Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Rijnwoude

Integriteitscode ambtenaren

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Rijnwoude
Officiële naam regelingIntegriteitscode ambtenaren
Citeertitel"Gedragscode ambtelijke integriteit"
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpambtelijke integriteit

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 160, lid 1 onder c
  2. Ambtenarenwet, art. 125, lid 1 en 3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-200401-01-2014Nieuwe Regeling

11-05-2004

Personeelsblad, oktober 2004

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Integriteitscode ambtenaren

Het college van burgemeester en wethouders van Rijnwoude,

Gelet op artikel 160, lid 1 onder c, van de Gemeentewet en artikel 125, lid 1 en 3 van de Ambtenarenwet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende “Gedragscode ambtelijke integriteit”

Deel I. Kernbegrippen van ambtelijke integriteit

Ambtenaren van de gemeente Rijnwoude staan ten dienste van alle bewoners, bedrijven en bezoekers van de gemeente. Dit vraagt een duidelijke klant- en servicegerichtheid. Ten dienste staan betekent ook creatief en communicatief zijn en bereid om zo nodig een extra stap te zetten.

Een aantal kernbegrippen is daarbij leidend en plaatst ambtelijke integriteit in een breder perspectief:

1.Dienstbaarheid

Het handelen van ambtenaren is altijd en volledig gericht op het belang van de gemeente en op de organisaties en burgers die daar onderdeel van uit maken.

2.Functionaliteit

Het handelen van ambtenaren heeft een herkenbaar verband met de functie die zij vervullen in de ambtelijke organisatie.

3.Onafhankelijkheid

Het handelen van ambtenaren wordt gekenmerkt door onpartijdigheid, dat wil zeggen dat geen vermenging optreedt met persoonlijke belangen of met belangen van relaties, waarmee zij in contact staan. Iedere schijn van een dergelijke belangenvermenging moet dan ook zoveel mogelijk worden vermeden.

4.Openheid

Het handelen van ambtenaren is transparant, opdat optimale verantwoording mogelijk is en de controlerende organen volledig inzicht hebben in het handelen van de ambtenaren en hun beweegredenen daarbij.

5.Betrouwbaarheid

Op ambtenaren moet men kunnen rekenen. Deze houden zich aan hun afspraken. Kennis en informatie waarover zij uit hoofde van hun functie beschikken, wenden zij aan voor het doel waarvoor die zijn gegeven.

6.Zorgvuldigheid

Het handelen van ambtenaren is zodanig dat alle organisaties en burgers op gelijke wijze en met respect worden bejegend en dat belangen van partijen op correcte wijze worden afgewogen.

*7.Professionaliteit

Ambtenaren van de gemeente Rijnwoude zijn op hun terrein vakmensen. Ambtenaren weten wat hun functie inhoudt, beschikken over de kennis en vaardigheid om deze goed te kunnen vervullen en weten met nieuwe situaties om te gaan. Daarvoor is het nodig dat ambtenaren hun vak bijhouden en dat zij, waar nodig, initiatief nemen.

*8.Vertrouwelijkheid

Kennis en informatie met een vertrouwelijk karakter waarover ambtenaren van de gemeente beschikken, blijven vertrouwelijk. Burgers en collega’s kunnen erop rekenen dat gevoelige of vertrouwelijke informatie alleen wordt aangewend waartoe deze dient.

Bovengenoemde kernbegrippen zijn de toetssteen voor de in Deel II van deze gedragscode opgenomen gedragsafspraken. Gedragingen moeten aan deze kernbegrippen getoetst kunnen worden.

Deel II. Nadere invulling gedragscode ambtelijke integriteit

Artikel 1

  • 1.1 Onder ambtenaar wordt verstaan, hetgeen artikel 1.1 van de CAR/UWO Rijnwoude daaronder verstaat.

  • 1.2 Deze gedragscode geldt voor alle ambtenaren, die in dienst zijn van de gemeente Rijnwoude. De code wordt naar analogie toegepast op arbeidscontractanten, stagiairs en “ingeleend” personeel.

  • 1.3 De code is openbaar en door derden te raadplegen.

  • 1.4 De ambtenaren van Rijnwoude en de in de tweede zin onder 1.2 van dit artikel genoemde personen ontvangen de eerste keer na vaststelling ervan een exemplaar van deze code en vervolgens bij hun aantreden een exemplaar van de code.

Artikel 2

  • 2.1 Ambtenaren doen opgave van hun financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt.

  • 2.2 Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomen ambtenaren (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

  • 2.3 Ambtenaren, die familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen hebben met een aanbieder van diensten aan de gemeente, onthouden zich van voorbereiding van de besluitvorming over de betreffende opdracht.

  • 2.4 Ambtenaren nemen van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen faciliteiten of diensten aan die hun onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.

Artikel 3

  • 3.1 Ambtenaren vervullen geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de gemeente.

