| Overheidsorganisatie | Gemeente Veghel |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2016 |
| Citeertitel | Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2016 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp | cultuur |
Geen
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2016 | 10-01-2017 | Nieuwe regeling | 01-12-2015 GVOP, 16-12-2015 | Onbekend |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veghel;
overwegende dat herziening van de “Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2015” noodzakelijk is in verband met:
Gewenste aanpassingen in het kader van de rechtmatigheid;
Wijzigingen van stichtingsnamen van instellingen en het toevoegen van nieuwe stichtingen;
Wijzigingen en toevoegen van subsidievoorwaarden;
gelet op artikel 18 van de “Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010”;
gelet op titel 4.2 en 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
b e s l u i t
vast te stellen de:
Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2016
Amateuristische kunstbeoefening Deelname aan kunst- en cultuuractiviteiten zonder enig beroepsmatig karakter.
Bibliotheek Een voorziening die op grond van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen voor het publiek wordt ingevuld op basis van de waarden onafhankelijkheid, betrouwbaarheid, toegankelijkheid, pluriformiteit en authenticiteit.
Budgetsubsidie Een structurele subsidie van maximaal vier jaren, die alleen wijzigt als gevolg van toepassing van de index, tenzij tot wijziging van het subsidievolume op basis van een separaat besluit door het college of gemeenteraad wordt besloten.
College Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veghel.
Cultuureducatie De verzameling van activiteiten met het doel de culturele vorming van de burgers in Veghel te bevorderen door het organiseren van een breed gestructureerd programma-aanbod met de disciplines muziek, dans, beeldend en theater.
Cultuureducatie met Kwaliteit (CmK) De regeling CmK wordt uitgevoerd door Kunstbalie, waardoor scholen tot een groter en breder aanbod kunnen komen op het gebied van cultuureducatie.
Culturele instelling Een instelling die op lokaal niveau inwoners uit Veghel receptief of actief laat deelnemen aan cultuuractiviteiten.
Fabriek Magnifique Een tweejaarlijks festival dat wordt georganiseerd door Veghelse inwoners, organisaties en het bedrijfsleven met het doel de actieve en receptieve beleving op het brede gebied van kunst en cultuur te bevorderen.
Index Gemiddelde prijs- en loonindex zoals opgenomen in de Septembercirculaire uitkering gemeentefonds.
Kunstbalie De provinciale steunfunctieorganisatie voor de uitvoering van kunst- en cultuureducatie en cultuurparticipatie in Brabant.
Muziekvereniging Een vereniging, niet zijnde een harmonie, fanfare, drumband, majorette, twirlgroep of onderdelen daarvan, die gevestigd is in Veghel en waarvan inwoners uit Veghel lid zijn.
Noordkade De locatie aan de NCB-Laan 52, waar het kunst- en cultuurcluster is gevestigd.
Plein 23 De marktplaats voor kunst- en cultuureducatie (inclusief erfgoededucatie) waar de vraag vanuit het onderwijs en het aanbod van instellingen op elkaar wordt afgestemd.
Professionele Podiumkunsten Activiteiten met het doel de inwoners uit Veghel in aanraking te laten komen met theater en andere kunstuitingen, uitgevoerd door professionals.
Regionale culturele instelling Instelling die door meerdere gemeenten wordt gesubsidieerd en waarvan de activiteiten een groter gebied bestrijken dan alleen de gemeente Veghel.
Regiegroep Plein23 De regiegroep Plein23 (inclusief uitvoering CmK) regisseert vraag en aanbod op het gebied van cultuureducatie tussen de scholen en de aanbieders. Daarnaast begeleidt zij de coördinator en dient de regiegroep als inhoudelijk klankbord.
Phoenix cultuur (Voorheen MiK/Pieter Brueghel en Kiosk)
1. De subsidieaanvraag van Phoenix cultuur wordt jaarlijks vóór 1 juli, voorafgaand aan het subsidiejaar bij het college ingediend.
2. Onderdeel van de subsidieaanvraag is een separaat inhoudelijk hoofdstuk over Plein23/CmK met bijbehorende begroting en programma.
3. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
4. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang, kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. Een budgetsubsidie kan door het college worden verleend op basis een vooraf overeengekomen periode van maximaal vier jaar.
