Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Menterwolde

Algemene Subsidieverordening Gemeente Menterwolde 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Menterwolde
Officiële naam regelingAlgemene Subsidieverordening Gemeente Menterwolde 2014
CiteertitelAlgemene Subsidieverordening gemeente Menterwolde 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 Gemeentewet
  2. artikel 4:23 lid 1 Algemene wet bestuursrecht.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-12-201401-01-2020gewijzigde regelgeving

11-12-2014

Gemeenteblad nr. 81632

Algemene subsidieverordening gemeente Menterwolde

Tekst van de regeling

 No: 6/11

De raad van de gemeente Menterwolde;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders en gehoord de Raadscommissie op 20 november 2014;

gelet op artikel 149 Gemeentewet;

gelet op artikel 4:23 lid 1 Algemene wet bestuursrecht.

B e s l u i t :

vast te stellen de :

 

Algemene Subsidieverordening gemeente Menterwolde 2014

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Raad: de raad van de gemeente Menterwolde

  • b.

    College: het college van burgemeester & wethouders van de gemeente Menterwolde

  • c.

    Subsidie: de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het

oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het

bestuursorgaan geleverde goederen of diensten;

Artikel 2 Reikwijdte verordening

Voor alle in de gemeentebegroting opgenomen beleidsprogramma’s kan subsidie worden verstrekt.

Artikel 3 Bevoegdheid college

Het college stelt bij nadere regeling (hierna te noemen: subsidieregels) vast welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie. Voor zover van toepassing, wordt hierin tevens bepaald welke doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen, hoe de subsidie wordt berekend en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald.

Artikel 4 Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud

  • 1. De raad stelt jaarlijks bij de vaststelling van de begroting de subsidieplafonds vast.

  • 2. Een subsidie ten laste van een begroting, die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.

Artikel 5 Aanvraag

  • 1. De aanvraag voor een subsidie wordt schriftelijk ingediend bij het college met gebruikmaking van een aanvraagformulier

  • 2. Bij een aanvraag om subsidie overlegt de aanvrager de volgende gegevens:

    a. een beschrijving van de activiteiten waar subsidie voor wordt aangevraagd;

    b. de doelen en resultaten, die daarmee worden nagestreefd, en hoe de activiteiten daaraan bijdragen.

    c. een begroting en een dekkingsplan van de kosten van deze activiteiten. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij anderen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan.

  • 3. Als het een subsidie betreft die per boekjaar aan een rechtspersoon wordt verstrekt, de stand van de egalisatiereserve op het moment van de aanvraag.

  • 4. Een aanvrager voor de eerste maal een subsidie aanvraagt, voegt een exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, het jaarverslag, de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar als bijlagen toe aan de aanvraag.

  • 5. Bij subsidieregeling kan van de voorgaande leden worden afgeweken.

Artikel 6 Aanvraagtermijn

  • 1. Een aanvraag voor een subsidie wordt ingediend uiterlijk 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft;

  • 2. In afwijking van het voorgaande lid worden aanvragen voor het subsidiejaar 2015 uiterlijk voor 1 april 2015 ingediend.

  • 3. Bij subsidieregeling kunnen afwijkende termijnen worden vastgesteld.

Artikel 7 Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag voor een subsidie binnen 8 weken na ontvangst van de volledige aanvraag. Deze termijn kan eenmaal met ten hoogste 4 weken worden verdaagd.

  • 2. Bij subsidieregeling kunnen afwijkende termijnen worden vastgesteld.

Artikel 8 Weigeringsgronden

  • 1. Het college kan een subsidie weigeren als de te subsidiëren activiteiten niet of niet in overwegende mate gericht zijn op de gemeente of haar ingezetenen of als ze onvoldoende ten goede komen aan de gemeente of haar ingezetenen.

  • 2. Het college kan een subsidie weigeren indien de organisatie of vereniging die de subsidieaanvraag indient minder dan 50% leden heeft die binnen de grenzen wonen van de gemeente Menterwolde.

  • 3. Het college kan de subsidie weigeren in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

  • 4. De subsidieverlening wordt geweigerd indien er sprake is van activiteiten die partijpolitiek en/of religieus/ levensbeschouwelijk van aard zijn, activiteiten die voortvloeien uit partijpolitieke, godsdienstige en/of religieus/levenbeschouwelijke motieven dan wel activiteiten die een vorming en/of verspreiding op deze terreinen tot doel hebben.

  • 5. De subsidie-ontvanger dient minimaal 30% van het totaal benodigde budget zelf te financieren.

  • 6. Bij subsidieregeling kan van de voorgaande leden worden afgeweken, met uitzondering van lid 4.

Artikel 9 Verlening subsidie

  • 1. In het besluit tot verlening van de subsidie geeft het college aan op welke wijze de verantwoording van de ontvangen subsidie plaatsvindt.

  • 2. Het college is bevoegd om verplichtingen aan het besluit tot subsidieverlening te verbinden met betrekking tot het beheer en gebruik van hetgeen met de subsidie tot stand is gebracht.

  • 3. Bij subsidies hoger dan € 50.000, verleend voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan de verplichting worden opgelegd tot het tussentijds afleggen van rekening en verantwoording over de tot dan verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten. De verantwoording wordt niet vaker dan één keer per jaar verlangd.

