Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Het Bildt

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Het Bildt
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2017
CiteertitelVerordening leges 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2017Wijziging tarieven

22-12-2016

Register, 2016, 161214E

Geen.
01-01-201501-01-2016Wijziging tarieven

18-12-2014

Register, 2014, 141214E

Geen.
01-01-201401-01-2014Wijziging tarieven

19-12-2013

Bildtse Post, 24-02-2014

No. E131212E
01-01-201409-03-2014Wijziging tarieven

19-12-2013

Bildtse Post, 24-02-2014

No. E131212E
06-10-201101-01-2011nieuwe regeling

15-09-2011

Bildtse Post 28-09-2011

No. 110913
01-01-2011nieuwe regeling

15-12-2010

Bildtse Post 22-12-2010

No. 101209e
01-01-2010nieuwe regeling

22-12-2009

Bildtse Post 30-12-2009

08.12.08 F
01-01-200901-01-2010nieuwe regeling

18-12-2008

Bildtse Post 24-12-2008

08.12.08 F
20-12-2007nieuwe regeling

29-11-2007

Bildtse Post 12-12-2007

20071112

Tekst van de regeling

No. 1612__E

De raad van de gemeente het Bildt;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 november 2016;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017 (Legesverordening 2017).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    “dag”: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    “week”: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    “maand”: het tijdvak dat loopt van ne in een kalendermaand tot en met de (n-1) e in de volgende kalendermaand;

  • d.

    “jaar”: het tijdvak dat loopt van ne in een kalenderjaar tot en met de (n-1) e in het volgende kalenderjaar;

    “kalenderjaar”: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • 1.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten bij behorende tarieventabel;

  • 2.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

De in deze verordening genoemde leges worden, voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen van deze verordening is voorzien, niet geheven voor:

  • a.

    het afgeven van bewijzen van onvermogen;

  • b.

    het afgeven van stukken, benodigd door openbare besturen, met dien verstande dat de in hoofdstuk 5 van de tarieventabel vermelde leges wel verschuldigd zijn;

  • c.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging of toelagen;

  • d.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

  • e.

    de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage dan wel verhoging hiervan, betreffende enige gemeentelijke functie of dienstverlening jegens de gemeente;

  • f.

    de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas;

  • g.

    het afgeven van stukken, in hun persoonlijk benodigd door personen, die een verklaring, afgegeven door de burgemeester hunner woon- of verblijfplaats van hun onvermogen doen blijken;

  • h.

    de stukken en legalisatie van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • i.

    de agenda’s voor de vergaderingen van de raad, zowel met als zonder bijbehorende voorstellen, wanneer deze worden gevraagd ten behoeve van de pers;

  • j.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

Artikel 5 Tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crises- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10 derde lid van de Crises- en herstelwet.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Termijnen van betaling

De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

  • a.

    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b.

    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 8 Kwijtschelding van belasting

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet (Stb. 1994 762) en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11 Overgangsrecht en slotbepalingen

 1.De 'Legesverordening 2016' van 17 december 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, derde lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
 2.Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, derde lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
 3.Indien het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015/2016, 34358 (R2065), nr. A), tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt, wordt in artikel 2, onder nummering van de bestaande tekst tot eerste lid, een tweede lid toegevoegd, luidende:
   2.Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.
 4.Indien artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt, worden de onderdelen 2.3.12 en 2.3.13 van de bij deze verordening behorende tarieventabel vervangen door:
2.3.12 Projecten of handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)  
2.3.12.1 indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 515,00  
2.3.13 Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)  
2.3.13.1 indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k. van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: € 309,05  
 5.De op grond van het vierde lid vervangen onderdelen blijven van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in artikel 12, derde lid, onder b, bedoelde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid is de datum van ingang van de heffing van:

    • a.

      Artikel 11,derde lid, het tijdstip waarop het in dat lid genoemde wetsvoorstel tot wet is of wordt verheven en artikel I van de wet in werking treedt.

    • b.

      Artikel 11, vierde lid, het tijdstip waarop artikel 10.8 onderdeel B. van de Wet natuurbescherming in werking

Deze verordening wordt aangehaald als 'Legesverordening 2017'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22 december 2016.

