Overheidsorganisatie | Gemeente Graft-De Rijp |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2014 |
Citeertitel | Verordening forensenbelasting 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening forensenbelasting 2013 van 8 november 2012.
Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht op 1 januari 2014.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-03-2014 | 01-01-2014 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 12-12-2013 | 2013-066 |
De raad van de gemeente Graft-De Rijp;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 november 2013 nr 2013-066;
gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;
besluit
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2014
(Verordening forensenbelasting 2014)
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder;
woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet;
waarde: de waarde in het economisch verkeer als bedoeld in hoofdstuk III en IV van de Wet waardering onroerende zaken.
1. Onder de naam “forensenbelasting” wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
2. Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een algemeen vertegenwoordigend lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
De belasting wordt geheven per belastingjaar, per woning.
1. De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het tijdvak waarbinnen het belastingjaar valt is vastgesteld.
2. In afwijking van het eerste lid wordt de belasting geheven naar de waarde, indien de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld onder toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken.
3. In geval geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting geheven naar de waarde.
4. De vaststelling van de waarde bedoeld in het tweede en derde lid geschiedt overeenkomstig de artikelen 220 tot en met 220d van de Gemeentewet, met dien verstande dat daarbij artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken niet wordt toegepast.
5. De belasting bedraagt bij een waarde van:
€ 50.000,-- of minder € 138,--;
meer dan € 50.000,-- € 412,--.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
De belasting is verschuldigd op het moment dat de woning meer dan 90 dagen in het belastingjaar beschikbaar is gehouden als bedoeld in artikel 2.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald binnen twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijn.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 1, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening een woning ter beschikking houdt in de zin van de forensenbelasting, dat schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 232, vierde lid, sub a, van de Gemeentewet.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.
1. De Verordening forensenbelasting 2013 van 8 november 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de derde dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
4. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening forensenbelasting 2014.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad
van de gemeente Graft-De Rijp, gehouden op 12 december 2013
de griffier de voorzitter
B.A.F.M. Meijland H.R. Oosterop-van Leussen