Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Veghel

Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Veghel
Officiële naam regelingEigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel
CiteertitelEigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Vastgesteld door het college en de raadsvoorzitter

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Art. 160, Gemeentewet
  2. Art. 125, Ambtenarenwet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2016Nieuwe regeling

08-12-2015

GVOP, 30-12-2015

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel

Het college van burgemeester en wethouders en de raadsvoorzitter van de gemeente Veghel, ieder voor zover bevoegd;

Overwegende dat bij besluit van 8 december 2015 de CAR-UWO is vastgesteld;

  • -

    Dat daarmee een groot aantal eigen regelingen is komen te vervallen;

  • -

    Dat het wenselijk is de nog te handhaven regels vast te leggen in een eigen regeling;

  • -

    Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 125, van de Ambtenarenwet;

  • -

    Gezien de instemming van de commissie voor Georganiseerd Overleg; d.d. 8-12-2015;

  • -

    Mede gelet op het besluit van de raad d.d. 26 juni 2014, waarbij de bevoegdheid tot het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden ten aanzien van het griffie personeel is opgedragen aan de raadsvoorzitter;

B E S L U I T E N :

Vast te stellen de navolgende "Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel".

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanloopschaal:de salarisschaal die één schaal lager is dan de functionele schaal.

  • b.

    Beoordeling: de beoordeling zoals is bedoeld in de Regeling jaargesprekken gemeente Veghel.

  • c.

    Bijlage: de bij deze regeling behorende bijlagen.

  • d.

    Buitendagvenster: de uren niet vallende binnen de uren van het dagvenster.

  • e.

    Buitendagvenstertoelage: de vergoeding als bedoeld in artikel 3:12 van de Car-Uwo (van toepassing voor de ambtenaar die valt onder de standaardregeling en die arbeid dient te verrichten buiten het dagvenster).

  • f.

    College: het college van burgemeester en wethouders of waar het het personeel van de griffie betreft, de raadsvoorzitter.

  • g.

    Conversie: de vertaling van de functiewaarde (totaalscore) van een functie vastgesteld via functiewaardering naar een salarisschaal.

  • h.

    Dagvenster: de uren van maandag tot en met vrijdag van 07.00 uur tot 22.00 uur.

  • i.

    Functionele schaal: salarisschaal behorende bij de generieke functie en als gevolg van functiewaardering vastgesteld.

  • j.

    Functiewaardering: het bepalen van de functiewaarde (totaalscore) van de aangewezen functie via het daartoe vastgestelde functiewaarderingssysteem.

  • k.

    Jaargesprek: minimaal jaarlijks te houden gesprek tussen medewerker en leidinggevende met beoordelingsdeel over resultaten van afgelopen periode en een functioneringsdeel over toekomstige afspraken en persoonlijke ontwikkeling.

  • l.

    Maximum salaris: het hoogste bedrag van een salarisschaal.

  • m.

    Salaris anciënniteit:de tijd die in aanmerking komt voor de vaststelling van het salaris van een ambtenaar op een hoger bedrag dan het minimum van de salarisschaal, welke op hem betrekking heeft.

  • n.

    Standaardregeling: onder de Standaardregeling vallen alle ambtenaren die zelf regelruimte hebben over hun werktijden. Met regelruimte wordt bedoeld dat de ambtenaar die (enige) vrijheid heeft bij het bepalen van zijn werktijden.

Artikel 2 Gebroken tijdvakken

Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.

Artikel 3 Onvolledige betrekking

Het salaris van de ambtenaar met een niet-volledige werktijd wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige werktijd.

Artikel 4 Periodieke verhoging van het salaris

In aanvulling op artikel 3:4 van de CAR-UWO geldt het volgende;

  • 1.

    Het salaris van de ambtenaar die voldoende functioneert (vastgesteld in het beoordelingsdeel van het jaargesprek met een beoordeling A), wordt binnen de voor hem geldende salarisschaal ingevolge bijlage IIa periodiek verhoogd tot het naasthogere bedrag.

