| Overheidsorganisatie | Gemeente Bernisse |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening Fractieondersteuning 2009 |
| Citeertitel | Verordening Fractieondersteuning 2009 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp |
Geen
artikel 33 lid 2 en 3 van de Gemeentewet
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2009 | Nieuwe regeling | 07-07-2009 Onbekend | Onbekend |
De raad van de gemeente Bernisse
gelezen het voorstel van het presidium d.d. 25 juni 2009;
gelet op artikel 33 lid 2 en 3 van de Gemeentewet;
b e s l u i t:
vast te stellen de
Verordening Fractieondersteuning 2009
In deze verordening wordt verstaan onder:
Fractie: elke groepering zoals bedoeld in het reglement van orde, die deel uitmaakt van de raad;
Fractieondersteuning: een bedrag waar de fractie jaarlijks maximaal aanspraak op kan maken.
1. Het bedrag waarop een fractie aanspraak kan maken wordt bepaald op basis van een vaste component per fractie en per raadslid. De hoogte van beide componenten worden in het overleg van de fractievoorzitters vastgesteld en desgewenst aangepast.
2. De in lid 1 genoemde componenten worden geïndexeerd met het indexpercentage zoals dat geldt voor de gemeentelijke begroting.
3. Voor zover mogelijk worden de op grond van deze Verordening verstrekte voorschotten respectievelijk toegekende vergoedingen, ten laste gebracht van de budgetruimte op grond van het voor de Verordening Rechtspositie wethouders en raadsleden 2008 vastgestelde budget (70101010/ 343101).
4. Wanneer dit leidt tot budgetoverschrijding, kan de raad besluiten alsnog een vast budget ten behoeve van deze Verordening op te nemen in de begroting.
5. Voor het bepalen van de fracties en het aantal raadszetels per fractie wordt uitgegaan van de situatie op 1 januari van het betreffende jaar of, in een verkiezingsjaar, van de situatie in de eerste vergadering van de nieuwgekozen raad.
6. De fracties kunnen jaarlijks voor het lopende jaar een beroep doen op dit recht op fractieondersteuning.
7. De fractieondersteuning wordt op aanvraag bij de griffie, door de griffier als voorschot verstrekt.
8. In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt het voorschot verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. Ingaande de maand volgend op die waarin de nieuwe raad geïnstalleerd is, kan een aanvraag voor fractieondersteuning voor de overige maanden van dat jaar ingediend en op voorschot verstrekt worden.
9. Bevoorschotting voor een nieuwe raadsperiode van een fractie vindt niet eerder plaats, dan na definitieve toekenning van fractieondersteuning over de voorgaande raadsperiode en eventuele verrekening van ontvangen en niet of ten onrechte bestede voorschotten.
10. Afrekening van de verstrekte voorschotten vindt plaats aan het einde van de zittingsperiode van de raad. De griffier beoordeelt de gedane uitgaven op grond van de Voorwaarden en uitgesloten bestedingsdoelen (artikel 5). Deze bevindingen worden vervolgens voorgelegd aan het overleg van fractievoorzitters. Het overleg van fractievoorzitters adviseert de raad over te gaan tot definitieve toekenning van fractievergoeding per fractie en zo nodig terugvordering van reeds verstrekte voorschotten hierop. (Zie ook artikel 6 en 7)
1. Bij splitsing van een fractie wordt voor het lopende jaar de op grond van deze verordening vastgestelde fractieondersteuning voor de oorspronkelijke fractie, voor het resterende deel van dat jaar verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.
2. De door de betreffende fractie opgebouwde reserve blijft toebehoren aan de oorspronkelijke fractie. Is er sprake van splitsing van een samengestelde fractie, dan wordt ook de reserve verdeeld over de nieuw ontstane fracties, naar evenredigheid van het aantal raadsleden per fractie.
3. Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot over het lopende jaar bij de eerstvolgende bevoorschotting verrekend in overeenstemming met de verdeling die volgt uit het eerste lid.
4. Indien er geen bevoorschotting meer plaatsvindt na splitsing van de fractie vindt verrekening plaats aan het einde van de zittingsperiode van de raad.
1. Het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de fractieondersteuning mag door de fractie worden gereserveerd voor de duur van de zittingsperiode van de fractie in de raad. Het bestedingsdoel van de reserve dient in overeenstemming te zijn met de voorwaarden van deze verordening.