2. De budgetsubsidie 2016-2019 is gebaseerd op de businesscase “Phoenix cultuureducatie in Meierijstad”, 2015.
3. De component subsidie huisvestingskosten maakt per 1 januari 2014 vanwege de verhuizing naar de gebouwen op de Noordkade geen onderdeel meer uit van het subsidiebudget.
4. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: De index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
5. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging (voorheen aan MiK/Pieter Brueghel) wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de daarin genoemde overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
1. Het stichtingsbestuur bestaat uit een evenredige vertegenwoordiging uit de gemeenten Schijndel, Sint-Oedenrode en Veghel.
2. Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de algemene reserve van de stichting.
3. De algemene reserve kent een plafond van maximaal 10% van de totale exploitatie van de stichting. Bij overschrijding van dit percentage zal de stichting een voorstel doen aan de gemeente op welke wijze invulling wordt gegeven aan deze overschrijding.
4. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van een weerstandsvermogen, zodat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen. De hoogte van het weerstandsvermogen wordt in overleg met de gemeente vastgesteld.
5. De stichting draagt zorg voor bestemmingsreserves, zodat o.a. vervangingen van inventaris, instrumenten en gereedschappen binnen de exploitatie kunnen plaats vinden.
6. De begroting, de jaarrekening en de daarbij behorende subsidiedocumenten worden voor het indienen bij de gemeente voor goedkeuring voorgelegd aan het portefeuillehoudersoverleg Phoenix cultuur.
7. In het inhoudelijk jaarverslag dient helder en separaat inzicht verschaft te worden in:
Het totaal aantal deelnemers per gemeente.
Het aantal deelnemers per cursus/activiteit, te splitsen in jeugd t/m 18 en volwassenen.
Het programma-aanbod gespecificeerd.
Deelnemers aan HaFa-aanbod gespecifieerd in jeugd t/m/ 18 en volwassenen.
Deelnemers aan HaFa-aanbod afkomstig uit de kern Veghel en de kerkdorpen.
Overzicht van de organisatie in FTE en medewerkers.
1. Een budgetsubsidie kan door het college worden verleend op basis een vooraf overeengekomen periode van maximaal vier jaar.
2. De budgetsubsidie is gebaseerd op de businesscase “Phoenix cultuureducatie in Meierijstad”, 2015 (voor de periode 2016-2019).
3. De budgetsubsidie bestaat uit het onderdeel regulier en uit de uitvoering van de regeling Cultuureducatie met kwaliteit. De uitvoering van de CmK en daarmee de subsidie kent een looptijd tot en met 2016.
4. De component subsidie huisvestingskosten maakt per 1 januari 2014 vanwege de verhuizing naar de gebouwen op de Noordkade geen onderdeel meer uit van het subsidiebudget.
5. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
6. De subsidie voor uitvoering van de CmK regeling wordt niet geïndexeerd.
1. De begroting en de jaarrekening worden voor goedkeuring voorgelegd aan de Regiegroep Plein 23 en worden voorbereid door Phoenix cultuur.
2. Phoenix cultuur is formeel werkgever van het personeel van Plein23. De Regiegroep Pein23 is inhoudelijk verantwoordelijk voor de uitvoering van het programma.
3. Er wordt naar gestreefd dat met de subsidie voor de reguliere activiteiten minimaal 80% van het aantal scholen in Veghel wordt bereikt.
4. De subsidievoorwaarden van Kunstbalie zijn onverkort van toepassing en zijn in het bezit van Phoenix cultuur en de Regiegroep Plein23.
5. Vóór 1 juli 2016 – en mogelijk eerder indien dit door Kunstbalie wordt gevraagd - wordt een inhoudelijk jaarverslag, een jaarrekening voorzien van een accountantsverklaring over 2015 en de begroting voor de jaren 2016-2019 ingediend. De baten en lasten, de activa en passiva en de reserves van Plein23 worden separaat opgenomen in het financieel jaarverslag dat is voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring.
6. Naast de in artikel 4, lid 7 genoemde bescheiden dienen in het inhoudelijke jaarverslag t.b.v. Plein23/CmK separaat de volgende onderdelen duidelijk tot uiting te worden gebracht:
Het aantal deelnemende leerlingen aan activiteiten.
Het aantal deelnemende scholen aan projecten en activiteiten.
Inzicht in de zogenaamde voorloop- en volgscholen.