  • 2.

    De periodieke verhogingen worden toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal ingevolge bijlage IIa nog niet heeft bereikt, voor de eerste maal met ingang van de eerste dag van het kalenderjaar volgende op dat, waarin hij is aangesteld en nadien telkens na één jaar.

  • 3.

    In afwijking van het in het vorige lid bepaalde, geldt vanaf 1 april 1997 voor een nieuw indiensttredende ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal ingevolge bijlage II a nog niet heeft bereikt en een tijdelijke aanstelling heeft, dat het salaris voor de eerste maal wordt verhoogd, op basis van voldoende functioneren op basis van volgende uitgangspunten:

    • -

      Indiensttredingsdatum in eerste drie kwartalen van het jaar: op basis van jaargesprek 4e kwartaal en bij beoordeling A eerstvolgende jaarlijkse periodiek per 01-01 van het aansluitende jaar. Daarna jaarlijks verhoging periodiek (op basis van beoordeling A) per 1 januari van elk volgend jaar tot bereiken van maximumsalaris

    • -

      Indiensttredingsdatum in vierde kwartaal van het jaar: op basis van jaargesprek 4e kwartaal en bij beoordeling A eerstvolgende jaarlijkse periodiek per 01-01 van het jaar volgend op het aansluitende jaar. Daarna jaarlijks verhoging periodiek (op basis van beoordeling A) per 1 januari van elk volgend jaar tot het bereiken van het maximumsalaris.

  • 4.

    Het tijdstip waarop ingevolge het bepaalde in lid 2 en 3 voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd indien daartoe  naar het oordeel van het college aanleiding bestaat.

Artikel 5 Extra periodieke verhoging

In aanvulling op artikel 3:4 lid 3 van de CAR-UWO geldt het volgende;

  • 1.

    Aan de ambtenaar, die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag (tot maximaal 2 periodieken), niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van zeer goede of uitstekende vervulling van de betrekking. Vastgesteld in het beoordelingsdeel jaargesprek met een beoordeling A waaruit de motivatie de zeer goede of uitstekende vervulling van de betrekking blijkt.

  • 2.

    Binnen eenzelfde salarisschaal kan meerdere malen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheid tot toekenning van een extra periodiek, voor zover daarmee het maximumsalaris in de desbetreffende schaal niet wordt overschreden.

Artikel 6 Gratificatie en attentie

In aanvulling op artikel 3:20 van de CAR-UWO geldt het volgende;

Onderstaande uitgangspunten gelden tot aan de fusie Meijerijstad.

  • 1.

    Gedurende het hele jaar kunnen attenties of gratificaties aan medewerkers toegekend worden. Met het uitgangspunt “boter bij de vis doen” genieten attenties de voorkeur boven gratificaties.

  • 2.

    Een gratificatie kan als een eenmalige beloning worden toegekend in geval van een bijzondere prestatie.

  • 3.

    Het toe te kennen gratificatiebedrag wordt netto uitbetaald en bedraagt maximaal € 750,- waarbij voor de hoogte van het bedrag de volgende richtlijnen gelden:

€ 250,00 voor een stimuleringsgratificatie

€ 500,00 op goede wijze afronden van een project of klus, het verrichten van extra werkzaamheden of het vervangen van een collega zonder dat er recht bestaat op een vervangingstoelage

€ 750,00 het verrichten van een bijzonder project of klus die met grote tijdsinzet gepaard gaat of functieniveau van medewerker overstijgt

  • 4.

    De gratificatie wordt toegekend door de directie, op voordracht van de afdelingsmanager. Dit na inspraak en vastlegging door P&O. Alle gratificaties worden besproken in het DMO en jaarlijks rapporteert P&O aan de directie.

  • 5.

