Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Franekeradeel

Aanwijzing, beperkingen en nadere regels ten aanzien van ligplaatsen en vaartuigen in de gemeente Franekeradeel

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Franekeradeel
Officiële naam regelingAanwijzing, beperkingen en nadere regels ten aanzien van ligplaatsen en vaartuigen in de gemeente Franekeradeel
CiteertitelAanwijzingsbesluit en nadere regels ligplaatsen gemeente Franekeradeel 2014
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Nieuwe regeling

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

art. 5.25, lid 1 en 2 Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Franekeradeel 2010

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-09-201620-12-2019bijlage 1 Franeker

14-09-2016

Franeker Courant

F16.202384
01-04-201615-09-2016bijlage 1 Franeker

22-03-2016

Franeker Courant

F16.200636
09-04-201431-03-2016Nieuwe regeling

25-03-2014

Franeker Courant

13.202275
03-04-2014Nieuwe regeling

25-03-2014

Franeker Courant

13.202275

Tekst van de regeling

Burgemeester en wethouders van Franekeradeel;

gelet op het bepaalde in artikel 5:25, lid 1 en 2 van Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Franekeradeel 2010, waarin regelks zijn opgenomen ten aanzien van het innemen of hebben van een ligplaats met woonschepen en overige vaartuigen,

B E S L U I T E N:

de navolgende aanwijzin, beperkingen en nadere regels ten aanzien van ligplaatsen en vaartuigen in de gemeente Franekeradeel vast te stellen:

HOOFDSTUK I – ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 – Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    vaartuig: een vervoermiddel voor vervoer over wateroppervlakten, waaronder tevens begrepen een vaartuig zonder waterverplaatsing, een casco, een vaartuig in aanbouw en een vaartuig dat de geschiktheid tot varen of drijven heeft verloren, dan wel de overblijfselen daarvan;

  • b.

    ligplaats innemen: het afmeren en het vervolgens doen of laten liggen van een vaartuigaan of op de oever, aan de oeverbescherming, aan of op een natuurlijke of een voor ditdoel aangebrachte voorziening of aan een ander vaartuig;

  • c.

    openbaar water: wateren die voor het publiek bevaarbaar of op andere wijze toegankelijk zijn;

  • d.

    schipper: degene die op een vaartuig met de leiding is belast of feitelijk de leiding in handen heeft;

  • e.

    woonschip: elke drijvende constructie, die uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebruikt als, of te oordelen naar zijn constructie of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd om te worden bewoond door één of meer personen;

  • f.

    recreatievaartuig: ieder voor sport- en vrijetijdsdoeleinden bedoeld vaartuig, ongeacht het type of de wijze van voortstuwing;

  • g.

    chartervaartuig: (voormalig) bedrijfsvaartuig dat (weer) onder zeil of in de vaart is gebracht en die verhuurd of gebruikt wordt om al dan niet met een beroepsbemanning te zeilen of varen met betalende passagiers (“bruine vloot”);

  • h.

    passagiersschip: (bedrijfs)vaartuig dat geheel of bijna geheel ingericht is en gebruikt wordt om vrij grote aantallen personen te vervoeren;

  • i.

    bedrijfsvaartuig: vaartuig dat voor bedrijfsmatige doeleinden wordt gebruikt;

  • j.

    havenmeester: de als zodanig door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar of zijn plaatsvervanger;

  • k.

    lengte van een vaartuig: de lengtemaat van het vaartuig over alles, naarboven afgerond op hele meters;

  • l.

    dag: een periode van 24 uren die aanvangt en eindigt om middernacht of een gedeelte daarvan;

  • m.

    wachtplaats: aanlegvoorziening voor het tijdelijk innemen van een ligplaats ten behoeve van het gebruik van een beweegbare brug.

HOOFDSTUK II – LIGPLAATSEN WOONSCHEPEN

Artikel 2 – Aanwijzing ligplaatsen woonschepen

Het is verboden om een ligplaats in te nemen of te hebben met een woonschip buiten de voor “ligplaatsen woonschepen” aangewezen gedeelten van het openbaar water, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende kaarten (bijlage I).

HOOFDSTUK III – LIGPLAATSEN OVERIGE VAARTUIGEN

Artikel 3 - Aanwijzing ligplaatsen overige vaartuigen

Het is verboden om een ligplaats in te nemen met een vaartuig langs een oever of kade die in eigendom of beheer is van de gemeente, buiten de gedeelten van het openbaar water die zijn aangewezen als lig- of wachtplaats op de bij dit besluit behorende kaarten (bijlage I).