De raad voornoemd

, voorzitter

, griffier

Tarieventabel leges

Titel 1 Algemene Dienstverlening  
   
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand  
1.1.1 Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk en het aangaan van een geregistreerd partnerschap op:  
1.1.1.1 - maandag t/m vrijdag (buiten de aangewezen kosteloze uren) € 180,30
1.1.1.2 - zaterdag € 552,70
1.1.1.3 - zondag en algemeen erkende feestdagen € 552,70
1.1.2 Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk in de voormalige Julianakerk te Oudebildtzijl:  
1.1.2.1 - maandag t/m vrijdag € 380,30
1.1.2.2 - zaterdag € 852,70
1.1.2.3 - zon en algemeen erkende feestdagen € 852,70
1.1.2.4 - op een ander uur dan waarop het gemeentehuis daartoe is geopend € 380,30
1.1.3 Het tarief bedraagt ter zaken van de voltrekking van een huwelijk in de "Groate kerk" te St.-Jacobiparochie:  
1.1.3.1 - maandag t/m vrijdag € 380,30
1.1.3.2 - zaterdag € 852,70
1.1.3.3 - zon en algemeen erkende feestdagen € 852,70
1.1.3.4 - op een ander uur dan waarop het gemeentehuis daartoe is geopend € 380,30
1.1.4 Het tarief bedraagt ter zaken van de voltrekking van een huwelijk in de "Van Harenskerk" te St.-Annaparochie:  
1.1.4.1 - maandag t/m vrijdag € 330,30
1.1.4.2 - zaterdag € 802,70
1.1.4.3 - zon en algemeen erkende feestdagen € 802,70
1.1.4.4 - op een ander uur dan waarop het gemeentehuis daartoe is geopend € 330,30
1.1.5 Het tarief bedraagt ter zaken van de voltrekking van een huwelijk in de "Vrouwbuurstermolen" te Vrouwenparochie:  
1.1.5.1 - maandag t/m vrijdag € 330,30
1.1.5.2 - zaterdag € 802,70
1.1.5.3 - zon en algemeen erkende feestdagen € 802,70
1.1.5.4 - op een ander uur dan waarop het gemeentehuis daartoe is geopend € 330,30
1.1.6 Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk en het aangaan van een geregistreerd partnerschap op een ander uur, dan waarop het gemeentehuis daartoe is geopend € 294,85
1.1.7 Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk en het aangaan van een geregistreerd partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek € 210,65
1.1.8 Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een trouwboekje of een partnerschapsboekje € 19,10
1.1.9 Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een huwelijksbevestiging -
1.1.10 Het tarief voor het opnemen van de huwelijksplechtigheid op een geluidsdrager bedraagt -

1.1.11 Het tarief bedraagt ter zake van het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan € 5,75
1.1.12 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand  
1.1.13 Het tarief bedraagt ter zaken van het aanwezig zijn van gemeenteambtenaren als getuigen bij de voltrekking van een huwelijk en het aangaan van een geregistreerd partnerschap binnen de aangewezen kosteloze uren per getuige € 26,25
1.1.14 Het tarief voor het benoemen van een Bijzonder ambtenaar burgerlijke stand voor één dag bedraagt € 154,55
 
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
1.2 Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:  
1.2.1 van een nationaal paspoort:  
1.2.1.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 64,75
1.2.1.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 51,45
1.2.2 van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):  
1.2.2.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 64,75
1.2.2.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 51,45
1.2.3 van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):  
1.2.3.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 64,75
1.2.3.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 51,45
1.2.4 van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen € 51,45
1.2.5 van een Nederlandse identiteitskaart:  
1.2.5.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 50,65
1.2.5.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 28,60
1.2.6 tot het aanbrengen van een wijziging in een reisdocument als bedoeld in de subonderdelen 1.2.1, 1.2.2, 1.2.3 en 1.2.4 -
1.2.7 voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van € 47,55
 
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs € 38,95
1.3.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen € 9,70
1.3.3 Het tarief als genoemd onder 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van € 34,10
1.3.4 Ingeval van vermissing van een oud rijbewijs, worden de onder 1.4.1 en 1.4.3 genoemde tarieven verhoogd met -

