Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bussum

Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskosten in belastingzaken 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bussum
Officiële naam regelingBeleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskosten in belastingzaken 2013
CiteertitelBeleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskosten in belastingzaken 2013.
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 1:3, vierde lid Awb en artikel 2, eerste lid, aanhef en onderdeel a, Besluit proceskosten bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-04-201318-04-2013nieuwe regeling De Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskosten in belastingzaken 2010 van 12 januari 2010 is ingetrokken.

04-04-2013

BussumsNieuws: 17 april 2013

Onbekend

Tekst van de regeling

Mevrouw drs. F.J. Box

Toelichting bij Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskosten in belastingzaken 2013

In sommige gevallen maakt een burger, die tegen een belastingaanslag of een WOZ beschikking een bezwaarschrift indient of in (hoger)beroep/cassatie gaat, extra kosten om tot een goede onderbouwing te komen. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld het door een derde op te stellen taxatierapport of de inhuur van een deskundige (tijdens de rechtszitting).

Indien de belanghebbende in die zaak van de heffingsambtenaar of van de rechter geheel of gedeeltelijk gelijk krijgt, is het redelijk dat de door hem gemaakte kosten (gedeeltelijk) worden vergoed.

Deze beleidsregel brengt lijn in de afdoening van verzoeken om kostenvergoedingen door de heffingsambtenaar. Het doel ervan is dat gelijke gevallen zoveel mogelijk gelijk en ongelijke gevallen zoveel mogelijk, naar de mate van hun ongelijkheid, ongelijk worden behandeld. De beleidsregel is bindend voor de heffingsambtenaar. Zij bindt de belastingrechter niet; de belastingrechter kan heel goed tot een andere kostenveroordeling komen dan die, welke uit de beleidsregel voortvloeit. De Hoge Raad stelt echter dat de beoordelende instantie zelfstandig op grond van eigen waardering oordeelt in welke gewichtscategorie een zaak valt (Hoge Raad 23 september 2011, nr. 10/04238, LJN: BT2293). Op grond van de toelichting op het Besluit proceskosten bestuursrecht oordeelt de Hoge Raad dat de toepassing van de wegingsfactoren steeds in overeenstemming moet zijn met de bewerkelijkheid en de gecompliceerdheid van de zaak en de daarmee verband houdende werkbelasting van de rechtsbijstandverlener. De Hoge Raad wijst daarmee het oordeel van de Centrale Raad van Beroep (2 maart 2006, nrs. 04/6299 en 04/6354, LJN: AV3988) af, namelijk dat een zaak in de bezwaarprocedure in beginsel behoort tot de categorie „gemiddeld‟, tenzij er duidelijke redenen zijn om hiervan af te wijken. Degene die zich dan op de afwijking beroept moet dat onderbouwen. In dat geval wordt er echter geen rekening gehouden met de bewerkelijkheid en gecompliceerdheid van het bezwaarschrift en de daarmee verband houdende werkbelasting.

Dat betekent niet dat een beoordelende instantie in de regel tot de conclusie kan komen dat de zaak gemiddeld is, aldus de Hoge Raad.

Door gebruik van het begrip „in beginsel‟ biedt de beleidsregel een nuttig handvat voor standaardzaken, maar ook voldoende ruimte voor bijzondere gevallen.

De wijze waarop de vergoeding tot stand komt en de hoogte van de vergoeding is nader uitgewerkt in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb), Besluit tarieven in strafzaken 2003, de richtlijn van de belastingkamers van de gerechtshoven inzake vergoeding van proceskosten bij WOZ-taxaties (hierna: Richtlijn gerechtshoven) en de Handleiding voor de afhandeling verzoek om vergoeding van proceskosten in WOZ zaken van de VNG.

In beginsel gelden globaal de volgende regels:

  • ·

    De belanghebbende moet zelf om een vergoeding vragen bij de heffingsambtenaar.

  • ·

    het verzoek moet worden gedaan voordat de heffingsambtenaar op het bezwaar heeft beslist. Een na de uitspraak op bezwaar ingediend verzoek is niet-ontvankelijk.

  • ·

    De beslissing inzake de kostenvergoeding maakt onderdeel uit van de uitspraak op het bezwaarschrift. Het beroep tegen de kostenvergoeding moet als onderdeel van de fiscale procedure tegen de uitspraak op het bezwaar bij de rechter worden ingediend.

