Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Veghel

Preventie- en handhavingsplan alcohol

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Veghel
Officiële naam regelingPreventie- en handhavingsplan alcohol
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 43a Drank- en horecawet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-09-2014Nieuwe regeling

26-06-2014

GVOP, 24-09-2014

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Preventie- en handhavingsplan alcohol

De raad van de gemeente Veghel,

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2014;

gelet op artikel 43a, eerste lid van de Drank- en Horecawet

Besluit gemeenteraad:

Het preventie- en handhavingsplan alcohol vast te stellen.

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 26 juni 2014

De raad voornoemd

De griffier

De voorzitter

Dr. W. Oosten mr. I.R. Adema.

Inhoud

  • 1.

    Inleiding 3

  • 1.

    1 Aanleiding 3

  • 1.

    2 De nieuwe Drank- en Horecawet 3

  • 1.

    3 Belang van koppeling preventie en handhaving 4

  • 1.

    5 Leeswijzer 6

  • 2.

    Beleid op het gebied van alcohol 7

  • 2.

    1 Inleiding 7

  • 2.

    2 Integraal horecabeleid “Smaakvolle horeca” 7

2.2.1 Nationaal alcoholbeleid 7

2.2.2 Regionaal en lokaal alcoholbeleid 8

  • 2.

    3 Wmo beleid 9

  • 3.

    Doelstellingen Preventie en Handhaving 10

  • 3.

    1 Inleiding 10

  • 3.

    2 Doelstellingen preventie 10

  • 3.

    3 Doelstellingen Handhaving 11

  • 4.

    Acties preventie en handhaving 12

  • 4.

    1 Acties preventie 13

  • 4.

    2 Acties handhaving 15

4.2.1 Prioritering en middelen ten behoeve van handhavingsacties 16

  • 5.

    Resultaten preventie en handhaving 20

  • 5.

    1 Resultaten preventie 20

5.1.1 Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar 20

5.2 Resultaten handhaving 22

Bijlage 1 Nalevingsonderzoek Leeftijdsgrenzen DHW Gemeente Veghel 24

Bijlage 2 Controles VWA in Veghel 32

Bijlage 3 Bronvermelding 33

  • 1.

    Inleiding

    1.1 Aanleiding

    Op 1 januari 2013 is een nieuwe Drank- en Horecawet in werking getreden. Het belangrijkste element van de wetswijziging betreft een uitbreiding van de bevoegdheden van gemeenten, met het oog op de bescherming van de volksgezondheid (vooral van jongeren) en het voorkomen van alcohol gerelateerde ordeverstoring. Vanaf die tijd is de gemeente verantwoordelijk voor de handhaving van de Drank- en Horecawet. In het kader hiervan is het Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid als beleidsregel door het College vastgesteld op 18 juni 2013. Daarnaast heeft de gemeente bevoegdheden gekregen om het alcoholgebruik terug te dringen door het stellen van regels. Iedere gemeente moest vóór 1 januari 2014 een paracommerciële verordening vaststellen waarin de schenktijden en de alcoholverstrekking tijdens privé bijeenkomsten en bijeenkomsten van derden in gebouwen voor verenigingen, stichtingen en kerken wordt geregeld. Deze verplichte regelgeving is in Veghel al in de Algemene plaatselijke verordening (APV) in 2012 vastgesteld en door middel van de Verordening tot wijziging van de APV Veghel 2012 (1ste wijziging) in december 2013 nader ingevuld, onder meer met toepassing van schenktijden.

    Op 1 januari 2014 is er een tweede wetswijziging van de Drank- en Horecawet doorgevoerd. Hiermee is de leeftijdsgrens voor verstrekking én het drinken van alcohol op voor het publiek toegankelijke plaatsen verhoogd van 16 naar 18 jaar. Dit betekent dat jongeren vanaf dit moment geen alcohol mogen kopen als zij nog geen 18 jaar zijn. Ook is geregeld dat jongeren onder de 18 jaar geen alcohol aanwezig mogen hebbenop voor het publiek toegankelijke plaatsen.

    In de wetswijziging is eveneens opgenomen dat gemeenteraden periodiek een preventie- en handhavingsplan alcohol moeten vaststellen. Het eerste preventie- en handhavingsplan alcohol binnen een half jaar na het in werking treden van de tweede wetswijziging, dit betekent concreet voor 1 juli 2014, zijn vastgesteld door de gemeenteraad. Met dit preventie- en handhavingsplan alcohol wordt aan deze verplichting voldaan.

    1.2 De nieuwe Drank- en Horecawet

    In artikel 43a van de nieuwe Drank- en Horecawet staat aan welke eisen het gemeentelijk preventie- en handhavingsplan moet voldoen. Hieronder staat het betreffende artikel weergegeven.

    Artikel 43a

    1. De gemeenteraad stelt uiterlijk zes maanden na inwerkingtreding van dit artikel voor de eerste maal een preventie- en handhavingsplan alcohol vast. Vervolgens wordt dit plan elke vier jaar gelijktijdig met de vaststelling van de lokale nota gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Wet Publieke Gezondheid, vastgesteld. Het plan kan tussentijds worden gewijzigd.

    2. Het plan bevat de hoofdzaken van het beleid betreffende de preventie van alcoholgebruik, met name onder jongeren, en de handhaving van de wet.

    3. In het plan wordt in ieder geval aangegeven:

    a. wat de doelstellingen zijn van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol;

    b. welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik, met name onder jongeren, te voorkomen, al dan niet in samenhang met andere preventieprogramma’s als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van de Wet Publieke Gezondheid;

    c. de wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en welke handhavingsacties in de door het plan bestreken periode worden ondernomen;

    d. welke resultaten in de door het plan bestreken periode minimaal behaald dienen te worden.

    In de gewijzigde Drank- en Horecawet van 1 januari 2014 is opgenomen dat de gemeenteraad iedere vier jaar een preventie- en handhavingsplan alcohol vaststelt. Hiermee wil de wetgever stimuleren dat gemeenten actief nadenken over en uitvoer geven aan het verbinden van de beleidsterreinen Volksgezondheid en Openbare Orde en Veiligheid als het gaat om alcoholpreventie.

    Het preventie- en handhavingsplan bevat de hoofdzaken van het beleid dat zich richt op de preventie van alcoholgebruik onder met name jongeren en de handhaving van de Drank- en Horecawet.

    Het preventie- en handhavingsplan moet volgens artikel 43a van de Drank- en Horecawet ten aanzien van alcoholpreventiein ieder geval de volgende elementen bevat:

    • -

      de hoofdzaken van het preventiebeleid alcohol, vooral richting jongeren (hier kan bijvoorbeeld gemeld worden op welke subdoelgroepen het beleid zich richt);

    • -

      de doelstellingen van het preventiebeleid alcohol;

    • -

      welke acties worden ondernomen (specifiek gericht op alcoholpreventie of in samenhang met andere preventieprogramma’s, met inbegrip van programma’s voor de gezondheidsbevordering).

    Ten aanzien van handhavingis bepaald dat volgens artikel 43a van de Drank- en Horecawet het preventie- en handhavingsplan de volgende elementen bevat:

    • -

      de hoofdzaken van het handhavingsbeleid;

    • -

      de doelstellingen van het handhavingsbeleid;

    • -

      de wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd (hier kan bijvoorbeeld gemeld worden met welke (buur)gemeenten wordt samengewerkt);

    • -

      welke handhavingsacties in de door het plan beschreven periode worden ondernomen.

    Na de eerste vaststelling van het preventie- en handhavingsplan alcohol kan dit in de toekomst gelijktijdig met het WMO beleid, waarin het gezondheidsbeleid is ondergebracht worden vastgesteld. Ook kan daarbij een koppeling gemaakt worden met het vierjaarlijkse Handhavingsbeleid en het Integraal Veiligheidsplan (IVP) van de gemeente.

    1.3 Belang van koppeling preventie en handhaving

    In de Drank- en Horecawet is bewust gekozen voor een benadering waarbij preventie en handhaving op het gebied van alcohol in één preventie- en handhavingsplan gecombineerd is.Wetenschappelijke studies laten zien dat een integrale benadering van de problematiek rondom alcohol een cruciaal kenmerk is van effectief alcoholbeleid (Reynolds, 2003). Recent onderzoek van het RIVM Centrum voor Gezond Leven, het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP en het Trimbos-instituut bevestigt dat beleid op het gebied van alcoholmatiging het meest effectief is als het integraal wordt aangepakt (Mulder, Bovens, Franken & Sannen, 2013).

    De belangrijkste pijlers waarop alcoholbeleid moet zijn gebaseerd, zijn: regelgeving (grenzen stellen), handhaving (grenzen bewaken) en publiek draagvlak (grenzen overdragen).

    Figuur1.Integraalbeleidsmodel vooreffectieflokaal alcoholbeleid(Reynolds,2003)

    Bewustwording creëren is een noodzakelijke voorwaarde voor gedragsverandering. We kunnen gedragsverandering bereiken door helder beleid over alcoholpreventie bij jongeren. Door handhaving kunnen we aanvullende effecten bereiken op het terugdringen van de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren. Dit is ook het uitgangspunt van het landelijke alcoholpreventiebeleid. Naast het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik vanuit het perspectief van de volksgezondheid en het jeugdbeleid, is het landelijke beleid ook gericht op het terugdringen van verstoringen van de openbare orde.

    Alcoholgebruik is niet alleen een persoonlijke en bewuste keuze. Drinkgedrag wordt voor een groot deel ook bepaald door de omgeving, zoals de ouders, de prijs van alcohol, het productaanbod, verkoopregels, normen, tradities en het sociale netwerk. De World Health Organisation (WHO) laat in een overzichtsstudie naar alcoholbeleid zien dat maatregelen die de beschikbaarheid van alcohol beperken het meest effectief zijn in het terugdringen van alcoholgebruik (Babor e.a., 2010).

    Hieronder een overzicht van beleidsmaatregelen en hun effectiviteit zoals aangetoond in wetenschappelijk onderzoek.

    Maatregel

    Effectiviteit

    Hoeveelheidonderzoek

    Minimumverkoopleeftijd

    +++

    +++

    Verhogenvanprijs(accijnzen, minimumprijs)

    +++

    +++

    Beperkenvanverkooptijden

    ++

    ++

    Meerhandhaving

    ++

    ++

    Beperkenvanreclame

    +/++

    +++

    Tabel 1. Beleidsmaatregelen en hun effectiviteit (Babor e.a., 2010)

    Een eenzijdige aanpak gericht op slechts één of twee van dergelijke factoren is gedoemd te mislukken. Preventiestrategieën die gebaseerd zijn op handhaving van wet- en regelgeving, training van alcoholverstrekkers en voorlichting hebben meer kans van slagen.

