Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Franekeradeel

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Franekeradeel 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Franekeradeel
Officiële naam regelingVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Franekeradeel 2014
CiteertitelVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Franekeradeel 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

art. 33 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-10-2014Nieuwe regeling

23-10-2014

Overheid.nl

14. 202453

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Franekeradeel 2014

Paragraaf 1: Ambtelijke bijstand

Artikel 1 – verzoek om ambtelijke bijstand

  • 1.

    Een raadslid wendt zich tot de griffier of een ambtenaar met een verzoek om:

    • a.

      feitelijke informatie van geringe omvang;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn.

  • 2.

    Indien de ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld onderhet eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretarisbeslist.

  • 3.

    Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen vanvoorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 4.

    De bijstand, bedoeld in het derde lid, wordt verleend door de griffier of een medewerkervan de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker vande griffie kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meerambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2 – verlenen van ambtelijke bijstand

  • 1.

    Een ambtenaar verleent op verzoek ambtelijke bijstand tenzij:

    • a.

      het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op dewerkzaamheden van de raad;

    • b.

      dit het belang van de gemeente kan schaden.

  • 2.

    De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerdwordt.

  • 3.

    Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit metredenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3 – weigering verzoek ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan degriffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. Deburgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.

Artikel 4 – geschil over ambtelijke bijstand

  • 1.

    Indien een raadslid niet tevreden is over de door een ambtenaar verleende bijstand,doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

  • 2.

    Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigendeoplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zospoedig mogelijk over de zaak.

Artikel 5 – inhoud vertrouwelijk

  • 1.

    De inhoud van een verzoek om ambtelijk bijstand of de inhoud van het gegeven adviesblijft in principe vertrouwelijk.

  • 2.

    Indien het college of leden van het college over de hier genoemde inhoud informatiewensen wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Paragraaf 2: Fractieondersteuning

Artikel 6 – berekening financiële fractiebijdrage

  • 1.

    De fracties, zoals bedoeld in artikel 7 van het reglement van orde, ontvangen jaarlijks eenfinanciële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

  • 2.

    Deze bijdrage bestaat uit:

    • a.

      een bedrag per fractie, groot 75 procent van het budget voor fractieondersteuning,gedeeld door het aantal fracties;

    • b.

      een bedrag per fractielid, groot 25 procent van het budget voor fractieondersteuning,gedeeld door het aantal raadsleden.

Artikel 7 – bestedingsdoel bijdrage

  • 1.

    Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende encontrolerende rol te versterken.

  • 2.

    De bijdrage mag alleen worden gebruikt voor fractieactiviteiten en niet gebruikt wordenter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen ofnatuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen)geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolgehet rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • e.

      opleidingen voor individuele raads- en commissieleden.

Artikel 8 - voorschot

  • 1.

    De bijdrage voor fractieondersteuning wordt, direct na afrekening van het voorgaandejaar, als voorschot op het lopende kalenderjaar verstrekt. Fracties kunnen op verzoekhet voorschot op een eerder moment in het betreffende jaar ontvangen.

  • 2.

    In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden is artikel 9, 1e lid van toepassing opvoorschotbetaling.

  • 3.

    Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor hetcollege de bedragen heeft vastgesteld bedoeld in artikel 11, derde lid.

Artikel 9 - wijziging fractiegrootte

  • 1.

    In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt de bijdrage verstrekt aan de:

    • -

      zittende fracties tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden;

    • -

      nieuwe fracties voor de overige maanden van dat jaar.

  • 2.

    Bij splitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 6, tweede lid, vastgesteldebijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naarevenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 3.

    Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschotverrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.

Artikel 10 - reserve

  • 1.

    De fractie kan op verzoek het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdragereserveren ter besteding door die fractie in volgende jaren van diezelfde raadsperiode.

  • 2.

    De reserve is niet groter dan 300% van de bijdrage die de fractie in het voorgaandekalenderjaar toekwam ingevolge artikel 6.

  • 3.

    Het beroep in enig jaar op de opgebouwde reserve, komt tot uitdrukking in de afrekeningals bedoeld in artikel 11 over dat jaar.

  • 4.

    Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naarevenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve nietmeer bedraagt dan 300% van de bijdrage die de oorspronkelijke fractie in het voorgaandekalenderjaar ontving.

Artikel 11 – verantwoording en controle

  • 1.

    Elke fractie legt, binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan hetseniorenconvent, door tussenkomst van de griffier, verantwoording af over de besteding vande bijdrage voor fractieondersteuning onder overlegging van:

    • a.

      een door de fractievoorzitter ondertekent financieel verantwoordingsverslag,voorzien van onderliggende stukken;

    • b.

      een verklaring - of een korte toelichting van de inhoudelijke activiteiten – waaruitkan worden opgemaakt dat het fractieondersteunende, en geen individuele ofpartijpolitieke activiteiten betreft.

  • 2.

    Bij een bijdrage vanaf € 25.000,- vindt controle van het verslag plaats door de accountant,belast met de controle van de jaarrekening. De accountant brengt advies uit aan hetseniorenconvent, door tussenkomst van de griffier.

  • 3.

    De raad stelt met inachtneming van het tweede lid, de bedragen vast van:

    • a.

      de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigdzijn en, voor zover nodig, de reserve;

    • b.

      de verrekening tussen de in onderdeel a. genoemde uitgaven en het ontvangenvoorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangenvoorschotten.

Paragraaf 3 Slotbepaling

Artikel 12 – in werking treding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag nadat na bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening is niet van toepassing op bijdragen die vóór de inwerkingtreding vandeze verordening zijn verleend of vastgesteld.

  • 3.

    Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de ‘verordening op deambtelijke bijstand en de fractieondersteuning Franekeradeel 2003’ ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare

raadsvergadering van 23 oktober 2014,

, voorzitter

, griffier