    Een groepsgratificatie kan worden toegekend, op voordracht van afdelingsmanager na inspraak en vastlegging door P&O, indien een groep medewerkers gezamenlijk en eenmalig een bijzondere prestatie heeft verricht binnen of buiten de afzonderlijke functies. De hoogte van de groepsgratificatie wordt door de directie bepaald.

  • 6.

    Bij het toekennen van een attentie is er sprake van een eenmalige, extra en tussentijdse prestatie door een medewerker. Attenties worden niet uitbetaald via het salaris, de verdere vorm van de attentie is vrij,

  • 7.

    De waarde van de attentie bedraagt maximaal € 200,00.

  • 8.

    Een attentie wordt toegekend door de direct leidinggevende, na inspraak en vastlegging door P&O. In de maandelijkse managementinformatie aan directie en DMO rapporteert P&O over de verstrekte attenties.

Artikel 7 Toelage onregelmatige dienst

In aanvulling op artikel 3:11 van de CAR-UWO geldt het volgende;

Bij arbeidsongeschiktheid langer dan 30 dagen komt deze toelage bij voortduring van de arbeidsongeschiktheid te vervallen.

Artikel 8 Toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst

De toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst heet vanaf 1-1-2016 toelage beschikbaarheidsdienst .

In aanvulling op artikel 3:13 van de CAR-UWO geldt het volgende;

  • 1.

    Voor de berekening van het aantal uren beschikbaarheidsdienst wordt op jaarbasis uitgegaan van 52 weekenden van 48 uur, 10 feestdagen van 24 uur en 251 werkdagen van 14 uur. In de hoogte van de vergoeding per week zijn, net zoals voorheen, de feestdagen verwerkt.

  • 2.

    In het kader van deze regeling wordt verstaan onder beschikbaarheidsdienst:

    • a.

      de tijd waarin de ambtenaar niet thuis behoeft te blijven, maar wel beschikbaar behoort te zijn en opgeroepen kan worden en daartoe de beschikking heeft over een technisch hulpmiddel, zijnde een zogenaamde pieper of een mobiele telefoon .

  • 3.

    De beschikbaarheidsvergoeding wordt slechts verstrekt over de periode(n) dat volgens rooster daadwerkelijk beschikbaarheidsdiensten zijn verricht.

    • a.

      De aangewezen ambtenaar komt slechts voor één beschikbaarheidsvergoeding tegelijk in aanmerking.

    • b.

      Als wekelijks minder beschikbaarheidsdienst wordt verricht dan een volledige week, wordt de vergoeding per week naar verhouding vastgesteld.

  • 4.

    Overwerk als bedoeld in lid 5 begint op het moment dat van huis wordt vertrokken en eindigt op het moment van terugkeer in de woning.

Artikel 9 EHBO toelage

In aanvulling op artikel 3:17 van de CAR-UWO geldt het volgende;

Aan de ambtenaar, die in het kader van de bedrijfshulpverlening over een geldig E.H.B.O. diploma beschikt, wordt voor het behoud van de geldigheid van het betreffende diploma middels het onder diensttijd volgen van een verplicht aantal herhalingslessen, een toelage conform artikel 3:17 van de CAR-UWO toegekend.

Artikel 10 Garantiebepalingen

In aanvulling op artikel 3:15 van de CAR-UWO geldt het volgende;

  • 1.

    De ambtenaar die als gevolg van een interne organisatiewijziging wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt (op basis van het bepaalde in het Sociaal Statuut) recht op het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem/ haar/ haar golden in de oude functie.

  • 2.

    De ambtenaar aan wie een bepaald salaris of toelagen is gegarandeerd op basis van de voorgaande regelingen omtrent salaris of toelagen, behoudt deze tenzij daarover afspraken voor afbouw worden overeengekomen.

  • 3.