    1.4 Doelstelling

    De gemeente Veghel zet zich al jaren in voor een gezonde levensstijl voor jongeren in haar gemeente. Een belangrijk project hierin is Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG). Dit project heeft tot doel het overgewicht onder jongeren te verminderen. Bij een gezonde levensstijl past geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar en geen overmatig alcohol gebruik door jongeren boven de 18 jaar. In het verlengde hiervan is de doelstelling van dit preventie- en handhavingsplan alcohol.

    De gemeente Veghel stimuleert een gezonde levensstijl bij jongeren. Hierbij hoort geen alcoholgebruik onder de 18 jaar en een matig alcohol gebruik bij jongeren boven de 18 jaar. Dit wil de gemeente Veghel bereiken door in te zetten op een mix van preventie en handhaving.

    Om een gezonde levensstijl te bevorderen bij jongeren is gedragsverandering noodzakelijk. Dit geldt ook voor de gedragsverandering ten aanzien van alcohol. Dit kost meer tijd dan de looptijd van dit preventie- en handhavingsplan. Daarom zal langdurig inzet nodig zijn om bewustzijn en acceptatie te creëren dat alcohol schadelijk is voor de gezondheid op lange termijn. Bij roken is ook pas na langdurige inzet het bewustzijn gecreëerd dat dit schadelijk is en daarmee het aantal rokers teruggebracht. Dit preventie- en handhavingsplan moet dan ook als een eerste aanzet worden gezien om het alcoholgebruik van jongeren (onder de 18 jaar) terug te dringen. Dit dient te gebeuren door een mix van preventieve maatregelen en handhavende maatregelen die hierin beschreven staan.

    1.5 Leeswijzer

    In hoofdstuk twee komt het beleid wat de gemeente Veghel al heeft waarin ingegaan wordt op alcohol aan bod. In het derde hoofdstuk komen de doelstellingen van dit Preventie- en Handhavingsplan alcohol aan bod. Vervolgens worden concrete acties benoemd die moeten bijdragen aan het bereiken van deze doelstellingen genoemd in hoofdstuk vier. Ten slotte wordt in hoofdstuk vijf benoemd tot welke concrete resultaten deze acties moeten leiden.

    • 2.

      Beleid op het gebied van alcohol

    • 2.

      1 Inleiding

    Binnen de gemeente Veghel bestaat al langer aandacht voor alcoholbeleid en de handhaving van de Drank- en Horecawet dan alleen preventie- en handhavingsplan. In eerdere beleidsdocumenten is hier al aandacht aan besteed. Dit is gebeurd in en het integraal horecabeleid “Smaakvolle horeca”, het WMO beleid. In dit hoofdstuk een weergave van de inhoud van dit beleid.

    2.2 Integraal horecabeleid “Smaakvolle horeca”

    De gemeente Veghel beschikt over een horecabeleid. Hierin is ook een hoofdstuk opgenomen over alcohol. In het horecabeleid wordt onderscheid gemaakt tussen het nationaal alcoholbeleid en het regionale/lokale alcoholbeleid Hieronder de belangrijkste punten uit dit hoofdstuk van het horecabeleid.

    2.2.1 Nationaal alcoholbeleid

    Het alcoholgebruik onder jongeren baart de nationale overheid zorgen. Daarom is in 2007 een nationaal alcoholbeleid opgesteld door het Ministerie van VWS. Het ministerie had hiervoor de volgende motieven:

    • ·

      voor wat betreft jongeren geldt het paternalistische motief (de gezondheid en het welzijn van jongeren is in het geding);

    • ·

      voor wat betreft openbare orde problemen, agressie, geweld en ongevallen geldt het motief van het bestrijden van overlast en schade.

    De doelstelling van het beleid ten aanzien van alcohol in algemene zin is het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik. De belangrijkste doelgroep van het alcoholbeleid zijn de jongeren. Voorkomen is immers beter dan genezen. Maar het kabinet wil ook dat minder volwassenen alcoholgerelateerde problemen hebben en dat de schade die drinken met zich brengt beperkt wordt.

    In het kort wil het kabinet uiteindelijk met het huidige landelijke alcoholbeleid bereiken dat:

    • ·

      kinderen niet vóór hun 18de jaar beginnen met drinken;

    • ·

      jongeren minder gaan drinken;

    • ·

      minder mensen lichamelijk of geestelijk afhankelijk worden vanwege overmatig alcoholgebruik;

    • ·

      de schadelijke gevolgen van overmatig alcoholgebruik in bijzondere situaties worden verminderd (in het gezin, op het werk, in het verkeer en bij het uitgaan).

    Het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik, vooral onder jongeren, is een breed gedragen doelstelling. Om deze doelstelling te bereiken is het wenselijk dat ook alle andere partijen (gemeenten, verzekeraars, zorgaanbieders, scholen, het bedrijfsleven, alcoholproducenten, alcoholverkopers, voorlichtingsinstellingen, sportverenigingen en óók ouders en de jongeren) hun verantwoordelijkheid nemen.

    Er zijn verschillende instrumenten beschikbaar om alcoholgebruik terug te dringen.:

    • ·

      reguleren (beperken) van de aanbodzijde van de markt (o.m. leeftijdsgrenzen, slijterijverkoop, minder verkoopppunten, openingstijden, verhoging van de accijns);

    • ·

      meer toezicht;

    • ·

      maatregelen om rijden onder invloed tegen te gaan;

    • ·

      meer kortdurende interventies voor mensen met beginnende alcoholproblemen.

    • ·

      Reclamebeperking;

    Per doelstelling en doelgroep verschillen de instrumenten. De beleidsmaatregelen gericht op jongeren richten zich op (school)voorlichting, beperken van de beschikbaarheid, ge- en verboden en reclamebeperking. Die gericht op volwassenen mikken meer op (ouder)voorlichting, kortdurende preventieve interventies, maatregelen tegen rijders onder invloed en (lichte) prijsprikkels.

    Omdat sommige maatregelen het beste op lokaal niveau ingevuld kunnen worden, kiest het kabinet ervoor gemeenten extra handvatten te bieden om eigen aanvullend alcoholbeleid te ontwikkelen. Op die manier kunnen problemen worden aangepakt op een wijze die aansluit bij de lokale wensen en past bij de plaatselijke gewoonten.

    2.2.2 Regionaal en lokaal alcoholbeleid

    Vanuit de landelijke overheid is overmatig alcoholgebruik benoemd als één van de speerpunten van lokaal en landelijk gezondheidsbeleid, waarbij de aandacht zich vooral toespitst op jongeren. In de regio Brabant-Noord is een beleidskader ontwikkeld door de initiatiefgroep jongeren en alcohol. In de initiatiefgroep jongeren en alcohol zitten vertegenwoordigers van een aantal gemeenten in Brabant – Noord, Novadic-Kentron en de GGD Hart voor Brabant. De initiatiefgroep jongeren en alcohol heeft een projectvoorstel alcoholpreventie jongeren veiligheidsregio Brabant – Noord opgesteld. Het projectvoorstel richt zich op drie hoofddoelstellingen:

    • ·

      Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar;

    • ·

      Het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik onder jongeren tussen de 18 en 25 jaar;

    • ·

      Het voorkomen van openbare orde problematiek.

    De primaire doelgroepen zijn jongeren van 10 tot 18 jaar, uitgaanders (18 – 25 jaar), ouders en/of verzorgers. De secundaire doelgroep zijn gemeenten, scholen, intermediairs.

    De gemeenten spelen een belangrijke rol bij de aanpak van alcoholproblemen. Zij kunnen maatregelen nemen of wettelijk invloed uitoefenen Het regionale beleid op het gebied van alcoholpreventie is het meest effectief wanneer het wordt ingezet op meerdere fronten:

    Beleid en regelgeving

    Effectief alcoholbeleid is gebaseerd op een samenhangende mix van adequate regels en daaruit voortvloeiende duidelijke afspraken met de partijen die de regels moeten naleven. Dit instrument is vooral inzetbaar om de beschikbaarheid van alcohol voor bepaalde doelgroepen te beperken.

    Publiek en draagvlak

    Er moet steun verkregen en behouden worden voor de visie achter, de doelen van het beleid en de te nemen beleidsmaatregelen. De doelen met betrekking tot deze pijler zijn:

    • ·

      Vergroten van kennis en bewustwording van de ernst van de risico’s bij het algemene publiek of bij specifieke doelgroepen.

    • ·

      Inhoud van de beleidsmaatregelen en de normen die aan het gewenste beleid ten grondslag liggen bekend maken.

    • ·

      Resultaten van het gevoerde beleid bekend maken aan het publiek.

    Handhaving

    Het handhaven van alcoholregels behoort tot één van de meest effectieve preventiemaatregelen die de overheid kan nemen zoals blijkt uit tabel 1 op bladzijde 5. Regelgeving heeft veel meer effect als deze ook wordt gehandhaafd. De gemeente heeft een aantal specifieke handhavingsbevoegdheden met betrekking tot alcohol. Binnen de handhavingssamenwerking Noord-Brabant is het ‘Brabants Alcohol en Sanctiebeleid’ inclusief sanctietabel opgesteld. Om binnen Noord-Brabant hetzelfde sanctiebeleid toe te passen moest iedere gemeente dit als vaststellen (en bekend maken). In dit beleid wordt de aanpak beschreven van overtredingen door alcoholverstrekkers. Het sanctiebeleid sluit aan bij de al door Veghel vastgestelde Brabantse handhavingsstrategie ”Zo handhaven wij in Brabant”. Op 18 juni 2013 is het ‘Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid’ inclusief de sanctietabel in Veghel vastgesteld.

    Vroegsignalering

    Het onderkennen en reageren op incidenteel, riskant en overmatig alcoholgebruik en het ontdekken van alcoholproblemen in een vroeg stadium biedt de meeste kans op herstel en voorkomt veel ernstiger alcoholschade. Het doel van vroegsignalering is het voorkomen van alcoholverslaving, ernstige gezondheidsproblemen, schade aan de omgeving van de drinker en het stimuleren van laag-risico alcoholgebruik.