HOOFDSTUK IV – BEPERKINGEN

Artikel 4 – Beperkingen naar soort en aantal vaartuigen

  • 1.

    De voor “passantenligplaatsen” aangewezen gedeelten van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een recreatie- of chartervaartuig of een passagiersschip.

  • 2.

    De voor “ligplaatsen recreatievaartuigen” aangewezen gedeelten van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een recreatievaartuig.

  • 3.

    De voor “ligplaatsen recreatievaartuigen tot maximaal 5 meter” aangewezen gedeelten van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een recreatievaartuig met een lengte die ten hoogste vijf meter bedraagt.

  • 4.

    De voor “bedrijfsligplaatsen” aangewezen gedeelten van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een bedrijfsvaartuig of voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig waaraan bedrijfsmatig onderhouds- of renovatiewerkzaamheden plaatsvinden of in de nabije toekomst plaats zullen vinden.

HOOFDSTUK V – NADERE REGELS

Artikel 5 – Vergunningplicht woonschepen

  • 1.

    Het is verboden om zonder vergunning van burgemeester en wethouders met een woonschip ligplaats in te nemen of te hebben op de voor “ligplaatsen woonschepen” aangewezen gedeelten van het openbaar water, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart.

  • 2.

    De vergunning als bedoeld in het eerste lid wordt geweigerd indien

    • a.

      het woonschip niet voldoet aan het bepaalde in de regels van het ter plaatse geldende ruimtelijke plan;

    • b.

      het uiterlijk van het woonschip niet voldoet aan redelijke eisen van welstand, beoordeeld naar de criteria zoals die zijn opgenomen in de Welstandsnota van de gemeente Franekeradeel.

  • 3.

    De vergunning wordt gesteld op naam van de eigenaar van het woonschip en vermeldt de plaatsaanduiding van de betreffende ligplaats en de kenmerken van het woonschip, waaronder de naam en de maten.

  • 4.

    De vergunninghouder kan de ligplaatsvergunning overdragen aan een rechtverkrijgende. Op aanvraag van de vergunninghouder en van de rechtverkrijgende schrijven burgemeester en wethouders de vergunning over op naam van de rechtverkrijgende.

  • 5.

    Indien de vergunninghouder voornemens is veranderingen aan het woonschip aan te brengen of het woonschip te vervangen, dient vooraf bij burgemeester en wethouders een aanvraag tot wijziging van de vergunning te worden aangevraagd. De weigeringsgronden als genoemd in het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 6.

    Burgemeester en wethouders kunnen de vergunning intrekken indien:

    • a.

      de vergunning op basis van een onjuiste opgave of onjuiste informatie is verleend;

    • b.

      de werkelijke situatie niet meer overeenstemt met de gegevens in de vergunning;

    • c.

      het woonschip waarop de vergunning betrekking heeft niet voldoet aan redelijke eisen van veiligheid, milieuhygiëne of gezondheid;

    • d.

      het woonschip waarop de vergunning betrekking heeft in ernstige strijd met redelijke eisen van welstand verkeert;

    • e.

      het woonschip waarop de vergunning betrekking heeft zonder voorafgaande melding aan burgemeester en wethouders gedurende een periode langer dan twaalf aaneengesloten weken geen ligplaats inneemt;

    • f.

      vergunninghouder hiertoe een verzoek indient.

Artikel 6 – Afmeren recreatievaartuigen bij woonschepen

Voor bewoners van een woonschip is het toegestaan om aan of in de directe nabijheid van het woonschip een recreatievaartuig voor eigen gebruik af te meren, voor zover dit geen gevaar, hinder of schade veroorzaakt of de vrije doorgang voor andere vaartuigen belemmert.

Artikel 7 – Meldingsplicht

  • 1.

    Het is verboden om ligplaats met een vaartuig in te nemen of te hebben zonder dat hiervan melding is gedaan overeenkomstig het tweede en derde lid van dit artikel.

  • 2.

    De schipper of de eigenaar van een vaartuig moet, binnen zes uur na aankomst van zijn vaartuig binnen de gemeentegrenzen, daarvan melding doen aan de havenmeester, indien met dat vaartuig een ligplaats ingenomen gaat worden.

  • 3.