2. Na afloop van de zittingsperiode van de raad dienen alle fracties het resterende deel van de over dat jaar toegekende fractieondersteuning inclusief de reserve die zij hebben opgebouwd, onder aftrek van het gedeelte van de reserve dat moet worden aangewend voor de afhandeling van de personele verplichtingen, binnen 21 dagen terug te storten in de gemeentekas.
1. De fracties gebruiken de tegemoetkoming ter bekostiging van personele, materiële of andere kosten die verband houden met ondersteuning bij werkzaamheden om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.
2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:
uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;
betalingen of uitkeringen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen, rechtspersonen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van concrete prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde en reële declaratie;
giften;
uitgaven welke bestreden dienen te worden uit vergoedingen die de leden als gevolg van de Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2008 ontvangen;
cursussen, lezingen, seminars en opleidingen voor individuele raadsleden;
leningen, beleggingen of enige vorm van speculatie;
uitgaven ten behoeve van buitenlandse reizen;
reis- en verblijfskosten van raadsleden, anders dan die, welke worden gemaakt in verband met door de fractie georganiseerde werkbezoeken;
uitkeringen aan raadsleden ter compensatie van gederfde inkomsten, welke zij ten gevolge van hun tijdsbesteding aan het vervullen van het raadsschap of anderszins hebben geleden;
Cadeaus of relatiegeschenken tot € 50,-- zijn uitsluitend toegestaan, indien deze in relatie staan met diensten of werkzaamheden, welke de ontvanger belangeloos ten behoeve van de fractie heeft verricht en die ten dienste hebben gestaan van een functie als genoemd in lid 1 van dit artikel;
3. Beoordeling van de vraag of een uitgave past binnen het bestedingsdoel van de verordening vindt in eerste instantie plaats door de fractievoorzitter en in laatste instantie, bij de definitieve toekenning van de fractievergoeding, door de raad. De griffier en het overleg van fractievoorzitters vervullen hierin een adviserende rol.
1. Indien in strijd wordt gehandeld met het gestelde in deze verordening heeft de raad – op voorstel van het overleg van fractievoorzitters - de bevoegdheid de in het geding zijnde uitgaven terug te vorderen dan wel te verrekenen met de tegemoetkoming voor het volgende jaar.
2. Indien niet wordt voldaan aan het gestelde in deze verordening heeft de raad - al dan niet op voorstel van het overleg van fractievoorzitters - de bevoegdheid de toekenning van de tegemoetkoming voor het volgende jaar op te schorten.
1. De fractie is verantwoordelijk voor een rechtmatige besteding van de ontvangen fractieondersteuning en het voldoen aan de verplichtingen zoals gesteld in deze verordening.
2. Alle fracties leggen jaarlijks voor 1 maart in het jaar volgend op het kalenderjaar waarop de op voorschot verstrekte vergoeding betrekking heeft, aan de griffie verantwoording af over de besteding van de fractieondersteuning onder overlegging van een verslag.
3. Aan het eind van de zittingsperiode van de raad vindt de finale verantwoording over de gehele periode plaats door middel van een eindverslag. Dit wordt ingediend binnen 1 maand na de verkiezingen.
4. De raad kan nadere eisen stellen ten aanzien van de verslagen.
5. De verslagen zijn openbaar.
6. De griffier is budgethouder en beoordeelt in eerste aanleg de verslagen. Bij twijfels over de rechtmatigheid van de bestedingen treedt de griffier in overleg met de betreffende fractievoorzitter. Desgewenst kan de griffier de rechtmatigheid van bestedingen voorleggen aan het overleg van fractievoorzitters.
7. De griffier controleert aan het einde van de zittingsperiode van de raad de verantwoording en de gevoerde administratie op basis van het eindverslag en de daaraan voorafgaand ontvangen verslagen.
8. Op basis van diens bevindingen adviseert deze het overleg van fractievoorzitters betreffende het door de raad te nemen besluit inzake de definitieve toekenning van fractievergoeding dan wel de terugvordering van ontvangen en niet of ten onrechte bestede voorschotten.
9. In het kader van de jaarrekening controle wordt de naleving van deze verordening door de accountant gecontroleerd op getrouwheid en rechtmatigheid.
1. De fracties dienen gebruik te maken van een rechtspersoon voor het in dienst nemen van medewerkers.
2. Een kopie van de inschrijving van de rechtspersoon bij de Kamer van Koophandel wordt aan de raad ter kennisneming gezonden.