    De garantietoelage komt geheel te vervallen bij bevordering naar een hogere salarisschaal of als gevolg van een inschaling in een hogere salarisschaal als gevolg van functiewaardering. Indien mogelijk wordt de garantietoelage volledig opgenomen (gecompenseerd) in de inschaling in de hogere salarisschaal. Mocht de garantietoelage niet geheel kunnen worden opgenomen (gecompenseerd), dan behoudt de ambtenaar het verschil aan salaris als garantietoelage.

Artikel 11 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treft het college een bijzondere regeling. Voor de griffie geldt dat de werkgeverscommissie in onvoorziene gevallen een bijzondere regeling kan treffen.

In december 2015 is met het GO overeengekomen dat deze regeling “Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel” tot aan de fusie als richtlijn wordt gehanteerd. Indien er in het kader van de fusie nieuwe afspraken worden gemaakt, vervallen deze tijdelijke voortgezette afspraken.

Artikel 12 Inwerkingtreding / Slotbepalingen

1.Deze regeling kan worden aangehaald als "Eigen Regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel".

2.Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2016. Alsdan vervalt de volgende regeling: de bezoldigingsregeling vastgesteld op 26 augustus 2014.

Vastgesteld op 8 december 2015

Burgemeester en wethouders van de gemeente Veghel,

De secretaris,

Drs. M.G.C. Wilms-Wils RA.

De burgemeester,

Mr. I.R. Adema

De raadsvoorzitter,

Mr. I.R. Adema

Toelichting Eigen regeling toelage en vergoedingen gemeente Veghel

Recht op salaris

De regels omtrent recht op salaris zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:2 van de CAR-UWO.

Salarisbedragen

De regels omtrent salarisbedragen zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:3 van de CAR-UWO.

De regels omtrent salarisverlaging zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:5 van de CAR-UWO.

Inschaling bij indiensttreding

De regels omtrent salaris vaststelling zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:3 van de CAR-UWO.

Geen periodieke verhoging

De regels omtrent geen periodieke verhoging zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:4 van de CAR-UWO (waaraan moet een ambtenaar voldoen).

Salaris bij bevordering naar hogere schaal

De regels omtrent inpassing in hogere schaal zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:6 van de CAR-UWO.

Persoonlijke toelage na bereiken maximum functieschaal

De regels omtrent persoonlijke toelage zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:8 (functioneringstoelage) van de CAR-UWO.

Tijdelijke persoonlijke toelage

De regels omtrent tijdelijke persoonlijke toelage zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:10 (waarnemingstoelage) van de CAR-UWO.

Arbeidsmarkttoelage

De regels omtrent arbeidsmarkttoelage zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:9 van de CAR-UWO.

Geen afbouwregeling

De regels omtrent afbouwregeling zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:16 van de CAR-UWO.

Waarnemingstoelage

De regels omtrent waarneming zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:10 van de CAR-UWO .

Overwerkvergoeding

De regels omtrent overwerk zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:18 van de CAR-UWO.

Buitendagvenster vergoeding

De regels omtrent buitendagvenstervergoeding zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:12 van de CAR-UWO.

Afbouwtoelage

De regels omtrent afbouwtoelage zijn vanaf 1-1-2016 geregeld in artikel 3:16 van de CAR-UWO.

Overgangsrecht per 1-1-2016

Het landelijke overgangsrecht zoals is opgenomen in loga brief CvA/LOGA 15/15 is vanaf 1-1-2016 van toepassing en is door het college in december 2015 vastgesteld. De gehele overgangsrecht tekst is opgenomen onder paragraaf 6 van hoofdstuk 3 CAR-UWO.

Overgangsrecht ambtsjubileumgratificatie

Er is apart overgangsrecht voor personeel van gemeenten die op 31 december 2015 een lokale regeling hebben met bepalingen over de ambtsjubileumgratificatie die positief afwijken van het nieuwe artikel 3:19. Medewerkers die binnen vijf jaar van verval van de lokale regeling (dus uiterlijk 31 december 2020) recht zouden hebben op een ambtsjubileumgratificatie als de lokale regeling niet was vervallen, krijgen de ambtsjubileumgratificatie op basis van de lokale regeling die op 31 december 2015 verviel. Het gaat hierbij om de datum van het ambtsjubileum en de hoogte van de ambtsjubileumgratificatie.

