Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Schermer

Ambtelijke Integriteit Gemeente Schermer

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Schermer
Officiële naam regelingAmbtelijke Integriteit Gemeente Schermer
CiteertitelAmbtelijke Integriteit Gemeente Schermer
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-01-200511-01-200531-03-2015Onbekend

11-01-2005

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Ambtelijke Integriteit Gemeente Schermer

I. Inleiding

Integriteit is één van de basisvoorwaarden voor het goed functioneren van de overheid. Wanneer de integriteit van de overheid in het geding is, zijn in wezen de geloofwaardigheid en de legitimiteit van de overheid in het geding. De integriteit is aan de orde als het optreden van de overheid niet meer als onpartijdig wordt ervaren als gevolg van (de schijn van) afhankelijkheid van of binding met maatschappelijke organisaties, bedrijven of individuen.

De integriteit van het openbaar bestuur staat de laatste jaren in het middelpunt van de belangstelling. De toegenomen aandacht van de media lijkt erop te duiden dat bestuurlijk Nederland zich op een hellend vlak bevindt. Of deze opvatting terecht is, is weliswaar de vraag, maar in de publieke opinie komt dit beeld wel naar voren. De beschikbare onderzoeken echter onderbouwen de stelling - dat bestuurlijk Nederland verloedert - niet. Toch is er voldoende reden het onderwerp hoog op de agenda te plaatsen.

In de Nederlandse samenleving is de laatste jaren een tendens merkbaar van de maakbare samenleving naar de terugtredende overheid. De activiteiten worden op afstand geplaatst in het verlengde van kerntakendiscussies en verzelfstandigingen. Toch krijgen de bestuurders en ambtenaren steeds grotere verantwoordelijkheden en opereren steeds ondernemender en daarmee per definitie risiconemender. De producten en de diensten die men aanbiedt vertegenwoordigen een steeds grotere marktwaarde en zijn daarmee interessanter voor de verschillende marktpartijen. Daarnaast neemt de complexiteit van de regelgeving toe en dat maakt het gemakkelijker om malversaties te plegen en het is moeilijker deze op te sporen.

De mens, werkzaam in de organisatie, moet weerbaar zijn dan wel gemaakt worden tegen deze maatschappelijke ontwikkelingen. De persoonlijke integriteit is immers de basis voor een integere organisatie. Het gemeentebestuur zal duidelijk moeten maken aan bestuurders en ambtenaren welke normen en waarden in Schermer gelden en welke rek binnen deze normen en waarden is toegestaan.

Om te kunnen controleren of het voorgestane integriteitbeleid wordt uitgevoerd is het essentieel, dat de werkwijze binnen de ambtelijke organisatie duidelijk en open is. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft op 15 februari 1996 de leidraad “Bewust Besturen” gepresenteerd als hulpmiddel om de kwetsbaarheid van de organisatie in beeld te brengen. Dit hulpmiddel kan worden gebruikt om de procedures binnen de gemeente tegen het licht te houden en de zwakke punten in de werkwijzen aan te passen. Hierdoor wordt de werkwijze met betrekking tot de bedrijfsprocessen, die extra fraudegevoelig zijn, en de verantwoordelijkheid van de betrokkenen voor een ieder helder. Dit is van belang voor het integriteitbeleid.

Voor het bestuur zijn er op 29 januari 2002 ‘Gedragsregels’ vastgesteld door de raad,. het college van B&W en de burgemeester. De onderhavige regeling geldt voor de ambtelijke organisatie.

Bij het formuleren van een samenhangend integriteitbeleid zijn twee aspecten van belang:

  • -

    Het weerbaar maken van de organisatie.

  • -

    Het weerbaar maken van de mensen, die in die organisatie werken.

Bij het eerste aspect gaat het erom adequate maatregelen te nemen tegen ongewenste beïnvloeding. Hierbij moet gedacht worden aan functiescheiding, gespreide verantwoordelijkheden, verantwoording, controleerbaarheid etc.