    De melding dient telefonisch, in persoon of via email te worden gedaan, indien met een recreatie- of chartervaartuig of met een passagiersschip niet langer dan vijf dagen achtereen ligplaats ingenomen gaat worden ter plaatse van “passantenligplaatsen”. In alle overige gevallen geschiedt het melden schriftelijk of via email met gebruikmaking van het in bijlage II opgenomen model-formulier.

  • 4.

    Het in het eerste lid genoemde verbod geldt niet voor zover:

    • a.

      De periode dat ligplaats wordt ingenomen minder bedraagt dan zes uur;

    • b.

      ligplaats wordt ingenomen met een recreatievaartuig met een lengte die ten hoogste vijf meter bedraagt ter plaatse van de voor “ligplaatsen recreatievaartuigen tot maximaal 5 meter” aangewezen gedeelten van openbaar water;

    • c.

      sprake is van het afmeren van een recreatievaartuig bij een woonschip, als bedoeld in artikel 6;

    • d.

      ligplaats wordt ingenomen met een vaartuig aan een oever of kader die niet in eigendom of beheer is van de gemeente Franekeradeel;

    • e.

      ligplaats wordt ingenomen met een vaartuigen buiten de bebouwde kom van de stad Franeker.

Artikel 8 – Gebruik passantenligplaatsen

Ter plaatse van de voor “passantenligplaatsen” aangewezen gedeelten van openbaar water mag gedurende de periode die aanvangt op 1 april en eindigt op 31 oktober van elk jaar niet langer dan vijf dagen achtereen ligplaats worden ingenomen.

Artikel 9 – Gebruik wachtplaatsen

De voor “wachtplaats” aangewezen gedeelten van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig voor een periode die duurt tot de eerstvolgende brugopening.

Artikel 10 – Gebruik ligplaatsen laden en lossen

De voor “ligplaatsen laden en lossen” aangewezen gedeelte van openbaar water mogen uitsluitend worden gebruikt voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig gedurende een periode dat daadwerkelijk laad- en losactiviteiten plaatsvinden of gedurende de periode die redelijkerwijs noodzakelijk is voor het tanken van water.

Artikel 11 – Staat van onderhoud vaartuigen

  • 1.

    Het is in het belang van het aanzien van de gemeente verboden om met een vaartuig dat in kennelijk verwaarloosde staat verkeert een ligplaats in te nemen of te hebben.

  • 2.

    De rechthebbende op een vaartuig is verplicht om te voorkomen dat zijn vaartuig door lekkage of neerslag geheel of gedeeltelijk zinkt.

  • 3.

    Bij nalatigheid van de rechthebbende kunnen burgemeester en wethouders besluiten om op kosten van de rechthebbende het vaartuig leeg te pompen en/of het lek te herstellen, dan wel het vaartuig zodanig te verplaatsen dat in geval van gedeeltelijk zinken geen hinder of gevaar wordt veroorzaakt.

Artikel 12 – Vrije doorvaart en voorkomen van schade, gevaar of hinder

Het is verboden om met een vaartuig op zodanige wijze ligplaats in te nemen dat hiermee gevaar, hinder of schade veroorzaakt wordt of de vrije doorgang voor andere vaartuigen wordt belemmerd.

Artikel 13 – Aanwijzingen havenmeester

De schipper of eigenaar van een vaartuig is verplicht de aanwijzingen van de havenmeester terstond op te volgen.

HOOFDSTUK VI – SLOTBEPALINGEN

Artikel 14 – Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als “Aanwijzingsbesluit en nadere regels ligplaatsen gemeente Franekeradeel 2014”.

Artikel 15 – Rechtsgeldigheid

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die waarop het is bekend gemaakt, conform het daaromtrent bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    Met ingang van de in het eerste lid genoemde dag vervalt het besluit van burgemeester en wethouders tot aanwijzing ligoevers gemeente Franekeradeel 2005 van 9 mei 2006.

