| Overheidsorganisatie | Deelgemeente Amsterdam - Oost |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Subsidieregeling tegemoetkoming in de kosten van sportverenigingsvergunningen 2014 |
| Citeertitel | Subsidieregeling tegemoetkoming in de kosten van sportverenigingsvergunningen 2014 |
| Vastgesteld door | gedelegeerde functionaris |
| Onderwerp | |
| Eigen onderwerp | Cultuur, sport en recreatie |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: -
Algemene wet bestuursrecht, titel 4.2
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-04-2014 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 11-03-2014 Stadsblad De Echo, jaar 2014, weeknummer 13, 26 maart 2014 | Z-14-03673/INT-14-00745 |
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. ASA: Algemene Subsidieverordening Amsterdam, stadsdeel Oost;
b. Parkeerverordening: de vigerende Parkeerverordening van de gemeente Amsterdam;
c. Verordening Parkeerbelastingen: de vigerende Verordening Parkeerbelastingen van de gemeente Amsterdam;
d. sportvereniging: een niet-commerciële sportorganisatie die gevestigd is een vergunninggebied binnen het stadsdeel Oost en die is aangesloten bij een door het NOC*NSF erkende sportbond;
e. sportverenigingvergunning: een parkeervergunning als bedoeld in artikel 13 van de Parkeerverordening;
f. vergunninggebied: een gebied als bedoeld in artikel 1 ll. van de Parkeerverordening.
Deze subsidieregeling heeft tot doel sportverenigingen in staat te stellen voldoende vrijwilligers te werven en te behouden, door aan de sportvereniging een financiële tegemoetkoming aan te bieden in de kosten van maximaal 10 sportverenigingvergunningen die zij kunnen laten gebruiken door hun vrijwilligers.
Het dagelijks bestuur kan subsidie verlenen ten behoeve van de aanschaf en de verlenging van de geldigheid van een sportverenigingvergunning door een sportverenging, tot ten hoogste 10 sportverenigingvergunningen per sportvereniging.
1. Het dagelijks bestuur stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.
2. Voor het jaar 2014 bedraagt het subsidieplafond € 31.093.
1. De subsidieaanvraag wordt ingediend door het bestuur van de sportvereniging.
2. In afwijking van artikel 5, tweede lid van de ASA, wordt bij de aanvraag wordt vermeld of overgelegd:
- het adres van de accommodatie waar de activiteiten van de sportvereniging plaatsvinden;
- het aantal sportverenigingvergunningen waarvoor subsidie wordt aangevraagd;
- kopie van de verleende sportverenigingvergunning(en) of een ander document waaruit blijkt dat de sportverenigingvergunning is toegekend;
- meest recente betaalbewijs van de parkeerbelasting voor de sportverenigingvergunning(en), waarvoor subsidie wordt aangevraagd.
3. Een aanvraag op grond van deze regeling kan gedurende het gehele jaar worden ingediend.
4. De subsidie heeft betrekking op een heel kalenderjaar.
In afwijking van artikel 8 van de ASA beslist het dagelijks bestuur op een aanvraag voor een eenmalige subsidie binnen vier weken na ontvangst van een volledige aanvraag.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten van de betaalde parkeerbelasting als bedoeld in de Verordening Parkeerbelastingen voor een sportverenigingvergunning. tot een maximum van 10 sportverenigingvergunningen.
1. Deze regeling treedt in werking op op 1 april 2014.
2. Deze regeling vervalt op 1 januari 2016.
3. Deze regeling kan worden aangehaald als Subsidieregeling tegemoetkoming in de kosten van sportverenigingvergunningen 2014.
Op 27 augustus 2002 heeft de raad van het toenmalige stadsdeel Oost-Watergraafsmeer het voorstel behandeld om het betaald parkeren in de wijk Middenmeer uit te breiden tot en met de sportparken. De parkeerdruk in deze wijk was hoog opgelopen, doordat met name forensen dit gebied hadden ontdekt als één van de laatste stukjes Amsterdam, waar nog gratis kon worden geparkeerd.
bij de sportverenigingen, die hun accommodatie hadden op de sportparken Middenmeer en Voorland, bestond echter de vrees dat veel kaderleden en vrijwilligers zouden afhaken als zij bij de uitoefening van hun vrijwillig werk voortaan parkeerbelasting zouden moeten gaan betalen.
De raad van het toenmalige stadsdeel Oost-Watergraafsmeer heeft toen een jaarlijks budget van € 35.000 beschikbaar gesteld om sportverenigingvergunningen aan te schaffen en die ter beschikking te stellen aan de sportverenigingen.