    Veghel heeft al handen en voeten gegeven aan beleid en regelgeving door het vaststellen van het horecabeleid in december 2011 en het vaststellen van de Verordening tot wijziging van de APV Veghel 2012 (1ste wijziging). Daarnaast is Veghel met haar partners actief bezig met het terugdringen van alcoholmisbruik door jongeren. Dit doet zij onder regie van de GGD Hart voor Brabant. In dit kader wordt het pilot project ‘Think before you drink’ uitgevoerd.

    Met dit Preventie- en Handhavingsplan alcohol wordt hierin nog een verdiepingsslag gemaakt omdat er concrete meetbare doelstellingen, acties en resultaten aan het alcoholbeleid worden gekoppeld.

    2.3 Wmo beleid

    Het gezondheidsbeleid is als hoofdstuk opgenomen in het Wmo beleid van de gemeente Veghel, maar volksgezondheid is niet als zodanig als prestatieveld opgenomen in de Wmo. De gemeente heeft wel wettelijke taken op het gebied van volksgezondheid. Deze zijn vastgelegd in de Wet publieke gezondheid (Wpg). De gemeente heeft op basis van de Wpg de verplichting om eenmaal in de vier jaar preventief gezondheidsbeleid op te stellen. Doordat de Wmo en de Wpg met elkaar verbonden zijn, is het gezondheidsbeleid als onderdeel opgenomen in het integraal Wmo beleid.

    De uitvoering van de wettelijke gezondheidstaken is door de gemeente grotendeels in handen gegeven van de GGD Hart voor Brabant.

    De doelstellingen van het gezondheidsbeleid die een raakvlak hebben met alcohol zijn:

    • ·

      Het bevorderen van een gezonde leefstijl bij inwoners.

    • ·

      Het voorkomen van alcoholgebruik door jongeren onder de zestien jaar.

    • ·

      Het verminderen van alcoholgebruik door jongeren vanaf 18 jaar.

    • ·

      Het integreren van gezondheidsaspecten in het totale gemeentelijke beleid.

  • 3.

    Doelstellingen Preventie en Handhaving

    3.1 Inleiding

    De Drank- en Horecawet richt zich op drie doelen. Deze doelen zijn:

    Gezondheid en welzijn

    Met de nieuwe Drank- en Horecawet moeten de negatieve effecten van alcoholgebruik op de gezondheid worden vermeden en beperkt. Dit richt zich met name op de schadelijke effecten bij jongeren.

    Openbare Orde

    Dit richt zich op het voorkomen en beperken van schade en overlast als gevolg van de alcoholverstrekking en –gebruik.

    Vermindering van administratieve lasten

    In het kader van de Drank- en Horecawet zijn er vereenvoudigingen doorgevoerd voor het behandelen van vergunningaanvragen of meldingen. Zo hoeft er geen volledig nieuwe Drank- en Horecavergunning meer verleend te worden als er (een) nieuwe leidinggevende(n) is in de horecainrichting, maar kan dit gemeld worden en als ‘aanhangsel’aan de bestaande vergunning worden toegevoegd.

    Alleen de eerste twee algemene doelen worden door middel van dit preventie- en handhavingsplan verder uitgewerkt.

    3.2 Doelstellingen preventie

    In de regio Noordoost Noord-Brabant loopt al het project ‘Think before you drink’. Vanuit dit project, gericht op alcoholmatiging onder jongeren (doelgroep leeftijd 10 tot en met 25 jaar), zijn de volgende twee doelstellingen geformuleerd:

    • ·

      Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar;

    • ·

      Alcoholgebruik met mate voor jongeren vanaf 18 jaar.

    Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar

    Vanaf 1 januari 2014 mogen jongeren onder de 18 jaar geen alcohol meer drinken. Voor 1 januari 2014 lag de leeftijdsgrens voor zwak alcoholische drank op 16 jaar. Het is vanzelfsprekend de doelstelling dat jongeren onder de 18 jaar zich aan de nieuwe wetgeving houden.

    Alcoholgebruik met mate voor jongeren vanaf 18 jaar

    ‘Coma zuipen’ en ‘binge drinken’ zijn gevestigde begrippen als het om alcoholgebruik van jongeren gaat. Dit is schadelijk voor de gezondheid van jongeren en daarom is het belangrijk dat jongeren hun alcoholgebruik gaan matigen.

    De uitwerking van beide doelstellingen in acties en concrete resultaten zal in hoofdstuk 4 en 5 gebeuren.

    3.3 Doelstellingen Handhaving

    Er zijn op basis van de wet- en regelgeving een aantal onderdelen waar het toezicht en handhaving zich op richt. Dit zijn leeftijdsgrenzen, de sluitingstijden van de horeca en de schenktijden van paracommerciële instellingen, bijeenkomsten in paracommerciële instellingen, leidinggevenden in (paracommerciële) horecagelegenheden (en overige aspecten ter naleving van vergunningvoorschriften) en handhaving bij evenementen. Voor deze onderdelen zijn specifieke doelstellingen geformuleerd.

    Leeftijdsgrenzen

    Voor de handhaving van de leeftijdsgrens van 18 jaar zijn de volgende doelstellingen geformuleerd.

    • ·

      Jongeren onder de 18 jaar kunnen geen alcohol kopen bij supermarkten en slijters;

    • ·

      Jongeren onder de 18 jaar kunnen geen alcohol kopen bij horecagelegenheden;

    • ·

      Jongeren onder de 18 jaar kunnen geen alcohol kopen bij paracommerciële instellingen zoals kantines van sportverenigingen en gemeenschapshuizen.

    Sluitingstijden en schenktijden

    Voor de handhaving van de sluitingstijden van de horeca en de schenktijden van paracommerciële instellingen zijn de volgende doelstellingen geformuleerd.

    • ·

      Horecagelegenheden houden zich aan de sluitingstijden zoals opgenomen in de APV;

    • ·

      Paracommerciële instellingen houden zich aan de schenktijden voor alcohol zoals opgenomen in de APV.

    Bijeenkomsten in paracommerciële instellingen

    Voor de handhaving van het verbod van het schenken/verstrekken of laten nuttigen van alcohol tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard in paracommerciële instellingen geldt de volgende doelstellingen:

    • ·

      Paracommerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn wanneer dit leidt tot oneerlijke mededinging.

    • ·

      Het is paracommerciële rechtspersonen gelieerd aan dorpshuizen en wijkcentra toegestaan alcoholhoudende drank te verstrekken tijdens carnavalsactiviteiten gedurende de carnavalsdagen. Voorts is het paracommerciële rechtspersonen gelieerd aan dorpshuizen en wijkcentra toegestaan alcoholhoudende drank te verstrekken ter gelegenheid van de viering van de kermis in het betreffende dorp. Bij de overige aangelegenheden die niet gericht zijn op de doelstellingen van de paracommerciële rechtspersoon wordt geen alcohol geschonken.

    Leidinggevenden

    Voor de leidinggevenden gelden de volgende doelstellingen:

    • ·

      De Drank- en Horecavergunningen bevatten allemaal de juiste leidinggevenden.

    • ·

      Er is altijd een leidinggevende aanwezig in een horecagelegenheid.

    Evenementen

    Voor evenementen gelden de volgende doelstellingen:

    • ·

      Er wordt tijdens evenementen geen alcohol geschonken aan jongeren onder de 18 jaar.

    • ·

      Er is tijdens evenementen geen barpersoneel aan het werk jonger dan 18 jaar.

    De uitwerking van de doelstellingen in acties en concrete resultaten zal in hoofdstuk 4 en 5 gebeuren.

4.Acties preventie en handhaving

Effectieve preventie van alcoholproblemen vraagt om een integrale aanpak. Deze speelt in op de verschillende factoren die schadelijk alcoholgebruik beïnvloeden: maatschappelijke norm, persoonlijke motivatie, beschikbaarheid van alcohol en toezicht. Het Preventie- en Handhavingsplan richt zich op de volgende pijlers:

  • -

    Pijler 1: Beleid en regelgeving

  • -

    Pijler 2: Educatie en draagvlak

  • -

    Pijler 3: Toezicht en handhaving

  • -

    Pijler 4: Vroegsignalering

Pijler 1: Beleid en regelgeving

De pijler beleid en regelgeving is voor preventief alcoholbeleid belangrijk voor gemeenten. De gemeenteraad heeft met de gewijzigde Drank en Horecawet nu meer mogelijkheden om invulling te geven aan het alcoholbeleid (met name gericht op jongeren). Zeker nu gemeenten een preventie- en handhavingsplan voor vier jaar opstellen. Voor het invoeren en intensiveren van maatregelen is draagvlak noodzakelijk.

Pijler 2: Educatie en draagvlak

Met voorlichting en educatie worden de risico's van (overmatig) alcoholgebruik overgebracht op de verschillende doelgroepen. Ook worden vaardigheden aangereikt om het gedrag te veranderen.

Een gemeente kan de kennis en bewustwording van de risico’s van alcoholgebruik vergroten door:

  • ·

    Voorlichtingsprogramma’s of lessen over alcohol (vaak in combinatie met roken) in de bovenbouw van het Primair onderwijs en lessen over alcohol op het Voortgezet onderwijs.

  • ·

    Het aanbieden van schriftelijk informatiemateriaal op locaties waar potentiële risicogroepen komen, zoals in de eerste- en tweedelijns gezondheidszorg.

  • ·

    Het terugkoppelen van inventarisaties en onderzoeken over de omvang en gevolgen van de problemen.

  • ·

    Het ondersteunen van initiatieven van burgers die bijdragen aan aandacht voor een bepaald probleem of een bepaalde aanpak.

Pijler 3: Toezicht en handhaving

De bevoegdheid en daarmee de verantwoordelijkheid voor het toezicht op de Drank- en Horecawet is met ingang van 2013 van de Nationale Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) naar de burgemeester gegaan. Deze kan gemeentelijke toezichthouders aanwijzen. Als het om openbare orde en veiligheid gaat, handhaaft de politie in opdracht van de burgemeester de regels uit de APV. Daarnaast heeft de politie een algemene opsporingsbevoegdheid.

De burgemeester heeft al in 2013 voor Veghel twee Buitengewone Opsporingsambtenaren (BOA’s) als DHW-toezichthouders aangewezen. In 2014 worden er nog twee BOA’s aangewezen als DHW-toezichthouders als zij de opleiding hebben afgerond.

De toezichthouders richten zich op onderstaande taken.