Bij het tweede aspect gaat het om de bedrijfscultuur. Duidelijk moet zijn welke normen en waarden centraal staan en welke ‘rek’ is toegestaan binnen de vastgestelde normen. Het gaat erom door middel van een samenhangend beleid de risico’s voor de organisatie beheersbaar te maken of te houden. Hiertoe komen de volgende hoofdstukken aan de orde:

  • -

    persoonlijke integriteit

  • -

    bedrijfsprocessen

  • -

    aanvullende randvoorwaarden

II. Persoonlijke integriteit

Het is de taak van de organisatie om de mensen, die in de organisatie werkzaam zijn, weerbaar te maken tegen de op hun pad komende verleidingen. Daartoe worden in dit hoofdstuk huisregels vastgesteld waar ambtenaren zich aan moeten houden.

Huisregels

Naast de wettelijke kaders is er sprake van een grijs gebied; hierin is veelal niet duidelijk wat acceptabel is en wat niet. Met het stellen van huisregels is het de bedoeling dit grijze gebied voor een belangrijk deel in te vullen. De huisregels dienen door een ieder gehanteerd te worden en het totaal van de huisregels geeft aan hoe de ambtenaar zich binnen de cultuur van de gemeente Schermer geacht wordt te gedragen. Hierbij onderscheiden wij de volgende aandachtspunten:

  • a.

    aanvaarden van relatiegeschenken;

  • b.

    reizen en diners;

  • c.

    nevenwerkzaamheden;

  • d.

    gebruik van gemeentelijke eigendommen;

  • e.

    gebruik van gemeentelijke communicatiemiddelen;

  • f.

    vertrouwelijkheid/geheimhoudingsplicht.

Openheid is hierbij het sleutelwoord, want op het moment dat je niet meer openlijk over een geschenk, diner, reis, e.d. durft te praten is die handeling daarmee per definitie verdacht. Afwijzing is dan op z’n plaats. Aan de andere kant verschaft openheid in deze zaken en het registreren daarvan inzicht in deze materie.

Om er voor te zorgen dat de huisregels worden gedragen door de gehele organisatie is het van belang een ieder in de organisatie te informeren en te betrekken bij de implementatie en de ontwikkeling van de huisregels.

ad a. Relatiegeschenken

In de discussie over fraude en corruptie zijn er weinig onderwerpen die meer tot de verbeelding spreken dan het onderwerp relatiegeschenken. Een balpen of een wandkalender met reclameopdruk horen tot de kantoorinventaris van menig ambtenaar. Tegen het accepteren van dergelijke kleine cadeaus met een beperkte waarde hoeft op zich geen bezwaar te bestaan. Anders wordt het wanneer een geschenk, vergoeding, beloning, gift of belofte, in welke vorm dan ook, een bepaalde grens te boven gaat.

Wie zich toegankelijk toont voor dergelijke geschenken of diensten kan zijn onafhankelijkheid als ambtenaar tegenover de gever verliezen. Dat mag niet gebeuren en ook de schijn daarvan moet worden vermeden. De volgende huisregels voor het aannemen van geschenken of diensten worden vastgesteld:

  • 1.

    Het aannemen van kleine geschenken/attenties met een p.r.-karakter (bijv. pennen, agenda’s, kalenders) is toegestaan.

  • 2.

    Het is toegestaan in een kalenderjaar één geschenk aan de nemen met een winkelwaarde van niet meer dan € 45,38. Dit geldt ook voor geschenken, die thuis worden ontvangen. Geschenken met een bijzonder karakter of ter gelegenheid van een bijzondere gebeurtenis, die genoemd bedrag en/of frequentie te boven gaan, mogen worden aanvaard met instemming van het college van burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Geschenken die niet mogen worden geaccepteerd, worden teruggestuurd.

  • 4.

    Alle geaccepteerde geschenken (m.u.v. de onder 1. genoemde geschenken/attenties) en de onder 3. genoemde geretourneerde geschenken worden per sector geregistreerd.

  • 5.