Het gespecificeerde programma-aanbod.
Gegevens, die moeten worden aangeleverd voor de verantwoording aan Kunstbalie, waarvan de protocollen in het bezit zijn van de stichting Phoenix en de regiegroep Plein23.
7. Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de bestemmingsreserve van Plein23.
8. Periodiek vindt een ambtelijk en een overleg met de verantwoordelijke wethouders van Sint-Oedenrode, Schijndel en Veghel plaats, waarin de stand van zaken wordt besproken en waar op verzoek van elk van de partijen onderwerpen geagendeerd kunnen worden.
1. Ten behoeve van de vaststelling van de budgetsubsidie wordt vóór 1 juli na afloop van het subsidiejaar een separate aanvraag tot vaststelling ingediend voor het regulier programma van Phoenix cultuur en Plein23/CmK.
2. De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 en de in artikel 4, lid 7 en artikel 6, lid 6 genoemde bescheiden, vergezeld van een goedkeurende accountantsverklaring.
Stichting Bibliotheek Veghel
1. De subsidieaanvraag wordt jaarlijks vóór 1 juli, voorafgaand aan het subsidiejaar bij het college ingediend.
2. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
3. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. Een budgetsubsidie kan door het college worden verleend voor een bepaalde periode op basis van het beleidsplan “De bibliotheek als gids 2012-2016” en de exploitatie van het UIT- en THUISpunt.
2. Het subsidiebudget bestaat uit twee onderdelen:
a. een subsidie voor de organisatie van de bibliotheek en het uitvoeren van het inhoudelijk programma;
b. een accommodatiesubsidie van 100% in de huurkosten van de accommodaties, waarin de bibliotheek is gehuisvest.
3. De exploitatie van het UIT- en THUISpunt maken integraal onderdeel uit van het subsidiebudget.
4. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
5. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de daarin genoemde overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
In de Raad van Toezicht is een evenredige vertegenwoordiging uit Veghel aanwezig. In het jaarverslag wordt een overzicht van de samenstelling van de Raad van Toezicht en de directie/bestuurders verstrekt.
Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de algemene reserve van de stichting.
De algemene reserve kent een plafond van maximaal 10% van de totale exploitatie van de stichting. Bij overschrijding van dit percentage zal de stichting een voorstel doen aan de gemeente op welke wijze invulling wordt gegeven aan deze overschrijding.
De stichting draagt zorg voor het opbouwen van een weerstandsvermogen, zodat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen. De hoogte van het weerstandsvermogen wordt in overleg met de gemeente vastgesteld.
De stichting draagt zorg voor het opbouwen van bestemmingsreserves, zodat o.a. vervangingen van en onderhoud aan inventaris en materialen binnen de exploitatie kunnen plaatsvinden.
De bibliotheek dient uitvoering te geven aan de volgende wettelijke taken:
ter beschikking stellen van kennis en informatie;
bieden van mogelijkheden tot ontwikkeling en educatie;
bevorderen van lezen en het laten kennismaken met literatuur;
organiseren van ontmoeting en debat;
laten kennismaken met kunst en cultuur.
In het inhoudelijk jaarverslag separaat voor de gemeente Veghel dienen de volgende onderdelen duidelijk tot uiting te worden gebracht:
Leden afkomstig uit Veghel en andere gemeenten;
Leden uit Veghel, gesplitst in jongeren en andere leeftijdsgroepen;
Leden uit Veghel, gesplitst in het bereik in de kern en de kerkdorpen;
Bereik van de Veghelse scholen;
Overzicht van de activiteiten met kwantitatieve gegevens over deelname die hebben plaatsgevonden op het gebied van cultuureducatie, recreatie en toerisme en andere activiteiten;
Bezoekers van het UIT- en THUISpunt, gespecificeerd in kwantitatieve gegevens.
Bij de jaarrekening wordt een separaat financieel overzicht ingediend met de financiële gegevens van de bibliotheek Veghel.
Periodiek vindt een ambtelijk overleg en een overleg met de verantwoordelijke wethouders van de deelnemende gemeente plaats, waarin de stand van zaken wordt besproken en waar op verzoek van elk van de partijen onderwerpen geagendeerd kunnen worden.
1. Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 juli na afloop van het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling ingediend.