Onderdeel

Toelichting

Leeftijdsgrenzen

Verkoop alcohol aan personen jonger dan 18 jaar in de horeca, paracommerciële instellingen, detailhandel en in niet DHW vergunningplichtige cafetaria’s, broodjes- en shoarmazaken.

Sluitingstijden en schenktijden

Sluitingstijden van de horeca, inclusief schenktijden van sportkantines en andere niet-commerciële horeca

Bijeenkomsten

Bijeenkomsten georganiseerd door paracommerciële instellingen

Leidinggevenden

Aanwezigheid van leidinggevenden of vereiste persoon bij horecabedrijf

Evenementen

Alcoholverstrekking aan jongeren bij evenementen

Tabel 2: onderdelen waarop toezicht wordt gehouden in het kader van de DHW

Pijler 4: Vroegsignalering

Alcoholproblemen ontstaan vaak sluipend. Problemen vroegtijdig signaleren en vervolgens adequaat reageren kan voorkomen dat problemen verergeren en dat zwaardere zorg nodig is. Het tijdig signaleren van problematisch alcohol (en drugs) gebruik kan daarnaast andere problemen aan het licht brengen. Het niet onderkennen van problematisch middelengebruik staat een effectieve aanpak van andere problemen in de weg.

Doelen van vroegsignalering, advisering en kortdurende ondersteuning:

  • ·

    Het voorkomen van alcohol- (en drugs)verslaving.

  • ·

    Het voorkomen van ernstige (gezondheids)problemen.

  • ·

    Het voorkomen van schade aan de omgeving (opleiding, werk, onderneming, gezinsleden, ongeboren kinderen).

  • ·

    Het stimuleren van alcoholgebruik met een laag risico (matig drinken voor mensen zonder verslavingskenmerken, stoppen met drinken voor mensen die verslaafd zijn of daar aanleg voor hebben).

De pijlers beleid en regelgeving, educatie en draagvlak en vroegsignalering richten zich op preventie (overmatig) alcoholgebruik en pijler 3 toezicht en handhaving richt zich op het toezicht en de handhaving met betrekking tot (overmatig) alcoholgebruik

4.1 Acties preventie

Pijler 1: Beleid en regelgeving

In 2011 is in het Integraal Horecabeleid “Smaakvolle horeca” al aandacht besteed aan alcohol. In 2012 is regelgeving vastgesteld voor paracommercie in de APV, welke in 2013 middels de Verordening tot wijziging APV 2012 (1ste wijziging) nader is uitgewerkt en ingevuld door het invoeren van schenktijden. In 2014 wordt het lokaal beleid uitgebreid met dit Preventie- en Handhavingsplan alcohol.

Pijler 2: Educatie en draagvlak

De GGD voert onder regie van de gemeenten in de regio diverse alcoholpreventieactiviteiten uit onder de naam ‘Think before you drink’. Hierbij werkt de GGD samen met andere partners zoals Novadic-Kentron, Centrum Jeugd en Gezin, politie en gemeente Veghel. Vanuit dit project zijn de afgelopen jaren de nodige activiteiten uitgevoerd. Deze activiteiten worden ook de komende periode van 2013 – 2016 weer uitgevoerd.

Basisonderwijs

Naar aanleiding van overleg gezond beleid basisonderwijs is met alle basisscholen een convenant ondertekend voor een gezond “consumptie” beleid over voeding en alcohol. In het convenant komen een aantal verplichte onderdelen en een stuk vrij in te vullen door de basisscholen zelf. In het basisonderwijs ligt het accent voor het onderwerp alcohol op de pijler educatie gecombineerd met oudercomponent.

Voortgezet onderwijs

In het voortgezet onderwijs wordt het programma De Gezonde School en Genotmiddelen (DGSG) verder uitgevoerd. Dit richt zich op vier pijlers: educatie, reglementeren, signaleren en begeleiden en als laatste ouderparticipatie. De scholen in het voortgezet onderwijs worden hierbij ondersteunt door Novadic-Kentron in samenwerking met de GGD. Er is per middelbare school een stuurgroep om het programma DGSG een plek binnen het curriculum te geven.

Activiteiten bij het Zwijsen College en het Fioretti College zijn:

  • -

    Stuurgroepoverleggen minimaal drie keer per jaar. Bespreken en implementeren van de vier pijlers van het programma DGSG.

  • -

    Voorbereiden Elektronische Leeromgeving (ELO): het online aanbod van filmpjes, animaties, korte teksten en verschillende soorten opdrachten over alcohol. Acties hierbij zijn afstemmen welke klassen, welke modules, welk niveau, bestellen en instructie.

  • -

    Preventie Alcoholgebruik Scholieren (PAS-interventie). Presentatie tijdens ouderavonden en informatie over de risico’s van vroegtijdig alcoholgebruik en de rol van ouders hierin aan ouders van 2de jaars. Daarnaast zijn er lessen over alcohol.

  • -

    Workshop ‘reclamebureau’ voor HAVO 4 leerlingen. GGD bereidt de workshop voor en traint docenten zodat deze de workshop zelf kunnen uitvoeren (acht klassen).

  • -

    Ouderactiviteit. In overleg met stuurgroep en in samenwerking met de ouderraad wordt een activiteit over alcohol voorbereid en uitgevoerd.

Sportverenigingen

In het programma ‘Bewuste sportkantine’ (koppeling met JOGG) staat het maken van bewuste keuzes centraal rondom de thema’s voeding en alcohol.

In december 2013 is een presentatie over alcohol en voeding gegeven tijdens een overleg van het Sportcollectief. In overleg met de verenigingen worden er de volgende activiteiten uitgevoerd:

  • -

    Thema-avond sport en alcohol (ouders en pupillen). Doelgroep zijn de teams in de E-D-C-B en A categorie (10 en 18 jaar), ouders coaches/trainers, bestuur. Sportverenigingen kunnen kiezen uit verschillende modules en eventueel een inventarisatie / enquête uitzetten onder begeleiders, coaches en trainers en selectieteams (A jeugd en 1ste team senioren).

  • -

    Alcoholloopspel met pupillen (nabespreking met ouders).

Horeca

In 2013 zijn er twee avonden georganiseerd “Uit met ouders”. Deze bijeenkomsten waren een enorm succes. Tijdens een “kroegentocht” krijgen ouders informatie over alcohol, beleid en handhaving, drugs en opvoedtips. In 2014 worden er weer avonden georganiseerd.

Pijler 3: Toezicht en handhaving

De pijler Toezicht en handhaving wordt verder besproken in paragraaf 4.2

Pijler 4: Vroegsignalering

Voor invulling van de pijler Vroegsignalering heeft ‘Think before your drink’ het protocol ‘Signalering, Screening en Kortdurende Interventie van Risicovol Alcoholgebruik bij Jongeren voor de settings school en vrije tijd’ ontwikkeld. Het protocol beschrijft de werkwijze voor signalering en kortdurende interventies voor jongeren van 12 tot 24 jaar met een verhoogd risico op het ontwikkelen van alcoholproblemen. Professionals die in hun dagelijkse werk met jongeren werken, gebruiken het protocol professionals. Het protocol biedt handvatten voor signalering en doorverwijzing. Het protocol 'vroegsignaleren' is ontwikkeld in een pilot in Veghel en Sint-Anthonis. Wij werken er dus al een tijdje mee en gaan hier voorlopig ook mee door.

De exacte invulling van de preventieacties worden jaarlijks door de GGD Hart voor Brabant voorgelegd aan de gemeente Veghel. Wij moeten vervolgens akkoord geven voor het voorgelegde programma van het betreffende jaar.

4.2 Acties handhaving

De derde pijler bij het voorkomen van alcoholmisbruik is het Toezicht en Handhaving. In het kader van dit preventie- en handhavingsplan dient hier apart aandacht voor te zijn. Zoals eerder vermeld is de burgemeester als bevoegd gezag verantwoordelijk voor de toezicht en handhaving van de Drank- en Horecawet op de volgende gebieden: leeftijdsgrenzen inzake alcoholverstrekking, drinken en aanwezig hebben van alcohol, schenktijden paracommercie en alcoholverstrekking bij evenementen. Dit betekent voor een groot deel toezien op de verleende Drank- en Horecavergunning, maar ook op de verkoop van alcohol in de detailhandel en in niet-DHW vergunningplichtige cafetaria’s, broodjes en shoarmazaken e.d. waar zwak alcoholische dranken verkocht mogen worden niet voor gebruik ter plaatse).

Het toezicht en de handhaving op deze gebieden spits zich toe op:

  • ·

    Horeca.

  • ·

    Paracommerciële instellingen (sportverenigingen, wijkcentra/gemeenschapshuizen)

  • ·

    Detailhandel waar alcoholhoudende drank verstrekt wordt (supermarkten, slijters, cafetaria’s, broodjes- en shoarmazaken e.d.)

  • ·

    Evenementen waar alcoholhoudende drank verstrekt wordt.

Bij al deze categorieën zullen acties ten behoeve van toezicht en handhaving genomen worden.

Horeca

Bij de horeca houden we acties die vooral gericht zijn op het verbod van de verstrekking van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar. Daarnaast wordt gecontroleerd op de naleving van de Drank- en Horecavergunning.

Paracommerciële instellingen

Bij paracommerciële instellingen doen we acties die gericht zijn op het verbod van de verstrekking van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar, het verbod op het schenken/verstrekken of laten nuttigen van alcohol tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en het naleven van de toepasselijke schenktijden van alcohol.

Detailhandel

Bij de detailhandel richten de acties die we houden zich op het verbod van de verstrekking van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar en het drinken dan wel aanwezig hebben van alcohol door jongeren op een openbare plek.

Evenementen

Bij evenementen houden we acties gericht op het verbod van de verstrekking van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar.

Om de acties nadere invulling te kunnen geven en om een vergelijk te kunnen maken is er in Veghel een zogenaamde nulmeting uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten blijkt dat de horeca in Veghel in het naleefgedrag met betrekking tot het schenken/verstrekken van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar lager scoort dan het landelijke gemiddelde en de detailhandel (m.n. de supermarkten en slijterijen) hoger. Voor het complete rapport van de nulmeting verwijzen we naar bijlage 1.