  • 3.2 Ambtenaren maken melding van al hun nevenfuncties, die het belang van de gemeente (kunnen) raken en waarbij tevens wordt aangegeven of de functie wel of niet bezoldigd is.

Artikel 4 Informatie

  • 4.1 Ambtenaren gaan zorgvuldig en correct om met informatie waarover zij uit hoofde van hun ambt beschikken. Zij verstrekken geen geheime informatie.

  • 4.2 Ambtenaren houden geen informatie achter, tenzij deze geheim of vertrouwelijk is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

  • 4.3 Ambtenaren maken niet ten eigen bate of van hun persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

Artikel 5 Aannemen van geschenken

  • 5.1 Geschenken en giften die ambtenaren uit hoofde van hun functie ontvangen, worden gemeld en geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht.

  • 5.2 Indien ambtenaren geschenken of giften ontvangen die een waarde van minder dan € 50(vijftig euro) vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van het bovenstaande worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd.

  • 5.3Op incidentele vergoedingen als blijk van waardering voor het houden van een éénmalige extra inspanning, welke met de functie samenhangen, zoals bij voorbeeld het houden van een presentatie of de deelname aan een congres, is het bepaalde in 5.1 en 5.2 van overeenkomstige toepassing.

  • 5.4 Geschenken, giften en incidentele vergoedingen worden niet op het huisadres ontvangen. Indien dit toch is gebeurd, wordt dit gemeld en wordt hiervoor een bestemming gezocht.

Artikel 6 Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

  • 6.1Gebruik van gemeentelijke eigendommen of voorzieningen voor privé-doeleinden is niet toegestaan.

  • 6.2 Ambtenaren kunnen op basis van een overeenkomst ter zake voor zakelijk gebruik een fax, mobiele telefoon en computer in bruikleen ter beschikking krijgen, indien dit uit hoofde van de functie nodig is.

  • 6.3 Als het belang van de gemeente daarmee is gediend kan het college van B&W besluiten dat ambtenaren voor hun dienstreizen gebruik maken van een dienstauto. Het gebruik van deze voorziening wordt centraal geregistreerd. Het college van B&W kan bepalen dat in bijzondere gevallen van de dienstauto gebruik kan worden gemaakt voor woon-werkverkeer of voor de uitoefening van q.q. nevenfuncties.

Artikel 7a Reizen binnenland, verblijven, excursies, evenementen, lunches, diners en recepties

  • 7a.1. Binnenlandse dienstreizen, verblijven, excursies en evenementen op uitnodiging van derden zijn alleen toegestaan als er een gemeentelijk belang in het geding is. Voorafgaande toestemming van de direct – leidinggevende is noodzakelijk.

  • 7a.2. Bij uitnodigingen van derden voor lunches, diners en recepties moet worden bedacht wat de noodzaak of het belang kan zijn van een dergelijk informeel contact. Er moet worden vermeden dat een sfeer of situatie ontstaat waardoor men niet meer onafhankelijk kan beslissen.

Artikel 7b Reizen buitenland

  • 7b. 1. Een ambtenaar die het voornemen heeft een buitenlandse dienstreis te maken, heeft toestemming nodig van of namens het college van B&W.

  • 7b. 2. Een ambtenaar die het voornemen van een reis meldt, verschaft informatie over het doel van de reis, de bijbehorende beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap en de geraamde kosten.

  • 7b. 3. Uitnodigingen voor reizen, werkbezoeken en dergelijke op kosten van derden worden altijd besproken met de leidinggevende en onder meer getoetst op het risico van belangenverstrengeling. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming.

  • 7b. 4. Van de reis wordt een verslag opgesteld.

  • 7b. 5. Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een ambtenaar is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming over de dienstreis betrokken.

  • 7b.6. Het anderszins meereizen van derden op kosten van de gemeente is niet toegestaan.

    Het meereizen van derden op eigen kosten is toegestaan en wordt in dat geval bij de besluitvorming over de dienstreis betrokken.

  • 7b. 7. Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privé-doeleinden is toegestaan, mits dit is betrokken bij de besluitvorming hierover. De extra reis- en verblijfkosten komen volledig voor rekening van de ambtenaar.

  • 7b. 8. De in verband met de buitenlandse dienstreis gedane functionele uitgaven worden vergoed conform de geldende regelingen. Uitgaven worden vergoed voor zover zij redelijk er verantwoord worden geacht.

Artikel 8 Citeerartikel en inwerkingtreding

  • 8.1

    Deze integriteitscode kan worden aangehaald als “Gedragscode ambtelijke integriteit”.

  • 8.2

    Deze integriteitscode treedt in werking op 1 juni 2004.

Ondertekening

Hazerswoude – Rijndijk, 11 mei 2004.

Burgemeester en wethouders van Rijnwoude,

de secretaris, de burgemeester, wnd.,