| Overheidsorganisatie | Gemeente Veghel |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 2014 |
| Citeertitel | Verordening marktgelden 2014 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 229, eerste lid, onderdeel a
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 19-12-2013 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 12-12-2013 Stadskrant Veghel, 18-12-2013 | 42355 |
De raad van de gemeente Veghel;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 oktober 2013
gelet op artikel 229, eerste lid, onderdeel a van de Gemeentewet;
b e s l u i t :
vast te stellen de
Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 2014
(Verordening marktgelden 2014)
1. In de gemeente Veghel wordt onder de naam van "marktgeld" een recht geheven voor het innemen van een standplaats op de weekmarkt in Veghel of in Erp.
2. De grondslag voor het recht zoals genoemd in lid 1 is het aantal ingenomen strekkende meters openbare grond.
De rechten worden geheven van degene die op de weekmarkt openbare grond als standplaats in gebruik neemt.
Het marktgeld en reclamegeld bedraagt:
1. voor degene aan wie een standplaats per dag is toegewezen op de weekmarktin Veghel, per strekkende meter of gedeelte daarvan: € 1,43
2. voor degene aan wie een standplaats per dag is toegewezen op de weekmarkt in Erp, per strekkende meter of gedeelte daarvan: nihil
3. voor degene aan wie een vaste standplaats is toegewezen op de weekmarkt in Veghel, per kalenderkwartaal of gedeelte daarvan en per strekkende meter € 11,71
4. voor degene aan wie een vaste standplaats is toegewezen op de weekmarkt in Erp,per kalenderkwartaal of gedeelte daarvan en per strekkende meter: nihil;
1. Het marktgeld als bedoeld in artikel 3, lid 1 en 2, moet worden betaald op het tijdstip waarop een standplaats wordt ingenomen.
2. Het marktgeld als bedoeld in artikel 3, lid 3 en 4, moet worden betaald binnen 30 dagen na dagtekening van de nota.
Het marktgeld en het reclamegeld wordt geheven door middel van een nota of andere schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag is vermeld.
Indien van een standplaats waarvoor het marktgeld conform artikel 4, lid 2, is betaald gedurende het kalenderkwartaal buiten schuld van de belastingplichtige in het geheel geen gebruik is gemaakt, bestaat aanspraak op teruggaaf van het betaalde bedrag.
Bij de invordering van de marktgelden wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot deheffing en de invordering van de marktgelden.
1. De "Verordening marktgelden 2013", vastgesteld bij raadsbesluit van 13 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
4. Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening marktgelden 2014"
Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 12 december 2013.
De raad voornoemd.
De griffier,
Dr. W.J. Oosten.
De voorzitter,
mr. I.R. Adema.