3. Loonkosten van fractiemedewerkers worden betaald uit de fractieondersteuning.
4. De raad kan nadere regels stellen omtrent de registratie van fractiemedewerkers.
De raad kan nadere regels stellen ten aanzien van:
de wijze waarop de bevoorschotting van de fractieondersteuning wordt uitbetaald;
de wijze waarop en de eventuele voorwaarden waaronder een fractie verantwoording aflegt over de besteding van de fractieondersteuning;
de wijze waarop terugbetaling plaatsvindt van het in een boekjaar niet uitgegeven deel van de fractieondersteuning;
Deze verordening treedt in werking ingaande het kalenderjaar 2009.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Fractieondersteuning 2009.
Abbenbroek, d.d. 7juli 2009
De raad voornoemd,
De griffier De voorzitter,
J.A. Fröling-Kok P.J. Bouvy-Koene
Algemeen
Artikel 33 van de Gemeentewet is door de Wet dualisering gemeentebestuur ingrijpend gewijzigd. Het legt expliciet vast dat politieke groeperingen recht op fractieondersteuning hebben en dat de uitwerking hiervan bij verordening moet worden geregeld.
Er is voor gekozen in deze verordening zo duidelijk mogelijk te zijn, maar niet alles “dicht” te willen regelen. Het stellen van allerlei voorwaarden en eisen leidt ertoe dat ook gecontroleerd moet worden of aan de regelgeving wordt voldaan. Mede gelet op de hoogte van de bedragen zou een strakkere regelgeving de uitvoering van de verordening niet doelmatig maken.
Alle in de verordening genoemde data en tijdsduren zijn termijnen van orde. Overschrijding heeft geen rechtsgevolg.
Artikelgewijze toelichting
Artikel 1 Algemene Bepalingen
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 2 Omvang en recht fractieondersteuning
Fractieondersteuning vindt zijn vorm in een financiële ondersteuning. De hoogte van het budget voor fractieondersteuning zal in de gemeentebegroting moeten worden opgenomen en op voorstel van het overleg van fractievoorzitters, door de raad worden vastgesteld. De fractieondersteuning bestaat uit een vast deel per fractie en per raadslid. Het vaste deel per fractie garandeert dat elke fractie de kans krijgt zich op gelijkwaardig niveau te laten ondersteunen.
De fractieondersteuning wordt op aanvraag als voorschot verstrekt. In een verkiezingsjaar wordt het voorschot in twee gedeelten gesplitst. Het is logisch dat het aangepast wordt aan de nieuwe verhoudingen in de raad. Indien blijkt dat het geld onrechtmatig of niet besteed is, dan wordt dit verrekend of teruggevorderd.
Artikel 3 Wijziging omvang fractie
Het spreekt vanzelf dat de bijdrage aangepast zal moeten worden aan veranderde verhoudingen in de raad.
Bij splitsing van een fractie zal het al eerder verstrekte voorschot verrekend moeten worden. Als dat niet zou gebeuren zou een deel van de oorspronkelijke fractie over een te groot voorschot beschikken en zou het andere deel juist helemaal geen voorschot krijgen. Deze verrekening zal zo spoedig mogelijk na de splitsing, maar in ieder geval bij de eerstvolgende bevoorschotting, dan wel uiterlijk bij de definitieve toekenning en/ of verrekening plaatsvinden.
Ook met betrekking tot de reserve is het van belang dat goed wordt omgegaan met de splitsing van een fractie. In deze verordening wordt onderscheid gemaakt tussen fractieleden die hun fractie/ partij verlaten en een fractie gevormd door twee (of meer) partijen, die besluiten ieder als aparte fractie verder te gaan. In het eerste geval wordt de reserve beschouwd als de reserve van de bestaande fractie. In het tweede geval wordt de reserve beschouwd als reserve van fractieleden behorend tot elk van de partijen. Er vanuit gaande dat partijen hun fractieverband splitsen, ligt het in de rede ook de opgebouwde reserve te splitsen naar evenredigheid van het aantal fractieleden per partij.
Artikel 4 Reservevorming
De reserve bestaat uit het overschot van voorgaande jaren. Dit bedrag zal niet eindeloos mogen groeien. Dit artikel regelt de besteding en zo nodig de teruggaaf van de opgebouwde reserve.