Franeker, 25 maart 2014

Burgemeester en wethouders voornoemd,

, burgemeester , secretaris

BIJLAGE I:

TEKENINGEN BEHORENDBIJ AANWIJZINGSBESLUIT EN NADERE REGELS LIGPLAATSEN GEMEENTE FRANEKERADEEL 2014

bijlage 1 Franeker [Klik hier om het document te downloaden]

Bijlage 1 Tzummarum [Klik hier om het document te downloaden] Bijlage 1 Achlum [Klik hier om het document te downloaden] Bijlage 1 Tzum [Klik hier om het document te downloaden]

BIJLAGE II:

MODELFORMULIER MELDING INNEMEN LIGPLAATS

Meldinginnemen ligplaats

Wilt u met uw boot een ligplaats innemen in de stad Franeker? Dan moet u dit vooraf melden met dit formulier. Het volledig ingevulde en ondertekende formulier kunt u per post of email opsturen naar: Havenmeester gemeente Franekeradeel, antwoordnummer 75, 8800 VB in Franeker (postzegel niet nodig) of info@franekeradeel.nl.

Heeft u vragen over het invullen van het formulier of over het innemen van een ligplaats? Neemt u dan gerust contact op met de havenmeester (telefoonnummer: 06- 22209505) of met de afdeling Ruimte van de gemeente Franekeradeel (telefoonnummer 14 0517, email: info@franekeradeel.nl).

Gegevens eigenaar

Naam : .................................................BBS :.......................................N:

Adres : ................................................. Telefoonnr. : .............................

Postcode : ............................................. Woonplaats :..............................

Gegevens boot

Naam :..................................................Type : .....................................

Lengte : ............................................... Kleur : .....................................

Periode

vanaf (dd-mm-jj):............................ tot. (dd-mm-jj).................................

Ligplaats

□ Doaiumer Feart □ Kromme Gracht □ Oude Trekvaart □ Anders:

□ Noardergracht □ Vliet □ Van Harinxmakanaal

Handtekening...................................Datum..........................................

(ruimte voor foto van de boot)

TOELICHTING:

Op grond van het bepaalde in artikel 5:25, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Franekeradeel 2010 (APV) is het verboden om met een vaartuig ligplaats in te nemen of te hebben dan wel een ligplaats voor een vaartuig beschikbaar te stellen op door het college aan te wijzen gedeelten van openbaar water. Dit betekent dat de APV handvatten biedt aan het college om gebieden aan te wijzen waar wel of juist niet ligplaats mag worden ingenomen met een vaartuig.

Het college is daarnaast bevoegd om beperkingen te stellen aan het innemen van een ligplaats met een vaartuig naar soort en aantal. Tenslotte kunnen aan het innemen van een ligplaats nadere regels worden verbonden in het belang van de openbare orde, volksgezondheid, veiligheid, milieuhygiëne en het aanzien van de gemeente.

Met het onderhavige besluit geeft het college nadere invulling aan deze door de raad bepaalde bevoegdheden. Het besluit vervangt het op de Ligplaatsverordening Franekeradeel gebaseerde ‘besluit van burgemeester en wethouders tot aanwijzing ligoevers gemeente Franekeradeel 2005’ van 9 mei 2006.

Naast de algemene bepalingen en de slotbepalingen kent het aanwijzingsbesluit een viertal hoofdstukken. Hoofdstuk II en III bevatten verbodsbepalingen op grond van artikel 5:25 lid 1 van de APV. In hoofdstuk IV zijn een aantal beperkingen opgenomen die gelden bij het gebruik van de door het college aangewezen ligplaatsen. In hoofdstuk V tenslotte zijn nadere regels opgenomen, waaraan iedereen die ligplaats inneemt met een vaartuig zich dient te houden.

Hierna volgt per artikel een korte toelichting op het besluit van het college.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ AANWIJZINGSBESLUIT, BEPERKINGEN EN NADERE REGELS LIGPLAATSEN GEMEENTE FRANEKERADEEL 2014

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Het eerste artikel van het Aanwijzingsbesluit bevat de omschrijvingen van de verschillende in het besluit voorkomende begrippen. De omschrijvingen zijn afgestemd op de omschrijvingen in de Algemene Plaatselijke Verordening Franekeradeel 2010 en de Liggeldverordening Franekeradeel 2014.

Artikel 2 - Aanwijzing ligplaatsen woonschepen

De gemeente Franekeradeel kent een aantal locaties die bestemd zijn voor en waar ook daadwerkelijk ligplaats wordt ingenomen met woonschepen. Het betreft hier de woonschepenhaven Bloemketerp en de ligplaatsen met de adressen Zuiderkade 31a, Zevenhuizen 51 en Salverderweg 44 in Franeker. Deze locaties zijn aangewezen als “ligplaats woonschepen”. Buiten deze locaties is het niet toegestaan om met een woonschip ligplaats in te nemen.