  • ·

    De heffingsambtenaar vergoedt uitsluitend de kosten die belanghebbende in verband met de behandeling van het bezwaar redelijkerwijs heeft moeten maken.

  • ·

    Is de onjuistheid van het besluit te wijten aan de belanghebbende, bijvoorbeeld omdat hij niet tijdig de juiste gegevens heeft verschaft, dan bestaat geen recht op vergoeding.

  • ·

    De kosten die de heffingsambtenaar heeft moeten maken, komen niet voor vergoeding in aanmerking.

  • ·

    Geen kostenvergoeding wordt verleend indien het bestreden besluit wordt bevestigd of het bezwaar niet-ontvankelijk wordt verklaard.

  • ·

    Het Besluit proceskosten bestuursrecht kent onder andere de volgende te vergoeden kostensoorten:

    • 1.

      Kosten door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand ;

    • 2.

      Kosten van een deskundige, die aan belanghebbende verslag heeft uitgebracht, bijvoorbeeld via een taxatierapport;

    • 3.

      Reis- en verblijfkosten van belanghebbende;

    • 4.

      Verletkosten;

    • 5.

      Kosten uittreksels uit openbare registers.

  • ·

    Deze regeling heeft met name het oog op onderdelen 1 en 2.

  • ·

    Per kostensoort geldt een andere berekeningswijze.

  • ·

    De forfaitaire vergoedingsbedragen zijn (basis: bijlage Besluit proceskosten bestuursrecht):

    • o

      Bezwaarschrift € 235,--;

    • o

      Verschijnen tijdens hoorzitting € 235,--;

    • o

      Beroep en hoger beroep € 472,--.

Ter informatie worden ook nog de volgende tarieven en de uren die besteed mogen worden aan een taxatierapport genoemd (basis: Besluit tarieven in strafzaken en de Richtlijn gerechtshoven).

Uurtarief:

  • o

    Woningtaxatie: € 50 per uur;

  • o

    Taxaties van courante niet-woningen: € 65 per uur;

  • o

    Taxaties van alle incourante niet-woningen: de gefactureerde taxatiekosten tot het maximumtarief van € 116,09 per uur;

  • o

    Als maximum uurtarief voor deskundigen geldt: € 116,09.

Aantal uur besteed aan het taxatierapport:

  • ·

    2 uur voor een niet-inpandige woningtaxatie;

  • ·

    4 uur voor een woningtaxatie met inpandige opname.

  • ·

    Er wordt voor de hoogte van de vergoeding dus niet gekeken naar de werkelijk gemaakte kosten.

  • ·

    De wegingsfactoren bij individuele zaken zijn:

    • o

      Zeer licht: 0,25;

    • o

      Licht: 0,5;

    • o

      Gemiddeld: 1;

    • o

      Zwaar: 1,5;

    • o

      Zeer zwaar: 2.

  • ·

    De wegingsfactoren bij bezwaarschrift of administratief beroep zijn:

    • o

      Bezwaarschrift/beroepschrift: 1;

    • o

      Verschijnen tijdens hoorzitting: 1;

    • o

      Nadere hoorzitting: 0,5.

  • ·

    Bij beroep, hoger beroep en cassatie gelden andere wegingsfactoren. Kortheidshalve wordt naar de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht verwezen.

  • ·

    Bij samenhangende zaken zijn de wegingsfactoren:

    • o

      Bij een aantal samenhangende zaken van minder dan 4: 1;

    • o

      Bij een aantal samenhangende zaken 4 of meer: 1,5.

  • ·

    Simpel gezegd bedraagt het vergoedingsbedrag voor door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand het product van het (forfaitaire) vergoedingsbedrag, het aantal uren en de van toepassing zijnde wegingsfactor(en).

  • ·

    De in deze beleidsregel genoemde bedragen zijn exclusief b.t.w.; een vergoeding voor de kosten van een deskundige wordt alleen met b.t.w. verhoogd, indien hij de in rekening gebrachte b.t.w. niet als voorbelasting kan aftrekken.

  • ·

    Voor meer informatie wordt verwezen naar de door de VNG gegeven handleiding voor de afhandeling van een verzoek om vergoeding van proceskosten in WOZ-zaken.