Artikel 10 Betaling en bevoorschotting

  • 1. Bij subsidies tot een bedrag van € 1.000,- vindt de betaling van de gehele subsidie in één bedrag plaats, binnen zes weken na de bekendmaking van het besluit.

  • 2. Alle overige vormen van subsidie worden door het college bij wijze van voorschotverlening betaalbaar gesteld. Verleende voorschotten bedragen in totaal niet meer dan 80% van de verleende subsidie. De resterende 20% wordt betaald na de subsidievaststelling, tenzij de subsidie op een lager bedrag wordt vastgesteld of wordt teruggevorderd.

Artikel 11 Algemene verplichtingen van de subsidie-ontvanger

  • 1. Als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan, meldt de subsidie-ontvanger dat terstond aan het college.

  • 2. Een subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over:

    a. Besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten, waarvoor subsidie is verleend, dan wel ontbinding van de subsidie ontvangende rechtspersoon;

    b. Relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhouding met derden;

    c. Ontwikkelingen die er toe kunnen leiden dat aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen;

    d. Wijziging van de statuten voor zover het betreft de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) en het doel van de rechtspersoon.

Artikel 12 Verantwoording subsidies tot € 1.000

  • 1. Subsidies tot € 1.000 worden door het college: a. direct vastgesteld of; b. ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken, nadat de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.

  • 2. Bij subsidies tot € 1.000,- verplicht het college de aanvrager om aan te tonen dat de gesubsidieerde activiteiten hebben plaats gevonden. Dit kan in de vorm van een kort activiteitenverslag of een foto van de gesubsidieerde activiteit. Los van deze verantwoording worden jaarlijks 10% van de subsidieaanvragen (afronding naar boven) uit deze categorie aselect via een steekproef geselecteerd voor een meer uitgebreide verantwoording. Hierbij gaat het niet alleen om een inhoudelijke verantwoording, maar ook om een financieel overzicht waaruit blijkt hoe de subsidie voor de aangevraagde activiteit is ingezet. De gemeente hanteert bij deze steekproef de volgende termijnen:

    a. vóór 1 april in het kalenderjaar volgend op de subsidieverstrekking worden deze instellingen geselecteerd;

    b. de geselecteerde instellingen krijgen een termijn van 6 weken om het inhoudelijke en financiële verslag bij de gemeente in te dienen; zij dienen hiervoor gebruik te maken van door het college toegestuurde formulieren;

    c. de gemeente stelt binnen een termijn van 13 weken na ontvangst van de genoemde verslagen onder b de subsidie vast.

Artikel 13 Verantwoording subsidies vanaf € 1.000 tot € 50.000

  • 1. Indien de subsidieverlening meer bedraagt dan € 1.000, maar minder dan € 50.000, dient de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken na het verricht zijn van de activiteiten een aanvraag tot vaststelling in bij het college.

  • 2. De aanvraag tot vaststelling bevat een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht.

  • 3. Vanaf een jaarlijkse subsidie van € 20.000 dient de subsidieontvanger, naast het bepaalde in het tweede lid, een getrouwheidsverklaring bij een financiële verantwoording in te dienen.

  • 4. Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn, worden overgelegd.

Artikel 14 Verantwoording subsidies vanaf € 50.000

  • 1. Indien de subsidieverlening meer bedraagt dan € 50.000, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling in bij het college; Deze subsidieverantwoording wordt ingediend uiterlijk 1 mei volgend op het kalenderjaar waarin de subsidie is verstrekt;

  • 2. De aanvraag tot vaststelling bevat:

    a. een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;

    b. een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening);

    c. een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop;

    d. een gewaarmerkte accountantsverklaring bij een financiële verantwoording;

  • 3. Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn, worden overlegd.

Artikel 15 Vaststelling subsidie

  • 1. Het college stelt binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling de subsidie vast.

  • 2. Deze termijn kan eenmaal voor ten hoogste 6 weken worden verdaagd.

  • 3. Indien uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het eerste lid genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 4. Het college kan categorieën van subsidies of subsidieontvangers aanwijzen waarvoor de subsidie direct kan worden vastgesteld zonder dat de subsidieontvanger een aanvraag voor subsidievaststelling hoeft in te dienen.

  • 5. Indien de aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het in het eerste lid genoemde tijdstip is ontvangen, gaat het college zes weken na een eenmalig rappel over tot ambtshalve vaststelling.

Artikel 16 Hardheidsclausule

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen deze verordening in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.

  • 2. Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in het besluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.

Artikel 17 Overgangsbepalingen

Op subsidies waarvoor de aanvraag tot verlening is ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening blijft de Algemene Subsidieverordening Gemeente Menterwolde 2013 van toepassing.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.

Artikel 19 Slotbepaling en citeertitel

  • 1. Met het inwerking treden van deze verordening wordt de “Algemene Subsidieverordening Gemeente Menterwolde”, vastgesteld bij raadsbesluit van 21 maart 2013, ingetrokken.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als “Algemene Subsidieverordening Gemeente Menterwolde 2014”.

Ondertekening

Muntendam, 11 december 2014

De raad voornoemd,

De voorzitter, De griffier,

(E.A. van Zuijlen) (F.A.P. Grit)