2. De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de “Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010” en in artikel 10, lid 2 van deze “Nadere regels” genoemde bescheiden, vergezeld van een accountantsverklaring.
Stichting De Blauwe Kei
1. De subsidieaanvraag wordt jaarlijks vóór 1 juni, voorafgaand aan het subsidiejaar bij het college ingediend.
2. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
3. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. Een budgetsubsidie voor een bepaalde periode, kan door het college worden verleend op basis van de beleidsnota “De Blauwe Kei, een nieuw gezicht” en de raadsbesluiten (16 december 2004, 10 november 2005 en 19 april 2007).
2. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
3. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de daarin genoemde overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
4. De subsidie voor het uitvoeren van het planmatig onderhoud wordt gedurende de budgetperiode 2012 tot en met 2016 via een aparte subsidiebeschikking beschikbaar gesteld (raadsbesluit 12-12-2009 docnr. 1.1/2009/5666).
1. Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de algemene reserve van de stichting.
2. De algemene reserve kent een plafond van maximaal 10% van de totale exploitatie van de stichting. Bij overschrijding van dit percentage zal de stichting een voorstel doen aan de gemeente op welke wijze invulling wordt gegeven aan deze overschrijding.
3. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van een weerstandsvermogen, zodat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen. De hoogte van het weerstandsvermogen wordt in overleg met de gemeente vastgesteld.
4. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van bestemmingsreserves, zodat o.a. vervangingen van en onderhoud aan inventaris en gebouwen binnen de exploitatie kunnen plaatsvinden.
5. In het inhoudelijk jaarverslag wordt ten minste ingegaan op:
Het aantal bezoekers waarbij onderscheid wordt gemaakt in de primaire en secundaire functies van DBK;
Het theaterbezoek in relatie tot het verspreidingsgebied;
De zaalbezetting in de kleine en grote zaal;
Het aantal verenigingen en deelnemers aan sociaal cultureel werk;
Het aantal evenementen en activiteiten gesplitst in de verschillende functies;
De personele organisatie in fte;
Tendens en ontwikkelingen op het gebied van theater.
6. Periodiek vindt een bestuurlijk overleg plaats tussen de gemeente en het stichtingsbestuur, waarbij de stand van zaken m.b.t. programmering, exploitatie en jaarrekening/jaarverslag worden besproken.
Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 juni, na afloop van het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling ingediend.
De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 en de in artikel 14, lid 5 genoemde bescheiden, vergezeld van een accountantsverklaring.
Stichting Fabriek Magnifique
1. De subsidieaanvraag van de organisatie van Fabriek Magnifique wordt vóór 1 april, voorafgaand aan het subsidiejaar bij het college voor een periode van twee jaar ingediend. Het eerste jaar betreft het jaar van voorbereiding van het evenement. Het tweede jaar betreft de uitvoering van het evenement.
2. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
3. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. Een budgetsubsidie voor een bepaalde periode kan door het college worden verleend op basis van de begroting en het programma.
2. Het subsidiebudget wordt verleend voor twee aaneengesloten subsidiejaren, bestaande uit een jaar van voorbereiding en een jaar van uitvoering. De subsidie wordt in twee gelijke delen van 50% van het budget beschikbaar gesteld.
3. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
4. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de daarin genoemde overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
1. Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de algemene reserve van de stichting.
2. De algemene reserve kent een plafond van maximaal 10% van de totale exploitatie van de stichting. Bij overschrijding van dit percentage zal de stichting een voorstel doen aan de gemeente op welke wijze invulling wordt gegeven aan deze overschrijding.
3. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van een weerstandsvermogen, zodat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen. De hoogte van het weerstandsvermogen wordt in overleg met de gemeente vastgesteld.
4. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van bestemmingsreserves, zodat onder andere vervangingen van inventaris en materialen kunnen plaatsvinden binnen de exploitatie.
5. In het inhoudelijk jaarverslag wordt ten minste ingegaan op:
Het aantal bezoekers per locatie;
Het aantal deelnemers dat een podiumactiviteit heeft uitgevoerd;
Het bezoek in relatie tot het verspreidingsgebied;
Het aantal deelnemende scholen en leerlingen;
Het aantal evenementen en activiteiten, gesplitst in de verschillende disciplines;
De personele organisatie in fte;
Tendens en ontwikkelingen op het gebied van festivals.
