Overheidsorganisatie | Gemeente Bernisse |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening commissie bezwaarschriften voor personele aangelegenheden |
Citeertitel | Verordening commissie bezwaarschriften voor personele aangelegenheden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De verordening vervangt Het Reglement Bezwarencommissie Personele Aangelegenheden 13 februari 1989
Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-03-2008 | 31-03-2008 | Nieuwe regeling | 16-09-2008 Onbekend | Onbekend |
De raad en het college van de gemeente Bernisse;
ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel van het college d.d. 15 april 2008;
gelet de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;
b e s l u i t e n:
vast te stellen de
Verordening commissie bezwaarschriften voor personele aangelegenheden
In deze verordening wordt verstaan onder:
verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;
commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften voor personele aangelegenheden.
belanghebbenden: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1 van de Ambtenarenwet als zodanig, zijn nagelaten betrekkingen of rechtverkrijgenden. Onder ambtenaren is ook begrepen het personeel van de griffie, in dienst van de gemeenteraad.
Er is een commissie ex artikel 7.13 Awb ter voorbereiding van de beslissing op
Bezwaren tegen besluiten van de raad en het college die gericht zijn bij of krachtens:
de Ambtenarenwet;
de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR), de Uitwerkingsovereenkomst (UWO)en overige rechtspositieregelingen (Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bernisse),.en;
het rechtspositiebesluit onderwijspersoneel.
1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.
2. De voorzitter en de leden maken geen deel uit van een bestuursorgaan van de gemeente Bernisse of zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van dat bestuursorgaan.
3. De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.
4. Het college benoemt een aantal plaatsvervangende leden. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.
5. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.
De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.
Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.
1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.
2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.
3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.
2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:
artikel 2:1, tweede lid;
artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;
artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;
artikel 7:4, tweede lid;
artikel 7:6, vierde lid.
1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.
2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.
1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.
2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.
3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.
1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.
2. Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerendorgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.
3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.
4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.
Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
De zitting van de commissie is niet openbaar.
1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.
2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.
3. Indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.
4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.
5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.
1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.
2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.
3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.
4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.
a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.
Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de Voorzitter.
Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.
Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.
1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.
2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.
3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.
1. Het college kan besluiten dat een commissie van een andere gemeente wordt belast met de voorbereiding van de beslissing op bezwaren, zoals bedoeld in artikel 2.
2. De bepalingen van deze verordening zijn van toepassing.
Bij afzonderlijk besluit bepaalt het college de vergoeding voor de voorzitter en de leden van de commissie.
Het Reglement Bezwarencommissie Personele Aangelegenheden, zoals vastgesteld door het college op 13 februari 1989 wordt ingetrokken.
1. Deze verordening treedt in werking op de 8e dag na die waarop zij is bekend gemaakt.
2. Zij werkt terug tot 31 maart 2008
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften voor personele aangelegenheden.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 15 april 2008
de secretaris de burgemeester
drs. M.J.H. van Kruijsbergen P.J. Bouvy-Koene
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 september 2008
De raad voornoemd,
De griffier De voorzitter,
J.A. Fröling-Kok P.J. Bouvy-Koene