In die tijd konden, op grond van de Parkeerverordening, maximaal 10 sportverenigingvergunningen per sportvereniging worden verleend.
Vanaf 2006 is dit maximum uit de Parkeerverordening geschrapt, en kunnen sportverenigingen 1 sportverenigingvergunning per 10 leden aanvragen. In de praktijk werden echter niet meer dan 10 sportverenigingvergunningen per vereniging aangevraagd.
In 2009 werd echter, nadat de parkeertarieven fors verhoogd waren op grond van de gemeentelijke nota "Voorrang voor een gezonde stad", het vraagstuk actueel, dat sportverenigingen een veel hoger aantal sportverenigingvergunningen gingen aanvragen op kosten van het stadsdeel.
Bij besluit van 13 oktober 2009 (nr. 125156) heeft het dagelijks bestuur van het toenmalige stadsdeel Oost-Watergraafsmeer daarom vastgelegd dat maximaal 10 sportverenigingvergunningen per sportvereniging voor gratis verstrekking door het stadsdeel in aanmerking komen. Eventuele meerdere sportverenigingvergunningen, waarop de sportvereniging recht heeft, moeten door de sportvereniging zelf betaald worden.
Het voormalige stadsdeel Zeeburg heeft een dergelijke regeling nooit gekend, omdat daar geen grote sportparken aanwezig waren, die binnen een gebied met betaald parkeren kwamen te liggen.
In het kader van het harmoniseren van het parkeerbeleid van de voormalige stadsdelen Oost-Watergraafsmeer en Zeeburg is ook het verstrekken van sportverenigingvergunningen op kosten van het stadsdeel aan de orde gekomen.
Bij de vaststelling van de Nota Parkeerbeleid van het stadsdeel Oost, op 8 mei 2012, heeft de raad van het stadsdeel Oost in motie nr. 250 uitgesproken, dat het dagelijks bestuur met een regeling moet komen waarbij alle sportverenigingen in het stadsdeel Oost sportverenigingvergunningen kunnen aanvragen voor 50% van het reguliere tarief, tot een maximum van 10 per sportvereniging.Aangezien het stadsdeel niet zelf het tarief van sportverenigingvergunningen vaststelt, betekent de uitspraak van de raad dat het stadsdeel aan de sportvereniging een subsidie verleent ter hoogte van 50% van het tarief van een sportverenigingvergunning. Omdat het om een subsidie aan de sportverenigingen gaat, is de door de raad gevraagde regeling ondergebracht bij de Algemene Subsidieverordening Amsterdam, stadsdeel Oost, in de vorm van nadere regels. Het dagelijks bestuur heeft de bevoegdheid nadere regels vast te stellen.
Door het in werking treden van deze Subsidieregeling vervalt het gratis verstrekken van sportvereningvergunningen zoals dat vanaf 2002 heeft plaatsgevonden voor sportverenigingen op het grondgebied van het voormalige stadsdeel Oost-Watergraafsmeer.
Het doel van deze Subsidieregeling is om het vrijwilligerswerk bij de sportverenigingen te stimuleren, en hoge parkeerkosten geen belemmering te laten zijn voor het uitoefenen van het vrijwilligerswerk.
Bij het vrijwilligerswerk moet worden gedacht aan onbetaalde trainers en jeugdtrainers, begeleiders, coaches, scheidsrechters en grensrechters, maar ook aan degenen die de velden op orde houden en degenen die werkzaam zijn in de sportkantines.
De sportaccommodaties in Amsterdam liggen voor een groot deel aan de rand van de stad, en hebben niet alleen een functie voor de aangrenzende wijken, maar voor de gehele stad, en soms zelfs voor de regio. Daarom komt een flink aantal vrijwilligers met de auto. Bovendien wordt er veel gebruik gemaakt van carpoolen.
In het stadsdeel Oost liggen de grote sportaccommodaties, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de sportaccommodaties in de stadsdelen Nieuw-West, Noord, Zuid en Zuidoost, alle binnen het gebied met betaald parkeren.
Dit zijn redenen om juist in het stadsdeel Oost een subsidieregeling als gedeeltelijke tegemoetkoming in de kosten van betaald parkeren vast te stellen.
De subsidieregeling gaat er van uit, dat bij de aanvraag van een sportverenigingvergunning al getoetst is, of de sportvereniging in aanmerking komt voor de sportverenigingvergunning. De bij die aanvraag over te leggen stukken behoeven bij de subsidieaanvraag niet opnieuw overgelegd te worden.
