvorming van een raadslid over een onderwerp in het geding kan zijn, geeft hij bij de beraadslaging en besluitvorming daarover aan in hoeverre het onderwerp hem persoonlijk aangaat.

3.5 Een raadslid dat familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten of zaken aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de

beraadslaging en besluitvorming over de betreffende opdracht.

3.6 Een raadslid neemt van een aanbieder van diensten of een indiener van een aanvraag bij de

gemeente geen geschenken, faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder of indiener kan beïnvloeden.

3.7 Een raadslid staat voor het algemeen belang en stemt zonder last. Van belangenverstrengeling is sprake als een raadslid tevens een bijzonder persoonlijk of zakelijk belang bij een onderwerp heeft. De Gemeentewet schrijft voor dat hij zich dan van stemming onthoudt. De Algemene wet bestuursrecht schrijft voor dat een bestuursorgaan zijn taak vervult zonder vooringenomenheid. Ook de schijn van belangenverstrengeling moet worden vermeden.

3.8 Een raadslid vervult geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan ontstaan met het belang van de gemeente.

3.9 Een raadslid maakt melding van al zijn nevenfuncties waarbij tevens wordt aangegeven, wat het tijdsbeslag is en of de functie wel of niet bezoldigd is. Deze gegevens worden openbaar gemaakt.

3.10 Het raadslid behoudt geen inkomsten uit een “q.q.”-nevenfunctie (qualitate-qua= een functie uit hoofde van zijn functie). De inkomsten komen ten goede aan de kas van de gemeente.

4 Informatie

4.1 Een raadslid gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde van zijn ambt beschikt. Hij zorgt er voor dat stukken met vertrouwelijke gegevens veilig worden opgeborgen en dat computerbestanden beveiligd zijn.

4.2 Een raadslid verstrekt, zolang het orgaan dat de geheimhouding heeft opgelegd of waarin de

vertrouwelijkheid is afgesproken deze niet heeft opgeheven, geen geheime of vertrouwelijke informatie.

4.3 Een raadslid houdt geen informatie achter, tenzij deze geheim of vertrouwelijk is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

4.4 Besluiten die onder geheimhouding moeten worden genomen, worden in een besloten raad afgehandeld.

4.5 Een raadslid maakt niet ten eigen bate of van zijn persoonlijke betrekkingen gebruik van in de

uitoefening van het ambt verkregen informatie.

4.6 Een raadslid gaat verantwoord om met de e-mail- en internetfaciliteiten van de gemeente.

5 Aannemen van geschenken, diensten en uitnodigingen

5.1 Een raadslid accepteert geen geschenken, faciliteiten of diensten indien zijn onafhankelijke positie hierdoor kan worden beïnvloed. In onderhandelingssituaties weigert hij door betrokken relaties

aangeboden geschenken of andere voordelen.

5.2 Geschenken en giften die een raadslid uit hoofde van zijn functie ontvangt, worden gemeld en

geregistreerd.

5.3 Geschenken en giften die een raadslid uit hoofde van zijn functie ontvangt en die een geschatte waarde van meer dan € 50 vertegenwoordigen zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een

gemeentelijke bestemming voor gezocht. Geschenken en giften die een waarde van € 50 of minder vertegenwoordigen kunnen worden behouden.

5.4 Geschenken en giften worden niet op het huisadres van het raadslid ontvangen. Indien dit toch is gebeurd, meldt het raadslid dit in de gemeenteraad, waarna een besluit over de bestemming van het geschenk wordt

genomen.

5.5 Aanbiedingen voor privé-werkzaamheden of kortingen op privé-goederen worden niet geaccepteerd.

5.6 Het raadslid maakt in de gemeenteraad melding van uitnodigingen voor excursies en evenementen op kosten van derden.

6 Bestuurlijke uitgaven, onkostenvergoedingen, buitenlandse reizen en voorzieningen

6.1 Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden

aangetoond. Het raadslid is terughoudend bij het in rekening brengen van uitgaven die zich op het

grensvlak van privé en publiek bevinden.

6.2 Het raadslid declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

6.3 In geval van twijfel omtrent een declaratie, wordt dit voorgelegd aan het presidium, en zo nodig ter besluitvorming aan de raad voorgelegd.

6.4 Een raadslid dat het voornemen heeft uit hoofde van zijn functie een buitenlandse reis te maken of is uitgenodigd voor een buitenlandse reis of werkbezoek op kosten van derden, heeft vooraf toestemming nodig van de gemeenteraad. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de

besluitvorming.

6.5 Een raadslid meldt het voornemen tot een buitenlandse reis of een uitnodiging daartoe in de

gemeenteraad en verschaft daarbij informatie over het doel van de reis, de bijbehorende

beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap, de geraamde kosten en de wijze waarop van de reis verslag wordt gedaan.

6.6 Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een raadslid naar en in het buitenland is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming

betrokken.

6.7 Het anderszins meereizen naar en in het buitenland van derden op kosten van de gemeente is niet toegestaan. Het meereizen van derden op eigen kosten is toegestaan en wordt in dat geval bij de

besluitvorming betrokken.

6.8 Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privédoeleinden is toegestaan, mits dit is

betrokken bij de besluitvorming. De extra reis- en verblijfkosten komen volledig voor rekening van het raadslid.

6.9 Gebruik van gemeentelijke eigendommen of -voorzieningen voor privédoeleinden is niet

toegestaan.

7 Relatie in de raad

Raadsleden geven er in hun optreden zowel ten opzichte van derden als ten opzichte van elkaar blijk van deel uit te maken van het hoogste bestuursorgaan van de gemeente. Zij zijn zorgvuldig en betrouwbaar in hun omgang met de raad, zijn commissies en zijn leden.

8 Relatie met de wethouders en de burgemeester

Raadsleden geven er in hun optreden blijk van de burgemeester en de wethouders te respecteren. Zij zijn zorgvuldig, open en betrouwbaar in hun omgang en hebben transparante werkrelaties met de

burgemeester en de wethouders.

9 Relatie met de ambtelijke organisatie

Raadsleden zijn zorgvuldig, open en betrouwbaar in hun omgang met de ambtelijke organisatie. Zij hebben transparante werkrelaties met alle medewerkers. Raadsleden respecteren de professionaliteit van de ambtenaren.

10 Handhaving door de voorzitter

10.1 De voorzitter stelt de gedragscode en de naleving ervan één keer per jaar aan de orde in het

presidium.

10.2 Indien een raadslid een bepaling van de code overtreedt stelt de voorzitter een onderzoek in.

10.3 Onverminderd de voor ieder raadslid geldende plicht strafbare feiten die bestaan in of gepaard gaan met schending van ambtsplichten of onrechtmatige toepassing van bevoegdheden te melden bij de politie, kan de voorzitter betrokkene aanspreken op zijn gedrag.

10.4 Indien geen verandering optreedt in het gedrag van het raadslid kan de voorzitter de kwestie voorleggen aan de betrokken fractievoorzitter of aan het presidium.

Aldus besloten door de raad voornoemd

in zijn openbare vergadering van 13 maart 2014,

de griffier,de voorzitter,
   
   
(mw. mr. G.J. Olthof)(drs. J.R.A. Boertjens)