Dit onderzoek vormt onder meer een basis om een goede invulling te geven aan deze ‘nieuwe’ gemeentelijke taak. Eerder zijn in verband met de inwerkingtreding op 1 januari 2014 van het verbod op alcoholverstrekking aan en alcoholgebruik door personen van 18 jaar en jonger, in december 2013 alle horecagelegenheden en paracommerciële instellingen in Veghel hier expliciet op gewezen. Zij hebben allen een informerende brief gehad over dit verbod begeleidt met een deursticker. Tevens is daarbij de rol van de gemeente met betrekking tot het toezicht en de handhaving op dit verbod aangegeven. Voor en tijdens de carnaval 2014 zijn veel horecabedrijven bezocht en zijn de horecaexploitanten door toezichthouders nogmaals gewezen op de noodzaak van het naleven van het verbod.

4.2.1 Prioritering en middelen ten behoeve van handhavingsacties

Prioritering

De middelen ten behoeve van toezicht en handhaving op de Drank- en Horecawet zijn gelimiteerd. Dat was bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) niet anders. In de laatste twee jaar dat de NVWA toezichtstaken uitvoerde hebben er slechts twee controlebezoeken aan Veghel plaatsgevonden. Daarbij werden evenementen gecontroleerd, waar zonder of in afwijking van een aangevraagde ontheffing alcoholhoudende drank werd verstrekt, zie voor het overzicht van de NVWA bijlage 2.

Behalve de Drank- en Horecawet toezichtstaken moeten de gemeentelijke DHW toezichthouders bovendien binnen de bestaande formatie ook overige toezicht- en handhavingstaken uitvoeren zoals opgenomen in het Handhavingbeleidsplan van de gemeente Veghel. Daarom is het behalve goed ook noodzakelijk om prioriteiten te stellen binnen de DHW handhavingsstrategie. Jaarlijks wordt daarom een categorie geprioriteerd binnen de handhavingsacties. De aandacht zal binnen dat jaar voornamelijk, maar niet uitsluitend, op één categorie liggen. De controleacties zullen uitgevoerd worden conform het vastgestelde ‘Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid’.

De volgorde van de prioritering is bepaald aan de hand van de uitkomsten van de nulmeting die in maart 2014 is gedaan. Hierbij kwam naar voren dat de meeste winst in nalevingsgedrag kan worden behaald bij de horeca. Daarom worden de controles in 2014 voornamelijk toegespitst op de horeca. In de jaren daaropvolgend komt de prioriteit achtereenvolgens te liggen bij paracommerciële instellingen, evenementen en tenslotte de detailhandel. Evenementen zijn niet meegenomen in de nulmeting, maar bij evenementen komen veel jongeren dus is het belangrijk ook daar te controleren op de verstrekking van alcoholhoudende drank onder de 18 jaar.

Onderstaand de volgorde van de prioritering van de handhavingsacties:

  • 1.

    Horeca;

  • 2.

    Paracommerciële instellingen;

  • 3.

    Detailhandel;

  • 4.

    Evenementen.

Dit betekent dus niet dat op een bepaald moment niet gecontroleerd wordt in de lager geprioriteerde categorieën. In die categorieën zal de focus liggen bij zogenaamde hot spots en controles bij partijen waarbij bleek dat deze de naleving van de Drank- en Horecawet niet op orde hebben. De nadruk zal dus in eerste instantie liggen op de hoogst geprioriteerde categorie, omdat daar de meeste winst te behalen valt. Wanneer in deze categorie de naleving significant is verbeterd dan komt de nadruk te liggen op de volgende categorie.

Samenwerking Handhavingsmiddelen

Iedere gemeente heeft slechts een aantal DHW-toezichthouders. Over het algemeen zijn deze toezichthouders ook bekend bij de doelgroepen die gecontroleerd moeten worden op de naleving van de Drank- en Horecawet. Daarom is het goed om met meerdere partners DHW-toezichthouders uit te wisselen. Wij werken hierbij samen met de gemeenten Schijndel en Sint-Oedenrode. Toezichthouders van deze Veghel, Schijndel en Sint-Oedenrode zullen binnen elkaars gemeenten controleren op de naleving van de Drank- en Horecawet.

Communicatie

Handhaving wordt effectiever door het vergroten van de objectieve pakkans. De objectieve pakkans gaat over het risico dat iemand werkelijk loopt om betrapt te worden. De subjectieve pakkans heeft te maken met het risico dat iemand voelt om betrapt te worden. Omdat er in de handhaving geprioriteerd moet worden, met als gevolg dat de objectieve pakkans beperkt kan zijn, is het goed om ook de subjectieve pakkans te vergroten.

Voor de vergroting van de subjectieve pakkans is structureel communiceren over handhaving essentieel. Daarmee bereik je een bewustzijn van de risico’s bij de doelgroep(en). Het moet dus onderdeel worden van het handhavingstraject zelf, maar ook ondersteunende boodschappen dragen bij aan de ‘breinpositie. Als onderdeel van het handhavingsproces worden de volgende stappen meegenomen:

  • 1.

    Voorwaarschuwing met informatie over de regels

  • 2.

    Aankondiging met informatie over de consequenties (als in boetes)

  • 3.

    Terugblik op de actie (resultaten, aantal boetes)

Kernboodschap

De gemeente Veghel neemt de handhaving van de regels voor alcoholgebruik door 18-minners serieus. Dat betekent dat we geregeld controleren of de regels worden nageleefd. Wordt je betrapt, dan staat je een flinke boete te wachten! Gebruik je verstand, dus, en loop geen risico…

Hoe?

Om deze boodschappen te verspreiden zijn zowel traditionele als moderne methoden in te zetten:

  • -

    Persberichten (naar de huis-aan-huisbladen, de regionale krant en op de website)

  • -

    Twitter, facebook en andere relevante social media (vooral gericht op het delen van informatie door de doelgroep)

Wie?

Zowel de gemeente Veghel als de betrokken partners treden op als boodschapper. Daarover moeten goede afspraken worden gemaakt.

Congruente boodschappen

Het bovenstaande gaat over communicatie rondom de handhaving op de leeftijdsgrens van 18 jaar. Daarnaast zijn er vele activiteiten die door partners als de GGD worden uitgevoerd op het gebied van preventie. De geloofwaardigheid van beide processen staat of valt met congruentie in de boodschappen, in woord en (voorbeeld)gedrag door de gemeente en de vertegenwoordigers daarvan.

Het veelvuldig zien en horen in de diverse media over de handhavingsacties bevordert de subjectieve pakkans en voorkomt daarmee ongewenst gedrag. Het is dus van belang dat handhavers ook communiceren over het handhaven.

Advisering en ondersteuning politie

Bij handhavingsacties door aangewezen DHW toezichthouders is, advies en ondersteuning nodig van de politie. Hiertoe is door de politie al een stappenplan opgezet over hoe te handelen wanneer de toezichthouders zich gaan begeven in horecagelegenheden. Met name tijdens drukke uitgaansavonden en bij evenementen is van belang dat de veiligheid van de toezichthouders zo veel als mogelijk gegarandeerd is. Een goede afstemming tussen politie en toezichthouders is daarbij van belang. Hiertoe is reeds een stappenplan opgesteld op basis waarvan nu gehandeld wordt (bijlage 3) Vanuit de politie zal een specifieke training worden georganiseerd waaraan de toezichthouders zullen deelnemen gericht op met name hoe te handelen bij escalatie in een druk bezochte horecagelegenheid of een evenement.

Sanctiemaatregel

Helaas is ongewenst gedrag niet altijd te voorkomen. Daarom zijn er ook sanctiemaatregelen nodig. Deze zijn opgenomen in het ‘Brabant Alcohol- en Horecasanctiebeleid’. In het Alcohol- en Horecasanctiebeleid hebben we opgenomen welke overtreding tot welke sanctie leidt. Samen met een groot deel van de gemeenten in de regio Brabant-Noord hebben we het Alcohol- en Horecasanctiebeleid, inclusief de sanctietabel als beleidsregel vastgesteld. Het Alcohol- en Horecasanctiebeleid beschrijft de aanpak van overtredingen bij alcoholverstrekkers. Met alcoholverstrekkers bedoelen we: horeca, verenigingen en buurt- en dorpshuizen, supermarkten, slijterijen en verstrekkers bij evenementen. Het beleid is opgesteld door de Brabantse werkgroep Drank- en Horecawet. Hierdoor is op provinciaal niveau een uniforme aanpak van overtredingen bij alcoholverstrekkers. In het het ‘Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid’ zijn sanctiemaatregelen en een sanctiestrategie opgenomen:

1.3 Sanctiemaatregelen

De Algemene wet bestuursrecht en andere wetten (waaronder de Drank- en Horecawet) geven aan welke sancties het bevoegde gezag kan inzetten tegen het voorkomen of voortduren van overtredingen. Deze zijn:

  • -

    Opleggen van een last onder bestuursdwang, waarbij door feitelijk handelen de overtreding door of namens gemeente ongedaan wordt gemaakt (artikel 125 van de Gemeentewet en afd. 5.3 van de Awb). Hieronder valt ook het sluiten en verzegelen van gebouwen en terreinen. De kosten van het toepassen van bestuursdwang kunnen worden verhaald op de overtreder;

  • -

    Opleggen van een last onder dwangsom, waarbij onder dreiging van het invorderen van een geldbedrag de overtreding ongedaan moet worden gemaakt en/of voortduring en herhaling moet worden voorkomen; de last kan ook preventief worden opgelegd (afd. 5.4 van de Awb);

  • -

    (Tijdelijke) sluiting van de inrichting ingevolge de APV, de Drank- en Horecawet en artikel 174 Gemeentewet;

  • -

    Ontzeggen van de toegang tot een ruimte indien in strijd met de Drank- en Horecawet alcohol-houdende drank wordt verstrekt (artikel 36 van de Drank- en Horecawet);

  • -

    Intrekken van de vergunning ingevolge de APV en/of de Drank- en Horecawet;

  • -

    Opleggen van een bestuurlijke boete (artikel 44a Drank- en Horecawet);

  • -

    Schorsen van de Drank- en Horecavergunning (artikel 32 Drank- en Horecawet);

  • -

    Tijdelijk stilleggen van de alcoholverkoop in de detailhandel (three strikes out) (artikel 19a Drank- en Horecawet).

  • 1.