Artikel 3 - Aanwijzing ligplaatsen overige vaartuigen

Artikel 3 bevat een algemene verbodsbepaling om vaartuigen aan te leggen buiten de door het college als zodanig aangewezen lig- en wachtplaatsen. Om verrommeling van het buitengebied te voorkomen bevinden alle door het college aangewezen ligplaatsen zich binnen de bebouwde kom van de stad Franeker en de dorpen Achlum, Tzum en Tzummarum. In de andere dorpen zijn geen reële mogelijkheden om ligplaats in te nemen met een vaartuig. Gedeelten van openbaar water die niet zijn aangewezen als ligplaats zijn hiervoor in het algemeen niet geschikt vanuit het belang van openbare orde, volksgezondheid, veiligheid, milieuhygiëne en het aanzien van de gemeente. Het innemen van een ligplaats is daar dan ook verboden.

Openbaar water ter plaatse van oevers en kaden die niet in eigendom of beheer zijn van de gemeente zijn niet aangewezen als ligplaats. Het is in eerste instantie aan de eigenaar of de beheerder om te bepalen of hier een ligplaats kan worden ingenomen. Bij het innemen van een ligplaats dient wel rekening te worden gehouden met de algemeen geldende nadere regels zoals die zijn opgenomen in artikel 10 en 11 van het besluit.

Artikel 4 - Beperkingen naar soort en aantal vaartuigen

Op grond van artikel 5:25, tweede lid, aanhef en onder b van de Algemene Plaatselijke Verordening Franekeradeel 2010 kan het college aan het innemen, hebben of beschikbaar stellen van een ligplaats beperkingen stellen naar soort en aantal vaartuigen Het college heeft van deze mogelijkheid op de volgende wijze gebruik gemaakt.

Passantenligplaatsen

In zijn algemeenheid is het gemeentelijk beleid erop gericht om het toeristisch-recreatieve karakter van de gemeente Franekeradeel en meer specifiek de stad Franeker in stand te houden en waar mogelijk te versterken. Een concrete doelstelling hierbij is het trekken van toeristen naar de binnenstad van Franeker. Het college vindt het daarom wenselijk dat in de nabijheid van de binnenstad voldoende aanleggelegenheid aanwezig is voor passanten. In het besluit wordt hierin voorzien door een aantal gebieden langs de randen van de binnenstad aan te wijzen als passantenligplaats. Ter plaatse van de passantenligplaatsen mag uitsluitend ligplaats worden ingenomen met recreatievaartuigen, charterschepen en passagiersschepen. Tijdens het vaarseizoen is de ligduur beperkt tot maximaal vijf dagen achtereen, om zo te voorkomen dat de plaatsen voor toeristen gedurende langere tijd bezet worden gehouden door andere doelgroepen. Buiten het vaarseizoen is het toegestaan om gedurende een langere periode ligplaats in te nemen (tot de start van het nieuwe vaarseizoen).

Ligplaatsen recreatievaartuigen

In een waterrijke gemeente als Franekeradeel beschikken veel inwoners van de gemeente zelf over een recreatievaartuig. Omdat de meeste mensen niet beschikken over een ‘eigen’ aanleggelegenheid, bestaat de behoefte om ligplaats in te nemen in het openbaar water, langs gemeentelijke oevers en kaden. Het college vindt het wenselijk om in deze behoefte te voorzien door ligplaatsen voor recreatievaartuigen aan te wijzen. Deze ligplaatsen kunnen indien mogelijk, nodig of gewenst ook gebruikt worden door passanten.

Ligplaatsen recreatievaartuigen tot maximaal 5 meter

Een aanzienlijk deel van de recreatievaartuigen betreffen kleine niet-geregistreerde roei-, zeil- of motorbootjes of kano’s van eigen bewoners. Het college vindt het wenselijk dat plaatsen worden aangewezen zonder voorzieningen, buiten het centrum van Franeker, waar met kleine bootjes een ligplaats kan worden ingenomen zonder dat dit behoeft te worden gemeld en waarvoor geen liggeld verschuldigd is. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de praktijk, waarbij het lastig bleek te zijn om liggeld te innen (de eigenaars van de niet-geregistreerde bootjes waren vaak niet te achterhalen) en de hoogte van het liggeld veelal niet in verhouding stond tot de waarde van de bootjes.