Een sportverenigingvergunning heeft een geldigheidsduur van zes maanden. Na afloop van deze zes maanden wordt de geldigheid van de sportverenigingvergunning telkens met zes maanden verlengd, mits de voor die zes maanden verschuldigde parkeerbelasting vooraf is betaald. Dat is geregeld in de Parkeerverordening.
Op grond van deze Subsidieregeling kunnen aanvragen het gehele jaar door worden ingediend. De aanvragen kunnen bovendien, anders dan de geldigheidsduur van een sportverenigingvergunning, betrekking hebben op een geheel kalenderjaar. Daardoor hoeven de sportverenigingen slechts één keer per jaar een subsidieaanvraag in te dienen.
artikel 1 d.: onder "gevestigd in een vergunninggebied binnen het stadsdeel Oost" wordt verstaan dat de accommodatie waar de activiteiten van de sportvereniging plaatsvinden, is gelegen in een vergunninggebied binnen het stadsdeel Oost.
artikel 4, lid 2: aangezien de subsidieregeling in werking treedt op 1 april 2014, zijn de uitgaven die in 2014 zijn gedaan vóór 1 april, in mindering gebracht op het jaarlijkse budget zoals dat op 27 augustus 2002 door de raad van het voormalige stadsdeel Oost-Watergraafsmeer beschikbaar is gesteld.
Voor het jaar 2015 dient het dagelijks bestuur opnieuw een subsidieplafond vast te stellen.
artikel 5, lid 2: een aantal gegevens, genoemd in de ASA, artikel 5, lid 2, behoeft bij de subsidieaanvraag niet te worden ingediend of overgelegd, omdat dit al is gebeurd bij het aanvragen van een sportverenigingvergunning, of omdat uit deze Subsidieregeling al voldoende blijkt waarom het gaat. Het dagelijks bestuur is bevoegd te bepalen dat deze stukken niet behoeven te worden overgelegd. Het betreft:
De beschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd. Deze is al opgenomen in artikel 3 van deze Subsidieregeling.
De beoogde doelstellingen en resultaten. Deze zijn al opgenomen in artikel 2 van deze Subsidieregeling.
De begroting blijkt, na opgave van het aantal sportverenigingvergunningen waarvoor subsidie wordt aangevraagd, voldoende uit de Tarieventabel behorende bij de Verordening Parkeerbelastingen.
Het uittreksel uit het handelsregister en het afschrift van de statuten zijn reeds overgelegd bij het aanvragen van de sportverenigingvergunning.
Het jaarverslag, de jaarrekening en de balans over het voorafgaande jaar behoeven niet worden overgelegd, gezien de beperkte reikwijdte en omvang van de subsidie.
Als document waaruit blijkt dat de sportverenigingvergunning is toegekend, kan bijvoorbeeld een kopie van de toekenningsbrief van Cition aan de sportvereniging dienen.
Het gevraagde "meest recente betaalbewijs" behoeft niet het betaalbewijs te zijn voor de halfjaarlijkse vergunningperiode van de sportverengingvergunning waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.
artikel 5, lid 3 en 4: Dit is in afwijking van artikel 6 van de ASA. Een subsidieaanvraag kan gedurende het gehele jaar worden ingediend, en heeft dan betrekking op (de rest van) het kalenderjaar waarvoor de aanvraag wordt ingediend.
Een subsidieaanvraag behoeft dus slechts eenmaal per kalenderjaar te worden ingediend, ook al is de aanvraag ten behoeve van subsidie voor twee halfjaarlijkse verlengingen van een sportverenigingsvergunning.
artikel 6: op grond van artikel 8 van de ASA is het mogelijk om bij nadere regels af te wijken van de daar genoemde beslistermijnen.
artikel 8, lid 2: in de uitspraak van de raad op 8 mei 2012 (motie 250) is opgenomen, dat de gevraagde regeling na een jaar wordt geëvalueerd. Daarom is een einddatum van deze Subsidieregeling opgenomen. De evaluatie zal plaatsvinden in de periode na 1 april 2015. Gedurende de periode, dat de evaluatie wordt plaatsvindt, blijft de Subsidieregeling van kracht. Vóór het einde van het jaar 2015 wordt dan, naar aanleiding van de evaluatie, besloten of deze Subsidieregeling wordt voortgezet, gewijzigd of beëindigd, mede in het kader van de dan bestaande bevoegdheden van de bestuurscommissie van het stadsdeel.