1.3.5 Voor het verstrekken van een eigen verklaring wordt het aankoopbedrag van de eigen verklaring vermeerderd met € 2,65
   
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen  
1.4.1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moeten worden geraadpleegd.  
1.4.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens per verstrekking € 11,20
1.4.3 Het tarief bedraagt voor het verstrekken van gegevens ten aanzien van door de aanvrager niet met naam en/of adressen aangeduide personen, waarvoor de basisregistratie personen geheel of gedeeltelijk langs elektronische weg moet worden gelezen, een basisbedrag van € 25,75 verhoogd met een bedrag per inlichting van € 0,25
1.4.4 Idem als 1.4.3 indien levering van de gegevens op de etiketten wordt gewenst, per etiket € 0,20
1.4.5 In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen € 22,69
1.4.6 In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen € 2,27
1.4.7 Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier. € 5,70
   
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister  
 n.v.t.  
   
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens  
 n.v.t.  
   
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken  
1.7.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:  
1.7.1.1 een afschrift van de gemeentebegroting € 26,25
1.7.1.2 een afschrift van de gemeenterekening € 26,25
1.7.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:  
1.7.2.1 op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen (bij toezending van de stukken) € 34,95
1.7.2.2 op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen (bij het ophalen van de stukken) € 7,15
1.7.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:  
1.7.3.1 een afschrift van de algemene plaatselijke verordening met toelichting: € 24,10
1.7.3.2 een afschrift van de gemeentelijke bouwverordening met toelichting: € 44,70
   
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie  

1.8.1 Het tarief bedraagt voor het op verzoek verlenen van informatie uit de bij de gemeente berustende kadastergegevens:  
1.8.1.1 voor kadastrale informatie: per object € 15,50
1.8.1.2 voor hypothecaire informatie; per object € 15,50
1.8.1.3 voor informatie uit akten; per akte (incl. kopie) € 15,50
1.8.1.4 voor informatie uit kadastrale kaart; (incl. kopie op A3 of A4) € 15,50
 
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
1.9 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:  
1.9.1 tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag € 41,35
1.9.2 tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn € 11,20
1.9.2 tot het legaliseren van een handtekening € 2,65
 
Hoofdstuk 10 Gemeente archief
1.10.1 Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan € 10,80
1.10.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:  
1.10.2.1 een fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk per pagina  
 - formaat A4 € 0,35
 - formaat A3 € 0,55
 
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet
n.v.t.
 
Hoofdstuk 12 Leegstandswet
1.12.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:  
1.12.1.1 tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet € 17,10
1.12.1.2 tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid van de Leegstandswet € 17,10
 
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie
 n.v.t.  
 
Hoofdstuk 14 Markten
1.14 Het tarief bedraagt voor het op verzoek innemen van een vaste verkoopplaats (voor zover het geen standplaats op de bij raadsbesluit van 26 september 1991 ingestelde weekmarkt betreft) per standplaats geldig vooronbepaalde tijd. € 113,75
1.14.2 Voor een kortere periode wordt de leges dienovereenkomstig vastgesteld met dien verstande, dat de leges nooit minder dan € 22,55 zal bedragen  
1.14.3 Het tarief bedraagt voor het op verzoek innemen van een verkoopplaats op de bij raadsbesluit van 26 september 1991 ingestelde weekmarkt, geldig voor:  
1.14.3.1 één week -

1.14.3.2 één maand -
1.14.3.3 één jaar -
   
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet  
1.15.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:  
1.15.1.1 tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet € 16,95
1.15.1.2 tot het wijzigen van een in onderdeel 1.15.1.1 bedoelde ontheffing € 16,95
   

Hoofdstuk 16 Kansspelen  
1.16.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b, eerste lid, van de Wet op de kansspelen:  
1.16.1.1 voor één speelautomaat € 56,00
1.16.1.2 voor twee of meer speelautomaten voor de eerste speelautomaat € 56,00 en voor iedere volgende speelautomaat € 32,00
1.16.1.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) € 6,75
   
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie  
 n.v.t.  
   