6. Periodiek vindt een bestuurlijk overleg plaats tussen de gemeente en het stichtingsbestuur, waarbij de stand van zaken met betrekking tot programmering, exploitatie en jaarrekening/jaarverslag worden besproken.
7. De organisatie stelt na afloop om niet een DVD en fotomateriaal voor promotie-activiteiten beschikbaar.
Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 april, volgend op het jaar van uitvoering van het festival een financieel jaarverslag en inhoudelijk jaarverslag bij het college ingediend. Het financiële en het inhoudelijk jaarverslag betreffen een verantwoording van zowel het jaar van voorbereiding als het jaar van uitvoering.
De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 en in de in artikel 18, lid 5 genoemde bescheiden, vergezeld van een accountantsverklaring.
Plaatselijke muziekkorpsen (harmonie, fanfare, majorettes)
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden en een ledenlijst gesplitst per onderdeel.
2. Indien voor beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
De berekening van de subsidie is gebaseerd op:
1. Een basissubsidie voor muziekkorpsen van € 4.612,76 bij een jeugdledenaantal van minimaal 10.
2. Een aanvullend bedrag van € 146,77 voor elk jeugdlid van de harmonie, fanfare of drumband, dat een instrument bespeelt, met dien verstande dat voor maximaal tien niet in Veghel woonachtige leden subsidie kan worden verstrekt.
3. Een aanvullend bedrag van € 47,19 voor elk jeugdlid van de majorettes of de twirlgroep, die aan de activiteit deelneemt, met dien verstande dat voor maximaal tien niet in Veghel woonachtige leden subsidie kan worden verstrekt.
1. In afwijking van het gestelde in artikel 6, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 wordt ook onder een lid verstaan: een persoon die niet woonachtig is in Veghel.
2. Het volledig geuniformeerde muziekkorps treedt, op verzoek van het college, op bij bijzondere gemeentelijke activiteiten.
3. Een lid zoals bedoeld in artikel 15, lid 1 kan slechts voor een afzonderlijk verenigingsonderdeel meetellen.
4. Ereleden, donateurs en andere leden die geen instrument bespelen, worden niet meegeteld bij de berekening van de subsidie.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Muziekverenigingen
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden en een ledenlijst.
2. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang, kan het college verlangen aanvullende gegevens te overleggen.
Een waarderingssubsidie van € 872,23.
1. De vereniging dient minimaal uit 15 Veghelse jeugdleden te bestaan.
2. De vereniging dient activiteiten te ontplooien met het doel inwoners uit Veghel zowel actief als receptief deel te laten nemen aan deze vorm van amateuristische kunstbeoefening.
3. Per kern of kerkdorp wordt maximaal een muziekvereniging gesubsidieerd.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Heemkundeverenigingen Veghel en Erp
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. Een genormeerde subsidie van € 1.451,97 per jaar.
2. Een accommodatiesubsidie van 100% in de huurkosten van de accommodatie waarin de heemkundekring is gehuisvest.
1. Het subsidieplafond voor de genormeerde subsidie bedraagt per subsidiejaar € 2.904,--.
2. Subsidieverlening vindt plaats op basis van volgorde van binnenkomst, waarbij organisaties die in een voorgaand jaar subsidie hebben ontvangen, voorrang krijgen.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Veghels Kunstenaarscollectief (VKC)
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
Een accommodatiesubsidie van 100% in de huurkosten van de accommodatie waarin het VKC is gehuisvest.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Activiteiten Sint-Nicolaas
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor beoordeling van de aanvraag van belang, kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
Een genormeerde subsidie bestaande uit:
a. een basisbedrag van € 755,--.
b. een aanvullende subsidie van € 406,76 en € 871,18 voor de centrale organisatie in respectievelijk Erp en Veghel.
1. De subsidie dient bestemd te worden aan de organisatie van de Sint-Nicolaasintocht in de kernen Veghel en Erp en de kerkdorpen Eerde, Mariaheide, Keldonk, Boerdonk en Zijtaart.
2. Per kern of kerkdorp wordt slechts een organisatie gesubsidieerd.
1. Het subsidieplafond per subsidiejaar bedraagt € 6.563,--.
2. Subsidieverlening vindt plaats op basis van volgorde van binnenkomst, waarbij organisaties die in een voorgaand jaar subsidie hebben ontvangen, voorrang krijgen.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Oranjeactiviteiten
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor beoordeling van de aanvraag van belang, kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
Een genormeerde subsidie van € 580,79.
