Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Slochteren

Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Slochteren
Officiële naam regelingBeleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorgeattribueerde functionaris
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Verordening onroerende-zaakbelastingen, art. 1
  2. Verordening rioolheffing, art. 3
  3. Verordening reinigingsheffingen, art. 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-09-2014Nieuwe regeling

11-08-2014

't Bokkeblad, 24-09-2015

2014/015877

Tekst van de regeling

De heffingsambtenaar van de gemeente Slochteren

Gelet op het bepaalde in:

  • -

    artikel 1 van de verordening onroerende-zaakbelastingen;

  • -

    artikel 3 van de verordening rioolheffing;

  • -

    artikel 4 van de verordening reinigingsheffingen;

Besluit vast te stellen de volgende:

Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie

Algemeen

In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn voor één belastingobject (onroerende of roerende zaak, perceel).

In de gevallen waarin dat voorkomt mag de gemeente de aanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen. In deze gevallen hanteert de gemeente Slochteren een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslag op zijn of haar naam krijgt.

Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op veronderstelde betaalcapaciteit en doelmatige c.q. doeltreffende heffing en invordering en wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden zijn.

De in de voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten geen limitatieve opsomming. Zij moeten worden beschouwd als richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen.

Daar waar in deze verordening wordt gesproken over beschikbare gegevens worden in eerste instantie bedoeld de gegevens zoals aanwezig in de Kadastrale administratie en de basisregistratie personen.

Voorkeursvolgorde

1Met betrekking tot de gemeentelijke belastingen die worden geheven van genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt, indien er met betrekking tot één roerende of onroerende zaak verschillende categorieën genothebbenden zijn, de aanslag in de onderstaande volgorde gesteld ten name van:
1.1de beperkt gerechtigde, waarbij de volgende voorkeursvolgorde geldt:
1.1.1de vruchtgebruiker c.q. gerechtigde krachtens recht van gebruik en bewoning;
1.1.2de opstaller, met uitzondering van degene die een afhankelijk opstalrecht, dan wel een opstalrecht ten behoeve van de aanleg en het onderhoud van onder- of bovengrondse leidingen heeft;
1.1.3de erfpachter dan wel de beklemde meier;
1.2de eigenaar of de appartementsgerechtigde;
1.3degene die andere wijze als genothebbende naar voren komt, daaronder begrepen de bezitter.
   
2.Met betrekking tot de gemeentelijke belastingen die worden geheven van genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
2.1indien er binnen één categorie genothebbenden personen zijn die volgens de beschikbare gegevens in de gemeente Slochteren wonen of gevestigd zijn:
2.1.1degene die ook als gebruiker wordt aangemerkt;
2.1.2degene die het grootste aandeel in het genotsrecht heeft;
2.1.3een natuurlijk persoon boven een niet-natuurlijk persoon;
2.1.4bij gelijke aandelen de oudste in leeftijd;
2.1.5degene die bij de afdeling die de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen uitvoert als genothebbende of gebruiker bekend is;
2.1.6de eerstgerechtigde in de volgorde die door het kadaster wordt aangehouden.
   
2.2indien er binnen één categorie genothebbenden geen personen zijn die volgens de beschikbare gegevens in de gemeente Slochteren wonen of gevestigd zijn, maar wel personen die volgens de beschikbare gegevens elders in Nederland wonen of gevestigd zijn:
2.2.1degene die het grootste aandeel in het genotsrecht heeft;
2.2.2een natuurlijk persoon boven een niet-natuurlijk persoon;
2.2.3bij gelijke aandelen de oudste in leeftijd;
2.2.4degene die bij de afdeling die de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen uitvoert als genothebbende of gebruiker bekend is;
2.2.5de eerstgerechtigde in de volgorde die door het kadaster wordt aangehouden.
   
2.3indien er binnen één categorie genothebbenden geen personen zijn die volgens de beschikbare gegevens in Nederland wonen of gevestigd zijn, maar wel personen die volgens de beschikbare gegevens in het buitenland wonen of gevestigd zijn:
2.3.1degene die het grootste aandeel in het genotsrecht heeft;
2.3.2degene die bij de afdeling die de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen uitvoert als genothebbende of gebruiker bekend is;
2.3.3de eerstgerechtigde in de volgorde die door het kadaster wordt aangehouden.
   
3Met betrekking tot de onroerende-zaakbelastingen die worden geheven van gebruikers en de afvalstoffenheffing, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
3.1degene die op het laatste binnengemeentelijke adres belastingplichtig was;
3.2degene die ook als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt aangemerkt;
3.3degene die het langst gebruik maakt van het belastingobject;
3.4de oudste in leeftijd, in geval van gelijktijdige vestiging in het belastingobject;
3.5degene die de huur van het hele belastingobject betaalt aan een elders wonende verhuurder;
3.6degene die een nutsvoorziening van het belastingobject op naam heeft;
3.7degene die het grootste deel van het belastingobject gebruikt;
3.8degene die op andere wijze als gebruiker naar voren komt.
   
4Indien en voor zover aanslagen van verschillende gemeentelijke belastingen worden verenigd op één aanslagbiljet, worden deze in onderstaande volgorde ten name gesteld van de belastingplichtige die:
4.1ingevolge de onderdelen 1 en 2 kan worden aangewezen;
4.2ingevolge onderdeel 3 kan worden aangewezen.
   
5De onderdelen 1 tot en met 4 vinden geen toepassing indien:
5.1de aanslag kan worden opgelegd aan degene die met betrekking tot het voorgaande belastingtijdvak of kalenderjaar de aanslag heeft gekregen, gezorgd heeft dat de aanslag betaald is en nog steeds belastingplichtig is;
5.2bij de afdeling die de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen uitvoert bekend is dat één van de potentiële belastingplichtigen de desbetreffende aanslag op zijn/haar naam wil hebben, althans voor zover dit niet leidt tot een mogelijke situatie dat de belasting niet kan worden betaald dan wel ingevorderd.
6Voor zover de belasting wordt geheven over een belastingtijdvak, is bij de toepassing van de voorkeursvolgorde beslissend de situatie bij de aanvang van dat tijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
   
7Aangezien de voorkeursvolgorde erop is gericht de aanslag op te leggen aan een belastingplichtige die in staat geacht mag worden om de belasting te betalen, kan, indien kennis van de heffingsambtenaar of de invorderingsambtenaar omtrent de betalingscapaciteit van de belastingplichtige daartoe aanleiding geeft, ook tot een andere keuze gekomen worden dan uit de voorkeursvolgorde zou volgen.
   
8Wijzigingen kunnen – indien reeds een aanslag aan een belastingplichtige is opgelegd – pas plaatsvinden met ingang van het eerstvolgende belastingtijdvak.
   
9Indien in uitzonderingsgevallen, door welke oorzaak dan ook, een aanslag wordt opgelegd in afwijking van het in de voorgaande onderdelen bepaalde, is die aanslag alleen ongeldig als er sprake is van willekeur (beroep bij de rechter is mogelijk).
   
10Indien een belasting niet wordt geheven bij wege van aanslag, maar op andere wijze, is het bepaalde in de onderdelen 1 tot en met 9 van overeenkomstige toepassing.
   
11Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld te Hoogezand op 11 augustus 2014.

De heffingsambtenaar van de gemeente Slochteren,

E.Jansen