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer  
1.18.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:  
1.18.1.1 tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten € 42,70
1.18.1.2 n.v.t.  
1.18.1.3 tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) € 18,95
   
Hoofdstuk 19 Diversen  
1.19.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:  
1.19.1.1 Tot het verkrijgen van inlichtingen op grond van artikel 9 t/m 13 Wet Justitiële Gegevens € 11,40
1.19.1.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, waarvoor krachtens wet, algemene maatregel van bestuur, reglement of algemene plaatselijke verordening, vergunning of ontheffing moet worden gevraagd, voor zover daarvoor geen wettelijke regeling of vrijstelling bestaat of voor zover daarvoor in deze tabel geen bijzondere regeling is opgenomen: per vergunning of ontheffing € 17,10
1.19.1.3 Indien voor de vergunningverlening advies van derden nodig is, zal het bedrag aan leges worden verhoogd met de kosten verbonden aan dit advies  
1.19.1.4 Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek verstrekken van informatie ten behoeve van taxaties van roerende en onroerende zaken € 54,05
1.19.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:  

1.19.2.1 gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina  € 3,30
1.19.2.2 fotokopieën van stukken, voor zover daarbij niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:    
1.19.2.2.1 per pagina op papier van A4-formaat  € 1,80
1.19.2.2.2 per pagina op papier van een ander formaat  € 2,40
1.19.2.3 kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk  € 4,75
   
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning  
   
Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen  
2.1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk 5 wordt verstaan onder:    
2.1.1.1 Aanlegkosten:    
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, exclusief omzetbelasting. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft.    
2.1.1.2 Bouwkosten:    
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.    
2.1.1.3 Sloopkosten:    
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, exclusief omzetbelasting. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.    
2.1.1.4 Wabo:    
 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.    
2.1.2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.    

2.1.3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.  
   
Hoofdstuk 2 Vooroverleg / beoordeling conceptaanvraag  
2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:  
2.2.1 Om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is € 103,10
2.2.2 Om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning € 361,05
2.2.3 Indien een conceptaanvraag wordt gevolgd door een aanvraag omgevingsvergunning wordt 50% van de leges genoemd onder 2.2.2 in mindering gebracht op het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag betrekking heeft.  
   
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning  
2.3 Het tarief bedraagt voor het in ontvangst nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.  
2.3.1 Bouwactiviteiten  
2.3.1.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:  
2.3.1.1.1 € 195,52, indien de bouwkosten minder dan € 5.000,00 bedragen;  
2.3.1.1.2 € 195,52, vermeerderd met € 16,04 voor elke € 500,00 of gedeelte daarvan boven € 5.000,00, indien de bouwkosten € 5.000,00 of meer, en minder dan € 25.000,00 bedragen;  
2.3.1.1.3 € 837,12, vermeerderd met € 11,54 voor elke € 500,00 of gedeelte daarvan boven € 25.000,00, indien de bouwkosten € 25.000,00 of meer, en minder dan € 115.000,00 bedragen;  
2.3.1.1.4 € 2.914,32, vermeerderd met € 7,01 voor elke € 500,00 of gedeelte daarvan boven € 115.000,00, indien de bouwkosten € 115.000,00 of meer bedragen;  
 Wijziging omgevingsvergunning  
2.3.1.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit in afwijking van een eerder ingediende aanvraag om een omgevingsvergunning, waarvoor reeds vergunning(en) is/zijn verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges verrekent met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in 2.3.1.1, met dien verstande dat zij niet minder dan € 57,16 zullen bedragen. Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat, naar de omstandigheden beoordeeld, van een nieuw bouwplan sprake is.  
 Verhogingen  

2.3.1.3 Onverminderd het bepaalde in 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Agrarische Commissie nodig is en wordt beoordeeld € 515,00
2.3.1.4 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit, waarvan de werkzaamheden reeds zijn gestart dan wel zijn voltooid, wordt het overeenkomstig 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met 50%.  
2.3.1.5 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit, ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12 Wro (ontheffing exploitatieplan) wordt verleend, wordt het overeenkomstig 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met € 177,20
2.3.1.6 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit, ten aanzien waarvan artikel 50 a derde lid van de Woningwet (doorbreken aanhouding o.g.v. het exploitatieplan) wordt toegepast, wordt het overeenkomstig 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met € 177,20
2.3.2 Aanlegactiviteiten  
2.3.2.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief € 140,55
2.3.2.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit met toepassing van artikel 2.11, lid 2, en art 2.12 Wabo, wordt het overeenkomstig 2.3.2.1 berekende bedrag verhoogd met € 281,00
2.3.3 Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit  
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:  
2.3.3.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 177,20
2.3.3.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 177,20
2.3.3.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 4.634,15
2.3.3.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): € 177,20
2.3.3.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 177,20
2.3.3.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 1.029,80
2.3.3.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 1.029,80
2.3.3.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 177,20
2.3.3.9 indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor vergunning moet worden verleend met toepassing van een vrijstelling of ontheffing op grond van de Bouwverordening € 177,20
2.3.4 Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit  