Overgangsrecht ambtsjubileum tot uiterlijk 31 december 2020

In aanvulling op de regeling opgenomen in artikel 3.19 van de CAR-UWO gelden tot uiterlijk 31 december 2020 als overgangsperiode met betrekking tot de toekenning van ambtsjubileum gratificatie de volgende bepalingen:

Artikel 1

  • 1a

    Aan de ambtenaar die gedurende 25 of 40 jaar een betrekking bij de overheid heeft vervuld, wordt een gratificatie toegekend overeenkomende met de gehele maandelijkse bezoldiging, vermeerderd met de vakantietoelage waarop de ambtenaar in de maand van zijn jubileum aanspraak heeft.

  • b

    Als overgangsperiode met betrekking tot 40 jarig jubilea gelden tot en met 30 juni 2016 de volgende afbouwtermijnen: in 2013 ontvangt de ambtenaar, indien van toepassing, de volledige gratificatie in verband met 40 jaar overheidsdienst en 40 jaar gemeentedienst. De gratificatie in verband met 40 jaar gemeentedienst wordt vanaf 1 juli 2014 afgebouwd naar 50% en per 1 juli 2015 naar 25%. Vanaf 1 juli 2016 komt deze volledig te vervallen zodat de regeling als bedoeld in artikel 3.5.1.1. kan ingaan.

  • 2.

    Aan de ambtenaar die reeds voor 1 januari 1998 gedurende 25 jaar een betrekking bij de overheid heeft vervuld en ter gelegenheid daarvan door de gemeente een gratificatie is toegekend overeenkomende met de helft van de bezoldiging en de vakantietoelage, wordt, indien hij gedurende 25 jaar een betrekking bij deze gemeente heeft vervuld, een gratificatie toegekend overeenkomende met de helft van de bezoldiging en van de vakantietoelage waarop de ambtenaar in de maand van zijn jubileum aanspraak heeft. 

  • 3.

    Onder jaren dat een betrekking bij deze gemeente werd vervuld worden mede verstaan de jaren dat een betrekking bij de voormalige gemeente Erp werd vervuld.

  • 4.

    Aan de ambtenaar, die wordt ontslagen: 

    • a.

      op grond van artikel 8:3;

    • b.

      op grond van artikel 8:4;

    • c.

      op grond van artikel 8:5, bij een arbeidsongeschiktheid van 80% of meer;

    • d.

      op grond van artikel 8:11 indien en voor zover het een volledig ontslag betreft;

en die indien het ontslag niet had plaatsgevonden het voor een gratificatie vereiste aantal dienstjaren binnen 5 jaren na de ontslagdatum had kunnen vervullen, wordt een proportionele gratificatie toegekend

Deze proportionele gratificatie wordt berekend door het bedrag waarop recht zou hebben bestaan indien het vereiste aantal dienstjaren zou zijn vervuld, te vermenigvuldigen met een breuk.

Daarvan wordt de teller gevormd door het feitelijk geheel of gedeeltelijk vervulde aantal dienstjaren, waarbij naar boven wordt afgerond op hele maanden; de noemer is het aantal dienstjaren dat vervuld had moeten zijn om voor de gratificatie in aanmerking te komen.

  • 5.

    De op grond van voorgaande leden berekende gratificatie wordt in geval deze niet belastingvrij verstrekt mag worden, gebruteerd uitbetaald. 

  • 6.

    De berekende bedragen worden naar boven afgerond op een veelvoud van vijf euro. 

  • 7.

    Bij gedeeltelijk ontslag wordt de proportionele gratificatie berekend naar rato van het aantal uren waarvoor ontslag wordt verleend.

Overeengekomen met het GO op 8 december 2015,

namens ABVAKBO / FNV