    4 Sanctiestrategie

In het kader van de professionalisering van de handhaving is elke gemeente aan te bevelen om een sanctiestrategie vast te stellen. Binnen de regionale handhavingsamenwerking is een sanctiestrategie voor het omgevingsrecht opgesteld, de zogenaamde “Brabantse handhavingstrategie”. Deze strategie is overigens – en zeker als wijze van aanpak c.q. stappenplan – goed bruikbaar voor overtredingen van overige wetgeving, waaronder de Drank- en Horecawet. De strategie deelt overtredingen grofweg op in 3 categorieën, met elk hun eigen aanpak. De categorieën zijn, van zwaar naar licht:

Categorie 0 (spoedeisend): Bij Categorie 0-overtredingen gaat het om urgente, ernstige zaken die direct dienen te worden beëindigd. Er is sprake van acuut gevaar voor natuur en milieu en/of de volksgezondheid is in gevaar en/of de veiligheid is in het geding. Er is snelheid vereist om tot beëindiging van de overtreding te komen.

Categorie 1: Categorie 1-overtredingen zijn ernstige overtredingen maar er is geen sprake van een acute (gevaar)situatie. Een overtreding kan ook als categorie 1 worden aangemerkt als er verzwarende omstandigheden met betrekking tot de overtreder aan de orde zijn.

Categorie 2: Categorie 2-overtredingen zijn de overige overtredingen. Deze overtredingen zijn van minder belangrijke aard, bijvoorbeeld administratieve vereisten, signaleringen en gedragingen.

Op basis van een aantal artikelen in de Drank- en Horecawet kan (alleen) strafrechtelijk worden opgetreden door middel van het opmaken van een proces-verbaal. Niet alle genoemde sancties mogen gelijktijdig worden toegepast. Hiervoor dient naar de wettelijke mogelijke samenloop van sancties gekeken te worden (o.a. Algemene wet bestuursrecht en Drank- en Horecawet). Het toepassen van maatregelen ter handhaving van de openbare orde valt onder de Gemeentewet.

Naast de in het ‘Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid’ genoemde maatregelen staan er ook in de Drank- en Horecawet nog rechtstreeks toe te passen sanctiemaatregelen, zoals het beboeten voor jongeren onder de 18 jaar, die betrapt worden op aanwezig hebben van alcoholhoudende drank.”

De exacte invulling van de handhavingsacties op basis van bovenstaande prioritering en het toepassen van de mogelijke sanctiemaatregelen word jaarlijks bepaald in het Uitvoeringsplan Omgevingsrecht (UPO) dat wordt vastgesteld door het College.

5.Resultaten preventie en handhaving

5.1 Resultaten preventie

5.De resultaten van de acties op het gebied van preventie zijn te splitsen in de twee doelstellingen die geformuleerd zijn in hoofdstuk 3. Deze doestellingen zijn:

  • ·

    Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar;

  • ·

    Alcoholgebruik met mate voor jongeren vanaf 18 jaar.

5.In de onderstaande paragrafen worden de na te streven resultaten besproken.

5.5.1.1 Geen alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar

5.De eerste doelstelling is geen alcoholgebruik onder jongeren onder de 18 jaar. Deze doelstelling valt te verifiëren met de bepaling van de leeftijd waarop jongeren zeggen het eerste glas alcohol te hebben gedronken. De gewenste resultaten bij de volgende gezondheidsmonitor jongeren in 2015 zijn afgezet tegen de resultaten van 2011:

Leeftijd

2015 (%)

2011 (%)

Jonger dan 12

2%

5%

12 – 13 jaar

8%

19%

14 – 15 jaar

40%

56%

16 jaar en ouder

50%

20%

Waarvan 16 – 17 jaar

30%

Niet eerder specifiek gemeten

Waarvan 18 jaar en ouder

20%

Niet eerder specifiek gemeten

5. Tabel 3: leeftijd van eerste glas alcohol

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van Veghel.

5.Het tweede resultaat van de eerste doelstelling is dat jongeren onder de 18 geen alcohol (kunnen) kopen bij supermarkten en slijterijen. Hieronder staan de streefwaarden voor jongeren die zeggen zelf alcohol te kopen.

Leeftijd

2015 (%)

2011 (%)

12 – 15 jaar

1%

2%

16 – 17 jaar

20%

67%

5.Tabel 4: Jongeren onder de 18 die zelf alcohol kopen in detailhandel

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van de GGD Hart voor Brabant.

5.Het derde resultaat is het percentage jongeren dat zegt recent alcohol te hebben gedronken (afgelopen vier weken) is gedaald naar de volgende streefwaarden.

Leeftijd

2015 (%)

2011 (%)

12 – 15 jaar

10%

16%

16 – 17 jaar

60%

82%

5.Tabel 5: Jongeren die recent alcohol hebben gedronken

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de streefwaarden die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van de GGD Hart voor Brabant.

5.Het vierde resultaat is dat het percentage jongeren (12 t/m 18 jaar) dat aangeeft, dat de ouders alcoholgebruik onder de 16 jaar afraden of verbieden, is toegenomen tot de volgende percentages in 2015:

 

2015 (%)

2011 (%)

Ze raden het af

25%

20%

Ze verbieden het

10%

3%

5.Tabel 6: mening ouders over drinken alcohol bij eigen kinderen onder de 16 jaar

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van Veghel.

5.Het vijfde resultaat is dat het percentage jongeren (12-18 jaar) dat aangeeft dat ouders alcoholgebruik onder de 18 jaar afraden of verbieden gelijk is aan het percentage jongeren dat in 2011 aangaf dat ouders alcoholgebruik onder de 16 jaar afkeurden.

 

2015 (%)

2011 (%)

Ze raden het af

16%

20%

Ze verbieden het

4%

3%

5.Tabel 7: mening ouders over drinken alcohol bij eigen kinderen onder de 18 jaar

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van Veghel.

5.Het zesde resultaat is dat het percentage jongeren dat recent dronken of aangeschoten is geweest (in de afgelopen 4 weken), is gedaald tot de volgende percentages in 2015:

Leeftijd

2015 (%)

2011 (%)

12 – 15 jaar

3%

6%

16 – 17 jaar

25%

41%

18 jaar

40%

51%

5.Tabel 8: Jongeren die recent dronken of aangeschoten zijn geweest

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van de GGD Hart voor Brabant.

5.Het zevende resultaat is dat het percentage zogenaamde binge-drinkers is gedaald tot de volgende percentages in 2015.

Leeftijd

2015 (%)

2011 (%)

12 – 15 jaar

5%

9%

16 – 17 jaar

40%

61%

18 jaar

60%

66%

5.Tabel 19: Jongeren die binge-drinken

5.De geformuleerde resultaten voor 2015 zijn conform de resultaten die de GGD Hart voor Brabant heeft opgesteld. De gemeten resultaten in 2011 zijn die van de GGD Hart voor Brabant.

5.Eind 2015 wordt opnieuw de GGD jongerenmonitor afgenomen. Dit betekent dat medio 2016 zicht komt op het al dan niet behalen van de bovenstaande resultaten.

5.2 Resultaten handhaving

5.Ten behoeve van het Preventie- en Handhavingsplan alcohol is zoals aangegeven in het voorjaar van 2014 een nulmeting gehouden bij detailhandel, horeca en paracommercie ten behoeve van de naleving van het verbod om alcohol te verstrekken aan personen die niet ‘onmiskenbaar’ de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt.. Doel van dit onderzoek was het in kaart brengen in hoeverre jongeren onder de wettelijke leeftijdsgrens van 18 jaar alcoholhoudende dranken kunnen aanschaffen bij alcoholverstrekkers in de gemeente Veghel. Hiertoe zijn niet alleen cafés, maar ook supermarkten, slijterijen, cafetaria’s en sportkantines door mystery-shoppers bezocht. De resultaten van deze nulmeting worden als uitgangspunt gebruikt om de resultaten te bepalen die we op het gebied van handhaving willen bereiken, met als doel om die resultaten bij de één-meting te realiseren. Met als uiteindelijk doel natuurlijk dat er geen alcohol meer wordt verstrekt aan jongeren die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt.

5.In onderstaande tabel zijn de resultaten van het onderzoek weergegeven. Verder is er een laatste kolom aan toegevoegd waarin het streven voor 2015 staat aangegeven.

Soort bedrijf

Aantal bezocht

Pogingen

Overtreding

Naleving gemeente Veghel (%)

Naleving Landelijk (%)

 

Gewenst resultaat 2015 (%)

 

Supermarkten

8

15

4

11(73%)

55%

 

80%

 

Horeca(comm)

24

44

35

9(20%)

35 %

 

50%

 

Sportkantines

4

5

2

3(60%)

15 %

 

80%

 

Slijterij

2

2

0

2(100%)

73%

 

90%

 

Totaal

38

66

41

25(38%)

46%

     

5.Tabel 10: resultaten en gewenst resultaat naleefgedrag leeftijdsgrens Drank- en Horecawet.

5.Hierbij gaat het dus om de resultaten van de nulmeting van het naleefgedrag van de alcoholverstrekkers. De ambitie is om dit naleefgedrag in de gemeente Veghel sterk te verbeteren. Hierin zijn we behoorlijk ambitieus door een gewenst resultaat na te streven dat bij alle categorieën van drankverstrekkers hoger dan het huidige landelijk gemiddelde. Vooral de ambitie bij de horeca ten aanzien van de nulmeting en de landelijke cijfers ligt hoog. Ook wat betreft de sportkantines is een hoog gewenst resultaat geformuleerd ten aanzien van het huidige landelijke gemiddelde.

5.Mogelijkheden om het naleefgedrag te verbeteren zou onder meer kunnen door samen met de alcoholverstrekkers een convenant op te stellen, waarbij verstrekkers die de wet naleven “beloond” worden en notoire overtreders harder aangepakt worden. Verder is het belangrijk om alcoholverstrekkers in alle branches te stimuleren hun personeel, maar ook de barvrijwilligers bij paracommerciële rechtspersonen te laten trainen in het verantwoord alcohol schenken en ‘nee’ zeggen tegen jongere klanten.

5.Naast voorlichting geven over alcoholgebruik onder met name jongeren, het zorgen voor draagvlak bij alle partijen en goede communicatie is handhaving een reeds bewezen effectief instrument. Dit middel zal dan ook worden ingezet waarbij de zogenaamde ‘hotspots’ meerdere malen per jaar gecontroleerd zullen worden. Bij geconstateerde overtredingen zal het Brabantse Alcohol- en Horecasanctiebeleid onverkort worden toegepast. Toch moet handhaving vooral over een lange periode bezien worden. Gedragsverandering van alcoholverstrekkers is iets van de lange adem. Daarom moet er continue aandacht zijn voor handhaving voor een langere periode dan de looptijd van dit Preventie en Handhavingsplan Alcohol.