 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:  
2.3.4.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 177,20
2.3.4.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 177,20
2.3.4.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 4.634,15
2.3.4.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) € 177,20
2.3.4.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): € 177,20
2.3.4.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 1.029,80
2.3.4.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking nationale regelgeving): € 1.029,80
2.3.4.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): € 177,20
2.3.5 In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid  
 indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo bedraagt het tarief:  
2.3.5.1 indien de aanvraag betrekking heeft op het in gebruik nemen of het gebruiken van een bouwwerk als genoemd in categorie A (zie bijlage 1 van deze verordening): € 166,35
 vermeerderd met een bedrag per gebruiksoppervlakte:  
 Tot 100 m² € 125,05  
 Van 100 tot 500 m² € 1,24 per m²  
 Van 500 tot 2.000 m² € 385,00 plus € 0,46 per m²  
 Van 2.000 tot 5.000 m² € 1.045,00 plus € 0,13 per m²  
 Van 5.000 tot 50.000 m² € 1.510,00 plus € 0,03 per m²  
 Groter dan 50.000 m² € 2.060,00 plus € 0,02 per m²  
2.3.5.2 indien de aanvraag betrekking heeft op het in gebruik nemen of het gebruiken van een bouwwerk als genoemd in categorie B (zie bijlage 1 van deze verordening): € 166,35
 vermeerderd met een bedrag per gebruiksoppervlakte:  
 Tot 100 m² € 62,55  
 Van 100 tot 500 m² € 0,62 per m²  
 Van 500 tot 2.000 m² € 201,80 plus€ 0,22 per m²  
 Van 2.000 tot 5.000 m² € 524,70plus € 0,06 per m²  
 Van 5.000 tot 50.000 m² € 776,90 plus€ 0,010 per m²  
 Groter dan 50.000 m² € 1.251,15 plus€ 0,0006 per m²  
2.3.5.3 indien de aanvraag betrekking heeft op het in gebruik nemen of het gebruiken van een terrein of inrichting als genoemd in categorie C (zie  

 bijlage 1 van deze verordening):  
 a. voor een openlucht evenement: € 126,05
 b. voor een tijdelijk bouwsel of voor in tentoonstellingsruimten plaatshebbende evenementen met een vloeroppervlak van 50 m² t/m 100 m²: € 126,05
 c. voor een tijdelijk bouwsel of voor in tentoonstellingsruimten plaatshebbende evenementen met een vloeroppervlakte vanaf 100 m² het onder 2.3.5.3.b gestelde tarief voor elke 100 m² vloeroppervlak boven het aantal van 100 m² te verhogen met: € 10,30
 d. voor een niet-bebouwd voor bedrijfsdoeleinden bestemd terrein:  
 Tot 500 m²: € 126,05
 Van 500 tot 2.000 m² € 166,35
 Van 2.000 tot 5.000 m² € 208,55
 Groter dan 5.000 m² € 208,55 te verhogen per 5.000 m² of gedeelte daarvan boven 5.000 m² met € 41,22  
2.3.5.4 Het tarief voor het overschrijven van een vergunning als bedoeld onder 2.3.5.1, 2.3.5.2, 2.3.5.3 per overschrijving: € 41,65
2.3.5.5 indien een afgegeven omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld als in artikel 2.1, 1e lid, onder d van de wabo moet worden gewijzigd ten gevolge van verbouw waarbij geen sprake is van wijziging van bestemming, en/of toe- of afname van de aanvankelijk bestaande vloeroppervlak, wordt ter verkrijging van een aangepaste aanvraag omgevingsvergunning, een bedrag geheven overeenkomstig hetgeen bepaald in 2.3.5.1, 2.3.5.2, 2.3.5.3 waarbij de berekening plaats vindt op basis van het aantal vierkante meters vloeroppervlak waarbij de verbouw, toe- of afname betrekking heeft.  
2.3.5.6 indien de aanvrager van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld als in artikel 2.1, 1e lid, onder d van de wabo voordat daarover definitief is beschikt, de aanvraag schriftelijk intrekt, wordt het onder 2.3.5.1, 2.3.5.2, 2.3.5.3 genoemde bedrag met 50% verminderd.  
     