    Bij het laten verrichten van privé-werkzaamheden door derden waarmee ook zakelijke contacten worden onderhouden, dient uiterste zorgvuldigheid te worden betracht. Elk aantoonbaar voordeel dat uit de zaak voortvloeit wordt gezien als persoonlijk gewin en is om die reden niet aanvaardbaar. Indien ambtenaren privé zaken doen met een zakelijke relatie van de gemeente Schermer, verschaffen zij desgevraagd aan de gemeentesecretaris inzicht in de betreffende transacties.

ad b. Reizen en diners

Enerzijds horen diners en lunchafspraken er gewoon bij; om snel een afspraak te kunnen maken of om afsluiting van een project te vieren. Anderzijds is het van belang uiterst zorgvuldig te zijn met het accepteren van uitnodigingen tijdens een onderhandelingsfase. Het is verstandig als regel te hanteren dat in deze fase geen uitnodigingen worden geaccepteerd. Diners bij een oplevering of afscheid van relaties behoeven op geen bezwaar te stuiten. Deze dienen te worden gemeld bij het sectorhoofd, of als het het sectorhoofd betreft bij de gemeentesecretaris.

Voor reizen staat voorop dat ze functioneel zijn en in het belang van de gemeente moeten zijn. Bijvoorbeeld om te zien hoe een systeem of product in de praktijk functioneert. In dat geval is het ook logisch dat de gemeente voor de reis betaalt. Andere uitnodigingen dienen eerst met de gemeentesecretaris te worden besproken. Dit geldt ook voor uitnodigingen voor grote culturele of sportieve manifestaties, waarbij contacten met vakgenoten voorop staan en het reisdoel geen relatie heeft met functie en beroep. Snoepreisjes zijn uit den boze.

Dus:

  • 1.

    In de regel geen uitnodigingen aanvaarden tijdens een onderhandelingsfase;

  • 2.

    Uitnodigingen altijd eerst bespreken met het sectorhoofd, de gemeentesecretaris dan wel de burgemeester, waarna dit zonodig aan het college van burgemeester en wethouders wordt voorgelegd.

ad c. Nevenwerkzaamheden

Voor ambtenaren is dit punt opgenomen in de CAR/UWO. Artikel 15:1:16 lid 1 bepaalt dat er een meldingsplicht en een registratieplicht is voor nevenwerkzaamheden van ambtenaren. De meldingsplicht is beperkt: het gaat om de nevenwerkzaamheden die de belangen van de dienst kunnen raken, voor zover deze in verband staan met de functievervulling van de ambtenaar. De term “nevenwerkzaamheden” is zo ruim gesteld, dat hier diverse werkzaamheden onder worden verstaan, zoals het zijn van commissaris, bestuurder, vennoot of aandeelhouder van een vennootschap, stichting of vereniging.

Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen betaalde en onbetaalde werkzaamheden of werkzaamheden die binnen of buiten de normale werktijd worden verricht. Volgens het tweede lid van bedoeld artikel wordt er een registratie gevoerd op basis van de gedane opgaven. De wijze waarop de melding en registratie plaatsvinden is niet in de CAR/UWO geregeld, doch behoort tot de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. De volgende regel wordt vastgesteld:

De opgaven van de nevenwerkzaamheden vinden schriftelijk plaats, onder vermelding van de naam van de medewerker, zijn ambtelijke functie, de aard van de werkzaamheden, het verband tussen die werkzaamheden en zijn functievervulling en de naam van de natuurlijke of rechtspersoon ten behoeve van wie de nevenwerkzaamheden worden of zullen worden verricht.

Op grond van lid 3 van bedoeld artikel zijn nevenwerkzaamheden verboden indien de goede vervulling van de functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze in verband staat met de functievervulling, niet in redelijkheid zou zijn verzekerd. In essentie komt het er op neer dat het college van burgemeester en wethouders toestemming moet geven voor het verrichten van gemelde nevenwerkzaamheden. De aspecten waarop wordt getoetst zijn: onoorbare belangenverstrengeling, botsing van belangen, schade aan het aanzien van het ambt en onvoldoende beschikbaarheid voor de functie.