1. De subsidie dient bestemd te worden voor oranjeactiviteiten die voor alle kinderen tot en met 12 jaar worden georganiseerd in verband met de viering van Koningsdag.
2. Per wijk of kerkdorp wordt slechts één organisatie gesubsidieerd.
1. Het subsidieplafond per subsidiejaar bedraagt € 7.551,--.
2. Subsidieverlening vindt plaats op basis van volgorde van binnenkomst, waarbij organisaties die in een voorgaand jaar subsidie hebben ontvangen, voorrang krijgen.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Airbornecomité Eerde
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
Een waarderingssubsidie van € 291,45.
De activiteiten van het Airbornecomité Eerde betreffen activiteiten voor kinderen die gerelateerd zijn aan de jaarlijkse Bevrijdingsdag.
De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande subsidieverlening.
Stichting Lokale Omroep Veghel-Uden (SLOVU)
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. De basis voor de berekening van de subsidie is:
een bedrag van € 1,30 per woningaansluiting ten behoeve van de verdere professionalisering van de lokale omroepinstelling (2010).
een autonome subsidie voor de exploitatie.
2. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
3. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
1. De TV- en Radioprogramma’s worden in de totale gemeente Veghel uitgezonden, voor zover de technische faciliteiten dit mogelijk maken.
2. De lokale omroep dient een zendmachtiging te bezitten van het Commissariaat voor de Media.
3. De subsidie wordt gekoppeld aan de tijdsduur van de zendmachtiging.
4. In geen geval mag sprake zijn van een commerciële lokale omroep en mogen er geen uitingen plaatsvinden die enige relatie hebben met commerciële aanbieders, anders dan op grond van de Mediawet wordt toegestaan.
5. In geen geval mogen commerciële partijen deel uit maken van de programmaraad van de lokale omroep, dan wel invloed hebben op de programmering.
6. De programmering en de organisatie van de lokale omroepinstelling dient te voldoen aan de eisen en voorwaarden die het Commissariaat voor de Media stelt.
7. De begroting en de jaarrekening worden ter goedkeuring voorgelegd aan het portefeuillehoudersoverleg, waarvan de bestuurders uit Veghel en Uden deel uitmaken.
1. Ten behoeve van vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 april, na afloop van het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling ingediend.
2. De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden, vergezeld van:
een overzicht van de activiteiten van de programmaraad;
een overzicht van de samenstelling van de programmaraad;
de resultaten van een klantentevredenheidsonderzoek.
Stichting De Compagnie (exploitatie stadsgalerie)
1. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
2. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. De stichting stelt professionele kunstenaars in de gelegenheid te exposeren binnen het kunst- en cultuurcluster en andere ruimten op de Noordkade en mogelijk op andere locaties in Veghel. Zij biedt professionele beroepsoefenaars in de gemeente een podium voor het etaleren van kunstuitingen, waaronder muzikale optredens.
2. De stichting voert de activiteiten zo uit dat er geen overlappingen gaan ontstaan. Educatie wordt alleen toegestaan indien samenwerking wordt gezocht met Phoenix cultuur en/of andere aanbieders op dit terrein en overeenstemming plaatsvindt. Voor muziekoptredens dient een samenwerking in de vorm van afgestemde programmering plaats te vinden met de stichting Poppodium Veghel en de stichting CHV.
3. De exposities en andere kunstuitingen dienen wekelijks/periodiek bezichtigd te kunnen worden.
4. Jaarlijks dient een overzicht overlegd te worden, waaruit blijkt welke kunstenaars exposeren. Na afloop van het subsidiejaar dient het aantal bezoekers aangegeven te worden.
5. Geen expositie of andere kunstuitingen in het kader van deze verordening zijn activiteiten, welke gerelateerd zijn aan festiviteiten waaronder jubilea en bedrijfspresentaties.
1. Een budgetsubsidie voor de organisatie van activiteiten, zoals beschreven in artikel 54, lid 1.
2. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
3. De component subsidie huisvestingskosten maakt per 1 januari 2014 vanwege de verhuizing naar de gebouwen op de Noordkade geen onderdeel meer uit van het subsidiebudget.