2.3.6 Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten  
 n.v.t.  
     
2.3.7 Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht  
 n.v.t.  
     
2.3.8 Aanleggen of veranderen weg  
 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 17,15
     
2.3.9 Uitweg/inrit  

 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 17,15
     
2.3.10 Kappen  
 n.v.t.  
     
2.3.11 Opslag van roerende zaken  
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:  
2.3.11.1 indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: € 206,00
2.3.11.2 indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: € 206,00
2.3.12 Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998  
2.3.12.1 indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: € 515,00
2.3.12.2 indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998: € 515,00
2.3.13 Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet  
2.3.13.1 indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief: € 309,00
2.3.14 Andere activiteiten  
 indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:  
2.3.14.1 behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 309,00
2.3.14.2 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:  
2.3.14.2.1 als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: € 309,00

2.3.14.2.2 als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.  
2.3.15 Omgevingsvergunning in twee fasen  
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:  
2.3.15.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;  
2.3.15.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft;  
2.3.16 Beoordeling bodemrapport  
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:  
2.3.16.1 Voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: € 66,25
2.3.16.2 Voor de verstrekking van informatie over de bodemkwaliteit respectievelijk gegevens ter bepaling van de geluidsbelasting bedraagt het tarief per half uur of gedeelte daarvan: € 34,60
2.3.16.3 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een hogere grenswaarde ingevolge de Wet geluidhinder moet worden beoordeeld: € 515,00
2.3.17 Advies  
2.3.17.1 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.  
2.3.17.2 Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken  
2.3.18 Verklaring van geen bedenkingen  
2.3.18.1 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:  
2.3.18.1.1 indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: € 515,00

2.3.18.1.2 indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.  
2.3.18.2 Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.  
 
Hoofdstuk 4 Vermindering
n.v.t.
 
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
2.5 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten  
2.5.1 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 en 2.3.5 intrekt, terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen 70% van de op grond van die onderdelen voor de desbetreffende activiteit verschuldigde leges.  
2.5.2 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten.  
2.5.2.1 Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 en 2.3.5 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van 50 % van de op grond van die onderdelen voor de desbetreffende activiteit verschuldigde leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen een termijn van twee jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.  
2.5.3 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten  
2.5.3.1 Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 en 2.3.5 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van 25 % van de op grond van die onderdelen voor de desbetreffende activiteit verschuldigde leges. Hiertoe wordt eerst overgegaan na het onherroepelijk worden van het besluit om de ingevingsvergunning te weigeren.  
2.5.4 Indien na het in ontvangst nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning wordt besloten om deze in het kader van de ontvankelijkheid niet in behandeling te nemen, wordt na het onherroepelijk worden van dat besluit teruggaaf van 25 % van de geheven leges verleend.  
2.5.5 Indien de gevraagde vergunning is geweigerd, wordt teruggaaf van 25 % van de geheven leges verleend. Hiertoe wordt eerst overgegaan na het onherroepelijk worden van het besluit om de vergunning te weigeren.  
2.5.6 Deze paragraaf heeft uitsluitend betrekking op de geheven leges die het minimum legesbedrag te boven gaan.  
2.5.7 Geen teruggaaf wordt verleend voor de kosten van openbare bekendmakingen in dag- en/of weekbladen en verhogingen als bedoeld in de  

 onderdelen artikel 2.3.4  
2.5.8 Geen teruggaaf wordt verleend voor de leges voor advies of verklaring van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en en 2.3.18  
   
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning  
2.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: € 123,60
   
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project  
2.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: € 123,60
   
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten  
2.8 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening: € 5.148,95
2.8.1 De in 2.8 genoemde bedragen worden verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag, aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld  
2.8.2 Voor de toepassing van de onderdelen 2.8 en 2.8.1 wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager zijn medegedeeld.  
2.8.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigingen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b van de Wet ruimtelijke ordening: € 2.832,00
   
Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking  
2.9 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:  
2.9.1 Een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld  
2.9.2 Voor de toepassing van de onderdelen in dit hoofdstuk wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.  
   