De constatering dat een bepaalde nevenactiviteit zich niet (goed) verdraagt met de functie die een medewerker vervult, hoeft niet zonder meer tot een verbod te leiden. Daarbij valt te denken aan het maken van zodanige nadere afspraken over het verrichten van de nevenwerkzaamheden of het vervullen van de functie dat belangenverstrengeling of de mogelijkheid van nadelige beïnvloeding anderzijds zich niet meer voordoet. De verleende toestemming wordt opgenomen in het persoonsdossier van de betreffende medewerker.

Daarnaast worden de gemelde nevenwerkzaamheden opgenomen in een algemeen register dat wordt beheerd door de gemeentesecretaris. De registraties zijn niet openbaar en genieten bescherming op grond van de Wet persoonregistraties.

Het is de ambtenaar verboden middellijk of onmiddellijk deel te nemen aan aannemingen of leveringen ten behoeve van de openbare dienst (artikel 15:1:8, eerste lid CAR/UWO). Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan een situatie waarbij een medewerker nevenactiviteiten uitoefent op een bepaald gebied. Het is niet toegestaan dat de betreffende medewerker het product, dat hij mede tot stand brengt, slijt aan de gemeente Schermer. Vanuit zijn positie als medewerker kan hij immers te gemakkelijk invloed uitoefenen op een dergelijke transactie en zichzelf of de instantie waarvoor hij werkt bevoordelen.

ad d. Gebruik van gemeentelijke faciliteiten/eigendommen

Tenzij de ambtenaar daarvoor toestemming heeft gekregen van burgemeester en wethouders is het hem verboden ten eigen bate aan de gemeente toebehorende faciliteiten/eigendommen te gebruiken (artikel 15:1:3 CAR/UWO). Een zeer streng geformuleerd verbod dat in de praktijk nimmer naar de letter zal worden toegepast. Enkele voorbeelden:

  • -

    een medewerker maakt tijdens zijn lunchpauze een privé-brief op een dienst-PC en print deze op het kantoor uit;

  • -

    een medewerker maakt een paar kopieën voor privé-doeleinden.

Incidenteel gebruik, waarop de voorbeelden slaan, is toegestaan. Dagelijks gebruik is zeker geen incidenteel gebruik.

Het antwoord op de vraag of een bepaalde handelwijze al dan niet geoorloofd is, is niet eenvoudig te geven. Het zal sterk afhankelijk zijn van hetgeen wij als normpatroon bij de gemeente Schermer aanvaardbaar achten. In het algemeen geldt dat het vertrouwen van de burger in het optreden van de gemeente niet geschaad mag worden en de medewerker zeker geen misbruik mag maken van de hem gegeven bevoegdheden of van eigendommen van de gemeente.

ad e. Gebruik van gemeentelijke communicatiemiddelen

Naast het gebruik van de telefoon is het niet toegestaan aan de gemeente toebehorende computerprogramma’s en informatiesystemen voor eigen doeleinden te gebruiken. Het integriteitrisico behelst ook het niet acceptabel gebruikmaken van internet, e-mail en andere communicatiemiddelen. Voor het gebruik maken van deze communicatiemiddelen zijn een ‘E-mailprotocol’ en een ‘Reglement e-mail- en internetgebruik’ vastgesteld, dat aan elke PC-gebruiker ter hand wordt gesteld.

ad f. Vertrouwelijkheid/ geheimhoudingsplicht

In de CAR/UWO komen thans geen specifieke bepalingen omtrent geheimhouding meer voor. Een algemene bepaling omtrent geheimhouding is opgenomen in de Ambtenarenwet. Artikel 125 a, lid 3 Ambtenarenwet luidt als volgt: “De ambtenaar is verplicht tot geheimhouding van hetgeen hem in verband met zijn functie ter kennis is gekomen, voor zover die verplichting uit de aard der zaak volgt.”