4. De door de gemeenteraad opgelegde taakstellende bezuiniging wordt in overeenstemming met het raadsbesluit van 7 juli 2012 en de overgangsregeling verdisconteerd in het subsidiebudget.
Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 april na afloop van het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling ingediend.
De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 en de in artikel 54, lid 4 genoemde bescheiden.
Stichting CultuurHavenVeghel (CHV)
1. De subsidieaanvraag wordt jaarlijks vóór 1 juni, voorafgaand aan het subsidiejaar bij het college ingediend.
2. De subsidieaanvraag omvat de in artikel 5:2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 genoemde bescheiden.
3. Indien voor de beoordeling van de aanvraag van belang kan het college verlangen aanvullende bescheiden te overleggen.
1. De subsidie wordt verleend voor het beheren en exploiteren van 8.000 m2 kunst- en cultuurcluster op de locatie Noordkade. Dit conform het raadsbesluit van 12 december 2013.
2. De subsidie is gebaseerd op de meerjarenexploitatie 2013-2016. Vanaf 2017 dient er sprake te zijn van een kostendekkende exploitatie.
3. De subsidie wordt jaarlijks geïndexeerd (voorbeeld: de index van september 2015 wordt toegepast op de subsidieverlening en vaststelling 2016).
1. Het stichtingsbestuur bestaat uit een onafhankelijk voorzitter en een evenredige vertegenwoordiging van bestuursleden van de vaste gebruikers van het kunst- en cultuurcluster op de Noordkade.
2. Het gerealiseerde exploitatiesaldo wordt toegevoegd dan wel onttrokken aan de algemene reserve van de stichting. De algemene reserve kent een plafond van maximaal 10% van de totale exploitatie van de stichting. Bij overschrijding van dit percentage zal de stichting een voorstel doen aan de gemeente op welke wijze invulling wordt gegeven aan deze overschrijding.
3. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van een weerstandsvermogen, zodat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen. De hoogte van het weerstandsvermogen wordt in overleg met de gemeente vastgesteld.
4. De stichting draagt zorg voor het opbouwen van bestemmingsreserves, zodat o.a. vervanging en onderhoud aan inventaris en materialen binnen de exploitatie kunnen plaats vinden.
5. Indien de gemeente gedurende de subsidieperiode genoodzaakt is een bezuiniging toe te passen, worden voorstellen hiertoe in overleg en in samenwerking met de stichting voorbereid en aan het beslissend bestuursorgaan voorgelegd.
6. In het inhoudelijk jaarverslag wordt uitvoerig ingegaan op het aantal bezoekers en de activiteiten die hebben plaatsgevonden. Deze worden in het jaarverslag benoemd.
1. Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie wordt vóór 1 juni na afloop van het subsidiejaar een aanvraag tot vaststelling ingediend.
2. De aanvraag tot vaststelling gaat, naast de in artikel 16, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Veghel 2010 en in de in artikel 59, lid 6 genoemde bescheiden, vergezeld van een accountantsverklaring.
Verrekening huurpenningen en accommodatiesubsidie
Indien de subsidie deels bestaat uit een accommodatiesubsidie ter compensatie in de huur van een gemeentelijke accommodatie dan zal dit deel van de subsidie gelijktijdig verrekend worden met de in rekening te brengen huurpenningen, tenzij in een afzonderlijke regeling, beschikking of overeenkomst anders is bepaald.
Bezuiniging
Indien de gemeente gedurende de subsidieperiode genoodzaakt is een bezuiniging toe te passen, worden voorstellen hiertoe in overleg en in samenwerking met de stichting voorbereid en aan het beslissend bestuursorgaan voorgelegd.
Deze nadere regels worden aangehaald als “Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2016”.
1. Deze nadere regels treden in werking met ingang van 1 januari 2016.Dan vervallen de Nadere regels subsidiëring Kunst en Cultuur 2015.
2. Deze nadere regels zijn voor het eerst van toepassing op subsidie aangevraagd voor het subsidiejaar 2016. Aanvragen die betrekking hebben op subsidies voor het jaar 2015 en voorgaande subsidiejaren worden behandeld volgens het oude recht.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 1 december 2015.
Het college voornoemd,
De waarnemend secretaris,
Drs. E.C.J.M. Jaspers MM
De burgemeester,
Mr. I.R. Adema