Hoofdstuk 10 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving  
 n.v.t.  
   
Hoofdstuk 11 Het buiten behandeling laten  
 n.v.t.  
   
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn  

 
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:  
3.1.1 een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet € 95,35
3.1.2 een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet € 41,25
3.1.3 een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet € 41,25
3.1.4 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing van het voor horeca-inrichtingen geldende sluitingsuur, per uur € 15,15
     
Hoofdstuk 2 Organiseren van evenementen of markten  
3.2.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.24 en artikel 2.25 van de Algemene plaatselijke verordening indien het betreft:  
3.2.1.1 evenementen in de A-categorie € 41,25
3.2.1.2 evenementen in de B- en C-categorie € 95,35
3.2.1.3 Het van toepassing zijnde tarief op grond van onderdeel 3.2.1.1 en 3.2.1.2 wordt verhoogd met de gemaakte kosten voor het advies van Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen.  
3.2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:  
3.2.2.1 een verklaring van geen bezwaar op basis van de Wegenverkeerswet € 17,10
3.2.2.2 een verklaring van geen bezwaar op basis van het Besluit niet aangewezen luchtvaarttereinen € 17,10
     
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
3.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3.2.1 van Algemene Plaatselijke Verordening € 566,50
     
Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte
 n.v.t.  
     
Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening
 n.v.t.  
     
Hoofdstuk 6 Brandveiligheidsverordening
 n.v.t.  
     
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.7.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking € 17,10
3.7.2 Indien voor de vergunningverlening advies van derden nodig is, zal het bedrag aan leges worden verhoogd met de kosten verbonden aan dit advies  
     

Bijlage 1 van de Legesverordening 2017

Categorie indeling

Nr. Gebouwfunctie Categorie
1. Gebouwen met een woonfunctie  
1.1 Tehuizen A
1.2 Woongebouwen met inpandige gangen A
1.3 Woningen niet zelfstandige bewoners A
1.4 Woningen niet zelfredzame bewoners A
1.5 Verzorgingstehuizen A
2. Gebouwen met een logiesfunctie  
2.1 Hotel A
2.2 Pension/nachtverblijf A
2.3 Dagverblijf A
3. Gebouwen met onderwijsfunctie  
3.1 Onderwijsinstelling < 12 jaar A
3.2 Onderwijsinstelling > 12 jaar A
3.3 Kinderdagverblijf/peuterspeelzaal A
4. Gezondheidszorggebouwen  
4.1 Klinieken A
4.2 Ziekenhuis A
4.3 Verpleegtehuizen A
5. Bedrijfsgebouwen  
5.1 Kantoren A
5.2 Fabrieken B
5.3 Loods, veem, opslagplaats B
5.4 Vuurwerkinrichting B
6. Gebouwen voor wegverkeer  
6.1 Garage B
7. Gebouwen met een publieksfunctie  
7.1 Theater/bioscoop A
7.2 Museum/bibliotheek A
7.3 Buurthuis A
7.4 Gebedshuis A
7.5 Tentoonstellingsgebouwen A
7.6 Kantine/eetzaal A
7.7 Cafés, discotheek, restaurant A
7.8 Gymzaal, studio A
7.9 Sporthal A
7.10 Zwembad A
7.11 Winkelgebouw A
8. Niet bebouwd terrein bestemd voor bedrijfsdoeleinden  
8.1 Kampeerterrein, jachthavens C
8.2 Bedrijfsterreinen C
9. Tijdelijke bouwsels  
9.1 Circussen, feesttenten C
9.2 Markten, braderieën, kermissen C
10. Openlucht evenement  
10.1 Evenement C