Bijlage 1 Nalevingsonderzoek Leeftijdsgrenzen DHW Gemeente Veghel

Nalevingsonderzoek

Leeftijdsgrenzen DHW

Gemeente Veghel

Inhoud

SAMENVATTING 26

  • 1.

    Alcoholgebruik bij jongeren. 27

  • 2.

    Nalevingsonderzoek 28

  • 2.

    1 Inleiding 28

  • 2.

    2 Onderzoeksopzet 29

2.2.1 Selectie van de mysteryshoppers 30

2.3 Resultaten 30

2.3.1 Aantal bezochte bedrijven per categorie en geslaagde aankooppogingen 30

SAMENVATTING

Doel van het nalevingsonderzoek is het in kaart brengen in hoeverre jongeren onder de wettelijke leeftijdsgrens van 18 jaar alcoholhoudende dranken kunnen aanschaffen bij alcoholverstrekkers in de gemeente Veghel. Hiertoe zijn niet alleen cafés, maar ook supermarkten, slijterijen, cafetaria’s en sportkantines door mysteryshoppers bezocht.

Het nalevingsniveau is gemeten met behulp van mysteryshopping, waarbij jongeren een selectie van de verkooppunten(n= 38) voor alcoholhoudende dranken hebben bezocht. In totaal zijn er 8 supermarkten, 24 commerciële horecagelegenheden, 2 slijterijen en 4 paracommerciële horecabedrijven bezocht.

Het aantal aankopen waarbij de leeftijd correct was vastgesteld bedroeg 38 %. Uit het landelijk onderzoek in 2013 uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van VWS bleek dat dit gemiddeld 46 % was. De gemeente Veghel zou dit nalevingsniveau als startpunt kunnen gebruiken en in een aantal jaren dit nalevingsniveau met haalbare stappen proberen te verhogen. Zij kan in haar preventie- en handhavingsplan, hierna te noemen P&H plan, aangeven hoe zij dit denkt te bereiken. Naast voorlichting geven over alcoholgebruik onder met name jongeren, het zorgen voor draagvlak bij alle partijen, goede communicatie is handhaving een reeds bewezen effectief instrument. Hierbij dienen de zogenaamde ‘hotspots’ meerdere malen per jaar gecontroleerd te worden. In het P&H plan kan omschreven worden welke acties de gemeente hiervoor in de komende jaren gaat initiëren en uitvoeren. Ook zou het aan te raden zijn om met een stappenplan te gaan werken als er overtredingen geconstateerd worden.

Om samen met de alcoholverstrekkers te gaan werken aan een verbetering van het nalevingsniveau kan gedacht worden over een convenant, waarbij verstrekkers die de wet naleven “beloond” worden en notoire overtreders harder aangepakt worden. Het is ook verstandig alcoholverstrekkers in alle branches te stimuleren hun personeel, maar ook de barvrijwilligers bij paracommerciële rechtspersonen te laten trainen in het verantwoord alcohol schenken en ‘nee’ zeggen tegen jongere klanten. Als gemeente, zowel facilitair als budgettair meedenken over alternatieven voor 16- en 17 jarigen zou ook een stimulans kunnen zijn voor alcoholverstrekkers.

Dit onderzoek is in opdracht van de gemeente Veghel uitgevoerd door R.O.A.C. te Oosterhout.

Alcoholgebruik bij jongeren.

Uit de resultaten van het ESPAD onderzoek(European School Survey Project on Alcohol and Other Drugs) uit 2011 blijkt dat circa 84 % van de 15- en 16 jarige Nederlandse scholieren weleens alcohol heeft gedronken. Als Nederlandse jongeren drinken, drinken ze wel veel alcohol per keer. Het alcoholgebruik lag gemiddeld op 6,4 cl pure alcohol op de laatste ‘drinkdag’. Dit komt overeen met 51,2 gram pure alcohol, wat overeenkomt met ongeveer 6,5 glazen bier.

In 2010- 2011 gaf de Nederlandse jeugd gemiddeld € 67 per maand uit aan alcohol. Uit een vergelijkbaar onderzoek in 2012-2013 bleek dat jongens gemiddeld € 21 aan alcoholhoudende dranken in de supermarkt per maand kopen en meisjes circa € 10.

Recent wetenschappelijk onderzoek heeft ook aangetoond dat het voorkomen van gezondheidsschade bij jongeren als gevolg van alcoholgebruik prioriteit verdient. Alcoholgebruik op jonge leeftijd brengt ernstige gezondheidsrisico’s met zich mee. De hersenen zijn nog niet volgroeid en alcoholgebruik kan tot blijvende schade leiden. Jongeren die veel alcohol drinken, presteren slechter op geheugentesten dan niet drinkers. Ook wordt de kans op alcoholverslaving verhoogd als jongeren vroeg beginnen met het drinken van alcoholhoudende dranken.

In 2012 waren er circa 700 meldingen van alcoholintoxicaties. Hierbij lag de gemiddelde leeftijd op 15,5 jaar. Het gemiddelde promillage was 1,88 promille, de gemiddelde duur van het bewustzijnsverlies was 2 uur.

Verder bleek dat in 2012 circa 5.300 mensen(waarvan 1940 jongeren tussen de 10 en 19 jaar) op de spoedeisende hulp van ziekenhuizen beland waren in verband met een alcoholvergiftiging.

Dit rapport is opgebouwd uit twee delen. Allereerst wordt een toelichting gegeven op het nalevingsonderzoek. Hierbij wordt de uiteindelijke naleving per bezochte branche beschreven.

Nalevingsonderzoek

1.1Inleiding

In 2014 is de Drank- en Horecawet in Nederland aangescherpt. De leeftijdsgrens voor de verstrekking van alcoholhoudende dranken is verhoogd van 16 jaar naar 18 jaar. Dit geldt vanaf 1 januari 2014 voor zowel zwak- alcoholhoudende dranken(<15 % alc) als voor sterke dranken (≥ 15 % alc). Sterke drank mag alleen in de slijterij en in de horeca verkocht worden.

Behalve als de verstrekker de leeftijd van de jongeren zeker weet, moet deze verstrekker de leeftijd vaststellen aan de hand van een geldig identiteitsbewijs.

In de Drank- en Horecawet gaat het bij de verstrekking van alcoholhoudende dranken om artikel 20 lid 1 van de Drank- en Horecawet. De wijze van vaststelling van de leeftijd is beschreven in artikel 20 lid 3. Deze luiden:

Artikel 20

1.Het is verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Onder verstrekken als bedoeld in de eerste volzin wordt eveneens begrepen het verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, welke drank echter kennelijk bestemd is voor een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt.

3. De vaststelling, bedoeld in het eerste en tweede lid:

  • ·

    geschiedt aan de hand van een document als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet op de identificatieplicht, dan wel op een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen andere wijze;

  • ·

    blijft achterwege, indien het een persoon betreft die onmiskenbaar de vereiste leeftijd heeft bereikt.

De wettekst stelt dus dat het vragen naar een geldig leeftijdsdocument altijd moet als de jongeren niet onmiskenbaar de leeftijd bereikt heeft. Alleen op deze manier kan de verstrekker daadwerkelijk nagaan of de koper oud genoeg was.

Indien de vestrekker deze vaststelling niet doet begaat deze verstrekker een overtreding. Uit jurisprudentie is gebleken dat het hierbij niet gaat om de uiteindelijke leeftijd van de jongeren maar om het nalaten van de vaststelling ervan.

Bij het onderzoek is ook rekening gehouden met artikel 45 van de Drank- en Horecawet die luidt:

Artikel 45

1.Het is degenen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt, met uitzondering van personen van 16 of 17 jaar die dienst doen in een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, waaronder begrepen het zijn van barvrijwilliger in een inrichting in beheer bij een paracommerciële rechtspersoon, verboden op voor het publiek toegankelijke plaatsen alcoholhoudende drank aanwezig te hebben of voor consumptie gereed te hebben, met uitzondering van plaatsen waar bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik elders dan ter plaatse wordt verstrekt.

In het nalevingsonderzoek is mede gelet op artikel 45 van de wet gekozen om 18 jarige (getrainde) mysteryshoppers, die zich gedragen als klant, alcohol te proberen te laten kopen in supermarkten, slijterijen, horecagelegenheden sportkantines in de gemeente Veghel.

In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens de onderzoeksopzet en de resultaten aan de orde.

1.2Onderzoeksopzet

Door de gemeente Veghel zijn een aantal verkooppunten van alcoholhoudende dranken geselecteerd. Het betrof hier horecagelegenheden, slijterijen, sportkantines en supermarkten.

In dit onderzoek zijn 38 verstrekkers van alcoholhoudende dranken bezocht. Bij het onderzoek is ervan uitgegaan dat de door de gemeente gemaakte selectie het criterium gehanteerd is dat bekend is of bekend verondersteld kon worden dat het niet op zou vallen als er jongeren komen of dat bekend is dat jongeren er daadwerkelijk regelmatig bezoeker zijn. Geselecteerd waren 8 supermarkten, 24 commerciële horecagelegenheden, 2 slijterijen en 4 paracommerciële horecabedrijven. Niet geheel bekend was of de selectie een representatieve afspiegeling was van het totaal aantal verkooppunten per sector, wat inhoudt dat de gevonden naleving in enkele sectoren slechts een indicatie is van het nalevingsniveau in die sector. In elk geselecteerd verkooppunt zijn een of twee aankooppogingen gedaan. Er is gebruik gemaakt van twee teams van jongeren, waarvan vaststaat dat deze niet bekend waren in Veghel, noch bekend waren bij de verstrekker. Tevens is met ieder team een oudere ervaren begeleider meegegaan om de bevindingen te constateren en rapporteren. Bij het onderzoek is ook gelet of er ten tijde van de verstrekking ook andere bezoekers aanwezig waren en of deze bezoekers behoorden tot de doelgroep (jongeren tussen 12 en 20 jaar). De geselecteerde bedrijven zijn bezocht op vrijdag tussen 18 u en zaterdag 02.00 u of zaterdag tussen 14.00 u en 24.00 u.

Daarnaast is gelet op de aanwezigheid van een aanduiding dat er ‘geen alcohol verkocht werd aan jongeren onder de 18 jaar’. In totaal zijn 66 geslaagde aankooppogingen gedaan.