Bedrijfsligplaatsen

Langs het Van Harinxmakanaal, ter hoogte van Industrieterrein Oost bevinden zich een aantal locaties die hoofzakelijk gebruikt worden voor bedrijfsmatige doeleinden. De in de nabijheid aanwezige scheepswerf gebruikt de kade om vaartuigen aan te leggen waaraan onderhouds- en renovatiewerkzaamheden worden uitgevoerd. Daarnaast is in het verleden toestemming verleend aan het bedrijf Koehoorn om ter plaatse aan aantal vaartuigen af te meren. Genoemde locaties zijn daarom aangewezen als bedrijfsligplaats. Aangezien chartervaartuigen en passagiersschepen ook zijn aan te merken als bedrijfsvaartuig, is het toegestaan om dergelijke vaartuigen af te meren ter plaatse van een bedrijfsligplaats.

Artikel 5 - Vergunningplicht woonschepen

Het college vindt het van belang om vóóraf te beoordelen in hoeverre het innemen van een ligplaats met een woonschip of het veranderen van een woonschip acceptabel is. Zo kan bijvoorbeeld worden voorkomen dat het college voor een voldongen feit wordt gesteld en achteraf handhavend moet optreden tegen een ongewenste situatie. Om deze reden heeft het college besloten een vergunningplicht in te stellen. De vergunning voor het innemen van een ligplaats met een woonschip wordt geweigerd indien het ter plaatse geldende ruimtelijke plan het innemen van een ligplaats niet toestaat. Daarnaast beoordeelt het college of het woonschip waarvoor vergunning wordt gevraagd, voldoet aan redelijke eisen van welstand. Welstandscriteria zijn opgenomen in de Welstandsnota Franekeradeel 2012.

De vergunning kan worden overgedragen aan de rechtsverkrijgende, indien het woonschip wordt verkocht. Ten overvloede merkt het college hierbij op dat hiermee niet de ligplaats wordt overgedragen (het recht om een ligplaats in gebruik te mogen nemen), maar slechts de toestemming om met het specifieke vaartuig waarvoor de vergunning is verleend ligplaats in te nemen op het moment dat de gemeente een ligplaats heeft toegekend.

Het college kan besluiten om de vergunning in te trekken indien sprake is van één of meer van de in het zesde lid genoemde gronden. De belangrijkste redenen om een vergunning in te trekken betreffen de situaties waarbij een woonschip ernstig in strijd van redelijke eisen van welstand geraakt of als het woonschip niet langer voldoet aan bepaalde minimale eisen op het gebied van veiligheid, milieuhygiëne of gezondheid (bijvoorbeeld als gevolg van verwaarlozing van het schip).

Artikel 6 - Afmeren recreatievaartuigen bij woonschepen

Eigenaren van een woonschip beschikken veelal tevens over een (klein) recreatievaartuig. Het afmeren van een dergelijk vaartuig is zonder voorafgaande toestemming of het doen van een melding toegestaan, mits dit gebeurt aan of in de directe nabijheid van het woonschip. Het recreatievaartuig mag geen gevaar, hinder of schade veroorzaken en het vaartuig mag niet op zodanige wijze worden afgemeerd dat hiermee de vrije doorvaart voor andere vaartuigen wordt belemmerd.

Artikel 7 - Meldingsplicht

Uit naam van het college is de havenmeester belast met het toezicht op de naleving van het aanwijzingsbesluit de nadere regels en beperkingen met betrekking tot het innemen van een ligplaats. Om adequaat uitvoering te kunnen geven aan deze taak, is het van belang dat de havenmeester tijdig op de hoogte is als iemand voornemens is om met een vaartuig ligplaats in te nemen. Om deze reden moet melding worden gedaan van het innemen van een ligplaats. Met het doen van de melding beschikt de havenmeester over de gegevens van de eigenaar van het vaartuig, de relevante kenmerken van het vaartuig en de locatie waar men van plan is ligplaats in te nemen. Naar aanleiding van de melding kan de havenmeester indien nodig nadere aanwijzingen geven.

Voor passanten, die vaak gedurende één of enkele nachten in Franeker verblijven, geldt dat zij de melding in persoon (of telefonisch/via email) doen bij de havenmeester. Hiermee wordt aangesloten bij de bestaande praktijk. De overige doelgroepen moeten zich melden via het daarvoor door het college beschikbaar gestelde formulier.

In het vierde lid worden de volgende categorieën van gevallen uitgezonderd van het doen van een melding:

  • -

    Boten waarmee slechts kortdurend (minder dan zes uren achtereen) ligplaats wordt ingenomen. Te denken valt hierbij aan toeristen die een kort bezoek brengen aan de stad Franeker, laden en lossen en wachten op de eerstvolgende brugopening.

