Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Naarden

Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Naarden
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015
CiteertitelVerordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Artikel 223 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-12-2014Nieuwe verordening

10-12-2014

Gemeenteblad, jaargang 2014, nr. 74890

RV14.045

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Naarden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2014, RV14.045; gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de ‘Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015’.

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

1. Onder de naam "forensenbelasting" wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan negentig dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.

2.  Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3 Vrijstellingen

1. Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft;

2.  Niet belastingplichtig is degene die verblijf houdt in een gemeubileerde woning indien ter zake van dat verblijf in of het ter beschikking houden van die woning toeristenbelasting is verschuldigd.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

1. De belasting wordt berekend naar de waarde in het economische verkeer van de woning.

2. De waarde wordt bepaald op de waarde die aan de onroerende zaak dient te worden toegekend, indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin die zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen.

3. De waarde in het economische verkeer is die bij het begin van het belastingjaar.

4. De belasting bedraagt bij een waarde van:

a € 100.000 of minder € 445,00;

b meer dan € 100.000 doch minder dan € 200.000 € 667,00;

c meer dan € 200.000 doch minder dan € 400.000 € 1.339,00;

d meer dan € 400.000 doch minder dan € 600.000 € 2.233,00;

e meer dan € 600.000 doch minder dan € 800.000 € 3.127,00;

f  meer dan €  800.000 doch minder dan € 1.000.000 € 4.011,00;

g meer dan € 1.000.000 doch minder dan € 2.000.000 € 6.705,00;

h meer dan € 2.000.000 doch minder dan € 4.000.000 € 8.940,00;

i € 4.000.000 of meer € 11.176,00.

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt bij geheven bij wege van aanslag.

Artikel 7 Termijnen van betaling

1. De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk zes weken na de dagtekening van het aanslagbiljet.

2. In afwijking van het eerste lid geldt, in het geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 100,00 doch minder dan € 5.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. Eventuele afrondingsverschillen moeten in de laatste termijn worden betaald.

3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.

Artikel 10 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 2 is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening een gemeubileerde woning beschikbaar gaat houden, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d van de Gemeentewet.

Artikel 11 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeerartikel

1.  De ‘Verordening forensenbelasting 2014’, vastgesteld door de raad van de gemeente Naarden op 11 december 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de be­kendmaking.

3.  De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

4.  Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening forensenbelasting 2015’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

der gemeente Naarden, gehouden op 10 december 2014.

de voorzitter,

de griffier,