Artikel 5 Voorwaarden en uitgesloten bestedingsdoelen
De fracties wordt grotendeels de vrijheid gelaten wat betreft de inhoudelijke besteding van de fractieondersteuning. Minimumvoorwaarde is wel dat de bijdrage besteed wordt aan raadswerkzaamheden. Verder is een aantal doelen genoemd waarvoor de bijdrage niet gebruikt mag worden. Daarmee wordt onder andere voorkomen dat met de bijdrage verkiezingscampagnes worden gefinancierd en dat raadsleden hun eigen vergoeding voor het raadswerk (vastgelegd in het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, dat zijn grondslag vindt in de artikelen 95 en 96 van de Gemeentewet) aanvullen met de bijdrage voor fractieondersteuning. Opleidingen voor raadsleden dienen bekostigd te worden uit het daarvoor beschikbare budget op grond van de “Verordening Voorziening Wethouders en raadsleden voor de gemeente Bernisse” en dientengevolge ook niet uit de bijdrage voor fractieondersteuning.
Omdat het bij uitstek om politieke ondersteuning gaan kan deze inhoudelijk niet te zeer gedetailleerd geregeld worden, maar gelet op de opgedane ervaringen is aangescherpt waaraan de bijdrage niet besteed mag worden. Er zullen zich altijd twijfelgevallen blijven voordoen. In dat geval is het raadzaam de mogelijke uitgaaf eerst te bespreken in het overleg van fractievoorzitters.
Een andere (wettelijke) regeling op grond waarvan een uitgaaf wordt gedaan is het Rechtspositiebesluit raads-en commissieleden.
Het bepaalde over betalingen aan politieke partijen is aangescherpt. Als een landelijke partij bij al haar lokale afdelingen kosten in rekening brengt voor algemene diensten, dan betreft het geen specifieke en herkenbare aan die fractie geleverde prestatie en kunnen die kosten niet uit de fractiebijdragen worden vergoed.
Over lidmaatschappen kan discussie ontstaan in welke mate het een betaling betreft aan een politieke partij. Voor alle duidelijkheid is er daarom voor gekozen dat kosten voor alle lidmaatschappen niet ten laste van de bijdrage kunnen worden gebracht.
Giften kunnen niet betaald worden uit de bijdrage. Het staat fracties wel vrij relatiegeschenken van geringe waarde weg te geven. Het is ook mogelijk iemand een aandenken te geven als hij of zij een prestatie heeft geleverd aan de fractie waar geen financiële vergoeding tegenover staat. Te denken is bijvoorbeeld aan het geven van een boekenbon aan een spreker. Tussen de waarde van het aandenken en de financiële waardering van de prestatie dient een duidelijk verschil te bestaan.
Voorbeelden waaraan de bijdrage door een fractie kan worden besteed zijn o.a.:
bouw en onderhoud website
organiseren bijeenkomsten
spreekuur, e-maildienst of telefoonnummer voor vragen
secretariële ondersteuning
onderzoeksondersteuning
het inhuren van extern advies
het aantrekken van een fractieassistent, fractiesecretaris of ander personeel
financiële en facilitaire ondersteuning bij het uitwerken van initiatieven ter invulling van de volksvertegenwoordigende rol
contra-expertise
excursies
Artikel 6 Handelingen in strijd met de verordening
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 7 Verantwoording
De controle op de naleving van het bepaalde in deze verordening zal door de accountant meegenomen worden met de controle op de jaarrekening van de gemeente.
Uit praktische overwegingen is er voor gekozen de fracties te verplichten jaarlijks verslag te doen van bestedingen. Hiermee wordt ten aanzien van een rechtmatige besteding van gelden een correcte verantwoording de vinger aan de pols gehouden. Ten behoeve van de verantwoording zal vanuit de gemeente een format ontwikkeld worden. Ten aanzien van de uitgaven zullen ook (indien redelijkerwijs mogelijk) bonnen overlegd moeten worden.
Aan het eind van de raadsperiode vindt vervolgens de definitieve toekenning en afrekening plaats. Dit betekent dat de administratieve afhandeling binnen de gemeente en door fractievoorzitters en raad zich beperkt tot eenmaal per raadsperiode.
Artikel 8 Fractiemedewerkers
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 9 Nadere regels
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 10 Slotbepalingen
Dit artikel behoeft geen toelichting.