Deze bepaling heeft aan gewicht gewonnen door de inwerkingtreding van de Wet openbaarheid van bestuur. Deze wet en de op grond van deze wet gemaakte verordeningen en gegeven instructies geven richting aan het gedrag van de bestuurder en de ambtenaar. Voor medewerkers, die werkzaam zijn in een functie waarin zij met geheime stukken in aanraking komen, geldt dat een specifieke geheimhoudingsbepaling van toepassing kan zijn. Voor het overige zal de medewerker zich in veel situaties zelf een oordeel moeten vormen over de vraag of ten aanzien van gegevens waarvan hij weet of kan vermoeden dat deze uit beleidsgevoeligheid of privacy vertrouwelijk zijn. Uiteraard is het verstandig om in geval van twijfel de veiligste weg te kiezen door te zwijgen dan wel de kwestie voor te leggen aan de leidinggevende. De gemeentesecretaris is aanspreekpunt met betrekking tot vragen over en interpretatie van de vastgestelde huisregels, waar bestuurders en ambtenaren terechtkunnen.

Voor nieuw personeel in dienst van de gemeente Schermer zal het afleggen van de ambtseed worden ingevoerd. Doel hiervan is om elke nieuwe ambtenaar bewust te maken van diens specifieke rol als ambtenaar.

III. Bedrijfsprocessen

Voor een goed integriteitbeleid is het noodzakelijk dat de procedures en de werkwijzen binnen de ambtelijke organisatie duidelijk en open zijn. Om dit te bereiken heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken de leidraad “Bewust Besturen” gepresenteerd als hulpmiddel om de kwetsbaarheid van de organisatie in beeld te brengen. Wij stellen voor dat dit hulpmiddel gebruikt wordt om de meest fraudegevoelige procedures tegen het licht te houden en eventuele zwakke punten in de werkwijze aan te passen. Voorgesteld wordt na vaststelling van deze integriteitnotitie het managementteam deze exercitie te laten uitvoeren en wel in de navolgende tijdsvolgorde:

  • 1.

    Bouwvergunningen

  • 2.

    Grondbeleid

  • 3.

    Horecavergunningen

  • 4.

    Afgifte waardedocumenten (o.a. reisdocumenten en rijbewijzen)

  • 5.

    Verstrekken en terugvorderen van uitkeringen

  • 6.

    Aanbestedings- en inkoopbeleid

  • 7.

    Invordering belastingen

  • 8.

    Milieuvergunningen

  • 9.

    Financiële administratie en verslaglegging.

IV. Aanvullende randvoorwaarden

In dit hoofdstuk komen de volgende zaken aan de orde:

  • -

    openheid van het integriteitbeleid

  • -

    sanctiebeleid

Openheid van het integriteitbeleid

De in deze notitie vastgestelde huisregels en doorlichting van de bedrijfsprocessen zullen nooit voor 100% dekking van het risico kunnen zorgen. Daarnaast is het zeer belangrijk dat er een algemeen besef van normen en waarden in de organisatie heerst, waardoor de weerbaarheid toeneemt. Daartoe is het van belang dat er optimale openheid wordt betracht. Voorgesteld wordt om het onderwerp integriteit – mede aan de hand van deze notitie – regelmatig in elk sectoroverleg aan de orde te stellen. Deze notitie wordt verder verspreid onder het ambtelijk apparaat.

Sanctiebeleid

Bij het vaststellen van het integriteitbeleid horen ook spelregels indien het vermoeden bestaat dat de regels niet worden nageleefd. Deze spelregels zijn opgenomen in de ‘Regeling Klokkenluiders gemeente Schermer’, vastgesteld op 27 november 2002 en het ‘Besluit Commissie Klokkenluiders Gemeentelijke Overheid’, van gelijke datum. Beide regelingen zijn te vinden de directory ‘personeelsaangelegenheden’ in Word. Op basis van het advies van de commissie kan het college overgaan tot het opleggen van disciplinaire straffen, zoals genoemd in de CAR/UWO.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Schermer op 11 januari 2005.

De burgemeester
De secretaris