Overheidsorganisatie | Gemeente Het Bildt |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De 'Verordening begrafenisrechten 2010' van 22 december 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Gemeentewet, art. 229
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 15-12-2011 Bildtse Post 28-12-2011 | 2011.12.08D | |
01-01-2010 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 22-12-2009 Bildtse Post 30-12-2009 | 09.12.08 E | |
01-01-2009 | 01-01-2009 | nieuwe regeling | 18-12-2008 Bildtse Post 24-12-2008 | 08.12.08 E | |
20-12-2007 | 01-01-2008 | nieuwe regeling | 29-11-2007 Bildtse Post 12-12-2007 | 20071112 |
De raad van de gemeente het Bildt;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 oktober 2011;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet ;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012
(Verordening lijkbezorgingsrechten 2012)
Deze verordening verstaat onder:
a. begraafplaats: de begraafplaatsen aan de Van Harenstraat te St.-Annaparochie, de Zuiderweg te St.-Jacobiparochie en de Attesweg te Vrouwenparochie;
b. graf: een zandgraf of een keldergraf;
c. grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet;
d. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
e. urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;
f. particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
– het doen begraven en begraven houden van lijken;
– het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
– het doen verstrooien van as;
g. particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
– het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
– het doen verstrooien van as;
h. particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
i. verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;
j. grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf.
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
2. Met betrekking tot de rechten genoemd in 6.8 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in 6.7 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
2. Andere rechten dan die bedoeld in 6.7 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in 6.7 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in en 6.7 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 6.7 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,-.
Andere rechten dan die bedoeld in 6.7 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
1. De 'Verordening begrafenisrechten 2010' van 22 december 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.
3. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening lijkbezorgingsrechten 2012.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2011.
De raad voornoemd
, voorzitter
, griffier