Overheidsorganisatie | Gemeente Nieuw-Lekkerland |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van een éénmalig aansluitrecht Gemeente Nieuw-Lekkerland 2010 |
Citeertitel | Verordening éénmalig aansluitrecht 2010' |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | NLL-0902012 |
Geen
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-06-2010 | 01-01-2013 | Onbekend | 24-06-2010 Het Kontakt, 29-07-2010 | Onbekend |
De raad van de gemeente Nieuw-Lekkerland;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, d.d. 4 mei 2010;
Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;
Besluit vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van een éénmalig aansluitrecht
Gemeente Nieuw-Lekkerland 2010
Voor de toepassing van deze verordening wordt:
onder gemeentelijke riolering mede het voor de openbare dienst bestemde gemeentewater begrepen;
onder afvalwater verstaan water en stoffen die worden afgevoerd via de gemeentelijke riolering;
onder eigendom verstaan een roerende of een onroerende zaak;
onder aansluiting van een eigendom verstaan het leggen, door of in opdracht van de gemeente, van een aansluitleiding van het hoofdriool tot en met het ontstoppingsputje direct achter de perceelsgrens op particuliere grond aan het eigendom ten behoeve waarvan de aansluiting geschiedt, ertoe dienende om voor dat eigendom een directe of indirecte lozing op de hoofdriolering mogelijk maken.
onder een niet- standaard aansluiting wordt verstaan het ten behoeve van een individueel perceel extra te verrichten werkzaamheden in verband met de bij d. bedoelde aanleg van een aansluitleiding, bijvoorbeeld de aanleg van een persgemaal of het verrichten van een wegpersing of gestuurde boring.
Onder de naam aansluitrechten worden geheven ter zake van het genot van, door of vanwege de gemeente, verstrekte diensten in verband met het tot stand brengen van een directe of indirecte aansluiting van een eigendom op de gemeentelijke riolering.
Als belastingplichtige wordt aangemerkt:
degene die het eigendom als bedoeld bij artikel 2, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht en als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is;
de opdrachtgever als bedoeld bij lid a, dan wel degene die in opdracht, de aanvraag heeft ingediend middels een vastgesteld aanvraagformulier en heeft ondertekend.
a. Het recht als bedoeld in artikel 2 bedraagt voor een aansluiting met een lengte tot 5 strekkende meter met een diameter van ø 125 mm € 700,00;
b. voor elke strekkende meter meer of een deel daarvan € 70,00;
c. het recht als bedoeld in artikel 2 bedraagt voor een aansluiting met een lengte tot 5 strekkende meter met een diameter van ø 160 mm € 800,00;
d. voor elke strekkende meter meer of een deel daarvan € 75,00;
e. Indien bij een aansluiting van het perceel er sprake is van een niet- standaard aansluiting (mechanische riolering) dan worden de kosten van de totale aanleg in rekening gebracht.
De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende nota.
De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
1. De nota moet worden betaald in één termijn. De termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van de nota is vermeld.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
Bij de invordering van het recht wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van het éénmalig aansluitrecht.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 25 juni 2010.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010
Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening éénmalig aansluitrecht 2010'.
Besloten in de openbare raadsvergadering van 24 juni 2010.
De griffier, De voorzitter,
drs. T.W. Kanters ir. M. Houtman