  • -

    Kleine recreatievaartuigen (zoals kano’s en kleine roei- of motorbootjes) waarmee ligplaats wordt ingenomen op de plekken die door het college speciaal hiervoor zijn aangewezen. Op grond van de Liggeldverordening 2014 is voor deze vaartuigen ook geen liggeld verschuldigd.

  • -

    Recreatievaartuigen die behoren bij een woonschip en waarmee aan of in de directe nabijheid van een woonschip ligplaats wordt ingenomen.

  • -

    Vaartuigen waarmee ligplaats wordt ingenomen anders dan aan een oever of kade die bij de gemeente Franekeradeel in beheer of eigendom is. Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan de oevers bij de woningen in woongebied Franeker-Zuid.

  • -

    Vaartuigen waarmee ligplaats wordt ingenomen op de daarvoor aangewezen ligplaatsen buiten de stad Franeker. Het betreft hier de gebieden in Achlum, Tzum en Tzummarum.

Artikel 8 - Gebruik passantenligplaatsen

De voor “passantenligplaatsen” aangewezen gedeelten van openbaar water zijn tijdens het vaarseizoen primair bedoeld voor toeristen die gedurende één of enkele nachten de stad Franeker aandoen. Het gaat om de wateren rondom de binnenstad van Franeker, waar ook de voorzieningen (stroom en sanitair) zijn gesitueerd. Tijdens het vaarseizoen moet worden voorkomen dat de passantenligplaatsen (langdurig) worden ingenomen door andere doelgroepen dan passanten. Het college heeft daarom bepaald dat gedurende het vaarseizoen maximaal vijf dagen achtereen ligplaats mag worden ingenomen.

Artikel 9 - Gebruik wachtplaatsen

Aan weerszijden van de Frisiabrug en ten oosten van de Stationsbrug zijn locaties aangewezen (en feitelijk ingericht) waar met een vaartuig ligplaats kan worden ingenomen in afwachting van de opening van de brug. Om deze plaatsen als wachtplaats beschikbaar te houden, is het niet wenselijk dat hier langdurig ligplaats wordt ingenomen. De duur dat hier ligplaats mag worden ingenomen is dan ook beperkt tot de eerstvolgende brugopening.

Artikel 10 - Gebruik ligplaatsen laden en lossen

Nabij Industrieterrein Oost bevindt zich een laad- en loskade en een punt voor het innemen van water. Het is niet toegestaan om hier ligplaats in te nemen, anders dan gedurende de periode die daadwerkelijk nodig is om respectievelijk water in te nemen of het vaartuig te laden of te lossen.

Artikel 11 - Staat van onderhoud vaartuigen

Ter bescherming van het uiterlijk aanzien van de gemeente en vanuit het oogpunt van het voorkomen van hinder vindt het college het niet wenselijk dat wrakken in het openbaar water blijven liggen. Artikel 11 biedt het college een handvat om maatregelen te treffen indien er sprake is van verwaarlozing van een vaartuig of als een vaartuig geheel of gedeeltekijk is gezonken.

Artikel 12 - Vrije doorvaart en voorkomen van schade, gevaar of hinder

Artikel 12 van het besluit bevat het verbod om met het innemen van een ligplaats met een vaartuig schade, gevaar of hinder te veroorzaken. Daarnaast wenst het college een vrije doorvaart voor vaartuigen te borgen.

Artikel 13 - Aanwijzingen havenmeester

Het college heeft een havenmeester benoemd, die belast is met het toezicht op de naleving van dit besluit en het innen van liggeld. De havenmeester kan individuele booteigenaren aanwijzingen geven vanuit het belang van de openbare orde, volksgezondheid, veiligheid, milieuhygiëne en het aanzien van de gemeente.De eigenaren zijn gehouden deze aanwijzingen op te volgen.

Artikel 14 - Citeertitel

In dit artikel is de citeertitel neergelegd van dit besluit.

Artikel 15 - Rechtsgeldigheid

Het laatste artikel van het besluit regelt de inwerkingtreding. Daarnaast bepaalt het college dat het ‘oude’ aanwijzingsbesluit, op grond van de Ligplaatsverordening wordt ingetrokken met ingang van de datum waarop het onderhavige besluit in werking treedt.