1.2Selectie van de mysteryshoppers

In dit onderzoek is ervoor gekozen jongeren in te zetten die daadwerkelijk 18 jaar waren maar er uitzagen als 17 jarigen. Voor deze opzet is gekozen om de jongeren die alcohol kochten geen overtreding te laten begaan zoals bedoeld in artikel 45 van de Drank- en Horecawet. Gelet op eerder vermelde jurisprudentie zou de verstrekker te allen tijde de leeftijd vast hebben moeten stellen door middel van een leeftijdsdocument. Hierbij is ook rekening gehouden met de huisrelgel van sommige branches dat kopers onder de 25 jaar altijd naar hun leeftijdsdocument gevraagd zullen worden bij de verkoop van alcoholhoudende dranken. De jongeren is gevraagd geen aanpassing te doen van hun normale, dagelijkse uiterlijk en kleding. Er is gekozen voor twee jongens en twee meisjes. Per team zijn een jongen en een meisje ingezet.

1.3Resultaten

Hieronder worden de resultaten van het onderzoek in Veghel beschreven. Eerst wordt aangegeven hoeveel bedrijven van een bepaalde categorie zijn bezocht en hoeveel succesvolle aankopen er door de jongeren zijn gedaan(tabel 1). Vervolgens is in de bijlagen een rapportage per bedrijf(bijlage 1) en een overzicht van het totaal resultaat toegevoegd(bijlage 2).

1.3.1Aantal bezochte bedrijven percategorieengeslaagdeaankooppogingen.

In totaal zijn er 8 supermarkten, 24 commerciële horecagelegenheden, 2 slijterijen en 4 paracommerciële horecabedrijven bezocht en zijn 66 aankooppogingen gedaan. Hierbij is 25 maal naar een leeftijdsdocument gevraag om de leeftijd vast te stellen.

De overige 41 maal is noch om een leeftijdsdocument noch om de leeftijd gevraagd.

Tabel 1:

Soort bedrijfAantal bezochtPogingenSuccesvolNaleving(%)Landelijk (%)
Supermarkten815411(73%)55%
Horeca(comm)2444359(20%)35 %
Sportkantines4523(60%)15 %
Slijterij220 2(100%)73%
Totaal38664125(38%)46%

Bij de sportkantines en slijterijen zijn er te weinig bedrijven bezocht om hier een conclusie over de naleving in die branche vast te kunnen stellen. Een aantal geselecteerde sportkantines waren dicht.

Opvallende zaken:

  • -

    bij één van de supermarktenwerd het ID bewijs van het meisje niet gescand en werd alleen naar het ID bewijs gekeken en niet naar de geboortedatum,

  • -

    bij een horecabedrijf de toegangsleeftijd 21 jaar was en de portier de jongeren bij “uitzondering” toe liet. Hier is geen aankoop gedaan omdat bij de deur de leeftijd al was vastgesteld,

  • -

    bij één van de bezochte sportkantines wilde een van de medewerkers wel om een leeftijdsdocument vragen, maar gaf de andere medewerker aan dat de jongere wel oud genoeg was en is er dus niet gevraagd naar ID bewijs.

Bijlage 2 Controles VWA in Veghel Nederlandse Voedsel- en

Warenautoriteit

Ministerie van Economische Zaken

> Retouradres Postbus 43006 3540 AA Utrecht

 

Gemeente Veghel T.a.v. de burgemeester Postbus 10001 5460 DA VEGHEL

Datum: 8 maart 2013

Onderwerp: Decentralisatie van het toezicht op de Drank- en Horecawet

Divisie Consument & veiligheid

Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl

Contactpersoon

B. Kustner

T088 223 33 33 F 088 223 33 34 boudewijn. kustnerOvwa. nl

Projectnaam

Decentralisatie van het toezicht op de Drank- en Horecawet

Onze referentie

2013\1890

Behandeld door

Expertisecentrum Handhaving DHW

 

Geachte burgemeester,

Met de wijziging van de Drank- en Horecawet op 1 januari 2013 valt zoals u weet het merendeel van het toezicht op de naleving van deze wet (artikel 41) onder uw verantwoordelijkheid, voordien de taak van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).

Ik maak u er op attent dat de NVWA tot 1 januari 2015 het Expertisecentrum Handhaving DHW - www.handhavinq.dhw.nl - in stand houdt dat toegespitste informatie biedt voor ambtenaren die zijn belast met het toezicht of de vergunningverlening op het terrein van de Drank­en Horecawet. Verder wil ik u informeren over ons Leeftijdsgrenzenteam dat tot 1 januari 2014 toezichthoudende werkzaamheden kan verrichten voor wat betreft het toezicht op de naleving van de leeftijdsgrenzen. De jonge toezichthouders van dit team kunnen de gemeentelijke toezichthouders ondersteunen tijdens de controles. Nadere informatie over de criteria voor samenwerking en de mogelijkheid voor aanmelding kunt u vinden op de website van het expertisecentrum.

In verband met de overdracht heb ik geïnventariseerd of er nog meldingen en/of klachten zijn waarvan u op de hoogte moet zijn alsmede onze handhavings historie bij uw gemeente op dit terrein. Indien van toepassing bevat deze brief een bijlage met informatie die van belang kan zijn in het kader van uw toezichtuitoefening. Als u geen bijlage aantreft betekent dit dat de NVWA in de periode 2010-2012 in uw gemeente geen maatregelen heeft genomen naar aanleidingen van overtredingen van de Drank- en Horecawet en dat er geen meldingen van burgers of bedrijven zijn die wij aan u moeten overdragen. Bovendien spelen er dan geen bezwaar- of beroepzaken met betrekking tot bedrijven in uw gemeente.

Pagina 1 van 2.

Divisie Consument & veiligheid

Bevat deze brief wel een bijlage dan is het volgende nog van belang.

De opgemaakte maatregelen bevatten schriftelijk waarschuwingen en boeterapporten uit de jaren 2010, 2011 en 2012. Als hier nog vragen over zijn kan contact worden opgenomen met het Expertisecentrum Handhaving DHW, tel. 0800-4200400 (dinsdag en donderdag van 9.30 - 12.30 uur).

Het overzicht van door burgers of bedrijven ingediende meldingen betreft gevallen die de NVWA niet meer (voldoende) heeft kunnen afhandelen. De melders zijn hierover geïnformeerd en hen is in overweging gegeven om, indien de ongewenste situatie nog actueel is, contact op te nemen met uw gemeente. Als hier nog vragen over zijn kan contact worden opgenomen met het Expertisecentrum Handhaving DHW, tel. 0800-4200400 (dinsdag en donderdag van 9.30 - 12.30 uur).

Voor het overzicht van nog lopende boetezaken ingevolge het overtreden van de DHW geldt dat de NVWA deze zal afhandelen en u zal informeren over de uitkomst van de bezwaar- en beroepsprocedures. Voor vragen over de lopende zaken kan contact worden opgenomen met het Team Bestuurlijke Maatregelen 088-2233333.

Datum

8 maart 2013

Onze referentie

2013\1890

Ik vertrouw erop u met het bovenstaande naar behoren te hebben geïnformeerd.

Met vriendelijke groet,

 
Drs. H.N. de Hoofdinspecteur divisie Consument & Veiligheid

 

 

Bijlage(n):

 

Pagina 2 van 2.

 

Nederlandse Voedsel- en

Warenautoriteit

Ministerie van Economische Zaken

OVERZICHT MAATREGELEN 2010 T/M 2012

 

VEGHELBeachsoccer Hazelberg 5 5461LB VEGHEL13-6-2010SWartikel 25, eerste lid, onder a
VEGHELCoöperatie Motoport Nederland B.A. De Amert 704 5462GH VEGHEL26-10-2012SWartikel 18, eerste lid
VEGHELZeskamp Wijkvereniging Veghel- Zuid Van Diemenstraat IA 5463EH VEGHEL13-6-2010SWartikel 25, eerste lid, onder a

Nederlandse Voedsel- en

Warenautoriteit

Ministerie van Economische Zaken

INFORMATIE MELDING DRANK- EN HORECAWET

GEMEENTE :

Veghel

REFEREIMTIENUMMER MELDING NVWA :

215571.00

GEGEVENS MELDER :

Naam : 3. Rottier

Tel. nummer : nvt

Adres : Zuidkade 3, 5462 CD Veghel

GEGEVENS BEDRIJF/ORGANISATIE WAAROP MELDING BETREKKING HEEFT :

Naam : Eetcafé Havenzicht

Postcode : 5462 CD

Plaats : Veghel

MELDDATUM : Do 26 apr 12

OMSCHRIJVING MELDING :

Ik woon in de buurt van een café (Havenzicht), waar alcoholische dranken (wijn/bier/mixjes)

gedurende de weekenden (vrijdag t/m zondag) worden aangeboden voor slechts 1 euro (café noemt

zich één eurocafe). Meisjes mogen zelfs de hele avond voor in het totaal €7,50 drinken. Dit heeft een

sterke aantrekkingskracht op jongeren. Ik constateer regelmatig ernstig dronken tieners en dat baart

mij (nog los van de overlast) zorgen. Het is wachten op ernstige gevolgen, niet in het minst omdat

aan de overkant van het café de kade zonder muurtje overgaat in water (de haven), waar lavenlozen

in kunnen vallen. Mijn vraag:

1: mag een uitbater alcoholische drank tegen dit soort extreem lage prijzen aanbieden aan zijn

gasten?

2: hoe en door wie wordt gecontroleerd dat alcohol verstrekt wordt aan kinderen <16?

Bijlage 3 Bronvermelding

Babor, T., e.a. (2010). Alcohol:noordinarycommodity.Researchandpublicpolicy.SecondEdition. Oxford: Oxford University Press. Utrecht: Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP)

Van Hoof, J.J. & Krokké, J. (2011). Alcoholverkoop aan jongeren. Een landelijk nalevingsonderzoek. Enschede, afdeling Communicatiewetenschap: Universiteit Twente.

Mulder, J., Bovens, R., Franken, F., & Sannen, A. (2013). Procesinuitvoering.Eenzoektochtnaarde operationalisatie vancrucialeprocesfactorenindeuitvoeringvanregionalealcoholprojecten. Utrecht: Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP).

Reynolds, R.I. (2003). Buildingconfidenceinourcommunities.London: London Drug Policy Forum.

Gezondheidsmonitor jongeren (12-18 jaar) 2011 tabellenboek Veghel, GGD Hart voor Brabant

Think before you drink (januari 2014), Handreiking Preventie- en handhavingsplan alcohol, GGD Hart voor Brabant

‘Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid’

Handhavingsbeleidsplan gemeente Veghel 2010-2014

Uitvoeringsprogramma Omgevingsrecht 2014